4
‘Let niet op de...’ begon ze automatisch.
‘Mijn god!’ Zijn uitroep van verschrikking was eruit voordat Anna het woord ‘rommel’ kon zeggen.
Ze was beledigd. ‘Hé, ik ben er nog mee bezig! Je hoeft niet zo uit je dak te gaan.’
‘Ik ben bang van wel.’ Hij liep de kamer in tot het punt waar de vloerplanken ophielden.
‘Waarom? En wil je alsjeblieft niet zo hard praten? Daar kan Caroline niet tegen.’
De blik van de man zou een volwassen eikenboom hebben kunnen vellen. Anna draaide zich van hem weg. Caroline liep naar haar bed. ‘Ze heeft een hekel aan mannen,’ zei Anna toen ze haar zenuwen weer de baas was.
Hij keek haar aan met een blik die haar het gevoel gaf dat ze tien jaar was en op iets ondeugends was betrapt. Het was echt een heel vreemde man die het ene moment zo uit zijn slof kon schieten, het volgende grapjes maakte en daarna weer zijn zelfbeheersing verloor. Hij had duidelijk een kort lontje, maar ze liet zich niet uit het veld slaan.
‘Kijk maar!’ ging Anna verder in een soort van geschreeuwde fluisterstem. ‘Ze verstopt zich!’
Caroline verborg inderdaad haar kop in Anna’s slaapzak en Rob Hunter, net nog zo boos, onderging een transformatie. Hij liep naar Caroline. ‘Hallo lieverd.’
Er gebeurde iets. Caroline’s kop verscheen en ze keek de man aan. Lieve woordjes fluisterend kwam hij dichterbij en ze rolde op haar rug met haar poten in de lucht als teken van volledige overgave. Toen hij haar buik en keel begon te aaien, rekte ze haar nek zodat hij er beter bij kon. Het was een wonder. ‘Nou, aan mij lijkt ze geen hekel te hebben.’
‘Ze kent je nu een beetje, aangezien je haar naar huis hebt gesleept,’ zei Anna boos. Ze weigerde op te merken dat hij niet langer boos was en zijn ogen weer schitterden.
‘Luister,’ zei hij, zijn woorden doorspekt met zoete redelijkheid. ‘Waarom zet je niet even een kopje koffie voor ons? We kunnen allebei wel iets gebruiken.’
Ze kon inderdaad wel iets gebruiken – al was het maar een glaasje water – maar moest ze zomaar toegeven aan de eisen van deze man? Aangezien hij haar geen aandacht schonk en al zijn sociale vaardigheden op de hond richtte, besloot ze dat ze best water op kon zetten zonder dat het als capitulatie gezien zou worden. Caroline zat nu rechtop en gaf hem een poot. Anna vermoedde dat als ze meer meubels dan alleen een keukenkrukje gehad had en hij erop was gaan zitten, Caroline waarschijnlijk in een mum van tijd op zijn schoot was geklommen.
Toen Caroline opstond deed haar onuitgenodigde gast hetzelfde en begon haar over haar hele lichaam te bevoelen.
‘Wat doe je?’ wilde Anna weten, beledigd en verbaasd tegelijkertijd. ‘Het lijkt wel of je op zoek bent naar gebroken botten.’
‘Dat ben ik ook.’ Hij liet Carolines fluwelen oren telkens weer door zijn vingers glijden terwijl ze gek van adoratie tegen hem aan leunde.
‘O,’ zei Anna, minder verbaasd en meer beledigd. ‘En heb je wat gevonden?’
‘Nee.’
Nu deed hij haar bek open en inspecteerde Carolines tanden. ‘Deze kunnen wel wat aandacht gebruiken. Ben je al met haar naar de dierenarts geweest sinds je haar hebt?’
‘Nee.’ Ze probeerde niet opstandig te klinken, maar dat mislukte. ‘Ik heb haar nog niet zo lang. Ik dacht dat ze eerst maar aan mij moest wennen voordat ik haar naar een dierenarts zou slepen.’
‘Maar je sleepte haar anders wel naar een markt om haar het trauma van de knallende uitlaat te bezorgen.’ Zijn verwijt werd vergezeld door een halve glimlach, maar het bleef een verwijt.
‘Luister, tot dat gebeurde was er niets aan de hand! En hoe had ik kunnen weten dat een auto zo’n herrie zou maken? Je bent echt onredelijk.’ En Anna voelde zich totaal overvallen.
Hij ging op zijn hielen zitten en sloeg zijn ogen naar haar op. ‘Het spijt me als ik zo overkom, maar het is mijn werk om je huis te controleren om te zien of het geschikt is. En dat is het overduidelijk niet. En als ik zo vrij mag zijn, ben ik er ook niet van overtuigd dat jij verantwoordelijk genoeg bent om voor haar te zorgen.’
‘Nou, daar is het dan een beetje laat voor! Ik heb Caroline al...’ Ze aarzelde. Ze had Caroline net een week, maar hoefde hij dat weten? ‘Best een tijd. En ik doe geen afstand van haar!’ Pas nu realiseerde Anna zich hoe belangrijk de hond voor haar was. Tot dan toe had ze gedacht dat als Chloe en haar gezin groter zouden gaan wonen en Caroline mee wilden nemen, ze dat geweldig had gevonden. Nu besefte ze ineens dat zij en Caroline een team waren. ‘En als je echt zo’n behoefte aan koffie hebt als je steeds zegt, kun je maar beter ophouden me als een hondenmepper te behandelen!’
Hij grinnikte maar ging serieus verder: ‘Geen van de juiste procedures kunnen zijn doorlopen toen jij Caroline nam,’ zei hij, iets te geduldig naar Anna’s zin. ‘En je weet waarschijnlijk helemaal niets over hoe je voor een windhond moet zorgen.’
‘Ik heb haar niet genomen! Je laat het klinken alsof ik haar gestolen heb.’ Anna wist dat ze nijdiger werd dan verstandig was, maar ze kon het niet helpen. ‘Een vrouw genaamd Star kwam langs, gewoon op bezoek, en liet haar bij me achter zonder dat we het doorhadden.’
‘We?’
‘Mijn buurvrouw was er ook bij. Zij doet veel voor de windhondenorganisatie.’
Hij kuchte, mogelijk om een lachje te verbergen dat Anna besloot te negeren. In plaats daarvan fronste ze. Ze zou zich Caroline voor geen goud laten afnemen, maar ze was zich er maar al te zeer van bewust hoe onorthodox hun samenkomst was geweest. ‘Nou, je krijgt Caroline niet terug. Ze is nu van mij, meer valt er niet over te zeggen. Heb je suiker in je koffie?’
‘Alleen een scheutje melk, als je dat hebt.’
Anna liep weer naar de ketel, de bekers en de oploskoffie.
‘Hebben jullie al het papierwerk doorgenomen? Weet de Trust waar ze vandaan komt? Dat ze niet gestolen is?’
Anna goot kokend water in de bekers. ‘Dat is allemaal voor me geregeld.’
Ze bracht hem een beker koffie en zette hem ergens waar hij erbij kon. Ze was van plan Caroline bij deze man weg te lokken, want hoe dol Caroline ook op hem leek te zijn, hij kreeg haar niet! Anna was in een voogdijzaak verwikkeld en ze zou hoe dan ook winnen. Ze haalde Carolines halsband uit haar zak tevoorschijn en deed hem bij haar om. Het was een teken dat de hond haar eigendom was.
Rob Hunter hief de koffiebeker. ‘Proost!’ zei hij.
Anna ging terug naar waar ze haar beker had neergezet om een hoognodige slok te nemen.
Rob Hunter zuchtte. ‘Nou, je bent duidelijk heel erg dol op haar, maar wat er op de markt is gebeurd had fatale consequenties kunnen hebben. Je zult in de toekomst voorzichtiger moeten zijn. Een hond die je niet goed kent meenemen naar zo’n drukke plek...’
‘O, hou toch eens op! Goed, ze is uit haar halsband geglipt, maar nu ik dat weet zal dat niet meer gebeuren! En ze had helemaal geen problemen met al die mensen.’
Hij keek haar schijnbaar twijfelachtig aan. ‘Ik kan maar beter even goed rondkijken om te zien of je haar kunt houden.’
Anna schoot weer in de verdediging. ‘Geen sprake van! Dit is míjn huis!’
Hij zuchtte weer. ‘Ik snap dat dit je rauw op je dak komt vallen – mij ook, als dat je wat troost biedt – maar de Trust had je nooit voor langere tijd een hond mogen laten houden zonder je huis te bekijken. Ik kan het net zo goed meteen doen, nu ik er toch ben.’ Hij glimlachte bijna. ‘Dan hoef je me niet nog een keer over de vloer te hebben.’
Anna glimlachte bijna terug. ‘In dat geval: ga je gang.’
Ze beredeneerde dat je met gerechtvaardigde verontwaardiging uiteindelijk niet verder komt. Bovendien was het grootste gedeelte van het huis toch wel zichtbaar vanaf waar hij stond. Aangezien Caroline toch de ladder niet op kon, en de bovenverdiepingen dus niet terzake deden, leek het weinig zin te hebben om voor de dichtgespijkerde ramen te gaan staan.
Met grote passen liep hij naar de achterkant van het huis. Bij ieder ander zou Anna hebben uitgelegd dat ze hoopte openslaande tuindeuren te maken, maar nu zei ze niets.
‘Is daar een tuin?’ vroeg hij, terwijl hij zich naar haar omdraaide.
‘Ja. Niet zo groot, maar verderop is een veldje waar ze beweging krijgt.’
‘Is de tuin goed afgesloten? Ze kunnen vrij hoog springen. Gelukkig niet zo hoog als stropershonden.’
Anna ontgrendelde de achterdeur zodat hij de kleine vierkante ruimte kon bekijken die op een dag een schattige afgeschermde tuin zou worden. Anna kon zonder ladder niet eens over de schutting heen kijken.
‘Dat lijkt me veilig genoeg. En ik zie dat je alle rotzooi meteen opruimt. Het is heel belangrijk om haar leefomgeving schoon te houden.’
‘Goh,’ mompelde Anna. Hij had zijn officiële pet weer op.
‘En hoe is Caroline met andere dieren?’ ging Rob Hunter verder, Anna’s sarcasme negerend. Hij had Carolines oren weer te pakken. Anna gaf haar voogdijstrijd tijdelijk op.
‘Met katten is ze hopeloos, maar achter kleine hondjes gaat ze niet aan. Ik heb haar alleen nog niet los laten lopen. Chloe vertelde me dat veel windhonden nooit los kunnen tenzij je naar een omheind veld gaat.’ Anna had het gevoel dat het belangrijk was om enige kennis van hondenzorg tentoon te spreiden.
‘Nou, dat is zeer verstandig. En nu haar halsband. Hij is heel mooi en ik zie dat je een hele rits telefoonnummers op haar penning hebt staan, maar zoals je ontdekt hebt hoeft ze zich maar om te draaien en ze is los.’
Anna zuchtte. Ze kon niets ter verdediging inbrengen.
‘Deze halsband is prima voor binnengebruik, maar voor buiten heb je ook een sliphalsband nodig.’
‘Oké. Ik haal er wel een.’
‘En heeft ze last van verlatingsangst?’
‘Wat?’ Deze man was echt het toppunt.
‘Vernielt ze de boel als je weg bent?’
‘Nee. Ik heb haar nog niet lang alleen gelaten, maar er is niets aan de hand als ik een paar uurtjes de stad in ga of iets dergelijks.’ Ze vertelde hem niet dat ze een elektrische deken voor haar gekocht had om op te slapen. Dat zou hij alleen maar vertroeteling vinden.
‘Hoewel het idee je misschien niet aanstaat, is een binnenkennel een heel goed idee. Dan heeft ze een veilig plaatsje.’ Hij keek om zich heen. ‘Je legt er iets overheen zodat het net een tent is en bovendien houdt het haar uit de tocht.’
‘Het idee staat me niet aan,’ zei ze koppig.
‘Dat dacht ik al, maar ze zijn echt goed hoor.’ Hij zag dat hij er niets mee bereikte, dus ging hij verder: ‘Wat geef je haar te eten?’
‘Een complete voeding, zoals aanbevolen door de Trust.’
‘En vindt ze het lekker?’
‘Meestal wel. Soms lijkt ze niet zoveel honger te hebben.’
‘En wat doe je dan?’
Anna haalde haar schouders op. Ze was altijd goed geweest in gokken naar het juiste antwoord; in multiplechoicequizzen om je persoonlijkheid te testen kwam ze altijd goed uit de bus. Maar deze keer had ze geen idee welk antwoord juist was. Ze viel terug op de waarheid. ‘Dan gooi ik het naar buiten voor de vogeltjes en neem ik aan dat ze de volgende keer wel al haar eten opeet.’
Met tegenzin knikte hij goedkeurend. ‘De meeste vrouwen verleiden ze met ander eten, maar hondenvoer uit blik veroorzaakt diarree bij ze.’ Hij pauzeerde even om te laten bezinken hoe verschrikkelijk dat was. ‘Een ander alternatief is rauwe pens. Het is goedkoop, heel voedzaam en erg goed voor hun tanden. Maar het ruikt wel een beetje.’
Hoe graag Anna ook wilde vermijden dat ze onder ‘de meeste vrouwen’ geschaard werd, ze was niet van plan Caroline rauwe pens te voeren. ‘Ze is volkomen tevreden met het droge spul.’
‘Mag ik zien waar je haar te eten geeft?’
Anna leidde hem naar de emmers waar de twee afwasteilen in hingen. Een ervan zat vol water, de andere was leeg. Nu ze niet meer het gevoel had dat hij haar van hondenmishandeling betichtte, schoot ze niet meer in de verdediging.
‘Prima. Dat is goed zo,’ zei hij.
‘Ik weet dat het belangrijk is dat ze niet op grondhoogte eten en zo.’
‘Gelukkig maar,’ zei hij. Plotseling had Anna genoeg van de hele inquisitie.
‘Luister, meneer...’
‘Hunter, Rob Hunter, maar noem me maar Rob.’
Anna negeerde dit vriendelijke gebaar. ‘Meneer Hunter, ik begrijp dat iemand van de Greyhound Trust zich ervan moet verzekeren dat de honden goed herplaatst worden. Maar nu ik heb laten zien dat er goed voor Caroline gezorgd wordt, is het misschien tijd om te gaan? Ik heb nog een heleboel te doen en ik weet zeker dat er nog wel meer onschuldige hondeneigenaren zijn om lastig te vallen.’
‘Ik heb gezien dat je haar goed verzorgt, maar ik moet je wel waarschuwen dat ze veel moeite zal hebben met een bijna spiraalvormige trap. Ze zal misschien nooit naar boven kunnen.’
‘Er komt helemaal geen spiraalvormige trap,’ zei Anna streng.
Hij fronste. ‘Niet? Dat heeft de rest van deze rij toch ook?’
‘Misschien,’ antwoordde Anna iets minder zeker.
‘Dan moet er hier ook een komen.’
‘Meneer Hunter, welke trap ik uitkies is mijn eigen zaak! Ik wil dat Caroline op mijn bed kan slapen, dus neem ik een trap die ze makkelijk kan beklimmen!’ Hier was niets van waar, maar ze wist dat het hem zou irriteren. ‘Het lijkt me tijd om te gaan!’
Hij trok sceptisch zijn wenkbrauw op en liet zichzelf door de voordeur uit.
* * *
Druk of niet, ze moest Caroline even alleen laten om bij Chloe uit te razen over wat een verschrikking Rob Hunter was geweest. Als Chloe nog niet terug was van waar ze ook geweest was zou Anna uit elkaar ploffen van frustratie. Gelukkig voor haar bloeddruk stond Chloe boodschappen uit te pakken en blikken bonen open te maken. Maar omdat de jongens allemaal thuis waren, moest ze wel op haar taalgebruik letten.
‘Eikel!’ zei ze zonder geluid tegen Chloe, die een beetje schrok. ‘Jij niet,’ zei Anna hardop. ‘Die sukkel die Caroline kwam controleren.’
‘Anna zei sukkel,’ zei Tom.
‘Sorry,’ zei Anna, ‘maar dat was hij echt! Hij stelde allerlei vreselijk impertinente vragen.’
‘Maar dat is zijn werk!’ merkte Chloe snel op. ‘Wanneer kwam hij langs? En hoe zei hij dat hij heette?’
‘Rob... Hummel? Hachee? Ik weet het nu al niet meer en hij is net weg.’
Chloe peinsde even. ‘Heette hij Hunter?’
‘Dat was het! Hij was echt zo ontzettend onaangenaam.’ Hoewel Anna bij zichzelf moest toegeven dat het feit dat hij gelijk had haar juist zo kwaad maakte. Chloe pakte een steelpan en kieperde de bonen erin terwijl ze Anna door liet razen. ‘We hebben elkaar misschien wel in moeilijke omstandigheden ontmoet, maar hij was vreselijk... arrogant, hoewel ik dat geloof ik niet helemaal bedoel.’
‘Dat kan mannen ook heel aantrekkelijk maken. Net als Mr Darcy.’ Ze roerde vluchtig in de bonen.
‘Hij was gewoon zo – ik weet het niet – bazig,’ zei Anna beslist, hoewel ze even aan de man moest denken die de afgelopen drie jaar geen moment uit haar hoofd geweest was en moest toegeven dat die ook een beetje arrogant was.
‘En wat waren die moeilijke omstandigheden?’
‘Ik was vanmorgen op de markt.’
‘O, leuk hè? Wij zijn heel vroeg geweest voordat het druk werd, dat is echt de beste tijd, en daarna zijn we naar de supermarkt gegaan. En wat gebeurde daar?’ Zonder te kijken wat ze deed, pakte Chloe twee sneeën brood en stopte ze in de broodrooster.
‘Er ontplofte een uitlaat en Caroline ontsnapte uit haar halsband.’
‘Wat? Wat vreselijk!’ Eindelijk drong de ernst van de situatie tot Chloe’s moederlijke luchtbel door. ‘Wil je zeggen dat je Caroline hebt meegenomen naar de markt?’
‘Eh, ja. Is dat zo verkeerd dan?’
‘Hoeft niet, maar je hebt haar nog niet zo lang en misschien vond ze het niet fijn tussen al die mensen.’
‘De mensen waren geen probleem,’ zei Anna. Ze voelde zich verraden. ‘Het was die knal van die uitlaat. En die halsband die je voor haar hebt gekocht!’
‘Wat is daar mis mee? Hij is prachtig en alle telefoonnummers pasten op de penning.’
‘Ja, maar ze kan er heel makkelijk uit glippen! Zoals ik zojuist ondervonden heb!’
‘O Anna, dat spijt me.’ Chloe was ontsteld. ‘Ik had geen idee. Ga zitten. Ik zet een kop koffie voor je. Of ik denk dat er ergens in de koelkast nog wel een biertje ligt.’
‘Ik kan beter aan het werk gaan.’
‘Toe, ga even zitten en neem een biertje.’ Chloe accepteerde geen nee, pakte een blikje uit de koelkast en een glas. ‘Met het risico om onattent te lijken door zomaar van onderwerp te veranderen’ – Chloe glimlachte – ‘heb ik goed nieuws!’
‘O, wat?’
‘Mike komt naar huis. Aanstaande donderdag. En dus heb ik dat etentje georganiseerd dat ik je had beloofd. Gewoon met wat vrienden uit de buurt.’ Een uitdrukking die Anna niet goed kon interpreteren, ze dacht ondeugendheid, verscheen even op Chloe’s gezicht. ‘Vrijdag.’
Anna was zo geroerd en blij dat ze even aan iets anders kon denken dan de verschrikkelijke Rob Hunter, dat ze er niets over zei. Het was zo lief en ze keek ernaar uit Mike te ontmoeten. ‘Maar heb je wel zin in al dat gedoe als Mike net terug is? Wil je dan niet alleen met het gezin zijn?’
‘Hemel, nee, en wat het gedoe betreft: iedereen brengt zelf iets mee, ieder een gang.’ Chloe zweeg even. ‘Je hoeft niet zo geschrokken te kijken; dat vraag ik alleen van mensen met een keuken.’