Voorwoord

H aagse kringen’, het begrip alleen al omvat een waas van geheimzinnigheid: overheidsmensen met macht, die zich bij voorkeur op de achtergrond bevinden.

Er wordt in deze Haagse kringen niet zelden gefluisterd, of zelfs ‘achterkamertjespolitiek’ bedreven. Het zal dan ook niemand verbazen als er in de stad zaken plaatsvinden waar men beter niet over kan spreken.

Deze typische Haagse geheimzinnigheid is uniek in Nederland en draagt aanzienlijk bij aan het mysterieuze erfgoed dat ik, inmiddels al zestien delen lang, tracht vast te leggen in de reeks ‘Mysteries in Nederland’.

De Haagse geheimzinnigheid staat in een aantal verhalen in dit boek centraal: ‘Ninja’s in de Wagenstraat’, ‘De moord op Blonde Dolly’ en ‘De moord bij het Groene Zoodje’. In alle verhalen spelen politieke intriges op de achtergrond van verbazingwekkende lokale gebeurtenissen.

Toch is dit type verhaal slechts één deel van alle mysteries die zich in de prachtige Zuid-Hollandse hoofdstad afspelen en hebben afgespeeld. Er zijn ook moordmysteries, spookverhalen en legenden over reuzen.

Ja, inderdaad. Den Haag is gebouwd op een plek die vroeger door reuzen werd bewoond. Dat daar niet mee te spotten viel, leest u in het verhaal ‘De aanval van de Scheveningse reuzin’. De reuzen zijn niet de enige fantastische wezens die Den Haag bevolken. Loosduinen werd namelijk geteisterd door heksen en op de Stille Veerkade en in de Spaansche Hof op het Westeinde kunt u rond het middernachtelijk uur zomaar oog in oog komen te staan met een spook.

Dat er zoveel ongelukkige zielen in de Residentie rondspoken heeft een duidelijke reden. Den Haag is namelijk een moordstad! De een werd onthoofd, de ander voor een deel opgegeten, anderen werden het slachtoffer van duiveluitdrijving of een roofmoord. De bekendste roofmoord van Den Haag zorgde zelfs voor een nieuw spel op de kermis: de Kop van Jut! U leest zijn bloeddorstige geschiedenis in ‘Het monster van de Bocht’. Veel moorden zijn nooit opgelost en dat brengt ons weer bij de ‘Haagse kringen’. De prostituee Blonde Dolly zou met vele notabelen het bed hebben gedeeld en die wilden natuurlijk niet dat dat algemeen bekend werd! Bepaalde ‘Haagse kringen’ hebben nu eenmaal de macht om achter de schermen diepgravend politieonderzoek te voorkomen!

Al deze verhalen hebben een plaats in dit boek. Ik wens u heel veel leesplezier!

Martijn J. Adelmund

Utrecht, april 2008

Ontdek de mysteries

Wat is een betere manier om de mysteries uit Den Haag te ontdekken, dan met een kort vraag-en-antwoordspel! Beantwoord hiervoor de volgende vragen. Kijk achterin voor het juiste antwoord.

1. Het Malieveld was oorspronkelijk een deel van het Haagse Bos. Begin veertiende eeuw werd er echter een deel gekapt voor houthandel. Een eeuw later vond er een bloedige veldslag plaats tussen Hoeken en Kabeljauwen. Nog eeuwen daarna werden er kleine metalen ringetjes gevonden waar het Malieveld zijn naam aan dankt: maliën uit maliënkolders. Klopt dit?

2. De gevangenis het Oranjehotel in Scheveningen dankt zijn naam aan koning Willem III, die haar liet bouwen om mensen die hem niet welgevallig waren te laten opsluiten. Zij waren als het ware hotelgasten van de Oranjes. Klopt dit?

3. In 1812 waren er spookachtige geluiden te horen op het Buitenhof, de ene keer lang en klaaglijk, de andere keer geschater van vreugde. Het was de geest van Willem V die rondwaarde, klagend over de inname van zijn zetel door de Fransen, maar schaterend over de toekomstige bevrijding van het vreemde juk. Waar of niet waar?

4. De Apendans is een smal steegje tussen de Korte Poten en de Herenstraat. Eind zeventiende eeuw kocht een meesterbakker een herberg, gelegen aan de noordkant van de Korte Poten, ‘daer uijthangt den apendans’. Rondreizende artiesten namen aapjes mee, die in die herberg hun kunsten vertoonden. De straat heette toen nog de Korte Heerenstraat. Waar of niet waar?

5. De Lange Voorhout is een van de chicste straten van Den Haag. Dat is echter niet altijd zo geweest. De lindebomen, uitlopers van het Haagse bos, zorgden ervoor dat het een beetje beschutte plek was. Heel geschikt voor dames – en heren – van lichte zeden. Om een einde te maken aan dit soort praktijken liet keizer Karel V de lindebomen omhakken. Helaas voor hem kwamen er al snel weer nieuwe loten op. Waar, of niet waar?

6. De beruchte wijk van Scheveningen, De Woeste Hoogte, werd afgescheiden van de rest van de wereld door de Bloedpoort. De poort kreeg deze macabere naam vanwege een bloedige kamer die rechtstreeks uit Blauwbaard lijkt te komen: de muren zijn helemaal vol met namen beschreven. Sommige zijn met bloed geschreven, en kan men er nooit meer afkrijgen. Is dat juist?

7. Het Museum voor Communicatie in de Zeestraat is in het bezit van de duurste postzegel ter wereld: de Blauwe Mauritius. Er zijn er nog maar twaalf van in de hele wereld. Waar of niet waar?

8. Haagse hopjes bestaan eigenlijk uit ingedikte oude koffie, die te lang op de kachel heeft gestaan. Klopt dit?

9. Opmerkelijk natuurgeweld is van alle tijden. In de Van Hogendorpstraat in Den Haag woonde in 1871 een kapitein uit het leger wiens huis werd verwoest door een zeer lokale meteorenregen die een aantal dagen aanhield. Waar, of niet waar?

10. Stadsherberg ’t Goude Hooft in Den Haag, bij de Grote Kerk en het oude Stadhuis, heeft die naam omdat op die plaats ooit een opmerkelijke bodemvondst werd gedaan: een gouden schedel met robijnen als ogen. De vondst zou dateren uit de Germaanse tijd. Waar, of niet waar?