29.

Jeroen Kijk in de Vegte ging tot ieders verbazing niet met De Wild mee naar Radio 538.
Zijn zwerfbestaan bracht hem uiteindelijk bij mij waar hij nog een jaar Stenders Vroeg Op heeft mee gepresenteerd op Yorin FM. Hij is een prettig mens om mee samen te werken en het programma herstelde zich met hem in de gelederen weer snel.
Een van de leukste projecten was onze traditionele ‘week van de eerste keer’, de Try before you die avant la lettre. Jeroen moest stand-upcomedy gaan bedrijven. Hij durfde het aan in een gezelschap van professionele stand-uppers zoals Wilko Terwijn, die twaalf keer per jaar bij ons de oudemaandsconference deed, en Javier Guzman. Hij ging dat een avond vóór onze uitzending doen. Ik was daarbij aanwezig en nog zenuwachtiger dan Kijk in de Vegte zelf. Wat had ik hem aangedaan?
Hij werd door een Amerikaan aangekondigd die erg veel moeite had met de achternaam en dat was een prettige opmaat voor de voorstelling. Ik had klamme handen, maar dat bleek nergens voor nodig. Zonder een spoortje stress kwam Jeroen de bühne op en lepelde daar een minuut of zeven stand-upcomedy op alsof hij nooit iets anders had gedaan. Het publiek was op zijn hand en hij kreeg dan ook een fors applaus.
Een van zijn eerste teksten ging over het doel van zijn aanwezigheid daar. Hij probeerde de situatie te verzachten door hardop te verwijzen naar de opdrachten van andere teamleden. Met name het hangen aan een molenwiek van Fred Siebelink en het streaken van Jelmer bij Sparta leverden lachsalvo’s op.
Het was inderdaad zo dat Jelmer precies toen Jeroen op het podium stond zijn zenuwen in bedwang aan het houden was omdat hij binnen een paar minuten ten overstaan van enkele tienduizenden supporters in zijn nakie het veld over moest rennen.
Hij had onder valse voorwendselen een perskaart te pakken gekregen en stond tussen fotografen en journalisten te wachten op een dood spelmoment. Aanvankelijk was het plan dat hij bij een vrije trap het veld zou op lopen net voor de voetballer de bal richting doel zou trappen, maar dat zou hem uiteindelijk niet lukken. Hij stond (sorry voor de beeldspraak) stijf van de zenuwen en wilde niet langer wachten.
Daar ging hij, in een vlaag van adrenalineoverschot, dat veld over. Zijn edele deel had hij smaakvol opgetuigd met een nauwsluitend kerstmutsje. Vrij snel tijdens zijn triomftocht op Het Kasteel kreeg hij gezelschap van twee beren van de beveiliging die zich ontfermden over ons stuiterkonijntje Jelmer Gussinklo.
Wij noemde hem zo omdat ADHD door hem is uitgevonden en verbeterd. Een jongen van stavast en principes uit de Achterhoek met een hele grote bek maar een miniatuurhartje. Eén blik op zijn immer guitige gelaat zorgt direct voor een doorbrekende glimlach op de smoel van de grootste chagrijn. Veel gemotiveerder dan hij zul je ze niet snel tegenkomen. Zijn werkdag is pas klaar als de klus is geklaard.
De streakersstunt haalde ’s avonds de uitzending van Talpa’s De Wedstrijden. Presentator Wilfred Genee, met wie wij een goede band hadden, vertelde dat Jelmer zijn spullen daar kon komen ophalen. Ze hadden namelijk zijn apparatuur in beslag genomen. Hij kreeg een stadionverbod voor tien jaar, een boete van 10.000 euro en als bonus nog eens 52 euro strafport omdat hij geen identificatie bij zich had. Tsja, waar had hij dat dan moeten laten, vroegen wij ons af.
Fred Siebelink hadden we zover gekregen dat hij tijdens een live-uitzending aan een molenwiek ging hangen. Hij trof het, het waaide enorm en de regen had zich ook niet onbetuigd gelaten. Het werd radio met beeld, vooral tijdens de laatste ‘ereronde’ schreeuwde hij het uit van ellende.
Hij zou tijdens de wentelingen ook het Wilhelmus aanheffen en dat deed Fred braafjes. Zelden zal ons volkslied zo doorspekt zijn geweest met vloeken.
‘Wilhelmus van godverrrrrrrrrrrrdomme, kut, kut, zijn wij van au au godverdommes bloed.’ Hij genoot hoorbaar van de opdracht.

Audrey Zonneveld werd in de ‘week van de eerste keer’ door een scholengemeenschap uitgenodigd seksuele voorlichting te geven aan jongeren tussen de tien en vijftien jaar.
Zij was de deftige dame van het gezelschap. Ze pleegde elke dag verraad aan haar intellectuele inborst om met die ongemanierde provinciaaltjes radio te maken. En je kwam al uit de provincie als je Utrecht als standplaats had. Typisch gevalletje van hoofdstedelijke arrogantie, vonden wij.
We waren eigenlijk te min voor haar en in het openbaar werd zij liever niet met ons geassocieerd, maar it was a living. Zo kon ze in elk geval haar Prada-honger stillen. Ze was wars van vieze woordjes, daarin had ze een erg lage pijngrens, en ze haatte elke vorm van openbare seksuele verhandelingen. In woord en gebaar.
Ik zie mij nog op een besneeuwde snelweg zitten in haar auto toen Henkjan iets ongecontroleerds riep over pijpen. Ondanks de ijzel en het slipgevaar liet zij in paniek het stuur los om de handen te gebruiken voor het afdekken van beide oren onder het uitroepen van ‘oe, oe, oe, oeeeeee, oeeeee, ik wil het niet horen, ik wil het niet horen!’. Liever een ongeluk dan het bevuilen van de hersenen met expliciete taal, was de boodschap die wij hieruit distilleerden.
Veel luisteraars dachten dat haar bekaktheid een act was. Niets was minder waar. Zij was dus een fantastisch slachtoffer om seksuele voorlichting te geven aan al die opgeschoten kids wier hormonen op een kermisattractie lijken.
De leraar introduceerde haar netjes en live op antenne waren wij getuigen van de spartelende Audrey als seksuoloog in spe. De mooiste herinnering hebben we aan de vragenronde: ‘Juffrouw, wat is beffen?’ Het antwoord met die geagiteerde stem van haar heeft ons een lachstuip van een kwartier opgeleverd: ‘Uh dat woord, uh dat bestaat niet, dat is niks.’
Het was prachtige radio. Ik kon geen enkele reden bedenken waarom zij in ons team paste en dat was waarschijnlijk precies de reden dat het werkte. Ze vormde zo’n sterk contrast met eenieder in de radiobizz dat ze er op een rare manier een prettige aanvulling op was.
Ikzelf leidde in die week een luxezwerversbestaan. Het was mij verboden naar huis te gaan. Het enige vastomlijnde dak boven mijn hoofd had ik tijdens de ochtendshow. Ik sliep een nacht onder de sterrenhemel waar ik inderdaad zeker twee keer door politiefunctionarissen werd weggestuurd van het traditionele bankje in het park. Drie dagen ging ik slapen bij luisteraars en de laatste nacht bracht ik samen met Fred en toenmalig wethouder Veiligheid namens Leefbaar Rotterdam, Marianne van den Anker, door in een opvanghuis voor daklozen.
Het werd een leerzame nacht. Marianne en de directeur vertelden ons zeer uitgebreid over de zwaarte van het bestaan van de ‘clientèle’. We spraken met veel tijdelijke bewoners en lieten ons uitgebreid voorlichten over de methoden die men had verzonnen om de mensen voor te bereiden op hun herintrede in de maatschappij.
We werden getroffen door de bevlogenheid van de directeur, Marianne en veel personeelsleden (vaak ex-verslaafden en daklozen). Ze deden er echt alles aan om de daklozen een menswaardig bestaan te geven. We namen de wethouder na afloop van de bijzondere nacht nog even mee naar de studio om gewag te doen van de situatie in de opvanghuizen.

Zo heel af en toe verlieten we het pad van het pretentieloos amusement. In augustus 2005 had de orkaan Katrina huisgehouden in New Orleans. Als gevolg hiervan stond zowat de hele stad onder water. Eerder werden honderdduizenden mensen uit de stad geëvacueerd. Door de orkaan vielen ten minste 1.800 doden in de Verenigde Staten.
Ondanks de grootschalige evacuatie voor de komst van de orkaan verbleven nog veel (arme) mensen in de stad. Door de overstroming, het ontbreken van elektriciteit, het gebrek aan voedsel en water bleek de stad voor een tijd niet leefbaar en moest iedereen de stad verlaten.
President Bush noemde de orkaan een van de ergste natuurrampen in de Amerikaanse geschiedenis. Er was veel kritiek van de inwoners van New Orleans, onder wie burgemeester Ray Nagin, op de trage hulpverlening.
Audrey had een reportage gezien van RTL’s Amerika-correspondent Max Westerman die haar tot tranen had geroerd. Westerman had zijn journalistieke neutraliteit laten varen om Dionne Christophe en haar twee dochters, een meisje van twaalf en een baby van vijf weken, te helpen bij hun evacuatie. Ze was alles kwijt, het ziekenhuis waar zij werkte was weggespoeld en datzelfde lot was haar huis beschoren.
‘Hoe is het toch mogelijk dat zo’n rijk land nauwelijks voor zijn inwoners in nood kan zorgen?’Was keer op keer de kern van het betoog van Max. Wij besloten samen met de correspondent het gezin figuurlijk te adopteren en alles op alles te zetten om dit gezin te helpen aan basisbenodigdheden als een baan, een huis, meubels en kleding.
Luisteraars hadden de huisraad zo bij elkaar, Randstad bemiddelde bij een nieuwe baan en zakenman Joop de Graaff regelde een compleet nieuw huis voor Dionne en haar familie. Aanvankelijk lag de Amerikaanse overheid nog dwars, maar na wat dreiging van Max Westerman over verwoestende imagoreportages die hij zou gaan maken, werd uiteindelijk het nieuwe leven voor Dionne en haar kinderen een feit.
We hadden haar telefonisch in de uitzending toen ze haar intrek nam in de nieuwe woning. Dionnes hoorbare geluk was een hoogtepunt in ons aller bestaan. Audrey, die dag en nacht in touw was geweest om deze actie tot een goed eind te brengen, bleef nog lang regelmatig contact houden met Dionne.
Onze andere aflaat was een jaarlijkse kalender die wij ten faveure van het goede doel maakten. Dat begon al tijdens onze middagshow op Radio 3 en zou tot aan Stenders Vroeg Op op Yorin FM worden vervolgd. De eerste editie was tamelijk amateuristisch, maar alle andere zouden uiterst professioneel worden. Geheel tegen de natuur van de bedenkers in. Als fotograaf hadden we Patricia Steur in de arm genomen.
Er kwamen heuse thema’s zoals platenhoezen, tv-series en filmposters. Het waren vaak prachtige foto’s waarop de meeste hoofdrolspelers uiterst content terugkeken. Steur haalde voor deze klus het onderste uit de kan, zoals iedereen die aan het project meewerkte. Speciale dankzegging ook voor de drukker Gianotten uit Tilburg die ze allemaal op tijd en blinkend het levenslicht liet zien, al moest er vaak 24 uur worden doorgewerkt.
Geen enkele Bekende Nederlander kwam onder onze kalender uit. Meestal vroegen we ze tijdens een live-uitzending mee te werken en wie zegt er dan in het openbaar nee tegen een activiteit voor het goede doel?
Na twee jaar hoefden we dat niet meer te doen, want toen bleek onze kalender een ‘ding’ te worden in prominentenland. Hij werd een graadmeter of je ‘iemand’ of een ‘nobody’ was in de showbizz. Vele sterren lieten, natuurlijk via hun management, weten dat ze heel graag wilden poseren voor het goede doel. Wij zaten zelfs in de luxepositie dat we hier of daar ‘nee’ konden verkopen.
Het was ieder jaar weer een huzarenstuk, maar ook altijd een ontzettend leuke energieke onderneming. De opbrengst ging elk jaar naar een andere organisatie. Die varieerde van 60.000 gulden voor de eerste kalender tot 100.000 euro voor de laatste.