36

Oerwoud van Yucatán

Woensdag, 5.01 uur

Oranje lavazuilen schoten achter hen de lucht in, en intussen probeerde Mulder uit alle macht de terreinauto te laten doen wat hij wilde. 'Je moet opschieten, Mulder,' zei Scully. Haar gezicht was rood en ze had een gehaaste blik in haar ogen.

Scully had Cassandra Rubicon in een van de autostoelen gezet en onderzocht de gewonde archeologe. Af en toe wierp ze een blik achter­om op de vlammen, de barstende grond, de vuur- en stoomzuilen. 'Ik ben aan gehuurde Fords gewend,' zei hij. 'Dit is veel lastiger.' Mulder had de motor van de terreinwagen hoestend en brullend gestart. Daarna bewerkte hij de pedalen en de versnellingspook - en vertrokken ze zwaaiend met het gemak en comfort van een neerstor­tend vliegtuig. Ze volgden het vertrapte pad dat de commando-eenheid eerder die nacht gebaand had. De dikke banden van de auto wentelden en draaiden over het dichte kreupelhout en verpletterden varens en af­gevallen takken.

Scully deed wat ze kon om Cassandra's versufte lichaam rechtop te hou­den. Met een afgescheurde reep stof onderzocht ze haar hoofdwond en controleerde ze de ernst van de snee. 'Wat is dat spul dat ze op haar lichaam heeft?' vroeg ze.

De jonge vrouw kromp ineen en probeerde zich kronkelend uit Scully's verzorgende handen te werken. 'Niks aan de hand,' zei ze hees, en zakte toen weer zuchtend in halve bewusteloosheid weg. Mulder ploegde dieper het oerwoud in, maar moest boomstammen en rotsblokken ontwijken en door smalle beken en ondiepe geulen duiken. Hun tempo bleef ergerlijk laag.

Vlammen uit de verse scheur in de grond verlichtten het oerwoud achter hen. Kokend magma werd uit de open wond gespuwd waar het immense, buitenaardse reddingsschip Kukulkáns begraven wrak had ge­borgen. Granaatwerpers hadden delen van het oerwoud verwoest, en daar kolkte vettige, grijze rook.

Vanwege al het harde gerommel achter hen en het nog steeds doorgaan­de gesis van de eruptie onderscheidde Mulder maar weinig subtiele achtergrondgeluiden, maar hij meende wel rennende gestalten te zien die zich door het kreupelhout werkten. Sommige schaduwen hadden vluchtende guerrillastrijders kunnen zijn, andere waren misschien over­levende leden van majoor Jakes' commando-eenheid die een veilig ont­moetingspunt probeerden te bereiken.

'Die vrouw heeft medische hulp nodig,' zei Scully, 'maar voorlopig redt ze het wel. Niets ernstigs, alleen een flinke klap ... maar ik zie alleen verse wonden ... niets van een paar weken oud.' Ze keek Mulder nieuwsgierig en met opgetrokken wenkbrauwen aan. 'Waar is ze al die tijd geweest?'

'Ze heeft beneden in de piramide vastgezeten, Scully.'

Scully fronste sceptisch haar wenkbrauwen. 'Maar ze ziet er niet uit als

iemand die zich dagen en dagen verstopt heeft gehouden. Ik zie ook

geen symptomen van ondervoeding of psychische stress.'

Hij keek haar heel intens aan en voelde zich bij de hartstocht van zijn

overtuigingen blozen. 'Als we hier levend vandaan komen, zal ik je alles

vertellen.'

Scully hield Cassandra's slappe hoofd in haar armen zodat het niet tegen de zijkant van de terreinwagen sloeg. Ver achter hen scheurde een nieuwe enorme ontploffing door de nacht. Nog meer as en lava werden de hemel in gejaagd, nog meer vuur alle kanten op gespuwd. Mulder kromp ineen en probeerde het kreunende voertuig tot meer snelheid te bewegen.

De linker voorkant van de terreinwagen botste tegen een kromme boomstam. Mulder herstelde dat door scherp naar rechts te zwenken en zigzaggend op zijn koers terug te komen. In het donker en de chaos was hij het gebaande pad al kwijtgeraakt. Misschien, dacht hij, kon hij bij een benzinepomp even stoppen om de weg te vragen. Hij tuurde voor zich uit, zwenkte opnieuw scherp en deed zijn uiterste best om een redelijke koers door het overwoekerde oerwoud te vinden. 'Ik hoop dat we hier niet voor de rest van ons leven in deze wildernis ver­dwaald zijn. Ik heb seizoenkaarten voor de wedstrijden van de Redskins.' Hij bekeek de supermoderne apparatuur en bedieningspanelen waar­mee het voertuig was uitgerust. 'Kijk eens in het handschoenenkastje of daar geen wegenkaart ligt, Scully.'

Scully stak haar hand uit en bekeek een paar schermen. 'Majoor Jakes heeft me een dossier laten zien. Dat waren satellietbeelden van een enorme krater die volgens hem ontstaan was toen een plaatselijke drugsbaron door een tactisch kernwapen werd aangevallen. Jij zou ongetwijfeld gezegd hebben dat het om een soort uit de hand gelopen buitenaardse technologie ging ... maar laten we het daar niet over heb­ben. De majoor had nauwkeurige kaarten, topografische contourkaar- ten en gedetailleerde studies van het oerwoud.' Ze bleef even rommelen en uitte toen een verslagen zucht. 'Maar dat zat natuurlijk allemaal in die andere auto.'

Impulsief zette ze een vlakscherm op het dasboard aan, waarop een digitaal kompas en een lcd-kaart van Yucatán opgloeiden. 'Daar is-ie,' zei ze. 'Ik kon de aansteker en de radio niet vinden, maar hier redden we het wel mee.'

Mulder slaakte een zucht van verlichting.

Een vage, magere gestalte kwam plotseling uit het kreupelhout gerend en ging op het pad van de terreinwagen staan. Hij was bezweet en uit­geput, zijn kaki vest was gescheurd, en zijn ocelothoed had hij ergens in het oerwoud verloren. Maar zijn donkere ogen versmalden en kregen een fanatieke glans, en hij had een dodelijk uitziend automatisch geweer in zijn handen, dat hij ongetwijfeld van een van majoor Jakes' vluchtende mannen had afgepakt.

'Ik schiet jullie nu neer of ik schiet jullie straks neer,' zei Fernando Victorio Aguilar, die zijn geweer op hen richtte. 'Maar jullie stoppen hoe dan ook. Nu.'