The luckiest people in the world

Als klein meisje had ik twee dromen. Een voor mezelf en een voor de wereld, want zo’n kinderbij belchristen was ik wel.

‘Dat het met Kerst vrede wordt en dat ik Barbra Strei-sand ontmoet.’

Twee dromen. Ik weet niet welke ik het eerste heb opgegeven. Ik denk Kerst. Maar Barbra vond ik erger. Ze zal nooit voor je optreden, tenzij je een van haar beste vrienden bent. Of een democratische presidentskandidaat. Beide toch vrij onwaarschijnlijk voor een Hollands grappen-maakstertje.

Au. Je neerleggen bij de onmogelijkheden van je leven, hoe triviaal ze ook lijken, is een beetje doodgaan. Daarom hou ik ook zo van Streisand. Haar hele oeuvre ademt een woedende wilskracht. Niets is onmogelijk. Alles kan. ‘With all there is, why settle for just a piece of sky?’ Probeer alles, ga overal face forward in en eens in de zoveel tijd stoot je dan maar je neus. Wat in het geval van Barbra natuurlijk vrij onontkoombaar is.

Nu zit ik met een gigantische jetlag na te zinderen van de avond van mijn leven. God bestaat. En Zij ging nog één keer op tournee. In tegenstelling tot alle eerdere shows die ik voorbij moest laten gaan omdat je met je studiefinanciering net naar Dronten kon om Arie Ribbens te zien, kan ik het dit keer betalen, Barbra in New York. Hoewel ik er ook met liefde een klein raampje op de wallen voor had gehuurd, voor de ongelofelijke thrill van op rij 2 zitten in Madison Square Garden met Oprah Winfrey voor je op rij 1. En Her Best Friend Gayle d’r naast, allemaal met samengeknepen billen voor Het Moment: Barbra komt op. En zingt.

Ik heb zo veel films, foto’s en plaatjes van haar gezien dat ik niet geloof dat ze echt is. Ze is zo Barbra Streisand dat ze wel een imitator lijkt. Het publiek roept: ‘We love you Barbra’, en: ‘Welcome home’, en zij reageert met: ‘I love you too’ en: ‘Why thank you, that is so nice’, en het is glijmiddel, ik weet het, maar ik geniet.

‘Pd marry you even though I’m gay!’ roept een jongen. Het publiek lacht. ‘What did hè just say?’ vraagt Barbra. Een jongen voor me herhaalt het, maar Barbra, ook alweer vierenzestig, verstaat het nog niet. Ze komt voor onze rij staan en vraagt het nog eens. ‘He’d marry you even though he’s gay!’ roept mijn betere zelf, mijn inner Superman die wél weet hoe je moet timen, goed Engels moet spreken en stemvolume moet maken in tegenstelling tot de Clark Kent die ik meestal ben op zo’n moment. Barbra kijkt me aan en gooit haar hoofd achterover van het lachen. ‘There are gay people here?’ punchlinet ze geroutineerd.

Ik ben volmaakt gelukkig. Oké, ik herhaalde alleen maar een grap, maar toch. Barbra lachte om iets wat ik zei. Waarbij het niet eens gaat om het lachen, voor mijn part was ze gaan kotsen van iets wat ik zei. Ze was er, en ik ook. Tegelijk, van alle tijd en ruimte die er is. Tegelijk.

‘People’, ‘Evergreen’, ‘Somewhere’, schoenen uit want ze zwikt zo, stukje kritiek op George Bush en de onvermijdelijke republikeinse hecklers die erdoorheen gaan praten. Streisand ontploft: ‘Would you shut the fuck up?’ Het Amerikaanse publiek is verbijsterd, maar applaudisseert. Dit is waar ik voor kwam, de boze, briljante vrouw op blote voeten die ze moet zijn geweest in de rokerige nachtclubs van de jaren zestig. Ze verontschuldigt zich voor haar uitbarsting, maar citeert toch even André Gide: ‘I think an artist’s goal is to disturb.’ En dat doet ze. Schijt aan het softe repertoire, schijt aan al het geld dat ze al heeft: ze moet dit doen, ze moet dit zeggen, ze kan zich niet neerleggen bij de eventuele onmogelijkheden van haar leven.

Het maakt mij niet meer uit als we op de terugweg gekaapt worden, ik heb mijn moment meegemaakt. Weereen droom om weg te strepen. En tegen iedereen die zegt dat het ook deze Kerst geen vrede wordt, roep ik op blote voeten: Shut the fuck up!