11 De Winterkoningin van Bohemen

De Haagse wijk Bohemen is vernoemd naar Elizabeth Stuart. Zij, een Engelse prinses, zorgde in de 17e eeuw voor een extravagant hofleven in Den Haag. Dit is haar tragische levensverhaal...

Londen, 1621, door Jorg Rousseeuw – Het begon als een sprookje... Koningsdochter Elizabeth Stuart en heel het Londense Hof vieren feest. Vandaag stapt de mooiste prinses van Europa in het huwelijksbootje met de knappe en zorgeloze zoon van een van de vier Duitse keurvorsten, Frederik. Het is liefde op het eerste gezicht. Niets is te gek voor het feest van de eeuw. Elizabeth draagt een met rijk borduursel versierde zilverkleurige jurk. Op haar hoofd staat een gouden kroon, afgezet met parels en diamanten. In haar loshangende haar nog meer parels en diamanten. Zestien adellijke dames, gekleed in satijn, dragen haar sleep. Zestien... voor elk levensjaar van de bruid een. ‘Prachtige sterren gegroepeerd rond de stralende maan,’ zoals een tijdgenoot het tafereel omschrijft.

So, when my mistress shall be seen

in form and beauty of her mind,

by virtue first, then choice, a queen,

tell me, if she were not design’d

th’eclipse and glory of her kind?

De versregels klinken zoet in de oren van de gelukkigste vrouw van de wereld. Ze geniet van het eten. Ze geniet van haar man. Ze geniet van de aanwezigheid van haar gasten. Het feestmaal is het voorgerecht van de climax van het huwelijksfeest: de masqué, een grote theatershow met muziek, dans, zang, spectaculaire decors en kostuums. Acht zilveren standbeelden ziet Elizabeth op het toneel verschijnen. Acht beelden die veranderen in vrouwen van vlees en bloed en een daverende balletopvoering weggeven. Ook zij danst die avond met haar bruidegom. Te midden van een zilveren obelisk met gekleurde lichtjes en gouden beelden van bruid en bruidegom. De volgende avond doet het pasgetrouwde stel het huwelijksfeest nog eens dunnetjes over. Op de Thames zijn ze toeschouwers van hun eigen huwelijk. Gesymboliseerd in een toneelopvoering waarbij de Rijn en de Thames elkaar het jawoord geven.

De Noordzee zeilt Elizabeth met haar kersverse man enkele dagen na de huwelijksnacht over. In Vlissingen wacht het liefdespaar een groot onthaal door neven prins Maurits en Frederik Hendrik van Oranje. De bruidsvloot van tientallen versierde boten gaat verder naar Heidelberg aan de Neckar. Onder luid kanongebulder heet de bevolking van Heidelberg de stoet welkom. Dagenlang feest de bevolking erop los. Het liefdespaar vestigt zich in het slot. Hun zorgeloos leventje zetten ze voort. Jachtpartijen. Banketten. Hofbals. Toernooien. Het paleis laat Elizabeth door haar voormalig kunst- en muziekleraar verfraaien met de Hortus Palatinus: een terrassentuin met grotten en fonteinen.

Het echte paradijs denkt Elizabeth binnen te treden als protestanten haar man uitnodigen zich in Praag tot koning te laten kronen. Aanvankelijk aarzelt hij. Maar ze haalt hem toch over op het aanbod in te gaan. ‘Je had de moed om de hand van een koningsdochter te vragen! Toon nu ook de moed om een koningskroon te aanvaarden.’ Enthousiast trekt het paar naar Praag. Toegejuicht door duizenden mensen rijdt ze in een koets door de straten van de Boheemse hoofdstad. Enkele jezuïeten honen haar en haar man. Spottend roepen zij dat ze de kroon van Bohemen niet langer dan één winter op hun hoofd zullen dragen. Een Winterkoningin en Winterkoning zullen ze worden. Elizabeth wuift de opmerkingen glimlachend weg. Na de feestelijke kroning vestigt het nieuwe konings-paar zich in een burcht aan de Moldau. Haar luxueuze leventje met jachtpartijen, banketten en maskerspelen zet ze onverminderd voort. Maar lang zal het feest niet duren!

Op een koude winterdag zien de koningin en de koning vanachter de bergen een vijandig, katholiek leger opdoemen. Een vreselijke angst beneemt haar de adem. Bezweet en wit van de schrik slaat ze de bewegingen van het vijandig leger gaande. Ze beveelt haar man al zijn troepen te verzamelen en ten strijde te trekken. Tot de dood. Maar... het koninklijk leger is niet opgewassen tegen deze overmacht. Vanuit de eetzaal van het slot ziet Elizabeth haar leger op de Witte Berg een verpletterende nederlaag lijden. Elizabeth en haar man zien nog maar één uitweg: vluchten. De jezuïeten hebben gelijk gekregen: Elizabeth Stuart is Winterkoningin geworden.

Een traan rolt over haar wangen. Daar ligt ze nu. Radeloos. Uitgeput. Zwanger van haar vijfde kind. In een vreemd land. In een besneeuwd landschap. De deken om haar schouders trekt ze strak om zich heen. Kreunend komt ze overeind. Ondersteund door haar dienstmeiden bereikt ze enkele uren later het verlaten slot. Daar, liggend in het stro, baart de Winterkoningin haar vijfde kind: Maurits.

De geboorte van haar zoon geeft de Winterkoningin kracht. Al na enkele dagen verlaat ze het fort. Te paard trekt ze naar het westen. Maar haar vrolijke humeur maakt al snel plaats voor twijfel en radeloosheid. Duitsland. Engeland. Nergens vindt ze onderdak. Met de laatste moed der wanhoop klopt ze aan bij neven prins Maurits en Frederik Hendrik. Zij kunnen haar een veilig onderkomen toch niet weigeren?! Haar gebeden worden verhoord. Ze mag in de voormalige woning van Johan van Oldenbarnevelt aan de Kneuterdijk in Den Haag gaan wonen. Door het dolle heen is ze. Als haar man enkele dagen later heelhuids en gezond op de stoep staat, kan ze haar geluk helemaal niet meer op.

Het is het begin van een nieuwe episode in het leven van de Winterkoningin. Een periode waarin ze zich weer koningin voelt, belangrijk voelt. Het aangrenzende hof van Naaldwijk laat ze bij het Boheemse hof trekken. En aan de Rijn bij Rhenen laat ze een jachtslot bouwen om de zomer door te brengen. Duizenden guldens geeft ze uit aan het interieur. Wandtapijten. Schilderijen, vervaardigd door de grote meesters van die tijd; Cornelis van Poelenburch, Jacob Jordaens, Gerard van Honthorst, Anthonie van Dijck, Michiel van Miereveldt en Adriaen van de Venne. Ze koopt een voormalig kloostercomplex aan het Rapenburg in Leiden. Daar laat ze haar kinderen tot hun tiende jaar hun opvoeding en opleiding genieten. Blij is de Winterkoningin even geen kroost om haar heen te hebben. Zo schrijft een van haar dochters later dat ‘moeder liever aapjes en honden om haar heen had dan haar eigen kinderen’. In Den Haag krijgt de Winterkoningin maar moeilijk grip op haar jongens. De ‘Dolle Palatijnen’ maken samen met andere jonge edellieden het Haagse hofgebied onveilig. ’s Nachts schroeven ze deurknoppen van woningen aan de Voorhout af, gooien ruiten in en mishandelen passanten. Honderdduizenden guldens spendeert de Winterkoningin in Den Haag aan theaterspektakels. Buitensporige bedragen geeft ze uit aan de eenmalige theaterproducties, extravagante decors en kostuums. De Winterkoningin zet de eens zo saaie hofcultuur volledig op zijn kop.

Maar niet iedereen is even blij met de Boheemse verschijning en haar uitgavenpatroon. De Haagse bevolking spreekt al snel schande over het geldverslindende vertoon van haar hof. Elizabeth wordt het mikpunt in spotschriften. Ook de Haagse predikanten zien het nut van haar extravagante verkleedpartijen en feesten niet in. De Franse prediker Carré spreekt in zijn preken over ‘zonden als die van Sodom en Gomora’. De Haagse dominee Henricus Rosaeus beweert in een preek dat er een direct verband is tussen een door de koningin georganiseerd hofbal en een dijkdoorbraak in Vianen. En de Haagse kerkenraad roept de hofpredikant van de Winterkoningin op het matje over het onzedelijke decolleté van de koningin. Maar hij verklaart dat Hare Majesteit zelf wel kan beslissen hoe ze zich moet kleden. De Winterkoningin zelf trekt zich niets van het commentaar aan. Geld voor haar ridderlijke toernooien, balletten, diners en toneelvoorstellingen blijft ze van de Oranjes krijgen. Zij zien haar als een sieraad aan het Stadhouderlijk Hof.

Helaas is het leven van de Winterkoningin en haar man niet alleen rozengeur en maneschijn. Zoon Frederik Hendrik gaat met vader de intocht van de Zilvervloot van Piet Hein bekijken. Maar hun schip kapseist. Zoonlief verdrinkt voor de ogen van de Winterkoning. Het vorstenpaar begraaft hem een week nadat ze zijn pasgeboren, zwakke zusje ter aarde hebben besteld. Zoon Lodewijk sterft op kerstdag. De Winterkoningin probeert rust te vinden in de nieuwe zomerresidentie Palazzo Renese. Maar al snel slaat het noodlot weer toe. Na mislukte pogingen vertrekt manlief op expeditie om de troon van Bohemen weer in handen te krijgen. In Mainz wordt hij getroffen door de pest. Na een lang en zwaar ziekbed sterft de Winterkoning van Bohemen. Gebroken blijft de Winterkoningin alleen achter.

Na de dood van haar man blijft de Winterkoningin nog dertig jaar in Den Haag wonen. Haar schuld groeit in die periode tot bijna een miljoen gulden. Een jaar voor haar dood keert de Winterkoningin berooid en eenzaam terug naar haar vaderland, Engeland.

Mysteries in Nederland - Den Haag
titlepage.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_0.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_1.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_2.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_3.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_4.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_5.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_6.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_7.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_8.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_9.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_10.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_11.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_12.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_13.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_14.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_15.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_16.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_17.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_18.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_19.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_20.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_21.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_22.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_23.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_24.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_25.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_26.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_27.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_28.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_29.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_30.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_31.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_32.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_33.xhtml
awb_-_mysteries_Den_Haag_9789044964745_split_34.xhtml