Op reis met een prostituee

Misschien had ik veel te hoge verwachtingen en voel ik me daarom zo bedrogen door het lot: alsof je een trap aangereikt krijgt en op het moment dat je erop wilt stappen deze plotseling weggetrokken wordt. Ik heb steeds naar het soort geluk gestreefd dat iets bijzonders moest voorstellen. Achteraf besef ik dat geluk net zo goed de afwezigheid van geestelijke en lichamelijke pijn kan zijn.

Ik denk steeds vaker aan een boek over mijn leven. Ik ben begonnen met alles opschrijven, maar mijn verhaal zelf op papier zetten valt niet mee. Te pijnlijk, te dichtbij. In een dagboek krabbelen is heel wat anders dan een logisch verhaal opbouwen. Ik heb iemand nodig om vragen te stellen over de dingen die ik over het hoofd zie.

 

‘Je mag op bezoek.’ Anna’s stem klinkt opgewonden. Het is haar gelukt om Sertan over te halen dat ik hem in de gevangenis bezoek. Eerst wilde hij daar niets van weten, maar na heel veel wikken en wegen stemde hij er toch mee in. Sertan stelde slechts één voorwaarde: ik moest zijn vriendin een lift geven, want ze heeft zelf geen auto.

Zijn vriendin is een 21-jarige Hongaarse vrouw die op de Wallen werkt. Ik haal haar bij een winkelcentrum op. Ze is een beetje mollig, maar ze heeft wel een mooi gezicht en prachtig lang haar. We glimlachen vriendelijk naar elkaar als ze instapt.

‘Spreek je Nederlands?’ vraag ik.

‘No, English,’ antwoordt ze.

Onderweg vraag ik haar in het Engels waarom ze niet naar de rechtszaak van Sertan is gekomen.

‘O, Sertan wilde dat liever niet. Heb ik wat gemist?’

Ik vertel haar in het kort wat de officier van justitie zei en ook hoe de rechter Sertan ondervroeg. Ze luistert aandachtig en gelooft blijkbaar haar oren niet, want elke keer vraagt ze: ‘Really?’

Ja, really, wat heb ik eraan om haar voor te liegen? Maar ik merk aan haar reactie dat ze me niet gelooft, terwijl ik bijna letterlijk vertel wat er in de rechtszaal werd gezegd. Volgens haar klopt het niet dat Sertan meerdere vrouwen tegelijk heeft, daar is hij het type niet voor. En dat hij in Hongarije met de zus van een vriendin naar bed gaat, is helemaal uitgesloten.

‘Dat heeft hij allemaal zelf bevestigd. En hij zei dat de seks met die Felicia niets met liefde te maken had, dat seks en liefde voor hem twee gescheiden dingen zijn.’

Nu kijkt de Hongaarse me helemaal perplex aan. ‘Felicia is mijn zus,’ stamelt ze.

Ik kan me wel voor mijn kop slaan. Ik dacht dat het over een Hongaars meisje uit zijn verleden ging en niet over zijn huidige vriendin. De sfeer in de auto wordt nog meer gespannen.

‘Het is vast niet jouw zus,’ probeer ik haar gerust te stellen. ‘Ik neem aan dat er meerdere vrouwen in Hongarije Felicia heten.’

‘Ik ga mijn zus bellen als ik terug ben,’ zegt ze.

We zwijgen allebei, maar de rit naar de gevangenis duurt te lang om te blijven zwijgen. De Hongaarse vertelt me hoeveel ze van Sertan houdt en dat ze een hekel aan haar werk heeft, maar dat dit de enige manier is om snel geld te verdienen voor een mooi huis in Turkije. Een huis met uitzicht op zee.

‘Misschien moet je je afvragen hoe lang je het in dit vak volhoudt en of een huis dat waard is?’ zeg ik zo vriendelijk mogelijk.

‘Het huis is het niet waard, maar wel mijn liefde voor Sertan. Ik hoop dat ik het volhoud, want soms ben ik bang dat ik doodga in de handen van een klant die me wurgt. Sommige gekken denken dat ze alles met je kunnen doen, omdat ze betaald hebben.’

 

In de gevangenis geef ik mijn paspoort bij de receptie af. Het duurt heel lang voordat ik het terugkrijg. Ik blijk niet aangemeld als bezoeker. Blijkbaar heeft Sertan zich bedacht of hij heeft me te laat aangemeld. Ik weet eerlijk gezegd niet wat ik ervan moet denken.

Zijn Hongaarse vriendin mag wel naar binnen.

‘Oké, ik kom over een uurtje terug,’ zegt ze alsof dit de meest vanzelfsprekende gang van zaken is. Voor ik het weet, zwiept ze met haar prachtige lange haren en beent richting de ingang.

Opeens raak ik bijzonder geïrriteerd door haar hooghartige houding. Hoezo moet ik een uur in een krappe gang met allerlei louche figuren op haar wachten? Ik ben haar privéchauffeur niet.

‘Wacht,’ roep ik. ‘Ik ben niet van plan om zo lang hier te blijven. Als je wilt kan je een kwartier met hem spreken en dan gaan we weg.’

De Hongaarse kijkt me ongelovig aan. Blijkbaar vindt ze het doodnormaal dat ik een uur op haar wacht nadat ik haar net zo lang heb rondgereden.

‘Ga dan maar,’ zegt ze. ‘Ik vind heus wel een manier om terug te komen.’

Ik bied haar nog een keer aan om op haar te wachten, maar ze wuift mijn voorstel boos en beledigd weg.

 

In de auto komt mijn woede pas goed op gang. Sertan heeft me voor niets laten rijden. Wat denkt die vent wel! Ik ben niet een van zijn liefjes die hij als een marionet kan bespelen.

Ik zet de telefoon op handsfree en bel Anna. Ze luistert zwijgend naar mijn verhaal.

‘Dus je hebt haar alles verteld!’ reageert Anna enigszins verbaasd. ‘Dat had je beter niet kunnen doen. Ik wilde je nog waarschuwen, maar in de haast was ik dat vergeten.’

‘Die Felicia, over wie ze het bij de rechtbank hadden, is toevallig niet háár zus, hè?’

‘Jawel,’ reageert Anna. ‘Je hebt haar toch niet verteld dat Sertan met haar zus naar bed is geweest?’

‘O, ik dacht dat het om een andere vrouw ging. Ik wilde dit meisje alleen maar waarschuwen dat Sertan niet te vertrouwen is. Ze is zo jong en onervaren. Het zou zonde zijn als ze haar leven met wachten op een gevangene verknoeit.’

‘Bespaar je de moeite,’ zegt Anna. ‘Ik heb haar al verschillende keren geprobeerd te waarschuwen wat voor man Sertan is, maar het is me niet gelukt. Hoe kan ik iemand op de praktijken van een loverboy attenderen als ik niet tot haar doordring? Ze is volledig door hem gehersenspoeld. Herinner je je nog onze communistische jeugd? Zoiets, maar dan nog erger. We wisten op een gegeven moment dat we bedonderd werden, dat die mooie praatjes in de media niets waard waren, maar zij weet het nog niet. En ze wil het niet weten.’

‘Misschien omdat ze nog zo verliefd is.’

‘Terwijl Sertan helemaal niet verliefd is op haar.’

‘Hoe weet je dat zo zeker?’

‘Sertan heeft slechts één grote vriend: zichzelf. Dat heeft hij vaak genoeg tegen me gezegd. “Ik heb heel veel kennissen, maar geen vrienden. De wereld is zo hard: heb je geld, dan heb je vrienden; heb je geen geld, dan heb je geen vrienden.” Dat vond ik zelf een absurde uitspraak, maar een tijdje geleden reed ik zijn Hongaarse liefje naar de gevangenis en weet je wat ze opeens tegen me zei?’

‘Nou?’

“Heb je geld, dan heb je vrienden; heb je geen geld, dan heb je geen vrienden.” Ik was zo geschokt. Het enige wat ik op dat moment kon, was mompelen dat die uitspraak me bekend voorkwam. En toen zei die 21-jarige schoonheid dat dit echt haar denkwijze was, haar innerlijke overtuiging. Ik ben heel benieuwd hoe haar bezoek aan de gevangenis deze keer verloopt. Nu weet ze eindelijk wat er precies gebeurd is, maar ik denk niet dat ze je gelooft. Ze vertrouwt Sertan en hij is bijzonder goed in het verdraaien van de waarheid. Het zou me niets verbazen als je straks voor haar de grootste leugenaar op aarde blijkt.’

 

Een paar uur later belt Anna me op.

‘Ik heb nieuws,’ zegt ze. ‘Weet je hoe Sertan reageerde toen hij hoorde wat je zijn vriendin allemaal verteld hebt?’

‘Geen flauw idee.’

‘Denk je dat je het aankan?’

‘Zeg het nou.’

‘Hij zei dat hij dat boek in je kut gaat stoppen, mocht het ooit uitkomen.’

Als ik dat hoor, schrik ik toch wel.

‘Wat had jij verwacht dan?’ vraagt Anna. ‘Sertan is geen lieverdje. Je hebt bovendien alles verpest. Je hebt zijn vriendin in minder dan een uur tijd alles verteld wat hij al die jaren geheimhield.’

‘Moest ik dan tegen haar liegen?’

‘Het was beter van wel. Sorry, ik ben je vergeten te waarschuwen. Het is mijn schuld dat Sertan nu zo kwaad is.’

‘Wat heeft hij nog meer gezegd, Anna? Ik wil alles horen.’

‘Dat je heel hard bent en dat je geen hart hebt om haar daar te dumpen en weg te rijden.’

Deze keer moet ik bijna lachen. Over harteloosheid gesproken.

‘Sertan waarschuwde mij ook voor je slechte invloed. “Anna, pas op met wat voor mensen je omgaat. Ik ben een gevoelsmens en die nieuwe vriendin van jou is een egoïst. Ze heeft mijn vriendin op een verlaten industrieterrein in de steek gelaten.”’

 

Ik grinnik: ‘Hij is een gevoelsmens dat hij me een uur lang op een bankje in een benauwde gang wil laten wachten en ik ben een egoïst dat ik dat weiger. Hoe gevaarlijk is Sertan eigenlijk? Denk je dat hij me kan gaan stalken en bedreigen als hij uit de gevangenis komt?’

Anna valt even stil. ‘Ik weet het niet,’ antwoordt ze na enig nadenken. ‘Hij is in het verleden vaker heel erg boos geweest op bepaalde mensen, maar als daar geen geld te halen valt, gaat hij er niet achteraan.’

Ik ben enigszins gerustgesteld, maar mijn man allerminst. Vooral als ik hem vertel waar Sertan mijn boek wil gaan stoppen.

‘Blaas dat hele boek af voordat het te laat is,’ zegt mijn man op een zeer ernstige toon. ‘Ik wil geen problemen met criminelen. Denk aan onze kinderen.’

‘Zo gevaarlijk lijkt die Sertan me nou ook weer niet. Hij weet niet eens wie ik ben en waar ik woon. Dat gaat Anna hem nooit vertellen.’

‘Als hij wil, kan hij je zo vinden. Je moest je naam en je geboortedatum doorgeven voor registratie van je bezoek in de gevangenis. Tegenwoordig kun je alles zo vinden op internet.’

 

Anna is heel erg bang voor wat er gaat gebeuren als Sertan uit de gevangenis komt. Wie weet moet ik straks ook bang zijn. Maar dat houd ik voor later, want voorlopig wil ik verder met het boek. Ik houd niet van verhalen met een open einde.