Hoofdstuk 11

 

 

 

Een jaar later…

 

Buiten begon het te sneeuwen. Zo te zien zou Towering Pines dit jaar dus toch een witte kerst krijgen.

Opgekruld in een hoekje van de bank nipte Gill glimlachend van haar gemberthee. Tegenover haar stond de magische Teaberry-kerstoom van dit jaar te glinsteren dat het een lieve lust was.

Haar aandacht werd plots getrokken door het geluid van schuifelende voetstappen. ‘Ik heb drie keer Santa Mouse moeten voorlezen voordat Claire eindelijk in slaap viel,’ verkondigde Gwen. ‘Ze wilde weten of de Kerstman vannacht de baby in haar kous zal stoppen.’

Met een tevreden zucht liet ze zich op de bank zakken. Ze was inmiddels acht maanden zwanger en straalde van geluk. ‘Ik zweer je dat ze net zo verlangt naar deze baby als Drew en ik. Maar ik vrees dat ze het krijgen van een babyzusje met de felbegeerde pony verwart.’

‘Drew kennende, zal ze beide krijgen.’

‘Ja, en ook nog een puppy en een jong poesje en de helft van de dierentuin van West Virginia, als ik hem zijn gang laat gaan. Dat hummeltje windt hem om haar pink, dat zweer ik je.’

‘Heb je daar dan bezwaar tegen?’

‘Nee,’ antwoordde haar tweelingzus, wier ogen begonnen te glanzen van liefde. ‘Hij is een geweldige vader. Ik kan niet wachten om hem met deze baby te zien.’

Het was waar. Door de ontmoeting met Gwen was Drew veranderd in een echte familyman. Zo zie je maar wat liefde met een mens kan doen, dacht Gill, afwezig haar hand op haar buik drukkend. Zij had haar eigen kerstverrassing, die ze vanavond zou gaan delen.

‘Waar zijn de mannen trouwens?’ vroeg Gwen. ‘Nog steeds bezig met het bezorgen van kerstbomen?’

‘Ik denk het wel.’

Nu Gwens zwangerschap al zo vergevorderd was, had Drew erop gestaan dat ze het tijdens deze kerstperiode kalmer aan zou doen, dus waren Gill en Oliver al vroeg naar hen toe gevlogen om hen te assisteren. Omdat Oliver zijn ware aard nooit verried, had hij Drew weten over te halen de bomen die over waren, te doneren aan behoeftige gezinnen in de buurt. ‘Moeten we niet wat Teaberry Magie verspreiden?’ had hij geplaagd.

Bij die herinnering moest ze geglimlacht hebben – dat deed ze tegenwoordig heel veel – want Gwen zei: ‘Een stuiver voor je gedachten.’

‘Ik dacht aan de Teaberry-legende – dat wij altijd dachten dat de bomen magische krachten hadden.’

‘Nou, we hebben die magie wel gekregen, nietwaar?’

Gill schudde haar hoofd. Gwen mocht dan inmiddels vier jaar getrouwd zijn, maar ze was nog steeds hopeloos romantisch. Voordat ze haar zusje kon tegenspreken, werd de voordeur geopend en kwamen er drie met sneeuw bedekte mannen het huis binnen. Alle drie even knap, maar slechts één van hen deed Gills hart sneller kloppen. Terwijl Oliver zijn laarzen losknoopte, legde ze opnieuw haar hand op haar buik.

‘Man, ik mis Californië,’ zei Brody, de sneeuw van zijn pet kloppend. Hij was bijna twintig en leek als twee druppels water op zijn vader. ‘Daar hoef je niet bang te zijn dat je auto in de sneeuw vast blijft zitten.’

‘Nee, daar zit je altijd vast in de file,’ plaagde Drew.

‘Heel lollig, pap. Ik ga Susan even bellen. Eens kijken of zij meer medelijden met me heeft.’

‘Dan zou ik maar voortmaken. Er zou iets gebeurd kunnen zijn sinds je haar laatste sms’je hebt gekregen.’

Brody stak zijn tong uit en verdween naar boven.

‘Ik zweer het je,’ zei Drew terwijl hij zich bij hen voegde in de woonkamer, ‘die twee zijn onafscheidelijk.’ Hij nam naast Gwen plaats en gebaarde dat ze haar voeten in zijn schoot moest leggen. ‘Heb ik het verhaaltje voor het slapengaan gemist?’ vroeg hij. Hij schoof haar slippers uit en begon haar voeten te masseren.

‘Ik vrees van wel, maar het zou me niet verbazen als er een tweede ronde komt.’

‘Dan neem ik die voor mijn rekening. Jij kunt beter gaan slapen. Morgenochtend staat ze bij het krieken van de dag voor onze neus.’

‘Ongetwijfeld toegejuicht door haar papa, die even dol op Kerstmis is als zij.’

Gill keek naar hem totdat ze een paar sterke handen op haar schouders voelde. ‘Heb je me gemist?’ fluisterde een stem in haar oor.

‘Altijd,’ fluisterde ze terug.

Oliver drukte even zijn lippen in haar hals, waardoor er onmiddellijk tintelingen door haar lichaam voeren. Ze waren nu acht maanden getrouwd, en zijn aanraking wond haar nog steeds evenzeer op als de eerste keer. Ze vermoedde dat dat nooit zou veranderen.

‘Zijn alle bomen bezorgd?’

‘Allemaal. De Teaberry Magie is nu gedistribueerd.’

‘Gill en ik hadden het net over de legende,’ zei Gwen. ‘Ze stond op het punt me te vertellen – zoals ze ieder jaar doet – dat magische bomen niet bestaan, nietwaar zusje?’

Gill keek om zich heen en zag enkel de liefde en het geluk dat van de mensen afstraalde die haar het meest dierbaar waren. Gwen en Drew, die samen hun tweede kindje verwachtten en liefde en vertrouwen hadden gevonden op de Teaberry Farms. En dan de man die achter haar stond.

Haar man.

Dankzij het kerstfeest had zij hem ontmoet. Het leven zou zoveel leger zijn als ze hem niet was tegengekomen. Ze dacht aan het bestaan dat ze samen hadden geschapen en hoe blij hij zou zijn wanneer ze hem vertelde dat hij vader zou worden. Vanavond, onder de Teaberry-kerstboom.

‘Ik weet het niet,’ antwoordde ze terwijl haar blik naar de boom dwaalde. ‘Misschien schuilt er toch een kern van waarheid in die legende.’