De vlucht naar Egypte

Nadat de wijzen uit het Oosten het kind in de buurt van Jeruzalem gevonden hadden, kreeg de vader van de jongen een goddelijke instructie: ‘Sta op, neem het kind en zijn moeder en vlucht naar Egypte, en blijf aldaar, totdat Ik het u zeg; want Herodes zal alles in het werk stellen om het kind om te brengen.’ (Matt. 2:13) De vlucht voerde via Hebron naar Beerseba en verder door de woestijn naar de Middellandse Zee. Pas hier, aan de grens van Egypte, waren ze in veiligheid. In de tijd van Jezus woonden in Egypte ongeveer een miljoen joden; alleen al in Alexandrië tweehonderdduizend. Dit land was van oudsher een toevluchtsoord voor de joden geweest en er bevonden zich kolonies met synagogen, scholen en alles wat het vreemde land tot thuis moest maken. De in het evangelie beschreven legendarische kindermoord wordt bevestigd door een geschrift uit de tijd van Jezus uit de kringen van de Essenen, die blijkbaar doelwit van de aanvallen van Herodes waren en daarom in het eigen land alleen in het geheim konden opereren: ‘Er kwam een onbeschaamde koning, die niet uit een priesterlijk geslacht stamde, een roekeloos en goddeloos mens. Hij doodde de ouderen en de jongeren, en een vreselijke angst voor hem kwam over het hele land.’ (Ass. Moz. 6:22)

Van prof. Hassnain hoorde ik dat al voor onze jaartelling in het gebied van Alexandrië boeddhistische missiescholen, ‘viharas’ genoemd, zouden hebben bestaan. Volgens de ‘Sanskrit-Chinese Dictionary’ wordt een plaats vihara genoemd ‘die een academie, een school of een tempel is en de studie of het praktizeren van het boeddhisme dient’. Deze gebouwen bestaan in het ideale geval uit rood sandelhout (tjandana) met tweeëndertig kamers met tuin, park, zwembad en theekeuken, rijkelijk gemeubileerd, voorzien van wandtapijten en voedingsmiddelen, bedden, matrassen en alle noodzakelijke comfort.’49 Het is heel goed denkbaar dat Jezus al als klein kind door boeddhistische geleerden in Alexandrië in de wijsheid van de oosterse filosofie ingeleid werd. Dit soort grondig onderwijs zou tenslotte ook verklaren waarom het inderdaad mogelijk kon zijn dat Jezus als twaalfjarige jongen de priesters in de tempel van Jeruzalem verbaasd deed staan door zijn manier van praten: ‘Allen nu, die Hem hoorden, waren verbaasd over zijn verstand en zijn antwoorden.’ (Luc. 2:47)

Twaalf jaar was voor een jongen in die tijd ongeveer de leeftijd waarop hij uitgehuwelijkt zou moeten worden. Dit ‘normale lot’ ontging Jezus echter zeker. Hij was nu oud genoeg om zijn studie voort te zetten in het waarschijnlijke vaderland van zijn geestelijke vaderen: India.

Pas tien jaar na de dood van de gehate usurpator Herodes — hij stierf kort voor het Paschafeest van het jaar 4 v.C. — kon Jezus zonder gevaar naar zijn geboorteland terugkeren: ‘Toen Herodes gestorven was, zie, een engel des Heren verschijnt in de droom aan Jozef in Egypte en zegt: Sta op, neem het kind en zijn moeder en reis naar het land Israël, want zij, die het kind naar het leven stonden, zijn gestorven. En hij stond op en hij nam het kind en zijn moeder en kwam in het land Israël. Toen hij echter hoorde, dat Archelaüs koning over Judea was in de plaats van zijn vader Herodes, vreesde hij daarheen te gaan.’ Archelaüs was van 4 v.C. tot 6 n.C. etnarch (stadhouder) van Judea en Samaria, dus tot het tijdstip dat Jezus twaalf of dertien jaar was. ‘En van Godswege in de droom gewaarschuwd, ging hij naar het gebied van Galilea, en, daar gekomen, vestigde hij zich in een stad, genaamd Nazaret, opdat in vervulling zou gaan hetgeen door de profeten gesproken is, dat Hij Nazarener zou heten.’ (Matt. 2:19-23)

Jezus leefde in India
Jezus_India_Kersten.xhtml
Jezus_India_Kersten_0002.xhtml
Jezus_India_Kersten_0003.xhtml
Jezus_India_Kersten_0004.xhtml
Jezus_India_Kersten_0005.xhtml
Jezus_India_Kersten_0006.xhtml
Jezus_India_Kersten_0007.xhtml
Jezus_India_Kersten_0008.xhtml
Jezus_India_Kersten_0009.xhtml
Jezus_India_Kersten_0010.xhtml
Jezus_India_Kersten_0011.xhtml
Jezus_India_Kersten_0012.xhtml
Jezus_India_Kersten_0013.xhtml
Jezus_India_Kersten_0014.xhtml
Jezus_India_Kersten_0015.xhtml
Jezus_India_Kersten_0016.xhtml
Jezus_India_Kersten_0017.xhtml
Jezus_India_Kersten_0018.xhtml
Jezus_India_Kersten_0019.xhtml
Jezus_India_Kersten_0020.xhtml
Jezus_India_Kersten_0021.xhtml
Jezus_India_Kersten_0022.xhtml
Jezus_India_Kersten_0023.xhtml
Jezus_India_Kersten_0024.xhtml
Jezus_India_Kersten_0025.xhtml
Jezus_India_Kersten_0026.xhtml
Jezus_India_Kersten_0027.xhtml
Jezus_India_Kersten_0028.xhtml
Jezus_India_Kersten_0029.xhtml
Jezus_India_Kersten_0030.xhtml
Jezus_India_Kersten_0031.xhtml
Jezus_India_Kersten_0032.xhtml
Jezus_India_Kersten_0033.xhtml
Jezus_India_Kersten_0034.xhtml
Jezus_India_Kersten_0035.xhtml
Jezus_India_Kersten_0036.xhtml
Jezus_India_Kersten_0037.xhtml
Jezus_India_Kersten_0038.xhtml
Jezus_India_Kersten_0039.xhtml
Jezus_India_Kersten_0040.xhtml
Jezus_India_Kersten_0041.xhtml
Jezus_India_Kersten_0042.xhtml
Jezus_India_Kersten_0044.xhtml
Jezus_India_Kersten_0045.xhtml
Jezus_India_Kersten_0046.xhtml
Jezus_India_Kersten_0047.xhtml
Jezus_India_Kersten_0048.xhtml
Jezus_India_Kersten_0049.xhtml
Jezus_India_Kersten_0050.xhtml
Jezus_India_Kersten_0051.xhtml
Jezus_India_Kersten_0052.xhtml
Jezus_India_Kersten_0053.xhtml
Jezus_India_Kersten_0054.xhtml
Jezus_India_Kersten_0054_1.xhtml
Jezus_India_Kersten_0055.xhtml
Jezus_India_Kersten_0056.xhtml
Jezus_India_Kersten_0057.xhtml
Jezus_India_Kersten_0058.xhtml
Jezus_India_Kersten_0059.xhtml
Jezus_India_Kersten_0060.xhtml