Hoofdstuk 5
De daaropvolgende week werkten Brody en Drew samen met Max in een koortsachtig tempo door. Ze ruimden de laatste rommel op en hakten de bomen voor de klanten. Op de vrijdag voor de opening belde Max op om te laten weten dat hij pas die middag kon komen, omdat zijn vrouw Sunny naar de dokter moest. Na een stevig ontbijt liepen Drew en Brody naar de achterdeur.
‘Max heeft gezegd dat we vandaag de ontbrekende planken in de schuren zouden kunnen vervangen,’ legde Drew aan Gwen uit terwijl ze hun jassen aantrokken. ‘Ik denk dat we die klus samen wel kunnen klaren.’
‘Natuurlijk. En we kunnen meteen ook dat stalletje wel even opzetten,’ mopperde Brody. ‘Een vrije ochtend na al dat sloven in het bos is waarschijnlijk niet zo’n goed idee.’
Bij het zien van de verwarde blik op Drews gezicht voelde Gwen dat haar borst samentrok van bezorgdheid. Drew en zijn zoon hadden de afgelopen dagen zo goed met elkaar overweg gekund dat het haar verbaasde dat Brody juist deze ochtend uitkoos om weer knorrig te worden. Ze vermoedde dat Max waarschijnlijk als buffer of scheidsrechter had gediend en vroeg zich nu bezorgd af of vader en zoon na twee geweldige weken van kameraadschap nu misschien weer in een gevecht verwikkeld zouden raken, zonder dat er iemand was om tussenbeide te komen.
Toch liep Drew naar de deur en volgde Brody hem naar buiten. Toen waren ze uit het zicht verdwenen. Nu kon ze niets meer doen om te voorkomen dat het zou misgaan tussen hen. Bezorgdheid maakte zich opnieuw van haar meester, en ze wist dat ze bezig moest blijven om te voorkomen dat ze de hele ochtend zou lopen piekeren.
Ze bracht Claire en het schommelstoeltje naar de woonkamer. Hoewel ze in alle kamers het meubilair, de wanden en de tapijten al had gestofzuigd, was deze kamer ergens onder aan haar schoonmaaklijstje terechtgekomen. Alleen de eetkamer en de logeerkamers stonden daar nog onder. Vandaag zou ze hier aan de slag gaan.
Ze stofzuigde alles opnieuw om het laatste restje stof dat bij de eerste beurt was ontsnapt, ook nog te pakken te krijgen. Daarna zeemde ze de ramen en sopte het houtwerk. Toen de kamer schoon was, keek ze om zich heen. Ze had de kerstversiering en de slingers waarmee ze de hal had gedecoreerd van thuis meegenomen om ervoor te zorgen dat, als Jimmy Lane mocht besluiten hen onaangekondigd te bezoeken, hij in een mooie ontvangsthal terecht zou komen. Maar nu deze kamer schoon was, schreeuwde de schouw boven de open haard ook om versieringen. En misschien een paar kousen?
Ze had slechts voldoende decoraties meegebracht voor de hal en had thuis ook niets meer wat ze kon missen. Daarom liep ze naar de zolder. Mensen die hun meubels bij een verhuizing niet meenamen, lieten vaak ook de inhoud van zolders achter. Misschien lag daar nog wat kerstversiering.
Ze trof een ware schatkist aan op de zolder. Omdat alles verpakt zat in luchtdichte dozen, waren de ornamenten, slingers, lichtjes, kousen en de ster voor boven in de kerstboom nog als nieuw. Ze droeg de dozen naar beneden. Voordat ze met versieren kon beginnen, moest ze Claire eerst in bed leggen.
Toen ze in de keuken bezig was het flesje klaar te maken, zag ze melk in de koelkast staan en kreeg nog een idee. Ze had zich de hele ochtend zorgen gemaakt over Brody en Drew, en het was pas elf uur. Het zou nog minstens een uur duren voordat ze binnenkwamen en zij kon peilen hoe ze het er zonder Max vanaf hadden gebracht. Maar als ze hen nu eens warme chocolademelk ging brengen? Dan zouden ze gedwongen zijn te pauzeren en kon zij uitvinden of ze nog steeds bezig waren ruzie te maken.
Ze voedde Claire, legde haar in bed, maakte warme chocolademelk en nam een thermosfles met hete chocolademelk en papieren bekertjes mee naar buiten. Omdat ze Drew en Brody nergens zag, gluurde ze in de schuur, en daar stonden ze, gebogen over een stel planken die zwart zagen van ouderdom.
‘Ik denk dat we deze planken beter mee naar buiten kunnen nemen om ze daar op maat te zagen in plaats van ze eerst hier te gaan staan opmeten,’ zei Drew. ‘Wat stel jij voor?’
Brody leunde nonchalant tegen een steunbalk. ‘Je zegt het maar.’
‘Kom op, Brody. We gaan morgen open. Hier hebben we nu echt geen tijd voor.’
Besluitend dat dit het moment bij uitstek was om hen te onderbreken, stapte Gwen de schuur binnen. ‘Hé, hoe gaat het hier? Ik heb warme chocolademelk voor jullie.’
Brody keek dankbaar in haar richting. Drew trok zijn handschoenen uit voordat hij haar de thermosfles uit handen nam. ‘Geweldig. Ik sterf van de dorst.’
‘Ja, en dat terwijl het huis slechts honderd meter hier vandaan ligt en we dus gemakkelijk een glas water zouden kunnen gaan drinken,’ sneerde Brody.
‘Als je dorst hebt, hoef je alleen maar even naar binnen te lopen om iets te gaan drinken, hoor.’
‘Om daarna wanneer ik terugkom, onderworpen te worden aan een derdegraads verhoor over de reden waarom ik even weg wilde?’
Gwen, die besefte dat ze op het punt stonden echt ruzie te gaan maken, wees naar iets wat aan de muur hing en zei snel: ‘Hé, kijk eens, een oude slee.’
Die opmerking was onverwacht genoeg om hen beiden het zwijgen op te leggen. Ze keken allebei in de richting die ze aanwees.
Drew glimlachte. ‘Zo eentje heb ik in geen eeuwen gezien.’
Gwen keerde zich naar Brody. ‘Kun je sleetje rijden?’
‘Ik kan snowboarden en skiën…’
‘Dan zul je een ouderwets ritje op zo’n slee vast geweldig vinden,’ zei ze, en ze wendde zich tot Drew. ‘Als jullie nu eens tien minuten pauzeren en proberen uit te vinden of dat oude ding het nog doet?’
Drew keek Brody aan. Brody keek naar Drew. Die haalde zijn schouders op. ‘We moeten die planken op maat zagen, maar dat kunnen we vanmiddag ook doen, voordat we met Max het bos in gaan om de laatste bomen te kappen die we morgen nodig hebben.’
Body’s ogen begonnen te glanzen. ‘Echt? Gaan we even pauzeren?’
‘Tot Max er vanmiddag is.’ Drew wees op de slee. ‘Haal die maar van de muur, dan gaan we eens kijken of hij het nog doet.’
Brody tilde de slee van het rek aan de muur.
Drew opende de deur voor hem, en hij droeg hem naar buiten. ‘Mijn vader heeft me vaak verteld over een heuvel achter het huis waar hij vanaf sleede. Waarschijnlijk is dat deze. Laten we kijken of we hem kunnen uittesten.’
Gwen volgde hen op de voet. De babyfoon zat in haar zak, dus ze wist dat ze Claire zou horen als ze wakker werd. Bovendien bleven ze in de buurt van het huis. Ze kon een paar minuten toekijken terwijl Drew en Brody de slee uitprobeerden, voordat ze weer naar binnen moest om aan de lunch te beginnen.
Ze waren een paar meter bij het huis vandaan toen Brody bleef staan en uitriep: ‘Allemachtig!’
Drew bleef eveneens staan. Zijn lach weerkaatste tegen de berg. ‘Dat is pas een heuvel!’
Brody greep de slee. ‘Ik eerst.’
‘Absoluut,’ zei Drew. ‘Jij mag proefkonijn zijn.’
Brody schaterde het uit. Hij zette de slee neer, liet er zich op zijn buik op neervallen en zoefde de heuvel af. Zijn lach steeg op naar Drew en Gwen, die zij aan zij op de top waren blijven staan.
Toen Brody beneden was aangekomen en de slee de heuvel op begon te dragen, keerde Drew zich naar Gwen toe. ‘Geef mij die babyfoon, dan kun jij hierna gaan.’
Ze deed een stap achteruit. ‘Nee, dat hoeft niet. Ik wil niet sleeën.’
‘Natuurlijk wel. Ik hoorde je lachen toen Brody zo’n pret had.’
Opnieuw deed ze een stap achterwaarts. ‘Ik weet het, maar ik ben een beetje bang.’
‘Bang? Heb je dit dan nog nooit eerder gedaan?’
‘Ja, toen ik een jaar of twaalf was, maar daarna niet meer.’
‘Het is super,’ zei Brody, die de top weer had bereikt en kennelijk het laatste deel van hun gesprek had gehoord. Hij bood haar de slee aan. ‘Ga jij maar.’
Heftig schudde ze haar hoofd.
Drew pakte de slee met één hand van Brody aan en omvatte haar hand met de andere. Voordat ze wist wat hij van plan was, werd ze op haar buik op de slee geduwd en landde Drew boven op haar. Ze had niet eens de tijd om te protesteren. Door het grote gewicht vloog de slee de heuvel niet af zoals hij bij Brody had gedaan, maar zwalkte dronken heen en weer en kiepte ondersteboven zodra ze de voet van de heuvel hadden bereikt. Drew rolde er vanaf, en Gwen belandde boven op hem. Door de val werd de adem uit haar longen geperst.
Ze probeerde adem te halen. Opeens drong het tot haar door dat ze boven op Drew lag. Hij keek knipperend met zijn ogen naar haar op, zij staarde op hem neer. Op dat moment waren ze even geen baas en secretaresse. Hij was niet oud, zij was niet jong. Ze waren slechts twee mensen die zich tot elkaar aangetrokken voelden.
De lucht leek opeens bezwangerd met beloftes. Het enige wat ze hoefde te doen, was haar hoofd ietwat voorover laten zakken, en ze kon hem kussen. Het enige wat hij hoefde te doen, was zijn hand ietwat verplaatsen, en hij kon haar achterwerk aanraken.
‘Hé, jullie zijn toch niet gewond, hè?’ Brody’s stem kwam met ieder woord dichterbij, en Gwen realiseerde zich dat hij van de heuvel af rende. Zijn gelaarsde voeten stopten naast haar, en ze sloeg haar ogen op om naar hem te kijken.
‘Nee hoor, niets aan de hand.’ Haar stem was echter verdacht hees. Vanaf het allereerst moment dat ze Drew had ontmoet, had ze al gevochten tegen dit vreemde gevoel. Hij was te knap. Iedere vrouw zou hem aantrekkelijk vinden. Nu ze boven op hem lag, was de sensatie onontkoombaar. Dat vreemde, vage, dromerige gevoel was verdwenen. Opeens overwoog ze daadwerkelijk of ze een relatie met hem kon aangaan.
Misschien.
Brody stak zijn hand uit. ‘Kom maar.’
Ze keek naar Drew. Hun blikken verankerden zich in elkaar, en je hoefde geen genie te zijn om te weten dat zijn gedachten in dezelfde richting waren gedwaald. Daarom leek het opeens alsof alles mogelijk was. Ze voelden zich niet slechts aangetrokken tot elkaar, ze werden vrienden. Of iets dergelijks. Het was alsof hun vriendschap op dat moment ontstond.
Zich realiserend dat ze te lang was blijven liggen, pakte ze Brody’s hand. Hij hees haar omhoog, en ze klopte de sneeuw van haar jas en spijkerbroek. Toen controleerde ze of de babyfoon geen schade had opgelopen, wat tot haar opluchting niet het geval bleek te zijn.
Ze zwaaide ermee in de richting van de Teaberrys. ‘Ik moet even bij Claire gaan kijken.’ Ze wachtte niet eens af hoe Drew zou reageren, maar rende zo snel mogelijk de heuvel weer op. Hijgend liep ze het huis binnen en keek even bij de nog steeds slapende baby. Daarna begon ze aan de lunch.
Ze weigerde na te denken over de mogelijkheid die door haar hoofd had gespeeld aan de voet van de heuvel. Maar ze schoot wel in de lach. Verdorie, hij had het toch voor elkaar gekregen dat ze op die slee ging liggen.
Ze maakte de lunch – soep en sandwiches – maar at niet samen met de Teaberrys. Terwijl zij lachten en praatten over het sleeën, voeren er vreemde tintelingen door haar lichaam, dus excuseerde ze zich en ging door met het versieren van de woonkamer. Ze mocht Drew. Ze mocht hem heel graag. Misschien verschilden ze dan af en toe van mening, maar op een bepaalde manier maakte dat hun relatie juist interessanter.
Kreunend schudde ze haar hoofd. Een relatie?
Ze begon te gehecht te raken aan Drew en aan zijn zoon. Wanneer ze weer vertrokken, zou zij gekwetst achterblijven. Ze herinnerde zich nog maar al te goed hoe alleen ze zich had gevoeld toen Nick haar in de steek had gelaten nadat ze hem had verteld dat ze zwanger was. Ze herinnerde zich de pijn, de verbijsterende triestheid omdat de man van wie ze dacht te houden niet genoeg om haar gaf om haar door haar zwangerschap heen te helpen. Het had haar zes maanden gekost om de depressie te bestrijden en nog eens drie om weer helemaal gelukkig te worden. Wilde ze werkelijk een herhaling van die pijn, terwijl ze de kans had om die te vermijden door simpelweg afstand te bewaren ten opzichte van haar baas?
Vastberaden Drew uit haar hoofd te zetten, concentreerde ze zich op het versieren van de kamer. Kousen werden aan de schouw van de haard gehangen. Kransen van kunstgroen, versierd met rode satijnen strikken hing ze langs de bovenzijde van de bruine gordijnen. Poppetjes die de Kerstman en zijn vrouw voorstelden, kregen een plaatsje op de salontafel die tussen de twee groengeruite banken stond die de haard flankeerden. Elfenfiguurtjes stonden her en der door de kamer verspreid, en toen ze klaar was, leek het vertrek wel de werkplaats van de Kerstman.
Ze ging zo op in haar bezigheid dat ze pas merkte dat Drew was binnengekomen, toen ze hem: ‘Wauw!’ hoorde zeggen.
Snel draaide ze zich om. ‘Vind je het mooi? Ze bloosde toen ze hoorde hoe gretig ze klonk, hoe ze bijna smeekte om zijn goedkeuring. Ze schraapte haar keel en bedwong haar enthousiasme een beetje. ‘Dit heb ik allemaal op de zolder gevonden. Er stonden dozen vol kerstversieringen.’
Hij stapte de kamer verder binnen. ‘Het is perfect.’ Hij keek om zich heen en wees toen op de plek voor een van de zijramen. ‘Maar ik denk dat je nog wel een boom nodig hebt.’
Ze lachte. ‘Nu ben ik op de Christmas Tree Farm en heb ik niet eens een kerstboom!’
Hij keek haar aan. Zijn donkere ogen sprankelden van waardering, maar ze zag ook nog iets anders. Iets wat dieper ging. Iets wat kriebels veroorzaakte in haar buik, haar hartslag deed versnellen en het vuur door haar aderen joeg. Het gevoel van belofte dat ze ook had ervaren toen ze aan de voet van de heuvel boven op hem had gelegen, keerde terug.
‘Ik zal er eentje voor je halen.’
Ze slikte en knikte, en toen was hij verdwenen. Ze liet zich op de bank ploffen. Het speet haar niet dat ze hem en Brody chocolademelk had gebracht. En het speet haar al evenmin dat ze voorgesteld had om te gaan sleeën. Het speet haar al helemaal niet dat ze boven op elkaar waren beland aan de voet van die besneeuwde heuvel. Maar ze had er absoluut geen idee van wat ze aan moest met de gevolgen daarvan.
Drew liep rechtstreeks naar de keuken, pakte zijn jas en liep de sneeuw weer in. Hij had dringend behoefte aan wat kou om af te koelen. Gwen was niet slechts lief en schattig, maar het leek ook alsof ze zijn gedachten kon lezen. Alles wat er naar zijn mening gedaan had moeten worden, had zij gedaan, inclusief het versieren van het huis voor zijn zoon. Als hij haar baas niet was, zou hij niet in staat zijn weerstand aan haar te bieden.
Hij was echter wél haar baas en hij was ook twaalf jaar ouder dan zij. En hij was een workaholic. En zij…
Hij bleef staan. De sneeuw dwarrelde op zijn schouders en bleef hangen aan zijn wimpers toen hij in verwarring bleef staan op de oprijlaan van het huis van zijn familie.
Hij wist eigenlijk niets van Gwen. Hij wist dat ze een kind had en een tweelingzusje. Ze hielp hem met zijn zoon, maakte zijn huis schoon zodat hij erin kon leven, kookte en assisteerde hem als secretaresse, maar in feite wist hij helemaal niets van haar.
Was hij egoïstisch of was dit een vorm van zelfbehoud? Het zou immers niet slim zijn als hij iets voor haar ging voelen. Ze waren niet goed voor elkaar, en bovendien zou hij binnenkort weer vertrekken. Dan zou zij…
Verdraaid! Hij had er geen idee van wat ze ging doen wanneer hij vertrok. Toen hij had geprobeerd haar te ontslaan, had ze hem verteld dat ze het zich niet kon veroorloven deze baan aan haar neus voorbij te laten gaan. Hij had niet ver genoeg vooruitgedacht om zich te realiseren dat ze zodra hij weer vertrokken was, geen geld meer verdiende. Althans niet bij hem.
Ze had het voor elkaar gekregen dat hij haar iets meer betaalde dan ze in eerste instantie hadden afgesproken, maar hoe ze Claire en zichzelf moest onderhouden wanneer hij weer was vertrokken, wist hij niet.
Resoluut schudde hij zijn hoofd. Daar kon hij niet over nadenken. Ze was een intelligente, ontwikkelde vrouw die het prima zou redden. Als hij zich met haar leven ging bemoeien, zou hun band nog hechter worden, en misschien zou hij dan niet meer in staat zijn zich los te maken wanneer hij weg moest gaan. En dat zou rampzalig zijn. Zij was mooi en jong genoeg om hem binnen een paar weken te vergeten, en wat zou er dan met hem gebeuren? Hij zou alleen zijn in North Carolina, zich hopeloos afgewezen voelen, vergaan van de pijn, net zoals hij had gedaan toen Olivia hem verliet.
Hij ging op weg naar de schuur in de hoop dat Max al was gearriveerd, zodat hij Gwen uit zijn gedachten kon zetten. In plaats daarvan passeerde hij haar gammele autootje en zag dat er sinds die ochtend al minstens tien centimeter verse sneeuw was gevallen. En de sneeuwstorm was nog maar net begonnen. Ze zou die bergweg vanavond moeten afdalen in dertig centimeter verse sneeuw.
Opeens maakte een beschermend gevoel zich van hem meester. Hij moest haar ten minste de gelegenheid geven om hier te blijven logeren. Als hij van plan was om haar veertien uur per dag te laten werken, moest hij zijn eigen angsten vergeten en aan haar veiligheid denken.
Omdat Claire die middag lang had geslapen, nam Gwen haar die avond mee aan tafel. Terwijl ze plaatsnam, gluurde Drew naar het kleine meisje, alsof hij ieder detail in zijn geheugen wilde prenten. Toen richtte hij zijn aandacht op Brody en praatte met hem over het stalletje dat ze samen met Max hadden opgezet.
Gwen vond het prettig dat ze niet betrokken werd bij het gesprek. Na het sleeën en de blik die hij haar had geschonken toen ze het over de kerstboom hadden gehad, wist ze dat ze elkaar beter konden negeren.
Na het eten stond ze op en begon aan de afwas. Brody ging naar zijn kamer, en toen Drew naar zijn kantoor vertrok, herinnerde hij haar eraan dat ze die avond opnieuw moesten werken.
Na de afwas pakte ze Claires draagstoeltje en volgde Drew naar het kantoor. Toen ze binnenstapte, was hij geconcentreerd bezig een document te lezen. Ze zette Claire neer.
‘Heeft ze daar geen bezwaar tegen?’
De vraag verraste Gwen niet. Ze had gezien dat hij tijdens het eten naar Claire had gestaard en wist dat hij niet klaagde, maar haar juist liet weten dat hij het goed vond dat de baby erbij was.
‘Zolang ze mij kan zien, is er niets aan de hand.’
Drew legde het contract dat hij had zitten lezen op het bureau, wreef met zijn handen over zijn gezicht alsof hij iets op zijn hart had en zei toen: ‘Dat zal moeilijk worden als je een echte baan gaat vinden.’
Ze fronste. Dat was een vreemde opmerking, vooral omdat hij haar tot dan toe nauwelijks had gevraagd iets over zichzelf te vertellen.
Toch kon ze dit niet negeren. ‘Ik ga voorlopig niet werken. Zodra we klaar zijn, gebruik ik het geld dat ik hier heb verdiend om van te leven terwijl ik mijn studie afmaak.’
Hij boog zich voorover in zijn stoel. ‘Ben je dan al zo ver gevorderd met je studie?’
Ze knikte glimlachend. Het was een fijn gevoel om een plan te hebben in plaats van te dromen of te wensen. ‘Ik moet nog één semester, dus ik moet nog colleges volgen, maar zal me voornamelijk bezighouden met lesgeven aan andere studenten, wat een goede voorbereiding is op mijn carrière.’
Zijn ogen lichtten op. ‘Word je lerares?’
‘Ja. Als ik de komende vier maanden dus niet voor de klas sta, of zelf colleges volg, kan ik bij Claire zijn. Ik hoop dat ik haar geleidelijk kan laten wennen aan de dagopvang, voordat ze daar iedere dag acht uur moet gaan doorbrengen.’
Hij glimlachte. ‘Je hebt het allemaal al uitgedacht.’
‘Ik zal wel moeten. Ik kan niets aan het toeval overlaten.’
‘Dat neem ik wel aan.’ Hij staarde even naar de pen in zijn handen en keek haar toen weer aan. ‘Over toeval gesproken… is er een kans dat je zou willen overwegen hier ’s nachts te blijven?’ Hij bloosde aandoenlijk. ‘Nee, dat zeg ik verkeerd. Alles is veranderd sinds ik heb besloten de Christmas Tree Farm weer te openen. Jij werkt overdag acht uur in het huis, en ’s avonds nog eens vier uur voor mij.’ Hij wreef even over zijn nek. ‘Ik maak me zorgen wanneer je over die bergweg naar huis rijdt.’
Het warme gevoel in haar buik was op slag terug. Hij maakte zich zorgen om haar…
Ze riep die gedachte onmiddellijk een halt toe. Voor haar dromerige, schoolmeisjesachtige kant mocht dat misschien heerlijk klinken, maar het was niet slim als twee mensen die iets voor elkaar begonnen te voelen, in hetzelfde huis overnachtten. Dat moest hij toch even goed weten als zij.
Ze gluurde vanonder haar wimpers zijn kant op.
Hij hield haar blik vast. ‘Oké, tijdens dat sleetochtje is één ding heel duidelijk geworden.’ Hij zweeg even om diep adem te halen. ‘Ik denk dat we beter eerlijk onder ogen kunnen zien dat we ons tot elkaar aangetrokken voelen.’
De adem stokte in haar keel. Ze likte langs haar lippen, die plots droog aanvoelden. Hij had gelijk. Sinds die val van de slee konden ze geen van beiden meer doen alsof er niets aan de hand was. Toch had ze niet verwacht dat hij er zo ronduit voor zou uitkomen.
‘Maar onze levens zijn te verschillend. Ik ga niet aan iets beginnen waarvan ik weet dat het verkeerd is. Dus als je hier ’s nachts wilt blijven, heb je van mij niets te vrezen.’
Zijn verzekering zou haar gelukkig moeten maken. Hij had per slot van rekening gelijk wat die rit naar de stad betrof. Maar in plaats daarvan deed haar hart pijn. Haar trots was gekwetst. Hij mocht zich dan tot haar aangetrokken voelen, maar dat wilde hij absoluut niet. Die boodschap had hij iedere dag al op allerlei subtiele manieren uitgezonden, en zij had het begrepen. Daarom had ze haar eigen gevoelens onder controle kunnen houden. Maar ze had die gevoelens wel, en als ze nog meer tijd met hem doorbracht, zou dat slechts de vlam voedden.
Ze voelde zich niet alleen aangetrokken tot hem. Ze koesterde echte gevoelens voor hem en ze begon zich te zeer op haar gemak te voelen in het huis.
Even sloeg ze haar ogen neer, en toen keek ze weer naar hem op. ‘Mag ik daar even over nadenken?’
Hij knikte, misschien een tikje te gretig, alsof hij blij was dat dit moeilijke gesprek voorbij was. ‘Natuurlijk.’
Het hart zonk haar in de schoenen. Natuurlijk was het goed dat ze had besloten afstand te bewaren, maar het viel niet mee om hem ronduit te horen zeggen dat hij eigenlijk niets met haar te maken wilde hebben.