Hoofdstuk 7
Via het raam van zijn woonkamer zag Mike de bestelwagen van de koerier tot stilstand komen. Dave sprong eruit maar hij liet het portier open en de motor draaien. Mike rolde van de bank, greep zijn pakketje, dat software bevatte, en liep naar buiten.
‘Hoe gaat het, maat?’ Dave had de snelle tred en de onrustige manier van doen van een man die permanent haast had.
Mike reageerde rustig. ‘Goed, maat.’
Terwijl Dave het pakje van hem aannam, bestudeerde hij hem even. ‘Allemachtig, zo te zien ben je aan het eind van je Latijn. Hier weer de hele nacht voor door gebuffeld?’
‘Ja, er zat niets anders op… en ik ben inderdaad versleten.’ Sinds woensdag had hij dagen van achttien uur gedraaid om de deadline te halen. ‘Maar nu jij dit hebt opgehaald, kan ik naar bed.’
Dave gebaarde naar de straat. ‘Ziet er mooi uit, hè?’
Mike keek om zich heen. Terwijl hij zich had begraven in de virtuele wereld, had zijn omgeving een gedaanteverwisseling ondergaan.
Huizen, hekken, bomen…. alles wat hoger was dan een meter scheen met lichtjes versierd te zijn. Hij moest zijn ogen met zijn hand beschermen tegen de weerkaatsing van het zonlicht in de slingers. ‘Net een sprookje, wat je zegt,’ zei hij, even ineenkrimpend.
Dave knipoogde. ‘Ik kom morgenavond met mijn kroost ook naar de opening van de festiviteiten kijken.’ Hij draafde terug naar het openstaande portier. ‘Tot kijk, maat. Ik zie je morgenavond nog wel even.’ De bestelwagen raasde weg in een wolk van uitlaatgassen.
O, nee. Vergeet het maar!
Mike had voor twee nachten een hotel geboekt om te ontkomen aan de festiviteiten. Eerst even een paar uur slapen, en daarna zou hij wat kleren in een koffer gooien en maken dat hij wegkwam. Aan de overkant van de straat zag hij Aurora wuiven. Twee mannen waren druk bezig om een Kerstman en een slee met rendieren op het dak van haar bungalow te hijsen. ‘Nog iets hoger, jongens! Kijk uit voor de geweien!’
Toen hij de kerstreclamefolders uit zijn brievenbus had gehaald, reed Erica’s rode autootje de straat in. Hij haalde pylonen weg die de bewoners van de straat gebruikten om een parkeerplaatsje voor hun huis te reserveren, zich bewust van zijn ongeschoren kaken en slonzige uiterlijk.
De Erica die uit de auto stapte, zag er echter even moe uit als hij zich voelde. Fijn, kerstdagen!
‘Bedankt, Mike.’
Hij overhandigde haar de pylonen. ‘Nog een bod op je huis gehad?’
‘Het is pas vier dagen op de markt. Je moet het even de kans geven.’ Ze droeg een mouwloze jurk in dezelfde warmbruine tint als haar ogen en hogere hakken dan gebruikelijk. ‘Wil je ons zo graag kwijt?’
‘Alleen maar omdat ik dan op een mooie manier onder de schuld uitkom die ik nog bij jouw schoffie heb,’ zei hij gladjes. ‘Hij krijgt nog acht dollar van me voor die pruimen.’
Ze opende de kofferbak en propte de twee pylonen naast de boodschappentassen die er al in stonden. ‘Daar zul je dan een paar weken mee moeten wachten. Ik heb hem net afgezet op het vliegveld.’
Mike, die net bezig was zijn portemonnee tevoorschijn te halen, stopte daarmee. ‘Het vliegveld?’
Erica hield haar hoofd gebogen. ‘Will brengt de feestdagen door bij Jeff in Dubai.’
Mike staarde verbluft naar haar rug. ‘Dat meen je niet!’
Schouderophalend pakte ze de boodschappentassen op en sloot de kofferbak. ‘Die kans deed zich voor, en het zou wel dom zijn geweest als we daar geen gebruik van hadden gemaakt.’
‘Maar je hebt er zoveel energie ingestoken om dit kerstfeest voor hem gedenkwaardig te maken!’
‘Jij bent wel de laatste van wie ik had verwacht dat hij daar waarde aan zou hechten.’ Haar ogen flitsten langs hem heen. Instinctief begreep hij opeens wat zijn egoïsme haar gekost moest hebben.
‘Laat mij die tassen even voor je dragen.’
‘Ze zijn niet zwaar.’
Haar protesten negerend, nam hij de boodschappentassen over en liep met haar naar de voordeur. In haar portiek stond een half in elkaar gezette kunstkerstboom. Hij wekte de indruk dat hij bewerkt was met een kettingzaag.
Erica stapte opzij. ‘Will had geen tijd meer om die in elkaar te zetten.’ Ze ontsloot de voordeur en reikte naar de tassen. ‘Bedankt. Verder red ik het zelf wel.’
Om de een of andere reden kon hij niet weglopen. ‘Wat ga je nu dan doen? Tijdens de kerstdagen, bedoel ik?’
‘Jouw voorbeeld volgen,’ zei ze opgewekt. ‘Maar in plaats van thrillers en bier huur ik een stuk of zes romantische komedies en verslind een doos chocolaatjes.’
Verdorie, dit voelde helemaal verkeerd aan. Hij propte zijn handen in de zakken van zijn spijkerbroek. Iemand die zoveel energie had gestoken in het creëren van een bijzondere kerst voor anderen, zou die dagen niet alleen moeten doorbrengen.
‘Het is gewoon een dag op de kalender, net zoals zoveel andere,’ voegde ze er glimlachend aan toe.
Hij wou maar dat ze stopte met het herhalen van zijn eigen woorden. ‘Klinkt dat nou net zo afgezaagd als ik het zeg?’ vroeg hij nijdig.
‘Veel afgezaagder.’ Nu flitste er een echte glimlach over haar gezicht. ‘Ik vind het heus niet erg om de kerstdagen zonder Will door te brengen. Echt niet. En ga nu naar bed, Mike. Je ziet eruit alsof je ieder moment kunt omkieperen van uitputting.’
Tegen zoveel ondoordringbare opgewektheid kon hij niet op. Dus deed hij wat zij deed en speelde alsof er niets met hem aan de hand was. Hij liep naar zijn huis, nam een douche, schoor zich en kroop in zijn bed. En lag daar nog minstens een halfuur in te draaien en te woelen.
Erica deed de deur dicht en leunde ertegenaan. Waarom was slechts één begripvolle blik van de kluizenaar genoeg geweest om haar zelfbeheersing te ondermijnen?
Ze merkte opeens dat ze te hard in de zak met fruit kneep – wat vast niet best was voor de bananen – slikte haar tranen weg en liep naar de keuken om de boodschappen uit te pakken. Door alle activiteiten die aan Wills vertrek vooraf waren gegaan, leek het alsof er in het huis een bom was ontploft. Schoonmaken zou haar in ieder geval afleiden.
Ze zette de ketel op om een kop thee te maken en at het laatste koekje op dat nog in de trommel zat. Ze hoefde nu niets lekkers meer te bakken voor Kerstmis, dus misschien zou ze zelfs een paar pondjes kunnen afvallen.
Haar blik dwaalde naar de keukenklok nadat ze het hete water in een beker had geschonken en er een theezakje in had gehangen. Will zat inmiddels drie uur in de lucht. Hij had vast al gegeten en zou nu helemaal opgaan in een spelletje of een film.
Terwijl haar thee stond te trekken, liep ze naar de bijkeuken om de wasmachine vol te laden. Heel even drukte ze een van Wills pyjama’s tegen haar borst. Het enige moment dat hij even had getwijfeld, was tijdens het afscheid geweest. ‘Bedenk eens wat een pret je zult hebben,’ had ze op enthousiaste toon gezegd. ‘En denk eraan… ik wil een heleboel foto’s, vooral van oma op een kameel.’
Jeffs moeder had naar Wills trillende onderlip gekeken en daarna naar Erica, die fanatiek had staan knipperen tegen haar tranen. ‘Alleen als we er eentje kunnen vinden zonder bult,’ had ze toen snel gezegd.
Will was in de lach geschoten. ‘Oma, die zijn er helemaal niet!’
‘O, misschien ben ik in de war met een olifant,’ zei oma. ‘Wel, daar ga ik ook niet op rijden.’
‘Oma! Er zijn helemaal geen olifanten in Dubai.’
Vastberaden had de oudere dame haar kleinzoon in de richting van de vertrekhal geduwd. ‘Maar goed dat jij bij me bent. Dan kun je me tenminste vertellen hoe het er daar aan toegaat.’
‘Dag, mam! We bellen je wanneer we zijn aangekomen.’
Erica controleerde de tijd nog een keer op haar horloge en rekende uit hoelang dat zou duren. Een vlucht van zeventieneneenhalf uur. Daarna nog twee uur voor de douane en immigratie en de rit naar Jeffs huis en…
Ophouden, dacht ze.
Haastig propte ze Wills pyjama in de wasmachine en zette hem aan. Op het moment dat ze terug slenterde naar de keuken, ging haar mobiele telefoon. Zelfs al wist ze dat het Will nog niet kon zijn, toch begon haar hart te bonzen. Idioot!
Toen ze op het schermpje keek, zag ze dat Vonnie de beller was, dus besloot ze niet op te nemen. De makelaar moest maar een boodschap inspreken. Het huis was niet netjes genoeg voor een bezichtiging, en bovendien had ze geen zin in mooipraterij, al was dat nog zo goed bedoeld. Bij nader inzien was ze ook niet in de stemming voor schoonmaken.
In plaats daarvan nam ze haar beker thee mee naar haar slaapkamer, waar ze in een hoek een werkplek had gecreëerd. Ze zou verdergaan met de freelance opdrachten die ze nog had liggen, besloot ze terwijl ze plaatsnam achter haar computer. Een daarvan was een lastminuteartikel voor een krant over het vervaardigen van kerstornamentjes. Dat deed haar weer denken aan de halve kerstboom in het portiek. Ze stond op en ging weer zitten. Grote goedheid, beslis nu eindelijk eens wat je wilt gaan doen, zei ze streng tegen zichzelf.
Ze wierp een blik in de richting van Mikes werkkamer terwijl ze wachtte totdat haar laptop opgestart was. Je bent een triest geval, dacht ze. Zichzelf dwingend om zich te concentreren, zette ze haar vingers op het toetsenbord.
Kerstornamentjes hoeven helemaal niet duur te zijn. Als je de kinderen betrekt bij…
Ze pauzeerde even om een slok thee te nemen en brandde prompt haar tong. Met tranen in haar ogen – alleen door de hete thee – typte ze verder.
…het maken van de decoraties, worden het momenten die je je leven lang zult koesteren.
Ze werkte door zonder voor een avondmaaltijd te pauzeren. Ze hield zichzelf op de been met een zak chips die ze achter haar bureau leegat. Haar mobiele telefoon ging opnieuw. Weer was het Vonnie. Ze negeerde hem, helemaal opgaand in een roes van nerveuze productiviteit. Om negen uur had ze twee artikelen klaar. ‘Zie je nu wel,’ zei ze hardop. ‘Zo moeilijk is dit niet.’
Heimelijk keek ze op haar horloge. Nog maar vijfenhalf uur voordat Will zou bellen om te zeggen dat ze veilig waren aangekomen. ‘Het kan me niet schelen dat het hier dan halfvier in de nacht is,’ had ze tegen Jeffs moeder gezegd. ‘Bel maar gewoon.’
Omdat ze zich nu een stuk minder kwetsbaar voelde, checkte ze Vonnies boodschappen.
De makelaar liep over van opwinding. ‘Dit ga je niet geloven, maar je hebt een bod… ze bieden de vraagprijs! En er is nog meer goed nieuws…’
Erica wiste de boodschap voordat ze hem helemaal had afgeluisterd.
Dit is goed nieuws, zei ze nijdig tegen zichzelf. Geweldig nieuws. Ze dwong zichzelf om naar Vonnies tweede berichtje te luisteren. ‘Wel, ik neem aan dat ik morgen wel iets van je zal horen, en dan vieren we de verkoop.’ De stem van de makelaar klonk teleurgesteld. ‘De kopers vinden het trouwens prachtig wat je met de lichtjes hebt gedaan, vooral die waterval vanaf de bovenste verdieping. En ze zijn helemaal weg van de huiselijke uitstraling.’
Erica stond op en liep naar het raam. De bewoners van Lincoln Road hadden unaniem afgesproken de lichtjes pas de volgende avond te ontsteken, maar je kon desondanks een glimp opvangen van de kerstbomen met hun rode, groene en zilveren ballen, glinsterende slingers en magie.
Will was niet bij haar tijdens deze kerstdagen, en nu zouden ze dus binnenkort gaan verhuizen.