4
‘Zijn we er al?’ vroeg Brianne zo’n drieënhalf uur later vanaf de rechter voorstoel in Vals overvolle suv.
‘Het is nog wel een eindje rijden,’ antwoordde Val.
‘Hoe lang nog?’
‘Een uur. Misschien meer.’
‘Shit.’ Brianne diepte haar BlackBerry op uit haar bovenmaatse leren handtas.
‘Wie ga je nu weer sms’en?’ vroeg haar moeder.
‘Sasha.’
‘Die heb je net nog gezien.’
‘En?’
‘Ik kan nog steeds niet geloven dat we dit doen,’ merkte James op vanaf de achterbank, en hij wierp een blik door zijn zijraampje naar het langsglijdende panorama van bossen, weilanden en rivieren terwijl de auto voortreed over Route 9N naar Prospect Mountain.
‘Wat zit je toch te klagen?’ vroeg Melissa bij het andere raampje. ‘Kun je niet gewoon genieten van de omgeving?’
‘De enige omgeving waar ik van hou is een Broadway-toneel.’
‘Beeld je dan maar in dat Julie Andrews daar over die bergkam komt en “The Hills Are Alive” zingt.’
‘Toe… dat was in de film. Het was Mary Martin die de rol voor het eerst op Broadway bracht. Hoe lief die Julie misschien ook is, ze kan niet tippen aan Mary.’
‘Dat moet wel, pak ’m beet, vijftig jaar geleden zijn?’ friste Melissa zijn geheugen op. ‘Toen was je nog niet eens geboren.’
‘Nou en? Mijn oma was bij de première en ze vertelde me dat het spectaculair was.’
‘Hier is het ook spectaculair, als je het even een kans zou geven,’ kwam Val tussenbeide. ‘De natuur op z’n mooist, adembenemend gewoon.’
‘Ik haat natuur,’ zei James. ‘Ik word er nerveus van.’
Brianne lachte.
‘Je lacht, maar het heeft iets heel onnatuurlijks,’ meende James.
Nu lachte iedereen.
Iedereen, behalve Jennifer.
‘Moet je die schitterende waterval zien,’ probeerde Melissa. ‘Die heb je niet in Manhattan.’
‘En zwarte vliegen en steekmuggen. Die heb je ook niet in Manhattan.’
‘O mijn god, is dat een echt hert?’ vroeg Brianne, wijzend naar een hert langs de weg.
‘Getsie! Met van die teken. Hallo? Ziekte van Lyme, iemand wel eens van gehoord? Zeg me alsjeblieft dat dit niet waar is.’
Wat je zegt, dacht Jennifer op haar krappe plekje tussen James en Melissa op de achterbank. Ze probeerde nog steeds uit te dokteren hoe een weekendje uit met haar verloofde en zijn dochter, speciaal bedacht om hen dichter bij elkaar te brengen, was veranderd in een verontrustend, algemeen gekissebis onder de aanstaande ex-vrouw van haar verloofde en haar twee behoorlijk eigenaardige vrienden.
Wat was er eigenlijk aan de hand met Evan? Waarom had hij zijn ex-vrouw gebeld en niet haar, de vrouw met wie hij nu verloofd was? Waarom had hij niet eerst aan háár gevraagd wat ze van deze plotselinge wijziging van de plannen vond? Hij had haar toch op z’n minst om haar mening moeten vragen, en haar niet zomaar voor een voldongen feit moeten plaatsen. Hij had haar moeten bellen vóórdat hij Valerie belde, en niet erná, om uit te leggen dat hij weer eens was opgehouden en pas later die avond zou kunnen wegkomen.
En hoe was het hem in vredesnaam gelukt om Val over te halen om deze lange autorit naar de Adirondacks te maken? Wat had hij gezegd om haar zover te krijgen dat ze haar eigen plannen had uitgesteld om niet alleen zijn dochter, maar ook zijn kersverse verloofde, een vrouw die ze overduidelijk verafschuwde en minachtte, naar The Lodge bij Shadow Creek te brengen, om hem daar op te wachten? Ja, het was vermoedelijk waar dat Val de rit wel honderd keer had gemaakt en inmiddels blindelings de weg wist. En ja, ook was het waar dat Jennifers auto niet groot genoeg was voor Brianne en al hun bagage. En ook was het ongetwijfeld waar dat hij Jennifer, ondanks al zijn ontkenningen, geen al te beste chauffeur vond en haar niet vertrouwde over die steile, kronkelende wegen door onbekend terrein. Maar toch…
Nou en? Nou en? Nou en?
Dit is geen goed voorteken, dacht ze met haar vaders stem.
‘Dit is geen goed voorteken,’ had hij vanmorgen tegen haar gezegd toen ze zijn flat in Queens even was binnengewipt om hem te vertellen dat ze een lang weekend wegging met haar verloofde en diens dochter.
Ze had haar vader nooit moeten vertellen dat Evan wettelijk nog steeds getrouwd was, hoewel ze er eigenlijk niet echt bij stilgestaan had. Ze had in elk geval geen reactie verwacht. In de warme, benauwde stilte van zijn onverzorgde flat op de tweede verdieping hadden ze samen gezeten, en wat waarschijnlijk hooguit een kwartiertje was geweest, had wel uren geleken. Haar vader had een hekel aan geluid én aan licht, en dus was de tweekamerflat in duisternis gehuld en was de airconditioning, die in een klein voorraam was gepropt, ondanks de drukkende zomerhitte uitgezet. Jennifer had erop gestaan om een raam open te zetten, maar het resultaat was verwaarloosbaar. Er stond geen briesje dat enige verlichting kon bieden. Haar vader leek het niet merken of erom te malen. Daar liet hij in elk geval niets van blijken. Sinds haar komst had hij hooguit een zin of tien gesproken.
‘Cameron en Andrew hebben een nieuwe auto,’ had hij gezegd terwijl hij zijn droge wang aanbood voor een kus en zijn eigen lippen koppig op elkaar hield.
‘Dat heb ik gehoord, ja. Heb je hem al gezien?’
Haar vader liep terug naar de versleten, roestkleurige oorfauteuil in de hoek van de woonkamer, tegenover de kleine tv die altijd aanstond en op Fox News afgestemd was. Zijn witte overhemd zat onder de oude etensvlekken, net als zijn kastanjebruine stropdas. Haar vader stond er altijd op om een das te dragen. Als kind had ze zich wel eens afgevraagd of hij er in bed ook een droeg. Zelfs nadat hij als manager van een conservenfabriek met gedwongen pensioen was gegaan, was hij dagelijks een das blijven dragen. Aanvankelijk had het hem een waardig uiterlijk gegeven. Nu oogde het een beetje zielig.
Het viel haar op dat de gulp van zijn zware wollen broek slechts half dichtzat. Ze had geen zin om na te denken over de oorzaak van de donkere vlekken aan weerszijden van de rits.
‘Cameron en Andrew hebben een nieuwe auto,’ zei haar vader opnieuw nadat er enkele minuten waren verstreken.
‘Ja, dat had ik begrepen. Is-ie mooi?’
De vraag bleef onbeantwoord, want haar vaders aandacht werd getrokken door de tv-beelden van twee lijkzakken die uit een afgelegen blokhut in het bos werden gehaald, omringd door ernstig kijkende politieagenten. ‘Enkele nieuwe bijzonderheden over de afschuwelijke moorden in de Berkshires,’ kondigde een stem overenthousiast aan.
Jennifer liep naar de televisie en zette het geluid zachter. Haar vader staarde wezenloos voor zich uit en zweeg.
‘Cameron en Andrew hebben een nieuwe auto,’ merkte hij een paar minuten later op.
‘Fijn voor ze. Ze zijn zeker niet even aangewipt om je mee te nemen voor een ritje in die nieuwe auto, hè?’
‘Cameron heeft het erg druk.’
‘Echt? Waarmee dan?’ Haar haren laten stijlen? Haar tanden laten bleken? Kleren kopen voor haar najaarsgarderobe, dacht Jennifer, maar ze hield haar mond.
‘Cameron heeft het erg druk.’
Ze knikte. ‘Heb je ontbeten, pa? Wil je wat koffie of toast?’
Haar vader schudde zijn hoofd. ‘Cameron en Andrew hebben een nieuwe auto,’ zei hij even later.
‘Goed, nu je er toch naar vraagt,’ zei Jennifer, en naar adem snakkend in de muffe lucht liep ze naar het raam en staarde ze naar de ouderwetse zwarte, smeedijzeren tuinhekken aan de overkant, ‘het gaat fantastisch op mijn werk. Ik heb promotie gemaakt en heb een nieuwe functie gekregen. Ik ben nu officieel accountmanager, wat inhoudt dat ik een loonsverhoging krijg. Geen grote, hoor. Zoals je weet betaalt reclame niet zo best, ook al is het dan een van die “glamour”-beroepen waar je zo ontzettend mee in je sas moet zijn. Maar goed, alle beetjes helpen. Ik weet ’t,’ zei ze voordat haar vader haar kon onderbreken, ‘Cameron en Andrew hebben een nieuwe auto.’
Haar vader glimlachte, voor het eerst sinds ze binnen was.
‘Ik ook trouwens. Die kleine zilverkleurige, ongeveer twee deuren verderop. Zie je hem?’ Ze wees ernaar. Haar vader maakte geen aanstalten om uit zijn stoel te komen. ‘Niet dat-ie echt van mij is, hoor. Ik lease hem. Evan kent een vent die autodealer is. Hij heeft deze geweldige deal voor mij geregeld. Hoe dan ook,’ ging ze verder toen haar vader niet reageerde, ‘ik kwam alleen maar even langs om te zeggen dat ik een paar dagen weg ben. Naar de Adirondacks met Evan en zijn dochter. Pa, heb je überhaupt iets gehoord van wat ik heb gezegd?’
Haar vader staarde haar wezenloos aan.
‘Ik zei dat ik met Evan en zijn dochter naar de Adirondacks ga.’
‘De Adirondacks, natuurlijk.’
‘Evan is mijn verloofde. Weet je nog dat ik je over hem heb verteld?’
‘Natuurlijk. Evan. Je verloofde. Cameron heeft een mooie diamanten ring,’ voegde hij eraan toe, en hij staarde veelbetekenend naar de ringvinger van Jennifers linkerhand.
‘Ja, weet ik.’ En een mooie trouwring en een mooie man en twee mooie kinderen en een zelfs nog mooiere kinderjuf om op ze te passen omdat we allemaal weten hoe druk onze mooie Cameron het heeft. ‘Ik weet zeker dat Evan voor mij een ring zal kopen als zijn scheiding definitief is.’
‘Zijn scheiding?’
‘Hij is getrouwd, pa. Dat heb ik je verteld.’
‘Heeft hij een vrouw?’
‘Niet meer. Hij heeft haar verlaten…’
‘Voor jou?’
Nu was het Jennifers beurt om te zwijgen.
Haar vader oogde kwaad. Hij begon met zijn hoofd te schudden en met zijn voeten op de bekraste hardhouten vloer te tikken, een overduidelijk signaal dat hij geagiteerd raakte. ‘Dit is geen goed voorteken,’ zei hij, en hij wiegde heen en weer in zijn stoel.
‘Je hoeft je niet zo op te winden, pa. Evans scheiding zal er nu snel door zijn, en dan gaat hij een ring voor me kopen. En die zal zelfs nog groter en mooier zijn dan die van Cameron, dat beloof ik.’
‘Als hij zijn vrouw heeft belazerd, zal hij jou ook belazeren,’ zei haar vader driftig knikkend als om zijn argument kracht bij te zetten. ‘Ik ben een man, ik kan ’t weten.’
Alleen, wat wist haar vader nog? De vroege symptomen van Alzheimer hadden hem grotendeels van zijn verstandelijke vermogens beroofd, en op de steeds zeldzamere momenten dat hij nog helder was, waren zijn gedachten onveranderlijk gericht op Cameron.
Haar zus. Zijn oudste kind.
Zijn duidelijke oogappel.
Ook al kwam ze zelden langs. Ook al was het Jennifer die sinds het overlijden van hun moeder, twee jaar geleden, het leeuwendeel van de zorg voor hun vader voor haar rekening nam.
‘Ik weet niet of ik gewoon al mijn bezigheden kan laten vallen en naar Queens kan rijden, alleen maar omdat jij besloten hebt om een weekendje uit vozen te gaan,’ had Cameron de avond ervoor gezegd aan de telefoon.
‘Een “weekendje uit vozen”, dat zit er niet echt in. Evans dochter gaat mee.’
‘Zal wel.’
‘Luister, het is maar voor drie dagen.’
‘Juist. Pa redt zich wel voor drie dagen.’
‘Niet als hij vergeet te eten.’
‘Dat zal-ie niet vergeten.’
‘Hij vergeet alles.’
‘Je doet wel erg dramatisch, zeg,’ had Cameron verkondigd terwijl Jennifer zich voorstelde hoe haar oudere zus haar net gestijlde blonde haar achter haar rechteroor stopte.
‘En jij bent erg egoïstisch,’ pareerde Jennifer.
‘Ik ben hier anders niet degene die egoïstisch is.’
‘Wat? Wil je soms zeggen dat ík egoïstisch ben?’
‘Weet ik veel. Wie van ons is getrouwd en heeft twee kinderen onder de vier? Wie van ons heeft een fantastische baan in de stad en rijdt rond in een nieuwe sportwagen?’
‘Dat ding is twee jaar oud, ik lease hem en Evan is bevriend met de autodealer.’
‘Wat me eraan herinnert: wie van ons is hier zo egoïstisch om achter een getrouwde man aan te gaan zonder ook maar een moment aan zijn gezin te denken?’
‘Ho! Dat is echt onder de gordel.’
‘Ik zeg alleen maar…’
‘En ik vraag alleen maar…’
‘Ik weet wat je vraagt. Je hoeft het niet te herhalen.’
‘En?’
‘Ik zal hem elke dag even bellen.’
‘Dat is niet genoeg.’
‘Ik snap niet waarom niet.’
‘En ik snap niet wat het probleem is,’ reageerde Jennifer terwijl ze haar best deed om niet zo boos te klinken als ze zich voelde. Waarom moest alles altijd zo vreselijk moeilijk gemaakt worden? Waarom kon er niet minstens één ding in haar leven van een leien dakje gaan?
‘Het valt me gewoon zwaar,’ zei Cameron na een lange stilte, tijdens welke Jennifer zich afvroeg of ze had opgehangen.
‘Wat?’
‘Om hem zo te zien.’
‘Cameron, zo is hij al jaren.’
‘Weet ik, en ik haat het.’
‘Wat… Denk je soms dat ik dit leuk vind?’
‘Ik denk dat jij er gewoon beter mee kunt omgaan,’ reageerde Cameron, wat het eerste compliment was dat Jennifer zich van haar zus kon herinneren. ‘Ik denk dat ik gewoon wat gevoeliger ben dan jij,’ voegde ze eraan toe, het compliment meteen weer terugnemend.
‘Oké, luister. We praten in kringetjes,’ zei Jennifer. ‘Dit zijn de feiten…’
‘O jee.’ Camerons stem klonk vlak. ‘De feiten.’
Jennifer negeerde de interruptie. ‘Feit is dat ik drie dagen wegga en dat onze vader dan alleen zal zijn. Het is warm; hij weigert de airco aan te zetten; misschien denkt-ie eraan om te eten, misschien ook niet. Iemand moet even bij hem gaan kijken. Persoonlijk.’
‘En die iemand ben ik dus.’
‘Dat ben jij, ja,’ beaamde Jennifer.
‘Prima. Ik zal kijken wat ik kan doen.’
‘Prima,’ staakte Jennifer de strijd; op meer kon ze niet hopen, besloot ze.
Prima, dacht ze nu, terwijl ze hoofdschuddend verdere gedachten aan haar zus uit haar hoofd bande.
‘Voorzichtig daarmee,’ waarschuwde James terwijl hij met een theatrale polsbeweging een paar lokken van Jennifers haar uit zijn gezicht veegde. ‘Dat haar is een dodelijk wapen.’
‘Sorry.’
‘En over dodelijk gesproken,’ ging hij voor het juiste dramatische effect op fluistertoon verder, ‘mag die radio iets harder?’
‘Meer bijzonderheden aangaande de schokkende moorden van afgelopen week in de Berkshires,’ kondigde een mannenstem aan.
‘Die arme mensen,’ zei Melissa. ‘Kun je je voorstellen dat je bijna negentig wordt, en dat je dan zomaar wordt vermoord?’
‘Kun je je voorstellen dat je negentig wordt?’ vroeg Val op haar beurt.
‘De politie weigert te bevestigen dat een van de wapens die werden gebruikt bij de moord op Marie en William Carteris hetzelfde wapen was dat vorige week is gebruikt om een ander bejaard echtpaar, Arlene en Frank Wall, in hun huisje in Brimfield om te brengen. Ook benadrukt men dat er niets is wat deze moorden in verband brengt met die op Brian Grierson, een wandelaar wiens in stukken gesneden lichaam in een ondiep graf op enkele kilometers van het huisje van de Walls werd aangetroffen,’ ging de nieuwslezer verder.
‘Hallo? Luistert er iemand mee?’ vroeg James. ‘Bergen, moorden, aan stukken gesneden slachtoffers. Mensen, wat dóén we hier?’
‘Dit zijn de Adirondacks, niet de Berkshires,’ friste Val zijn geheugen grinnikend op.
‘Geen verschil.’
‘Verschillende staten.’
‘Búúrstaten,’ corrigeerde James haar. ‘Die moorden vonden stuk voor stuk plaats op afgezonderde plekken in een of andere uithoek, wil ik alleen maar zeggen.’
‘The Lodge bij Shadow Creek is nauwelijks een uithoek te noemen,’ zei Jennifer geïrriteerd. Wat doe ik hier met deze mensen, vroeg ze zich opnieuw af. Waarom heb ik ingestemd om vijf uur met Evans ex en haar gestoorde vrienden in een auto door te brengen en waarom moet ik luisteren naar geklets over moorden en aan stukken gesneden lijken? Waarom heb ik niet gewoon nee gezegd?
Maar terwijl ze zichzelf deze vragen stelde had ze het antwoord al bedacht.
Ze was hier om dezelfde reden als Valerie.
Verschillende vrouwen, dezelfde beweegreden.
En die beweegreden had zelfs een naam.
Die luidde Evan.
En waar hing de man in kwestie precies uit?
In Manhattan, in het ruime comfort van zijn kantoor met klimaatregeling op de vierendertigste verdieping van het Time Warner Center, waar hij de laatste hand legde aan een deal om een kavel in de wacht te slepen voor een nieuw hotel in South Beach.
Ik had op hem moeten wachten, dacht Jennifer, in plaats van ermee akkoord te gaan om alvast zonder hem vooruit te reizen. Ik had Val moeten zeggen dat ze Brianne maar naar het hotel moest rijden, als ze dat wilde, maar dat ik achter zou blijven om op Evan te wachten.
Als hij zijn vrouw heeft belazerd, hoorde ze haar vader weer zeggen, zal hij jou ook belazeren.
Met zijn weldra aanstaande ex?
Verdomme, dacht ze, terwijl ze in de binnenspiegel Vals blik ving en zich even geen raad wist op haar krappe, middelste plek. Wat wilde het zeggen dat Val had ingestemd om dat hele eind naar Lake George te rijden? Als ze net als de meeste ex-vrouwen was, zou ze Evan hebben laten weten dat hij de pot op kon toen hij haar vroeg om haar verjaarsuitje in de stad uit te stellen om zijn dochter en zijn nieuwe verloofde naar de bergen te rijden voor het uitstapje dat hun zo’n fijne emotionele band moest opleveren. Als Valeries vrienden een beetje normaal waren zouden ze iets meer weerstand hebben geboden toen ze hun vertelde over de ellenlange omweg waartoe ze zich had verplicht. Zelfs de protesten van James waren hooguit halfhartig geweest, meer theatraal dan oprecht. Ondanks zijn bezwaren zag Jennifer dat hij enorm genoot van deze trip, en van haar hachelijke situatie.
Koesterde Valerie nog steeds hoop dat Evan weer bij haar terugkwam?
Moedigde Evan die hoop soms aan?
En zo ja, waarom?
‘Brianne, in godsnaam,’ verstoorde Val haar gedachten. ‘Wie zit je nu weer te sms’en?’
‘Niemand.’ Met overdreven vertoon stopte Brianne haar BlackBerry weer terug in haar handtas. ‘Ik ga slapen,’ deelde ze de rest van de inzittenden mee. ‘Maak me maar wakker zodra we er zijn. En probeer de hysterie tot een minimum te beperken,’ verzocht ze met een blik over haar schouder naar James.
Als tegenzet barstte James los in gezang. ‘The hills are alive…’ Val en Melissa vielen snel in.
Ik ben in de hel, dacht Jennifer nukkig terwijl ze voortreden over Route 9 naar Prospect Mountain.