HOOFDSTUK 10

Ondanks de fantastische ervaring van 1974 kwam er voor mij geen WK in 1978. Aanvankelijk twijfelde ik toch nog, hoewel ik altijd heb gedacht dat ik in 1978 zou stoppen. Als je me vraagt waarom, geen enkel idee. Stoppen op mijn eenendertigste zat nu eenmaal van jongs af aan in mijn hoofd.

Daarom vroeg ik me af of ik mentaal nog scherp genoeg zou zijn om iets van een WK te maken, in de wetenschap dat het daarna over en uit was. Na het tegenvallende EK in 1976, toen ik ook nog van het veld werd gestuurd, namen de twijfels toe. Tot in 1977 mijn positieve gevoel terug zou komen. We speelden met het Nederlands elftal een paar geweldige wedstrijden tegen Engeland en België, en ik begon me serieus af te vragen of ik met zo’n sterk team toch niet naar het WK moest gaan.

Tot er op 19 september 1977 iets heel ingrijpends gebeurde. Ik zat thuis voor de televisie naar een basketbalwedstrijd te kijken toen de deurbel ging. Iemand zei dat hij van een postorderbedrijf of zo was en een pakje moest afgeven. Toen ik even later opendeed kreeg ik meteen een geweer tegen mijn hoofd gedrukt en moest op mijn buik gaan liggen. Iedereen was thuis. De kinderen waren in hun kamer en Danny moest van die kerel ook op de grond gaan liggen.

Ik probeerde op hem in te praten. ‘Wil je geld hebben, wat wil je?’ Ik werd vastgebonden en aan een meubel vastgemaakt. Om dat te doen moest hij even zijn geweer wegleggen en op dat moment stond Danny op en rende de kamer uit, naar buiten toe. Die vent ging er meteen achteraan. Er werd zo geschreeuwd dat in het hele complex de deuren opengingen. Al snel werd hij overmeesterd. Ik weet nog dat ik me los wist te maken en meteen zijn geweer pakte, om te voorkomen dat hij ’m weer kreeg.

Later bleek er voor ons appartement een busje te staan met een matras erin. Alles wees dus op een ontvoering zoals die in die tijd nog veel in Spanje voorkwamen. Dat was schering en inslag. Ik weet niets van zijn motief, ben daar ook niet in geïnteresseerd geweest. Heb er nooit meer naar geïnformeerd. Voor mij telde maar één ding en dat was dat die man meteen weg uit ons leven moest.

Wat volgde was een verschrikkelijke tijd. Maandenlang leefden we met permanente politiebewaking. Als ik op reis ging, als ik de kinderen naar school bracht, als ik met Barcelona ging voetballen. Altijd waren er mensen bij me, liepen er mensen om me heen. Er was altijd een politieauto in de buurt of in het zicht of die achter me reed. Zeker zes maanden lang sliepen er dagelijks zelfs agenten bij ons in de woonkamer.

Het was een sfeer die niet te harden was. Onmogelijk. Het was zo’n verschrikkelijke belasting, daar kon ik niet mee doorgaan. In zo’n situatie vertrek je niet naar de andere kant van de wereld en laat je het gezin zes tot acht weken alleen. Bovendien was het niet alleen onverantwoord om weg te gaan, het was ook onverantwoord om erover te praten. Sterker nog, ik mocht er van de politie niks over zeggen. Ze zeiden steeds maar weer: leg alsjeblieft niet te veel uit want je brengt misschien andere gekken op een idee.

Er was dus geen enkele basis om met het Nederlands elftal naar Argentinië te gaan. Doe je een WK, dan moet je daar voor tweehonderd procent van overtuigd zijn. Doe je dat niet en twijfel je over je gezin of over andere zaken, dan moet je niet gaan. Het wordt dan toch niks.

De toenmalige bondscoach Ernst Happel is nog in Barcelona bij me langs geweest, maar ik heb nooit één seconde aan mijn beslissing getwijfeld. Omdat de politie me op het hart had gedrukt er niets over te zeggen, heb ik ook tegen Happel volgehouden dat ik mezelf zowel geestelijk als fysiek niet in staat achtte om zo’n belangrijk toernooi te spelen. Ik merkte dat hij moeite had met die uitleg, omdat een WK toch van een andere orde is. Een groot sportman als Happel voelde dat het niet klopte, maar ik heb ook tegenover hem nooit iets over mijn privésituatie losgelaten.

Toen kwam daar nog de nationale actie ‘Trek Cruijff over de streep’ overheen. Postzakken vol met verzoeken van mensen om toch met Oranje mee te gaan. Allemaal met de bedoeling om me van gedachten te laten veranderen. Maar omdat het om de veiligheid van mijn gezin ging, kostte het me juist helemaal geen moeite om voet bij stuk te houden. Ik heb nooit één seconde getwijfeld om toch naar Argentinië te gaan. Het was uitgesloten. Wie onder zulke omstandigheden zijn gezin achterlaat is niet goed bij z’n hoofd.

Helaas hebben we nog lang last van die poging tot ontvoering gehad. Omdat de bedreigingen bleven komen. Er was in die periode een meisje in Valencia ontvoerd. Een groot drama, maar ook Danny en ik kregen te horen dat ze wisten dat we kinderen hadden en ook bij ons zouden langskomen. Voor onze veiligheid hebben we toen twee dobermannpinchers aangeschaft. Ons hele gezin is op training geweest om te leren hoe we met die honden moesten omgaan. Later adviseerde de politie ons dringend om die honden weg te doen. Want stel je voor dat ze een indringer zouden aanvallen. Ik bracht daar nog tegen in dat dit nou precies de bedoeling was.

Uiteindelijk mis je om vreselijke redenen het WK. En is me, achteraf gezien, de mogelijkheid ontnomen om daar op mijn hoogtepunt te stoppen. Toen Nederland opnieuw de finale haalde, werd ik door de BBC gevraagd als gastcommentator voor de wedstrijd tegen Argentinië. Daar in Londen heb ik het in de studio heel moeilijk gehad.

Je kijkt naar zo’n wedstrijd en het schiet door je hoofd dat als je erbij geweest zou zijn je carrière misschien met een wereldtitel zou zijn afgesloten. Had ik dit, had ik dat. Ik heb het niet vaak, maar toen werd ik er wel door gegrepen. Een soort van iets dat ik had kunnen bereiken, maar wat tegelijk niet realistisch was. Want om het te kunnen bereiken, had ik er moeten zijn. Dan had ik mijn gezin achter moeten laten. En dat kon niet.

Nu verloor Nederland voor de tweede keer op rij de finale van het WK en is het de vraag of we het gehaald zouden hebben als ik erbij had kunnen zijn. Ik denk het eerlijk gezegd van wel. Omdat mijn kwaliteiten op dat moment nog altijd een toegevoegde waarde zouden zijn geweest. Dat hadden we daarvoor al laten zien. We wonnen zelfs op Wembley met 2-0 van Engeland en in de kranten stond de volgende dag: ‘A total sight of football delight’. Een prachtige zin, die ik nooit vergeten ben.

Ik had zelfs het gevoel dat we misschien als elftal iets verder waren dan in 1974. Toch moest ik eruit stappen. Bij de BBC heb ik echt wel even gedacht: goh, wat had ik daar op dit moment graag willen staan. Heel raar en spijtig hoe het allemaal is gelopen.

Omdat het ware verhaal niet naar buiten kon worden gebracht, kreeg mijn vrouw het opnieuw te verduren. Het begon al in 1974, met dat onzinverhaal over al die telefoontjes voor de finale, waardoor ik met mijn gedachten niet meer bij de wedstrijd tegen de Duitsers zou zijn geweest.

Na 1978 begon het weer helemaal van voren af aan. Dit keer zou Danny de kwade genius achter mijn afzegging voor het WK in Argentinië zijn geweest. Het is echt ongelooflijk. Als er één spelersvrouw is geweest die nooit de publiciteit heeft gezocht, dan is zij dat wel. Toch kreeg ze van zo’n beetje alles de schuld.

Rond mijn zestigste verjaardag was de maat vol. In al die terugblikken op mijn leven in de media werd Argentinië er weer met de haren bij gesleept. Omdat Danny zogenaamd niet wilde dat ik naar het WK ging, zou Nederland een wereldtitel door de neus zijn geboord. Als je dan als familie het werkelijke verhaal weet, dan ervaar je zoiets als een klap in je gezicht. We hadden dertig jaar gezwegen, maar ook omdat de kinderen het huis uit waren heb ik toen besloten om het echte verhaal alsnog naar buiten te brengen. Daarmee was het klaar. Definitief klaar.

Toch ben ik na al die jaren nog altijd en overal alert. Ik heb zelfs een ritueel ontwikkeld bij het openen van het hek bij mijn huis. Helaas heb ik moeten leren om met dit soort dingen om te gaan. Jammer dat het soms zo moet zijn.