VERTROK VILNOFF TOCH?

Toen Bill Morton die verschrikkelijke kreet hoorde, kermde hij zachtjes.
'Daar wordt iemand vermoord!' zei hij met trillende stem tegen zijn neef. 'Ik wou dat ik thuis zat. '
'Ik zou ook wel ergens anders willen zijn, ' merkte Chet op, terwijl hij tussen de bladeren overeind kwam. 'Tjonge, ik hoop maar dat er niets met Frank en Joe is gebeurd. '
'Die zien we niet meer levend terug!' voorspelde Bill mistroostig. 'Ze hebben al meer in de narigheid gezeten en ze hebben altijd nog kans gezien, zich eruit te draaien, ' zei Chet, maar hij was toch ook zenuwachtig. 'Ik... ik geloof toch wel dat het onze plicht is, te gaan kijken wat er is gebeurd. '
Bill begon werkelijk te bibberen toen hij dit hoorde. 'Wat heeft dat nou voor zin?' vroeg hij. 'Als ze vermoord zijn, kunnen we ze toch niet meer helpen. ' Daar stonden ze nu.
'Misschien kunnen we beter nog even wachten. Als ze dan niet komen, kunnen we hen gaan helpen, ' besloot Chet.
Na een minuut of tien hoorden ze het ronken van de vrachtwagen weer. Ze doken in elkaar naast de weg, buiten het bereik van de schijnwerpers.
De vrachtwagen stopte. De chauffeur stapte uit, maakte het hek open en reed de wagen naar buiten. Weer stapte hij uit, ditmaal om het hek dicht te doen. Toen nam hij zijn plaats achter het stuur weer in en reed door.
Intussen had Chet iets achter in de vrachtauto zien bewegen. 'De Hardy's' schreeuwde hij. Hij was zo opgelucht dat hij alles vergat. Gelukkig werd zijn schreeuw overstemd door het geronk van de motor, anders zou de chauffeur hem vast gehoord hebben. De enorme vrachtauto reed langzaam van het hek weg en Chet en Bill krabbelden haastig uit de greppel en renden achter de wagen aan. Bill nam een duik en hees zich in de wagen. Voor dikke Chet zou het meer moeilijkheden hebben opgeleverd, erin te klimmen, als zijn vrienden hem niet aan zijn hemd en zijn broek naar boven hadden gehesen. Toen deed Frank de deuren dicht.
Omdat zij niet wilden, dat de chauffeur hen zou horen, hielden zij hun mond, terwijl de auto over de ruwe weg door het bos hotste. Ten slotte hield het gehobbel op en de vrachtwagen reed met een behoorlijke snelheid verder. De jongens wisten niet in welke richting ze gingen, maar Frank had het idee dat zij op de weg naar Spurtown reden. Of ze echter in de richting van die stad gingen of in de richting van Bayport kon hij niet vaststellen.
Na een tijdje stopte de wagen. De jongens hoorden de chauffeur uitstappen. Frank open de deur op een kier en keek naar buiten. Wat een bof, dacht hij.
Een eindje verder zag hij een benzinestation en een lunchroom. Het zag er allemaal bekend uit. Toen herkende hij de zaak waar Joe en hij Gus en zijn vriend Pete, de vrachtwagenchauffeur, een paar dagen geleden hadden ontmoet.
'Dat is reusachtig, ' zei hij tegen de anderen. 'We zijn op de weg naar Bayport en we kunnen hier een bus naar huis nemen. Laten we maken dat we wegkomen. '
Hij keek goed uit toen de chauffeur het benzinestation binnenging. Achter het raam zag hij de stevige gestalte van Gus, de eigenaar. De twee kerels verdwenen naar de achterkant van de zaak en dus gooide Frank snel de deuren van de vrachtauto open en de jongens klauterden naar buiten.
Zo snel mogelijk zochten ze de bescherming van het donker, buiten bereik van de lichten van het pompstation. Joe keek op zijn horloge en zag dat ze nog ongeveer tien minuten moesten wachten voor de bus kwam en dus besloten ze, maar langzaam naar de volgende halte te lopen.
'We dachten dat er iets verschrikkelijks gebeurd was, ' bekende Chet. 'Wie gilde er zo afschuwelijk? Als jullie niet waren komen opdagen, dan waren we jullie gaan zoeken. '
'Ze hadden ons bijna gepakt, ' zei Joe.

Frank en hij vertelden nu, hoe ze de hut hadden ontdekt en ook hoe zij de schaduw hadden gezien van iemand die op Vilnoff leek. Frank vertelde hen ook wat er op de vliering gebeurd was.
'Ik weet haast zeker dat die neger me heeft gezien, ' zei hij. 'Hij was het die zo gilde. Misschien omdat hij mij zag, misschien omdat die andere kerel hem neersloeg. Ik weet het niet. '
'Wat gebeurde er toen?' vroeg Bill met grote ogen.

'Toen de lichten van die vrachtwagen in mijn gezicht schenen, was ik een ogenblik verblind, ' antwoordde Frank.
'Toen zag hij dat ik met mijn armen zwaaide, ' vervolgde Joe. 'Ik durfde niet te roepen, want anders was Vilnoff of wie het dan ook zijn mag natuurlijk naar buiten gekomen. '
'Ik verloor mijn evenwicht, ' zei Frank. 'Ik graaide nog naar het kozijn, miste en... '
'Viel naar beneden, ' maakte Joe de zin af. 'Ik schrok me dood. Maar toen ik naar Frank toe rende, bleek er niets aan de hand te zijn. Ik hielp hem overeind en we maakten dat we wegkwamen. '
'We waren net een eind weg, toen de vrachtwagen bij de hut stopte. Toen kwam er iemand door het bos gerend. '

'We verstopten ons achter de struiken en hoorden dat de chauffeur aan die andere man vertelde dat hij Frank gezien had, ' vertelde Joe. 'Ze begonnen direct overal te zoeken, dus daar zaten we. '
'En toen verstopten jullie je in die vrachtwagen, ' lachte Chet. 'Handige jongens. Nou, bedankt dat jullie ons daar weggeholpen hebben. '
'Zeg dat wel, ' viel Bill hem bij. 'En ik heb meer dan genoeg van dat speurwerk. '

'Die chauffeur snapte maar niet waar Frank toch gebleven was, want hij was ervan overtuigd dat hij iemand gezien had, toen zijn koplampen over de hut schenen, ' vervolgde Joe. 'Toen we onze kans schoon zagen, klommen we natuurlijk achter in de vrachtwagen. Dat was wel de laatste plaats waar ze ons zouden zoeken.
Eindelijk gaven ze het maar op en gingen de hut in. De chauffeur kwam een paar minuten later weer naar buiten en reed weg. '
'Gelukkig dat jullie bij het hek gebleven waren, ' merkte Frank op. 'Zo hebben we ons een lange wandeling bespaard. '

'Nou, sommige mensen mogen het dan leuk vinden, ' zei Bill Morton, 'maar voor mij is het niks. Ik heb genoeg van detectivewerk. Je loopt kilometers ver, je schrikt je half dood, dan zit je achter in een vrachtwagen te hobbelen, je loopt wéér een paar kilometer in het donker, je avondeten gaat je neus voorbij en dan kun je in een bus naar huis terug. '
'Een beetje te moeilijk voor je, Bill?' vroeg Joe vriendelijk. 'Ik geloof alleen maar dat ik niet voor detective in de wieg gelegd ben, ' antwoordde Chets neef opgewekt. 'Voor mijn part kan dat renpaard zoek blijven. '
Toen Frank en Joe die avond thuiskwamen, kregen ze de gebruikelijke preek van tante Gertrude, omdat zij te laat waren voor het eten. De jongens vonden het erg jammer, dat Fenton Hardy nog steeds niet terug was. Hun moeder had die middag echter een telegram ontvangen.
'Morgen thuis. Jongens moeten thuis zijn. '
'Jammer dat vader er vanavond niet is, ' zei Frank. 'Ik heb een paar ideeën, die ik zo graag met hem wou bespreken. '
'Het lijkt wel of die zaak steeds ingewikkelder wordt, ' vond Joe. 'Geloof jij nou bijvoorbeeld, dat het Vilnoff was die we vanavond in die hut hebben gezien?'
'Het leek er veel op. '

'En je zei, dat die neger boven de chauffeur van de veewagen was?'
'W'Dan is er misschien toch ergens een aanknopingspunt. Ik geloof wel dat Vilnoff zich met duistere zaken bezighoudt, maar ik had nooit gedacht dat hij iets te maken zou hebben met die Topnotch-geschiedenis.
Jij?'
'Nee, het lijkt me nogal raar, dat iemand die zo rijk is als Vilnoff, paarden steelt, ' gaf Frank toe.
'En wat heeft die gekke mechanische boom nou te betekenen? Daar begrijp ik helemaal niets van, ' zei Joe.
'Waarom wordt die neger gevangen gehouden? Dat is nog een raadseltje voor je. '
'Waar is Topnotch? En wie heeft het losgeld?'
'Er zijn zoveel wies en waaroms in die zaak, dat ik er helemaal suf van word, ' zei Frank. 'Laten we maar naar bed gaan, misschien frissen we daarvan op. '
Fenton Hardy kwam de volgende ochtend al vroeg terug. Hij zat in de eetkamer toen de jongens beneden kwamen om te ontbijten. De detective begroette zijn zoons hartelijk, maar zag er toch nadenkend en verstrooid uit. Hij zei maar weinig toen de jongens hem vertelden dat meneer Prescott op bezoek was geweest en gevraagd had of meneer Hardy het geval-Topnotch wilde onderzoeken. 'Daar hebben we het nog wel over, ' zei hij kalm. 'Ik wil jullie eerst eens iets laten zien. Als je klaar bent, kom dan naar de studeerkamer. ' Toen ze daar even later binnenkwamen, zagen zij dat hun vader bezig was met een filmprojector.
'Die film heb ik gisteren afgehaald aan het kantoor van de Quickshot in New York, ' legde Fenton Hardy uit. 'Ze hebben jullie opdracht uitgevoerd en opnamen gemaakt van alle passagiers die met de Atlantis zijn vertrokken. Ik heb gisteren geen gelegenheid gehad om ernaar te kijken, maar nu zullen we de film eens afdraaien. ' Hij spande een wit laken tegen de muur, legde de film in, deed de gordijnen dicht en draaide een schakelaar om. De motor van de projector begon te zoemen en op het scherm verscheen een hel verlicht vierkant. Toen zagen de jongens de loopplank van de Atlantis, waarlangs de passagiers aan boord gingen.
Ongeveer vijf minuten lang vertoonde de film een ononderbroken langstrekken van mensen. Het beeld was erg duidelijk en niemand van de passagiers was aan het scherpe oog van de camera ontsnapt. Plotseling verscheen er aan de zijkant van het scherm een man die ze kenden. Hij ging naar de loopplank en ontdekte kennelijk de camera, want hij keek plotseling om en staarde recht in de lens. Hij zei iets, waarschijnlijk tegen de cameraman, draaide zich abrupt om en haastte zich met gebogen hoofd het schip op. 'Vilnoff!' riep Frank uit.
'Dan hebben we ons vergist dat hij gisteravond in de hut was, ' mompelde Joe.
Meneer Hardy zette de projector stil, draaide de film terug en zette het apparaat weer in beweging. Weer zagen ze de bekende figuur naar de loopplank gaan, zich omdraaien, in de lens kijken en zich naar het schip haasten.
'We zullen ons nog maar eens overtuigen, ' zei Fenton Hardy. Hij liet de film nog een paar maal afdraaien.
'Ja, dat moet Vilnoff toch wel zijn, ' zei Frank langzaam. 'En toch heb ik het idee, dat er iets niet helemaal klopt. '
'Gek is dat, ' zei Joe. 'Ik denk er net zo over. Wat zou dat nou zijn?' Fenton Hardy liet de film nog eens door de projector draaien. Toen gaf Frank plotseling een schreeuw.
'Ik weet het!' riep hij. 'Waarom heb ik daar nou niet eerder aan gedacht?'
'Wat is er dan?' vroeg Joe.
'Vilnoff is niet met de Atlantis vertrokken! Die man moet een dubbelganger zijn. '