Republiek

 

 

 

 

 

 

‘Wat ik heel erg merk,’ zei het meisje in de zwarte bikini tegen haar vriendin, die háár bikini nog even geheim hield onder een kort jurkje, ‘is dat ik mezelf zo ontzettend tekort heb gedaan, weet je wel; ik ben dol op het strand, en dol op dansen, maar dat deed ik allemaal niet meer.’ Ze legde haar voeten op het tafeltje, naast de grote asbak. Om haar enkel droeg ze een kettinkje van blauwe steentjes en om haar grote teen een dik verband.

‘Je zat toen in een andere fase van je leven,’ antwoordde de vriendin in het jurkje, ‘dat is heel gewoon. Jullie waren een gezinnetje aan het stichten.’

‘Zeg dat wel,’ verzuchtte de zwarte bikini.

‘Nou ja, daar was je toen gelukkig mee, toch? Of heb je d’r helemaal spijt van?’

‘Spijt, spijt, nee. “Wat doe je toch de hele dag op het strand?” vraagt m’n moeder steeds. Nou, genieten. Zand, zon, zee, vakantie, rust. Het voelt als therapie. Iedere keer zegt ze dan: “Ooh ja, op die manier.” Maar de volgende dag moet ik het wéér uitleggen.’ Ze lachte. ‘Ik voel me hier zo tof.’

Hier was De Republiek, een strandtent op Bloemendaal waar Jan Peter Balkenende beslist nooit een werkbezoek aan zal brengen. Jammer, want hij mist wat – en niet alleen kleine, zwarte bikini’s en gespierde jongens met lange, blonde paardenstaarten.

‘Ik ben echt blij voor je, weet je dat,’ sprak de vrouw in het jurkje – net als haar vriendin had ze een onvervalste, wat harde Noord-Hollandse tongval, van die meiden in de bloei van hun leven, maar met als grote droom een man en een eigen huis in Schagen.

‘Uhuh,’ zei de ander. ‘Ergens houdt het op, hè. Je kunt er eindeloos energie in steken, maar nu heb ik geen zin meer in die eikel. Het brandt op m’n netvlies joh, altijd dat zuipen maar.’

‘Zeg,’ zei het jurkje, ‘wat is er eigenlijk met je teen?’

De ander wapperde even met haar voet en de ingezwachtelde teen. ‘Ik heb gister, nee, eergister, m’n voet gestoten en gisteravond bij het dansen trapte een van die motorgasten d’r op met z’n laars.’

‘Lekker zeg.’

‘Ja, en maar zwaaien met die extra helm, of ik met hem mee uit rijden wou. Nou, ik heb niks met motoren. M’n ex was er ook zo gek van.’ Het was voor het eerst dat ze het woordje ‘ex’ gebruikte. Het kwam er heerlijk uit, soepel en vanzelfsprekend. ‘M’n ex gaf meer om z’n motor dan om mij.’ Ze lachte. Het was niet waar natuurlijk, ze zei het alleen maar om nog een keer ‘ex’ te kunnen zeggen.

‘Dat kon die gozer van gister niet weten natuurlijk,’ zei het jurkje lachend.

‘Nee. Die zag alleen maar single en alleen en vrij als een vogel voor zich. Iedereen heeft het in de gaten, weet je dat? Ook zo gek. Alsof het op m’n voorhoofd staat.’ Het meisje zweeg en keek naar de lucht die grijs was. ‘Van mij hoeft de zon niet eens te schijnen, zo lekker voel ik me hier,’ zei ze toen.

‘Ik ook,’ zei de ander en ze trok haar jurkje uit. Eronder droeg ze net zo’n klein zwart bikinietje als haar vriendin.