32
Bevrijd van het juk van scorende radioprogramma’s
en het toch vrij slopende bestaan van zes jaar vechten tegen elke
bierkaai in de ochtend, had ik eindelijk de tijd om uit te slapen
en voorzichtig wat nieuwe initiatieven te ontwikkelen.
Ik ben begonnen aan de door jullie nu gelezen ijdele
geschiedschrijving, het ontwikkelen van mijn internetzender
KXradio, het voor Eyeworks bedenken van concepten en tegen alle
natuurwetten in heb ik de tv ook weer een paar maanden aan mijn
verschijning blootgesteld. Het betrof een muziekquiz met een enorme
knipoog, die de naam Stenders Late Vermaak kreeg. Het zou
een revanche zijn op mijn eerdere tv-ervaringen. Van de eerste tot
de laatste dag was het een genoegen om daaraan te werken. Reinout
investeerde fors in een pilot, die uiteindelijk nog verkocht werd
ook – aan Talpa.
Ik had in tegenstelling tot veel anderen helemaal niks tegen die
zender van John de Mol. Elke dag werd met veel te groot genoegen
gewag gemaakt van weer een mislukking van het sterrennet. Talpa
kreeg nauwelijks tijd om adem te halen. Iedereen zat er meteen met
een vergrootglas bovenop. Onvoorstelbaar dat je in dit land niet
een beetje ambitieus mag zijn en een lekker groot jasje mag
aantrekken, als je daarvoor de liquide middelen hebt.
Natuurlijk maakte het station kapitale fouten. Dat lijkt me
inherent aan het starten van een nieuwe onderneming. De meesten
waren waarschijnlijk vergeten dat, toen RTL nog Véronique heette,
het bij Blokker aangeschafte decor van het nieuws omviel, en dat in
de begindagen van SBS het duurste en beste programma van de avond
een Tiroler film was.
Tegenvallende kijkcijfers werden zelfs regelmatig voorpaginanieuws
van bijvoorbeeld de Volkskrant. Ook in recensies van
kwaliteitskranten gingen de marktaandelen een grote rol spelen.
De bombardementjes van de pers en dito plagerijen van shows als
Boulevard kregen ook steeds meer invloed op de consument.
Het werd heel stoer om op verjaardagen te zeggen dat je vooral níét
naar Talpa keek. Ondanks het feit dat niemand keek, wist iedereen
te melden dat alles op die zender helemaal kut was.
Het voetbal was totaal vernacheld door die ordinaire poenscheppers,
aldus de meeste Nederlanders. Ik was en ben ook niet blij met de
hinderlijke reclameonderbrekingen bij De Wedstrijden, maar
op de kwaliteit van het programma zelf was
niks aan te merken. Programmaonderbrekende elementen vind ik altijd
irritant, maar daar vreten de commerciëlen nou eenmaal van.
Heerlijk dat je bij de publieke omroep ononderbroken naar De
wereld draait door kunt kijken, maar de overheid stort hiervoor
fors bij.
Ik vond Talpa wel een mooi avontuur, en was ervan overtuigd dat het
station binnen een jaar of drie langzaam maar zeker zou inburgeren
en uiteindelijk een succes zou worden. Helaas ging de stekker er
vóór die tijd al uit. Ik was, denk ik, de enige die nog in het
aanstaande klatergoud geloofde.
Dat de reputatie van die zender bij de kijkers schade had geleden,
bleek uit de rare reacties die ik kreeg toen bekend werd dat
Stenders Late Vermaak daar zou worden uitgezonden. Ikzelf
was door het dolle heen, maar werd getemperd door een stroom
oprechte deelnemingen. De meest illustratieve kwam tijdens het
inladen van een boodschappenwagentje bij Albert Heijn. Er kwam een
gedistingeerde meneer van een jaar of vijfenveertig in rap tempo op
mij af en hij vroeg of hij me even mocht storen.
‘U bent toch die dj?’
‘Eh ja.’
‘Ik luisterde bij de Vara altijd naar uw programma’s. U kon mij
bekoren vanwege de boeiende interviews en de vaak fantastische
muziek. Toen u naar de commerciële omroep ging, was dat de start
van uw teloorgang, maar ik heb diep en diep medelijden, nu u dreigt
te verzinken in het moeras van het kwaliteitsarme Talpa. Ik had u
een waardiger baan gegund.’
Ik moest heel hard en onbedaarlijk lachen om dit surrealistische
statement, maar het was wél de deftig geformuleerde versie van de
doorsnee felicitatie die ik mocht ontvangen. Het kon me niks
schelen. Ik was blij met deze job en kon in grote vrijheid – daar
is Het Woord weer – en met enorm veel plezier Stenders Late
Vermaak voor Talpa maken. Het was een totaal tegenovergestelde
Countdown-ervaring. Het team was enorm leuk en gemotiveerd,
er is geen wanklank te horen geweest. De werkdruk was stevig, want
door stemproblemen van teamcaptain Guus Meeuwis moesten drie
maanden uitzending in anderhalve week worden opgenomen. Het was
zo’n feest dat niemand dat als extreem zwaar heeft ervaren.
Ik stond daar met een enorme grijns, die er gedurende de hele
periode niet meer vanaf te slaan was. Bijna iedereen op de
werkvloer – van regie, camera, geluid tot aan redactie – vond het
een van de leukste klussen sinds tijden, en dat vervulde mij met
trots. It was a little bit of magic en het kwam voor mij
precies op het juiste moment.
De persoonlijkheid vierde ook stiekem een
overwinning. Geen moment voelde ik de verstikkende angst die mij in
een eerder leven had gedwongen van de straat weg te blijven. Het
publiek in de zaal bezorgde mij inspiratie in plaats van klotsende
oksels, en zelfs de camera had geen intimiderende uitwerking meer
op mij. Het gedeukte Trabantje werd voor even een glimmende
occasion.
Het was een in alle opzichten geslaagde missie. Er keken en passant
nog aardig wat mensen naar, en tijdens het herhalingsrondje in de
zomer werd ik er verrassend vaak op aangesproken. Ik nam aan dat
nog meer individuen mij als testbeeld hadden misbruikt. Ik hoopte
op een vervolgserie. Vanwege het strakke opnameschema hadden we er
niet helemaal kunnen uithalen wat erin zat. Het lopendebandwerk gaf
weinig mogelijkheden tot uitgebreide reflectie. Er waren een paar
duidelijke verbeterpunten en ik had enorm veel zin om dat feestje
nog een keer te mogen meemaken.
De programmadirecteur van Talpa, Remko van Westerloo (ja, de zoon
van), zag het ook wel zitten en we maakten een afspraak om te
praten over een vervolg. Het was de eerste keer dat ik in het pand
van de zendgemachtigde was. Vanzelfsprekend was alles state of
the art: strak en modern. Ik had het gebouw in gedachten al
uitgetekend en de werkelijkheid kwam redelijk overeen met de
architect die in mijn hoofd bezig was geweest. Al was hij wel
vergeten er de navigatie bij te leveren. Na schier eindeloze
trappenhuizen kwam ik aan het eind van een onmetelijke gang vol
kantoren – waar druk vergaderende mensen elkaar van het werk
hielden – bij de no-nonsenseruimte van Fons’ genenpakketje.
Ik had Remko al eens ontmoet en had het idee dat het wederzijds
klikte. Ook nu voelde ik me bij hem meteen op mijn gemak. Bij
sommige mensen heb je direct een heel goed gevoel, zonder het
waarom in scherpe bewoordingen te kunnen uiteenzetten. Dat overkomt
me in het zakelijke bestaan niet zo vaak, maar bij hem had ik dat
sterk.
Remko sprak openlijk over de moeilijkheden van zijn zender, en
bevestigde met een grote slag om de arm de geruchten dat John de
Mol zich oriënteerde op een nieuwe toekomst voor Talpa, dat
inmiddels de naam ‘Tien’ droeg. Een wat krampachtige poging om het
besmette blazoen op te poetsen. Het was niet makkelijk om op basis
van een onzeker bestaan een beleidsplan te maken, maar hij
probeerde de moed en creativiteit erin te houden. We spraken over
een door mij ingeleverd Late Night format en hij verbaasde
mij door zonder omwegen te zeggen:
‘Is een leuk plan, Rob, dat gaan we maken. Ik heb het er met De Mol
over gehad, die vond het ook prima, dus laten we ernaar streven om
het binnen een maand of drie, vier op de buis
te brengen.’ Hij stipte wel een klein probleem aan: ‘Heb jij een
exclusief contract met Eyeworks? John wil het namelijk graag in
eigen huis maken. Bovendien hebben ze een akkefietje met
elkaar.’
‘Nee, niet echt exclusief, maar ik wil het wel graag met Eyeworks
maken, want ze hebben mij een behoorlijke kans gegeven met Late
Vermaak, en ik heb het ook nog eens naar grote tevredenheid met
ze gemaakt.’
‘Dat zul je dan met John moeten bespreken, ik heb er in elk geval
zin in.’
We namen hartelijk afscheid en met een groot gevoel van opwinding
reed ik naar huis. Mijn carrière kreeg weer eens een totaal
onverwachte wending. Niet veel later zat ik in het kantoor van de
legendarische John de Mol. Ik heb, zoals eerder vermeld, een zwak
voor types die het verschil durven te maken. Samen met de combi Rob
Out/Lex Harding en Joop van den Ende staat De Mol op eenzame hoogte
in de canon van de Nederlandse media. Ze krijgen, op Van den Ende
na, vaak alleen negatieve credits en daarmee doe je ze allemaal
tekort.
Ik had John de Mol drie keer snel een handje gegeven, maar nooit
echt ontmoet. Het liefst wilde ik eindeloos anekdotes absorberen
zoals bij Van Westerloo senior, maar daarvoor was geen gelegenheid.
Ik vond hem op het eerste gezicht zeker niet onsympathiek. Wel was
hij erg serieus aangaande zijn onenigheid met Reinout
Oerlemans.
‘Als je het daar wilt maken dan blazen we het maar af.’
Ik probeerde hem nog te overtuigen door ze als twee grootmachten te
schetsen: ‘De een is Rusland, de ander Amerika en jullie bakkeleien
erover wie het plaatsje Bennebroek met een oppervlakte van wel twee
vierkante meter mag hebben.’
Het conflict was namelijk, zover ik weet, begonnen over het stelen
van elkaars schaatsers. Een flauw glimlachje kreeg ik als beloning
voor mijn kromme vergelijking.
Zijn standpunt bleef onverbiddelijk: ‘Los van het sentiment is het
ook zakelijk onverstandig het daar onder te brengen. Het is
gewoonweg te duur.’
Ik bracht Reinout hiervan op de hoogte en die was not
amused.
‘Stenders, je hebt wél een exclusief contract met Eyeworks,
hoor.’
Administratief ben ik een ramp, dus ik had die overeenkomst
helemaal niet gelezen, ook omdat er geen salaris aan te pas kwam.
Er zou pas over geld worden gesproken als er daadwerkelijk een
format was verkocht. Ik zag mezelf als een vliegende kiep. ‘To
hire for anyone’, maar ik had me kennelijk exclusief verbonden
aan ‘Arnies’ firma.
De verdiensten van Late Vermaak schonk ik indertijd allemaal
aan RTL, dat zo correct was geweest om mijn
loonstrookje nog een tijdje van gezellige getalletjes te voorzien.
Ze vonden het logisch dat ik niet was meegegaan naar Caz! en waren
zo sportief om dat financieel te compenseren. Ik vond het op mijn
beurt niet meer dan billijk om het geldelijke gewin van ‘de
nevenactiviteiten’ over te maken op hun rekening. Zo ontstond de
merkwaardige situatie dat Talpa en later de Vara, waarvoor ik een
vakantieklusje op de radio deed, met RTL moesten onderhandelen over
mijn salaris.
Hoe kwam ik nou weer uit de impasse met De Mol en Oerlemans?
Tegen de tijd dat Late Night daadwerkelijk op Talpa zou
starten, had ik geen aanvullend salaris meer van RTL. Ik wilde
enorm graag loyaal zijn aan Eyeworks, maar had daar geen inkomen.
En Johnny-boy was onvermurwbaar: geen baan als ik voet bij stuk
hield.
Het was overigens al de tweede keer dat ik tussen deze twee
vuurpelotons stond. Eerder hadden ze beiden zo’n ‘sterren zingen
het glazuur uit je tanden’-format en ik mocht kiezen waar ik
jurylid wilde zijn. Ik koos voor de Talpa-variant Just the Two
of Us, met Linda de Mol en Gordon. Dat was geen freakshow, ze
vroegen me net iets eerder en ik werd herenigd met Cornald Maas,
met wie ik ooit het Songfestival had gedaan. Maas is van de
prachtige vileine volzinnen, ik ben de bazelende dorpsgek, de
volbloed provocateur annex arrogante betweter. We vormden samen een
goed team. De eerste week Just the Two of Us was
oncomfortabel omdat ze me veel te veel opdrachten meegaven, maar
vanaf de aflevering daarna lieten ze me met rust en werd het een
uiterst gezellig klusje, waarop ik met veel plezier terugkijk.
Nu moest ik weer zo’n salomonsoordeel vellen.
Het meest vervelende vond ik het om de speelbal in een
prestigestrijd te zijn. Het ging echt niet over mij, want voor
zowel John als Reinout ben ik een volstrekt inwisselbaar radertje.
Zíj zouden er geen boterham minder om eten, maar ik was inmiddels
41 en wist even niet meer zo goed waar de broodwinning vandaan
moest komen.
Dit keer loste de natuur het probleem op. Talpa werd verkocht aan
RTL en ik werd diezelfde dag door de Vara benaderd om Claudia de
Breij op 3FM te vervangen. Zij had gekozen voor een tv-loopbaan.
Ben je dan een mazzelkont?
Ik besloot wel administratief enkele sporen van volwassenheid te
gaan vertonen en begon met het lezen van contracten, want in zo’n
spagaat wilde ik nooit meer gestrekt gaan. Zo kwam ik terecht op de
plek waarvan ik definitief afscheid dacht te hebben genomen: 3FM.
De zendercoördinator was nog steeds Florent Luyckx. Hij had mij bij
het afscheid een ludiek cadeau gegeven. Een brandkastje met daarin
mijn 3FM-toegangspasje. Als de nood hoog was, mocht ik symbolisch
het ruitje inslaan en terugkomen.
Daartoe had ik trouwens al een paar pogingen
ondernomen, maar het glas was stevig. Elke keer als er een gaatje
in de programmering viel, meldde ik mij zonder schaamte aan. Op het
zielige af. Als er ’s nachts tussen twee en tien over twee een plek
vrij was, ging er een telefoontje naar Luyckx. Wouter van der Goes,
de opvolger van Ruud de Wild, verdween naar Q-Music.
Ik belde.
‘Nee, Rob, je bent te oud, dat gaan we niet doen,’ aldus de
onverbiddelijke maar gelukkig eerlijke Florent.
Veel hooggeplaatste personen binnen de omroep houden niet van
slechtnieuwsgesprekken. Je hoort nooit meer wat of ze kronkelen
zich in heel vage bochten, om maar zo beleefd mogelijk te vertellen
waarom het niet doorgaat. Ik hou ontzettend van de Florent-manier.
Hij belt je meteen terug, draalt niet en zegt waar het op staat.
Hij koos op de Van der Goes-plek voor de Coen & Sander
Show en had het daarmee bij het rechte eind. Dat is een
succesvol programma.
Vervolgens kwam er ruimte op de vrijdagavond tussen zeven en tien.
Het leek me leuk om daar weer wat leven in te blazen. Florent leek
even te twijfelen, maar liet al snel weten samen met de NPS te
hebben besloten dat Gerard Ekdom en Michiel Veenstra beter waren op
die tijd. En zo is het ook.
Ik wilde vanwege het weinig aantrekkelijke vooruitzicht van geen
inkomen wellicht te graag. Dat noopte andermaal tot wat
zelfreflectie. Ik zou me niet meer melden voor een baan bij 3FM. Ik
moest ook een keer verder kijken. Dit standpunt leek vrucht af te
werpen, gezien de tv-klus die op mijn pad kwam.
Net toen die klus middels de verkoop van Tien aan RTL in de
prullenbak verdween, klopte de publieke popzender dus alsnog
aan.
Ik maakte een afspraak met Florent, die me
vertelde opgelucht te zijn de belofte van het pasje alsnog te
kunnen inlossen. In zijn optiek was er voor mijn leeftijdscategorie
nog ruimte tussen negen uur in de ochtend en twee uur in de middag
op de jongerenzender.
‘Je hebt ook nog een goed oor voor nieuwe muziek en dat is een
andere belangrijke voorwaarde om bij ons te kunnen
functioneren.’
Hij praatte me razendsnel bij over de veranderingen in de paar
Stendersloze jaren. Het volgen van het muziekregime en mijn neiging
tot ontsnappen aan officiële plichtplegingen waren heikele punten.
Ik beloofde dat ik op mijn verouderde dag de zaak niet op stelten
zou zetten en zonder al te veel hobbels mijn laatste dagen als
reservejongere op zijn zender zou doorbrengen.
Ik ging de lunchuren tussen twaalf en twee vullen. Titel was
aanvankelijk Stenders Smeert ’m, maar
dat vond Florent, de feel good goeroe, te negatief. Het werd
Stenders Eet Vermaak: een vette knipoog richting mijn
uiterst korte tv-avontuur Late Vermaak.
Zelfs de werkzaamheden op uiterst bekend terrein kenden een
weliswaar korte incubatietijd. Ik was het niet gewend om slechts
één plaat per uur zelf te mogen bepalen. De rest komt uit de
computer, die met menselijke hand wordt aangepast door een
muzieksamensteller. Pikant detail: degene aan wie ik verantwoording
moet afleggen en toestemming vraag voor het verschuiven van liedjes
is… Basyl de Groot. De man die ik ooit naar voren heb geschoven als
music director, omdat ik het zelf niet mocht doen vanwege een niet
te combineren dubbelfunctie.
In den beginne vond ik het heel moeilijk om me neer te leggen bij
slechts twee eigen platen in twee uur. De zogenaamde free
choices. Men was daarin nogal strikt. Ik heb als onderdeel in
mijn programma de zogenaamde Indecent Proposal: een nog niet
doorgebroken artiest voert een opdracht uit en kan daarmee zendtijd
winnen. De band Gemstone had een cover gemaakt van de Michael
Jackson klassieker Ben. Het leek mij leuk als zij een
beroemde Ben moesten regelen, bij voorkeur Ben Cramer, om dat
nummer mee te vertolken.
Gemstone trok naar zijn huis en Bens vrouw vertelde dat hij in
hotel De Witte Bergen een interview gaf aan een roddelblad. De band
overviel de verbouwereerde zanger aldaar en Cramer wilde na enig
aandringen best mee naar de 3FM-studio om Ben te zingen.
Eenmaal in ons pand printte hij de tekst uit en gaf samen met
Gemstone een zeer verdienstelijke uitvoering van Michaels prille
ode aan zijn ratje. Ik draaide iets later mijn free choice en sloot
het programma tevreden af. Was vermakelijk geweest.
Niet wetend dat ik drie grote basisfouten had gemaakt. Ik had twee
free choices in één uur laten horen: Ben werd gewoon
meegerekend. Ben Cramer sprak de jonge doelgroep niet meer aan. Wat
deed hij in het programma? Het nummer zelf was ook te oud. Ik had
in dat uur namelijk al een belegen liedje gehad.
Welkom in het strakke jasje van de moderne radio!
Dat was even slikken. Meteen drong de vraag zich aan mij op of ik
niet met vervroegd pensioen moest. Ooit hadden we zo’n beetje het
meest vrije beroep ter wereld. Daarvan is nu nog maar een schijntje
over. Als ik tien jaar later was begonnen, had ik het gewoon niet
gered.
En dan zit ik nog op de meest progressieve etherzender van
Nederland. Die wordt in elk geval nog bestierd door mensen voor wie
muziek en radio niet alleen een product zijn, maar ook een passie.
Daar staan nog wel eens platen op basis van enthousiasme op de
playlist en niet alleen omdat de
testresultaten goed zijn. Ik koester die speld in de hooiberg.
Het was dus flink wrikken en wroeten voordat ik de smaak weer te
pakken kreeg. Met hulp van het door Claudia achtergelaten
weeskindje Leon Polman en de kleine stoere boer Jelmer Gussinklo is
het gelukt om met veel plezier weer een programma te maken op 3FM.
Het steunt alleen veel minder dan ooit op ‘mijn’muziek.
Ik heb sowieso altijd geprobeerd naast de mainstreamuren een Robs
hobbyzoldertje in te richten voor de ware muziekliefhebbers.
Voorheen kon ik die programma’s kwijt in de daluren van de publieke
omroep. Sinds een paar jaar heb ik voor die primaire levensbehoefte
een station op internet: KXradio!