Hoofdstuk 3

 

 

 

Bang, bang, bang.

Kreunend trok Mike het kussen over zijn hoofd. Dit keer zou hij niet reageren.

Bang! Bang! Bang! Vaag hoorde hij een kinderstem. ‘Mike! Help!’

Hij rolde uit het bed, trok zijn spijkerbroek aan, rende de trap af en zag dat Will zijn gezicht en zijn handpalmen tegen het glas in de voordeur had gedrukt. Hij rukte de deur open. ‘Wat is er aan de hand?’

‘Mama zit vast op het dak! Kun je even komen?’

‘Ik zal even een T-shirt aantrekken.’ In de bijkeuken trok hij een schoon shirt uit een stapel kleren die op de wasdroger lag.

Buiten zag hij een uitschuifbare ladder tegen de zijkant van Erica’s huis staan. Will ging hem voor met de gruwelijke vrolijkheid van een kind. ‘Zo moeilijk is het niet om eraf te komen,’ vertrouwde hij Mike toe. ‘Maar ze durft de schoorsteen niet los te laten.’

Beide huizen hadden een schoorsteen die was verbonden met de haarden in de woonkamer en een van de slaapkamers. Toen hij achter Will aan de ladder op klom, zag hij het werk dat Erica de afgelopen week had verricht – een waterval van rode lampjes viel omlaag uit het slaapkamerraam, over het dak van het portiek tot op de grond. Ze wist dus kennelijk wat ze deed met die lichtjes.

‘Ik heb hem, mam!’

Mike stak zijn hoofd boven de rand van het dak uit. Erica zat met beide armen om de vierkante, met lampjes bedekte schoorsteen heen geslagen. Zodra ze hem zag, liet ze een arm zakken en probeerde nonchalant te kijken.

‘Naar boven klimmen, was geen probleem, maar ik krijg het niet voor elkaar om weer naar beneden te komen.’ Ze lachte maar haar gezicht was spierwit.

Will klom het dak op. ‘Maar mama, daar is echt niets aan. Kijk maar.’ Even behendig als een aapje klom hij het dak op en neer.

Erica sloot haar ogen. ‘Ga naar beneden,’ zei ze met zwakke stem. ‘Ik wil niet dat je gaat vallen.’

‘Hé, knul.’ Mike greep de jongen in de kraag en trok hem mee in de richting van de ladder. ‘Denk je dat je deze naar beneden kunt brengen zonder te vallen?’ Met zijn vrije hand pakte hij een grote lamp in de vorm van een ster op die naast hem aan de goot hing.

‘Natuurlijk!’

Ze verruilden van plaats. Will klemde de ster tegen zijn borst en verdween. Mike liep het dak over naar Erica en zag hoe krampachtig ze de schoorsteen omkneld hield. Hij ging naast haar zitten, legde zijn armen om zijn knieën en keek om zich heen. ‘Mooi uitzicht heb je van hieraf.’

Het appelgroene baldakijn van de bomen die de straat flankeerden, verzachtte de hoeken van de omringende daken. Over een week zou de officiële opening van het lichtjesfestijn zijn, en veel huizen waren inmiddels getooid met verlichting. In de verte sprankelde het donkerblauwe water van de haven in het zonlicht.

‘Ik weet dat ik dom doe,’ zei ze. ‘Het kostte me geen enkele moeite om naar boven te klimmen, maar toen ik me omdraaide en naar beneden keek… wel, toen werd ik duizelig en moest ik gaan zitten.’

De gedachte dat ze had kunnen vallen, deed hem knarsetanden. ‘Wat doet een vrouw met hoogtevrees in vredesnaam op een dak?’

‘Ik wilde de lichtjes goed ophangen. Zoals Jeff… zoals ik ze altijd heb gehad.’

Wist ze dan niet hoe kostbaar een leven was? Hoe fragiel? Mike wist met moeite de woede uit zijn stem te weren toen hij zei: ‘Heb jij je leven geriskeerd om Jeff de loef af te steken?’

Ze was even afgeleid. ‘Hoe weet jij hoe mijn ex heet?’

‘En het verbaast jou dat ik niets te maken wil hebben met buren?’

‘Het gaat er helemaal niet om dat ik het beter wil doen dan Jeff. Ik wil alleen Will ervan verzekeren dat het leven gewoon doorgaat.’

Een eindje verderop in de straat was een mokkende tiener bezig het gras van zijn ouders te maaien. Het geluid van de grasmaaier was even irritant als de boor van een tandarts. ‘Door net te doen alsof er niets veranderd is?’

‘Nee, door mijn zoon te tonen dat je zelfs in slechte tijden in iets kunt geloven. Dat je nog steeds magie kunt creëren.’ Bij het zien van zijn verraste blik keek ze verlegen. ‘Ik vertel je dit alleen omdat ik vastzit op een dak en ik het moment dat ik naar beneden moet klimmen zo lang mogelijk wil uitstellen.’

Hij stak zijn hand naar haar uit. ‘Ten eerste moet je die schoorsteen loslaten.’ Als hij zich met praktische zaken bezighield, zou hij de gevoelens die Erica bij hem opriep misschien kunnen negeren. Erica slikte moeizaam, en toen sloten haar vingers zich krampachtig om de zijne. Hij kneep er even in. ‘Ontspan je. We gaan pas bewegen wanneer jij er klaar voor bent.’

Ze schonk hem een zwak glimlachje. ‘Dan is het maar te hopen dat je een slaapzak bij je hebt.’

Hij bleef haar hand vasthouden en leunde tegen de schoorsteen. ‘Vertel me eens iets meer over de magie van lampjes en elektrische kerstmannen.’

Nog een glimlachje, dit keer minder geforceerd. ‘De magie schuilt in de manier waarop de kerstverlichting alle mensen in de straat samenbrengt. Van januari tot november kibbelen we over parkeerplaatsen, harde muziek of een boom van de buren die onze tuin overschaduwt. Maar in december worden we een echte gemeenschap.’

Will hoofd verscheen boven de dakrand. ‘Wanneer kom je naar beneden?’

‘Zodra ik je moeder heb laten zien dat mijn goot verstopt raakt door haar pruimenboom,’ zei Mike

Erica schoot in de lach.

‘Is dat weer een grapje, Mike?’

‘Dat ziet je moeder kennelijk wel zo.’ Hij keek Erica fronsend aan. Ze giechelde nog steeds. ‘Hangen die ijspegels voor het raam van mijn erker?’ Wat een sluwe truc van haar. Hij kwam zelden aan die kant van zijn huis.

Ze probeerde onschuldig te kijken. ‘Die zijn vast vanuit Antarctica hierheen geblazen.’

‘Mam, ik heb honger.’

Erica keek eerst naar de grond en daarna naar haar zoon. Ze rechtte haar schouders en schakelde vervolgens het alarm in op haar polshorloge. ‘Over vijf minuten ben ik beneden,’ beloofde ze. ‘Ga nog maar even een computerspelletje doen.’

Wills hoofd verdween.

‘Vijf minuten,’ herhaalde ze vastberaden, starend naar de grote wijzer. Haar nagels groeven dieper in Mikes handpalm.

Hij moest iets bedenken om haar af te leiden, want anders ging dit nooit werken. ‘Wanneer heeft Will zijn vader voor het laatst gezien?’

Erica keek hem aan. ‘Bijna een jaar geleden.’ Ze interpreteerde zijn blik verkeerd. ‘Het is niet allemaal Jeffs schuld. Op het moment dat er een einde kwam aan ons huwelijk, hebben we allebei dingen gezegd en gedaan waarvan we nu spijt hebben.’

‘Hé, het gaat mij niets aan.’ Waar haalde hij het recht vandaan om familieaangelegenheden te bekritiseren? Hij begon het gevoel in zijn vingers te verliezen. ‘Je zoon heeft me verteld dat je journaliste bent.’

‘Freelance.’ Haar greep verslapte enigszins. ‘Ik schrijf artikelen voor tijdschriften, maar ik heb een ook een paar cliënten voor wie ik de pr doe.’ Haar blik dwaalde opnieuw naar de grond, en hij kneep even in haar hand.

‘Het is beleefd om nu te vragen wat ik doe voor de kost, Erica.’

‘O, maar ik weet wat jij doet,’ pochte ze. ‘Je bent systeembeheerder.’

‘Dus dat joch kletst echt alles door,’ zei hij. Dat wekte haar aandacht, hoopte hij. Nu vroeg ze zich misschien af wat Will hem over haar had verteld. Misschien dat ze verslaafd was aan soaps of dat ze danste met de stofzuiger, of dat ze op zondag een masker nam van ontbijtgranen.

‘Het klinkt niet bepaald spectaculair, systeembeheerder, maar ik kan er ook niet meer van maken.’ Hij dacht aan Wills teleurstelling. Zijn hand begon te tintelen, wat een goed teken was. Dat het bloed terugkeerde, betekende dat ze de druk om zijn vingers verminderde.

‘Voor een volwassene is het wel interessant,’ zei ze. ‘Maar om het even helemaal duidelijk te maken, je ontwerpt…’

Mike schoot in de lach. ‘Ik beheer softwaresystemen voor digitale werelden, websites en intranetwerken. Ik heb een contract bij een van jullie regeringsdepartementen.’ Bij defensie, maar dat was geheim. ‘Ik heb ook twee cliënten in de Verenigde Staten. Dat betekent dat ik soms wakker moet zijn wanneer zij ook wakker zijn.’

Het alarm op haar horloge ging af. Ze keek hem hulpeloos aan. ‘O jeetje…’

Het had geen zin dit nog langer te rekken. ‘Weet je wat we gaan doen?’ zei hij zacht. ‘Ik ga op de ladder staan, en dan laat jij je naar me toe glijden. Probeer niet te gaan staan.’

‘Het spijt me,’ mompelde ze, ‘je moet me wel heel kinderachtig vinden.’

‘Nee, volgens mij ben jij een ongelofelijk dappere vrouw.’

Ze knipperde met haar ogen. ‘Wel, dan…’ Ze slikte moeizaam. ‘Dan heb ik kennelijk een reputatie hoog te houden – tenzij je van mening wilt veranderen en me een gillende hysterica wilt noemen. Want dat kan ik nog worden…’

Hij schudde zijn hoofd.

‘Het was de moeite van het proberen waard.’ Ze haalde diep adem en liet zijn hand los.

‘Laten we dit dan maar doen.’ Hij liet haar los, liep naar de ladder, klom een paar treden naar beneden, totdat hij met zijn middel tegen de dakrand kon leunen. Daarna draaide hij zich naar haar toe en spreidde zijn armen om haar een gevoel van veiligheid te schenken. ‘Blijf naar mij kijken.’

Ze knikte houterig en begon toen op haar achterwerk naar hem toe te schuiven. Haar handpalmen lieten vochtige plekjes achter op de dakbedekking.

Halverwege bereikte ze een gladder gedeelte en begon te glijden. Automatisch probeerde ze houvast te zoeken, maar dat was er niet. Kreunend staarde ze de diepte in.

‘Kijk naar mij, Erica,’ zei Mike op scherpe toon. Doodsbang gehoorzaamde ze, drukte haar hielen tegen het dak en minderde vaart.

‘Goed zo,’ zei hij bemoedigend. ‘Je doet het geweldig.’

Haar hand raakte de zijne, vingertop tegen vingertop. Ze schoof nog een klein stukje vooruit en greep zijn hand beet.

‘We zijn er bijna.’ Met zijn vrije hand omklemde hij haar schouder, en hij voelde dat ze trilde. ‘Nu moet je je langzaam omdraaien en je voet op de sport zetten boven degene waar ik op sta. Kalm aan. Niets om je druk over te maken. Ik houd je vast. Perfect.’ Hij vouwde haar vingers om de zijkant van de ladder en hield zijn borst tegen haar rug gedrukt.

Ze begon bijna te hyperventileren, en hij legde zijn arm om haar heen om haar te ondersteunen. Onder zijn onderarm kon hij haar hart voelen bonzen. ‘Rustig ademhalen. Doe mij maar na.’

Een volle minuut bleven ze zo staan terwijl Erica trachtte haar ademhaling onder controle te krijgen. Boven hun hoofden passeerde een vliegtuig dat een witte streep achterliet in de wolkenloze hemel. In de bomen tjirpten vogels.

Het was een vreemd soort intimiteit, samen ademhalend, het lichaam van zijn buurvrouw tegen het zijne aan gedrukt. Mike voelde iets waarvan hij had gedacht dat hij het nooit weer zou voelen – een vreemde, vreselijke opwinding.

Het zweet brak uit op zijn voorhoofd. Hij wilde haar loslaten maar kon niet anders dan blijven staan en het herontwaken van zijn lichaam ondergaan, dat even pijnlijk was als het terugstromen van bloed naar een afgebonden lichaamsdeel. Nu wist hij waarom hij al die maanden afstand had gehouden.

Erica’s ademhaling werd trager, en haar hartslag kalmeerde. Haar haren kietelden tegen zijn kaak toen ze haar hoofd draaide en op beschaamde toon zei: ‘Je kunt me nu wel loslaten.’

Dat deed hij dan ook; zijn arm voelde leeg aan toen hij haar de ladder af leidde.

Onderaan gekomen, keerde hij zich regelrecht naar zijn huis. ‘Tot kijk dan maar.’

‘D… d… dank… j… je…’

Shock. Tegen wil en dank keerde hij zich weer naar haar toe. ‘Laten we eerst maar eens zorgen dat jij binnenkomt.’

‘N… nee. Ik… ik voel me p… prima,’ protesteerde ze.

‘Ja, dat is duidelijk. Will…’ In de woonkamer keerde haar zoon zich af van het computerspelletje dat hij aan het spelen was. ‘Ga eens even een deken voor je moeder halen.’

Het kind rende naar boven en keerde terug met een dekbed dat was gehuld in een hoes vol skateboarders. Mike sloeg het om Erica’s schouders en nam naast haar plaats op de bank.

‘Gaat het een beetje, mam?’

‘J… ja h… hoor, p… prima.’

‘Knuffel haar eens even, dan wordt ze weer warm, Will.’ De jongen kroop dicht tegen zijn moeder aan. ‘Heb je sterkedrank in huis?’ vroeg Mike aan Erica. Ze wees met een trillende vinger in de richting van de keuken.

Op het aanrecht stond een bijna lege fles sherry, en in een van de kastjes vond hij een glas. De geur van gebraden kip steeg op uit de oven. Omdat de keuken geen terrasdeuren had, was hij donker en somber vergeleken bij Mikes keuken. Toch was er iets wat bij hem ontbrak.

Zijn blik gleed over de kindertekeningen aan de wanden, de kleurrijke magneetjes waarmee tijdschema’s waren vastgezet op de koelkast en de fruitschaal vol appels en sinaasappels. Huiselijkheid.

Toen hij terugkeerde in de woonkamer, waren Will en Erica bezig hun handen met elkaar te vergelijken. ‘Zie je,’ zei ze, ‘nu zijn de mijne even stil als de jouwe.’ Ze keek naar het glas in Mikes handen. ‘Maar dat zal niet lang meer het geval zijn als ik dat opdrink.’

‘Niet tegenstribbelen.’

Ze nam het glas aan, nipte van de drank en trok een vies gezicht. ‘Dit heb ik nodig voor de kerstcake.’

Tegen wil en dank moest hij grijnzen. ‘Dan krijg je van mij een nieuwe fles. Opdrinken nu.’

Erica dronk het glas leeg, en de kleur keerde terug op haar gezicht. Ze duwde het dekbed van haar schouders. ‘Ik voel me weer helemaal normaal.’

Mike bukte zich en pakte haar hand. Ze probeerde hem weg te trekken, maar hij hield hem vast. ‘Warm,’ zei hij op bruuske toon. ‘Je kunt er weer mee door.’ Hij liet haar los. ‘En ik denk dat de kip gaar is.’

‘De kip! O!’ Ze vloog overeind en rende langs hem heen naar de keuken.

Hij keek naar de jongen op de bank. ‘Zeg maar tegen je mama dat ik weg moest, oké? Ik zal de ladder ook even weghalen.’

‘Dus dat betekent dat we dit jaar geen ster op ons huis zullen hebben?’

‘Je mama kan niet zo hoog komen.’ Toen Will op zijn lip beet en knikte, voegde hij eraan toe: ‘Is er geen familielid die dat kan doen?’

‘Mijn oom Nate zou…’

‘Goed zo,’ zei Mike, die al op weg was naar de deur.

‘Maar die is aan de andere kant van de heuvels.’

Mike draaide zich om. Door zijn werk voor het ministerie van defensie kende hij die uitdrukking. Hij werd door de strijdkrachten gebruikt om de afwezigheid van een personeelslid te verklaren. Het kon van alles betekenen: van een lokale trainingsessie tot actieve dienst overzee. ‘Is hij in het leger?’

‘Ja.’ Will pakte de ster, die hij op de salontafel had gelegd, en liet zijn smoezelige vingertjes er eerbiedig overheen glijden. ‘Het maakt niet uit.’

Ga weg, Mike. Loop nu naar buiten. ‘Geef maar hier.’

‘Echt? Ga jij hem op het dak zetten, Mike?’

Erica kwam de keuken weer uit. ‘Wat ga je doen?’

‘De ster op het dak zetten,’ mompelde Mike.

Ze keek hem aan. Uit haar blik sprak verbijstering, dankbaarheid en… hoop?

‘Nee,’ zei hij. ‘Dit betekent niet dat ik mijn huis ga versieren. Slechts één ster. Op jouw schoorsteen. Meer niet. En die ijspegels gaan weg voor mijn raam.’

‘Ik wilde je een lunch aanbieden,’ zei ze met grote waardigheid. ‘Als bedankje.’

‘Ik moet aan het werk.’

‘Het is zondag,’ hielp ze hem herinneren. ‘En dat betekent dat je een afhaalmaaltijd gaat verorberen voor de televisie en daarna in slaap zult vallen op de bank.’ Haar ogen glansden. ‘Je zou toch echt eindelijk eens gordijnen moeten aanschaffen.’

‘De hemel zij dank dat ik het gordijn in de badkamer heb laten hangen.’ En gelukkig bevond de badkamer zich aan de tuinzijde van zijn huis. Hoewel hij soms wel naakt van de ene naar de andere kamer liep. Hij keek naar Erica, die druk bezig was het dekbed op te vouwen. Er was een vurige blos naar haar wangen gestegen. En hij had nog wel gedacht dat hij de enige was die tegen de verleiding om te kijken, had moeten vechten. ‘Zo te zien is je normale kleur ook terug.’

‘Ik heb zo’n rood hoofd door de hitte van de oven,’ mompelde ze.

Nee, dit wilde hij niet. ‘Hoor eens, ik vind het een geweldig aanbod, maar –’

‘Het is gewoon een lunch, Mike.’ Haar blos werd dieper, maar ze hield zijn blik vast met een verlegen vastberadenheid die ervoor zorgde dat hij zich een idioot voelde.

‘Nee,’ corrigeerde Will. ‘Het is een speciale zondagslunch.’

Mikes moeder had hem goede manieren bijgebracht, en hij besefte dat hij die nu beter kon tonen. ‘Erica,’ zei hij nederig, ‘bedankt voor de uitnodiging. Ik zou het heerlijk vinden om een zelf gekookte maaltijd te nuttigen.’