Hoofdstuk 1

 

 

 

Bang, bang, bang!

Mike werd met een schok wakker. De adrenaline gierde door zijn lijf, en hij keek even gedesoriënteerd om zich heen. Fel zonlicht priemde door dunne gordijnen.

Zijn wilde hartslag kalmeerde. Hij bevond zich in een voorstadje van Auckland in Nieuw-Zeeland. Het was december, en die afschuwelijke gordijnen moesten nodig vervangen worden. Dat was hij al tijden van plan. Al drie jaar en zeven dagen sinds…

Zijn gedachtegang werd onderbroken door een nieuwe roffel op de deur, die duidelijk maakte dat degene die aanklopte niet van plan was weg te gaan. Mike rolde op zijn buik en keek op de wekker – het was middag. Hij had pas vier uur geslapen. ‘Wel verdraaid!’

Hij sloeg het laken van zich af, sleepte zichzelf het bed uit en banjerde de trap af. ‘Wat moet een vent doen om hier een beetje nachtrust te krijgen?’ Als het niet iemand was die zijn grasveld zo nodig moest maaien, dan waren het wel kinderen die gillend ronddraafden. Of het was een makelaar die ongevraagd aanbelde. Of een van zijn ellendige buren. ‘Ik weet dat je ’s nachts werkt, Mike, dus ik zal je niet al te lang ophouden, maar…’

Binnensmonds mompelend: ‘Hoe zou jij het vinden als ik je om vier uur ’s nachts uit bed belde,’ trok hij de deur open en staarde knipperend in het zonlicht. Erica Owens. De enige buurvrouw die heel goed wist dat ze hem met rust moest laten. De enige van wie hij soms dacht dat het plezierig zou zijn om haar wat beter te leren kennen.

Haar ogen waren groot van schrik bij het zien van zijn staat van ontkleding, en Mike bedacht opeens iets vreselijks. Omlaag kijkend, zag hij tot zijn opluchting dat hij zijn onderbroek wel aan had.

‘O jeetje,’ zei ze vol afschuw, ‘en ik had dit zo zorgvuldig gepland.’

Wilde ze hem juist graag naakt zien? Hij schudde zijn hoofd in de hoop het laatste restje slaap kwijt te raken.

‘Ik heb opzettelijk deze zondag gekozen, omdat je dan de afgelopen nacht niet hoefde te werken…’

Haar blik dwaalde opnieuw over hem heen, en opeens was hij zich ervan bewust hoe hij eruitzag. Verwarde donkere haren, een kin vol stoppels, bloeddoorlopen groene ogen en een adem die stonk naar drank. Hij zuchtte, wel proberend een andere kant uit te blazen. ‘Wat heeft dat schoffie nu weer uitgehaald?’

‘Niets!’ Erica probeerde verontwaardigd te klinken, maar haar ogen – die warmbruin waren – verrieden haar amusement. Wanneer je diep in die ogen keek, zag je precies wat ze dacht.

Mike wenste dat hem dat nooit was opgevallen.

Hij woonde nu acht maanden in dit huis, dat hij via internet had gekocht terwijl hij eigenlijk van plan was geweest iets te huren tijdens de twee jaar die zijn contract duurde. In al die tijd hadden ze elkaar vier keer gesproken.

De eerste keer was geweest toen ze hem, bij wijze van welkom in de buurt, een schaal koekjes had gebracht. Hij was echter niet in Nieuw-Zeeland om vrienden te maken. Hij was hier om te werken, geld te verdienen en… zich te verstoppen. Die boodschap was luid en duidelijk bij haar overgekomen. Het had echter heel wat langer geduurd bij zijn andere buren.

De daaropvolgende drie gesprekken met Erica Owens waren allemaal in het bijzijn gevoerd van haar achtjarige zoon, Will, die ze naar hem toe had gestuurd om zijn verontschuldigingen aan te bieden.

De eerste keer omdat het jochie zonder toestemming op Mikes dak was geklommen om daar zijn bal vanaf te halen, die in de goot was beland.

De tweede keer omdat hij Mikes planten had platgetrapt toen hij over het hek was geklommen om zijn vlieger te pakken – niet dat Mike ook maar iets om die planten gaf.

De derde keer omdat hij per ongeluk een kras had gemaakt in de lak van Mikes BMW Z4 Coupé toen hij zijn evenwicht had verloren op zijn skateboard. Dat had Mike wel degelijk erg gevonden.

Niettemin mocht hij het joch, en dat wisten ze allebei. Hij waardeerde de manier waarop Will graag de wetten der natuur uittestte, vooral die van de snelheid en de zwaartekracht. In zijn vorige leven had Mike gehoopt op een zoon zoals Will.

Helaas was dit het leven wat hij uiteindelijk had gekregen.

‘Ik ben hier,’ begon Erica, ‘in mijn officiële hoedanigheid als lid van het Lincoln Road Kerstverlichting Comité.’

‘Ik zal mijn portemonnee even halen,’ zei hij berustend. Het was pas één december, en nu begonnen de mensen hun hand al uit te steken.

‘Nee, dat bedoel ik niet… Hoor eens, mag ik misschien heel even binnenkomen?’

Mike trok de deur achter zich dicht en gebaarde naar de houten schommelbank op de veranda, die daar was achtergelaten door de vorige eigenaar. Door die idiote hartjes die in de rugleuning waren gekerfd, begreep hij precies waarom. Jammer genoeg waren de kettingen waaraan de bank was opgehangen zo dik, dat er een kettingzaag voor nodig zou zijn om ze door te krijgen. Niet de moeite waard om te kopen, en hij voelde er niets voor om er eentje te lenen. Te persoonlijk.

Erica nam plaats, en hij liet zich op de houten reling zakken. Het zou natuurlijk wel zo beleefd zijn als hij een broek aantrok over zijn boxershort, maar als je andere mensen een onbehaaglijk gevoel schonk, bleven de gesprekken kort.

De zon brandde op zijn naakte rug en vergrootte zijn kater. Hij was jaloers op Erica, die in de schaduw zat. Haar schouderlange haar was bijeengebonden in een paardenstaart. Ze droeg een korte spijkerbroek en een rood T-shirt en zag er even fris uit alsof ze zo onder de douche vandaan was gestapt. Bij het zien van zijn taxerende blik, kruiste ze haar lange, gebruinde benen en schraapte haar keel.

‘Phil Mason – de voorzitter van het comité – heeft gezegd dat hij een brief in je brievenbus heeft gedaan over de kersttraditie die we in onze straat hebben, toen je hier kwam wonen. Klopt dat? Heb je hem gelezen?’

Mike haalde zijn schouders op. ‘Dat kan ik me niet herinneren, maar reclame gooi ik altijd meteen weg.’

‘O.’ Ze rechtte haar rug, waardoor de schommelbank even in beweging kwam. ‘Wel, die traditie is twintig jaar geleden begonnen door Burt Klausen, de oude man die voor jou in dit huis woonde. De hele straat versiert z’n huis met kerstlichtjes… zo uitbundig dat de mensen hier ’s avonds opzettelijk langsrijden en middernachtelijke files veroorzaken. Je zou kunnen zeggen dat we wereldberoemd zijn in Nieuw-Zeeland.’ Haar glimlach nodigde hem uit het grapje met hem te delen. Mike geeuwde. Haar glimlach dreigde het te begeven. ‘Burt verkleedde zich altijd als de Kerstman… dan stond hij bij zijn – jouw – hek en deelde de lollies uit die waren gedoneerd door de supermarkt.’

‘Dat is dus de verklaring voor het pak dat ik heb gevonden in de kast op de logeerkamer,’ zei Mike. ‘Ik dacht al dat de vorige bewoner er een vreemde fetisj op na had gehouden.’

Ze verraste hem door in de lach te schieten. ‘O, dat zou die oude Burt prachtig hebben gevonden. Hij beschouwde zichzelf nogal als een versierder.’

‘De perfecte Kerstman dus,’ sneerde Mike.

‘Dat was hij zeker.’ Tot zijn verbazing zag hij dat er tranen opwelden in haar ogen. ‘Sorry, we hadden een goede band.’ Ze knipperde de tranen weg. ‘Maar uiteindelijk is Burts wens uitgekomen. Hij wilde graag sterven in zijn eigen…’ Haar blik flitste naar de zijne.

‘Bed?’ vulde Mike aan. Geen wonder dat de makelaar zo weinig had willen onthullen over de vorige eigenaar. ‘Maak je geen zorgen. Ik heb er geen probleem mee om te slapen met geesten.’

Het zat hem niet lekker dat hij zich zo bewust was van haar. Van de lokjes die waren ontsnapt uit haar paardenstaart, van het geduld achter haar glimlach, van de gladde, lange benen.

‘Goed,’ vervolgde ze, ‘de lichtjes worden ontstoken op de dertiende december, twaalf dagen voor Kerstmis, en ze worden de zesentwintigste weer gedoofd. Je hoeft er niet aan mee te doen maar –’

‘Goed.’ Hij stond op, en zij deed automatisch hetzelfde. Maar goed ook, anders zou ze op dezelfde ooghoogte hebben gezeten als zijn boxershort.

‘Maar als je het niet doet, loop je het risico geboycot te worden,’ schertste ze.

‘Is dat een belofte?’

Ze stonden heel dicht bij elkaar op de smalle veranda, dus hij zag precies het moment waarop ze zich realiseerde dat hij het meende. Kleine spiertjes trokken samen in haar gladde gezicht, als een windvlaag die het oppervlak van een meer in beweging bracht. Toen liet ze zich opnieuw op de schommelbank zakken. Als tactische zet was het briljant. Nu was Mike zich onbehaaglijk bewust van zijn donkerblauwe onderbroek.

‘Burts dochter heeft de kerstlichtjes achtergelaten voor de nieuwe eigenaar.’

‘Die heb ik niet gevonden,’ loog hij.

‘Wel, je zou lichtjes kunnen kopen,’ hield ze vol. ‘Al zijn het er maar een paar. Als gebaar van goede wil zou dat zeer op prijs worden gesteld. Iedereen geeft uit wat hij of zij zich kan veroorloven.’

Mike glimlachte. ‘Zoals je ziet, Erica, kan ik me nog geen pyjama veroorloven.’

Haar blik flitste omlaag. Ze slikte en stond opnieuw op. De hemel zij dank! Hij had niet veel langer voet bij stuk kunnen houden. ‘Will en ik hebben veel te veel lichtjes. Mijn ex-man was elektricien… hij was dol op dat soort dingen. We kunnen ze aan jou lenen.’

Ondanks al zijn pogingen om een outsider te blijven, wist Mike dat Jeff Owens vorig jaar zijn gezinnetje in de steek had gelaten en nu in Dubai werkte.

Geroddel! Nog een reden om zijn buren te mijden als de pest.

‘Dat heeft geen zin,’ zei hij. ‘Ik ben hopeloos met klussen en ik heb twee linkerhanden. Een typische computernerd.’

Ze wierp een veelzeggende blik op zijn gespierde torso en armen. Hij weerstond de neiging om die voor zijn borst te kruisen. ‘Ik heb me het afgelopen jaar verdiept in het aanbrengen van kerstverlichting,’ zei ze. ‘Ik zou je een handje kunnen helpen.’

Die vrouw had kennelijk geen eigen leven! Hij schudde zijn hoofd en stuurde haar in de richting van het trapje. ‘Dat is allemaal leuk en aardig, maar denk eens aan al die verspilling van elektriciteit. Heel slecht voor het milieu. Nee, Erica. Ik denk niet dat ik dat met mijn geweten in overeenstemming kan brengen.’

‘Je zou lichtjes kunnen kopen die op zonne-energie werken,’ stelde ze droogjes voor.

‘Die zijn twee keer zo duur.’ De zachte huid van haar arm was zijdeachtig warm onder zijn vingertoppen. Ze geurde naar limoen en kaneel. Suiker en kruiden en alles wat lekker was… Mike liet haar arm onmiddellijk los. ‘Nee, ik zal me dit jaar tevreden moeten stellen met de gedachte dat ik gewetensvol heb gehandeld.’

 

‘Hij wil niet meedoen,’ zei Erica. ‘Dat is het slechte nieuws. Het goede nieuws is dat de drie andere nieuwe buren wel meedoen.’

Klus geklaard. Ze kon het afstrepen en zich richten op veel belangrijke zaken. Zoals de eindjes aan elkaar knopen om Will de beste kerst te geven die hij ooit had gehad.

Ze glimlachte naar hem. Hij zat in kleermakerszit onder de kerstboom – omdat de stoelen en de bank waren bezet door de leden van het comité – en richtte zijn blik op de schaal met cakejes die ze had gebakken om de teleurstelling te verzachten.

Haar blonde zoon sprong op en begon de cakejes rond te delen.

Aurora Beasley nam er twee. ‘Wel, je hebt je best gedaan,’ zei ze berustend. In haar volumineuze huisjurk zag ze eruit als een marshmallow toen ze zich weer op de tweezitsbank liet zakken en haar bord op haar schoot zette. ‘Meer zou Burt niet van je verlangd hebben.’

Het was laat in de middag. De felle zon verscherpte de schaduwen in haar weelderige decolleté, dat bepoederd was met geurende talkpoeder. In haar jonge jaren was Aurora variétédanseres geweest. Ze had Erica verteld dat ze op haar vijftigste de mannen had afgezworen. Op haar zestigste was ze gestopt met lijnen, en vanaf haar zeventigste had ze zich helemaal laten gaan. ‘Grote goedheid, wat is het heet. Zelfs voor december,’ voegde ze eraan toe, zichzelf koelte toewuivend met de agenda van het comité.

Vanaf de leunstoel waarin hij notulen zat te maken, staarde Phil Mason fronsend naar de verkeerd ingevulde officiële documenten. Hij zat in de lokale politiek en was dol op vergaderingen, op agenda’s en op een open bar. Erica had bij wijze van voorzorgsmaatregel de sherryfles al half leeggeschonken, want ze vreesde dat het kopje dat ze nodig had voor de kerstcake, anders niet zou overblijven.

Hij zette zijn bril recht en keek Erica fronsend aan. ‘Hoe hard heb je het geprobeerd?’

Even hard als iedereen zou hebben gedaan die van tevoren wist dat het een verloren zaak zou zijn. Voordat ze op Mikes deur had geklopt, had ze geweten hoe hij zou reageren. Zijn cynisme was nog moeilijker te kraken dan een walnoot. Maar misschien zat hij echt krap bij kas… Erica wist maar al te goed hoe dat was.

Toen hij de voordeur opende, had ze even een glimp opgevangen van zijn woonkamer. Slechts een tafeltje en een bank voor een open haard die was opgetrokken uit baksteen. Geen schilderijen, foto’s of prulletjes. Bierflessen op de tafel. Een wijnfles. Een omgevallen wijnglas en rode spetters op de goudkleurige vloer van kaurihout. Vliegen die rond zoemden boven een pizzadoos. Geen wonder dat hij haar niet binnen had laten komen.

En ze had hem nog nooit in iets anders gezien dan een oude spijkerbroek en een vaal T-shirt.

Tot vandaag.

Ze kromp inwendig even ineen bij de herinnering aan dat gespierde lichaam, maar concentreerde zich daarna onmiddellijk op het gezicht van de voorzitter, die duidelijk op antwoord zat te wachten. ‘Zo hard als ik kon, zonder mijn naaste buurman tegen de haren in te strijken,’ bekende ze.

Hun huizen stonden naast elkaar. Twee kleine, vrijstaande huizen, stammend uit het begin van de vorige eeuw, die amper een meter uit elkaar stonden. Voordat Burts familie het huis had verkocht, hadden ze het volledig gerenoveerd. De binnenmuren waren gesloopt, zodat er een grote woonkeuken was ontstaan, en in de achterzijde waren terrasdeuren aangebracht die toegang boden tot de tuin.

Alles wat Erica en Jeff hadden gepland, maar waar ze het geld niet voor hadden gehad. Een lucratief contract van drie maanden in Dubai had de perfecte financiële oplossing geleken.

‘Ik hoop dat je het niet al gaat opgeven bij de eerste hindernis,’ zei Dorothy Griffin. Door artritis was ze een broodmagere vrouw geworden met een messcherpe tong en broze botten. Ze masseerde haar gezwollen knokkels en voegde er op bijtende toon aan toe: ‘Jeff zou het zeker nog eens geprobeerd hebben.’

Erica’s ex was de voorzitter van het comité geweest totdat ze hem vorig jaar drie weken voor Kerstmis het huis uit had gegooid. Dorothy had haar die slechte timing nog steeds niet vergeven.

Erica had het zichzelf ook niet vergeven. Ze liet zich nog steeds regeren door haar pijn, haar woede, door het gevoel verraden en bedrogen te zijn. Zo zou ze het kerstfeest van haar zoon bederven.

Ze keek naar Will, zag dat hij haar bezorgd bestudeerde en schonk hem geruststellend een glimlachje. ‘Oké, ik ga het nog wel een keer vragen.’

Ze zag dat hij zich ontspande. Will was uiterst loyaal aan zijn vader, en zij deed haar best persoonlijke conflicten met haar ex buiten hun rol van ouders te houden.

‘Dat brengt me bij het tweede punt op de agenda,’ zei Phil. Erica zette zich schrap. Dit had ze verwacht. ‘Aangezien jouw kerstversiering altijd het showstuk van de straat was, stel ik voor dat je er dit jaar een professionele elektricien bij haalt.’

‘Dat voorstel steun ik,’ zei Dorothy. Dit hadden ze duidelijk samen gepland.

‘Wie gaat dat betalen?’ Aurora nam nog een cakeje. Stilte. ‘Dat dacht ik al. Negeer hen maar, liefje. Ik weet dat je even goed je best zult doen als die ellen…’ Haar blik flitste naar Will, en ze kuchte even achter haar hand. ‘…als Jeff altijd heeft gedaan.’

‘Nog zo’n fiasco als vorig jaar, en de energiemaatschappij zal haar sponsorschap intrekken,’ waarschuwde Phil. De korting op de energierekening was de enige commerciële sponsoring die de bewoners van de straat accepteerden. Voor velen was het de reden om mee te doen aan het festijn. ‘Burt had een speciale relatie met hen. Nu hij er niet meer is, kunnen we ons niet veroorloven dat er ook maar een lampje scheef hangt.’

Erica schoof even heen en weer op haar stoel. Zij had het vorig jaar verprutst – letterlijk – door buiten lichtjes te gebruiken die voor binnenshuis bedoeld waren. Die waren oververhit geraakt, waardoor er een kleine brand was ontstaan, wat tot gevolg had gehad dat Will en zij drie dagen zonder elektriciteit hadden gezeten.

Uiteindelijk had ze haar pogingen om een professionele elektricien te vinden, opgegeven en Jeff gebeld. Hij had geen woord gezegd – misschien omdat hij degene was geweest die de lampjes in de verkeerde doos had weggeborgen. Het had hem een week gekost om de elektrische bedrading en de schade aan het huis te repareren. ‘Je hebt het huis gelukkig niet laten afbranden,’ was het enige wat hij had gezegd voordat hij terugkeerde naar Dubai.

‘Ik heb alles onder controle,’ verzekerde ze Phil. ‘Ik heb een cursus gedaan, weet je nog? Er is niets wat ik niet weet over het installeren van kerstverlichting.’

De telefoon begon te rinkelen, en Wills gezicht klaarde op slag op. ‘Dat zal papa wel zijn!’

Erica wist nog net voor hem de hal te bereiken. ‘Hoor eens, liefje, ik moet eerst even met hem praten. Ga jij nog maar even rond met de cakejes, dan roep ik je wel wanneer ik klaar ben.’

Ze nam de telefoon op haar slaapkamer op en deed de deur achter zich dicht. ‘Jeff… met mij. Hoor eens, ik heb het Will nog niet verteld, dus zeg alsjeblieft niets tegen hem.’

‘Erica, we moeten verkopen.’

Ze streek een niet-bestaand kreukeltje uit de quilt op haar bed. ‘Na de jaarwisseling zal ik het huis te koop zetten, maar laten we tot na de kerst wachten om het aan Will te vertellen.’

‘Ik heb de makelaar al een potentiële koper doorgegeven, een vriend van een collega met wie ik hier samenwerk.’

Ze beet op haar lip. Zo snel al?

‘Je moet het hem vertellen, Erica.’

‘Dat zou jij ook kunnen doen.’ Zij torste het volledige ouderschap van dag tot dag op haar schouders, terwijl die ‘leuke pappie’ cadeautjes stuurde en twee keer per week belde.

‘Ik denk dat hij dat beter te horen kan krijgen van de ouder bij wie hij woont.’

Jeffs ontrouw had een einde gemaakt aan hun huwelijk, en nog steeds verwachtte hij vergiffenis en was woest omdat ze hem die niet wilde schenken. Hij had niet willen scheiden. Erica was echter opgegroeid bij ouders die bij elkaar waren gebleven omwille van hun kinderen. Ze wist wat dat deed met een kind.

Verbitterd had Jeff een verlenging van zijn contract in Dubai getekend, zonder stil te staan bij de consequenties die dat had voor Will. Hij had letterlijk de zoon in de steek gelaten die hem adoreerde.

Even dreigden ze opnieuw te vervallen in zinloze verwijten, maar toen haalde Erica diep adem en zei zacht: ‘Goed, ik zal het hem vertellen.’

‘Deze week nog.’

‘Ja, deze week nog. Ik zal je nu Will geven.’ Ze opende de slaapkamerdeur en liep met het toestel aan haar oor naar de trap. ‘Ik zit midden in een vergadering over de kerstverlichting.’

‘Zit jij in het comité?’ Zijn geamuseerde toon maakte haar woedend.

‘En wat wil je daarmee zeggen?’

‘Na vorig jaar –’

‘Ik heb een cursus gedaan.’

Hij schoot in de lach. ‘Wat goed van je.’

Ze omklemde met haar vrije hand de balustrade. ‘En ik ben erin geslaagd om alle bewoners van de straat mee te laten doen.’ Dat was hem nooit gelukt.

‘Echt?’ Natuurlijk zouden ze er zonder hem nooit iets van terechtbrengen, leek hij te denken. ‘Iedereen?’

Erica kruiste haar vingers. ‘Ja, iedereen.’