Boek

Adriaan Jaeggi was tijdens zijn leven een fanatieke blogger. Op een gegeven moment hield hij een ouderwetse queeste naar het mooiste woord van de Nederlandse taal. ‘Klote-bibber’ was genomineerd, en ook ‘dolk’. Tsja.

Mijn mooiste woord is boek.

Een onderschat woord, boek. Het doet wat het moet doen. Het beschrijft afdoende een verzameling bedrukte bladzijden met een kaft erom.

Maar het doet zoveel meer. Het belooft van alles, alleen al door de klank.

Boek is officieel geen klanknabootsend woord (zoals ‘tjiftjaf’), maar voor mij is het dat wel. ‘Boek’ is het geluid dat een goed gebonden boek maakt als je het na het lezen voldaan dichtslaat. ‘Boek,’ zei de stapel verantwoorde jeugdliteratuur wanneer die lieve mevrouw van de bibliotheek hem grijnzend voor mij neerzette: ‘Vooruit, oké, vier boeken omdat jij het bent, eigenlijk mag je er nog maar drie.’ Iedere week vier werelden mee naar huis.

‘Boek’ betekent bijna ‘thuis’.

Simon and Garfunkel hebben ooit een liedje gemaakt over alleen zijn; ‘I am a rock’, heet dat. Niemand nodig hebben en dus nooit gekwetst worden, dat is het idee. ‘I have my books⁄and my poetry to protect me’. Zo zal het zijn. Als ik later oud ben, en verdrietig, niet meer bijzonder maar zonderling, niet meer lekker gek maar stapelme-sjokke, dan bouw ik een huisje van boeken om me heen. En daarin ga ik zitten lezen. Soms pak ik een boek van helemaal onderin. Dan valt alles om, en doen ze als ze de grond raken allemaal ‘boek’.