DE ZESDE

Ach. Was Truut maar op de hoogte geweest van deze recente ontwikkelingen. Nu zat ze op haar bovenhuisje en hoopte op Arie en een soort gelegaliseerd overspel. In de nacht werd ze, badend in haar zweet, wakker van de wellustige nachtmerries. Ze voelde sterke mannenarmen om haar middel en ruwe mannenvingers op haar witte billen. En daar was het brutaaltje, zoals ze het noemde, een geweldige fallus die recht in haar stootte. Ehh! Ze voelde het gewoon! Maar dromen zijn bedrog en niemand die het beter wist dan Truut, wakker wordend van het regelmatige, zagende gesnurk van haar echtgenoot die zich met de hand stiekum bevredigde.

En wat ze ook niet wist was dat het de laatste nachten bal was bij de overbuurtjes. Eindelijk had Arie zich durven bekennen. En na twintig jaar huwelijkse staat sprak ook zijn vrouw zich uit. Ze deden het op tafel en in bijkans elke stoel van het huis. Ze deden het met wat maar voorhanden was. Met vingers en mond. Met mes en vork. Dan stond de vrouw van Arie weer als een hondje op handen en voeten op het koude zeil of Arie hing in de kroonluchter. En zo maar door en zo maar verder. Aries vrouw hoefde hem maar even aan het stofzuigen te zetten of aan het nichtje te herinneren met 'heerlijke tietjes had het meidje, hé?' of Arie besprong haar. Geen wonder dat de vrouw van Arie de afspraak van Truut vergeten was. Elke middag stond Truut, in weer en wind op het balkon en keek naar de overkant. De afspraak was dat de vrouw van Arie haar man eerst zou opwarmen door maar voortdurend de fïsieke kwaliteiten van Truut op te hemelen om daarna, door het uit het raam laten hangen van het karpet, te waarschuwen. Dan zou ze Truut met haar man alleen laten en Geurt opzoeken. Truut had gedaan wat ze kon om de vrouw van Arie te propageren en op het laatst had ze sukses bij Geurt die, omdat hij de nachtelijke danspartijen begon te missen - de gordijnen bleven tegenwoordig stijf gesloten - zijn nutteloosheid langzaam voelde toenemen. Hij dronk Truuts reklame voor de vrouw van Arie tenslotte in als karnemelk. Maar er gebeurde maar niks en Truut werd wanhopig. 'Zeg maar Tuut met je handje,' dacht Truut wel eens. Op den duur hield ze het echt niet meer uit. Ze had zich betrapt dat ze zo nu en dan tijdens het wassen of wanneer ze zich verkleedde, wel heel dicht met haar hand bij haar rijpe fors ontwikkelde schelp, daar tussen haar dijen, kwam en ze vreesde nog eens aan dezelfde vreselijke zonde ten prooi te vallen als die van Geurt. Ze belde op en nog dezelfde avond zaten beide echtparen vereend om de lage, goedkope salontafel in de nog lagere, bizonder ongemakkelijke stoelen. Men schertste en besprak het weer. Arie en zijn vrouw waren in een bovenstebest humeur. Zo nu en dan verzochten ze met elkaar een lied aan te heffen waarbij ze zich niet ontzagen als eersten in te zetten.

Opnieuw vroeg de vrouw van Arie Truut haar behulpzaam in de keuken te zijn en beide dames ekskuseerden zich.

'Ik heb gewacht,' begon Truut aarzelend. 'De hele dag maar kijken vanaf het balkon!'

'Ik heb je zien staan, schat,' zei de vrouw van Arie hartelijk. 'Ik dacht nog, waarom trekt ze er niet een wollen vest bij aan. Zo in de kou!'

'Ja maar...' ging Truut verder.

'Niet zo zeuren, lieverd!' viel de vrouw van Arie haar zachtjes in de rede.

We maken het tegenwoordig!... Ongelooflijk!'

'Nee toch!' hijgde Truut en kon de jaloezie in haar stem onmogelijk verbergen.

'En of,' ging haar vriendin verder terwijl ze de cognacfles bijna uitwrong boven de forse glazen.

'Ja, maar ik dacht...' probeerde Truut nog.

'Het spijt me maar je moet het nu zelf maar uitzoeken met die Jan Lul van jou!' was het hartelijk bescheid en neuriënd ging haar vriendin haar voor terwijl Truut het zware tableau-vivant torste. Even later stak het nichtje haar kopje om de hoek van de kamerdeur. 'Welterusten allemaal!' zei het kind bescheiden. 'Dat we morgen allen maar in goede gezondheid mogen wakker worden!'

'Ja, dat zal wel!' lachte Arie. En 'komt niets van in!' vulde zijn vrouw hem aan. 'Eerst het gebak geheel gereed maken! In de keuken staat ook nog een afwas van heb ik jou daar!'

'Zijn jullie niet wat streng voor haar?' vroeg Geurt op speelse toon toen het meisje met tranen in de ogen en een van vermoeidheid verwrongen snuitje de deur zachtjes weer had gesloten.

'Ben je belazerd!' meende Arie en toen hieven ze de glazen.

Ze dronken pittig en onbezonnen want morgen, was het zaterdag. Arie zette een plaat op de pick-up en Kurt Jurgens zong Wahroem weinzd doe, lieiebe Thamara! De stemming werd helemaal prima toen Truut werd uitgenodigd met Arie te dansen. Deze, door de drank hitsig, drukte Truut stevig tegen zich aan. Haar zware prangers werden geplet als roomtaarten tegen Aries brede borst. Ze voelde weer eens hoe een man voelde en trok zich niet terug toen ze Aries hoge klopperboom voelde. Ze zorgde tijdens het dansen dat deze zijn snel groter wordende knots tenslotte tussen haar dijen kwijt kon. Arie merkte verbaasd op dat buurvrouw niet terugtrok en dat maakte hem overmoedig. Hij liet zijn handen op de billen van de vreemde vrouw rusten, kneep er eens krachtig in en wrikte zo dat zijn zwans haar regelrecht tegen de flamoes moest drukken. De vrouw vond het kennelijk heerlijk. Arie gleed zelfs, toen de anderen even niet opletten, met zijn vingers tussen die billen. Ze kreunde en keek verzaligd tegen hem op.

'Mooie muziek?' vroeg Arie.

'Heerlijk,' beaamde Truut en drukte haar zware heupen nog meer tegen Arie aan.

'Ja,' zei Arie, 'hebben kan ik je niet want ik doe het met mijn vrouw zelf veel te heerlijk. Maar tegen een beetje opjutten heb ik geen bezwaar!' Truut voelde zich duizelen van de schrik. Het kleefde tussen haar dijen!

De vrouw van Arie had er natuurlijk best erg in wat er gebeurde. Maar ze vond het wel goed die malle vriendin van haar door haar eigen man eens heet gemaakt te zien worden. Laat die Truut maar goed jaloers op me worden, dacht ze opgewekt. Al die lui met poen! Zal wat! En ze liet zich meevoeren met haar enthousiasme en legde een hand op de dij van Geurt, vlakbij diens gevaarlijke zone. 'Geurt,' vroeg ze lief. Wil jij eens kijken hoe het met het gebak in de keuken staat? Als het klaar is neem het dan mee naar binnen, wil je. Anders zit je dat jonge ding maar eens flink achter de broek!'

'Okidokie!' riep Geurt, allang verguld door de eer van buurvrouws hand op zijn dij. Hij trok er zijn konklusies uit.

Snel liep hij naar de keuken. Het jonge ding stond voor de granieten gerechtbank en sneed met een klein mesje deeg in allerlei figuurtjes.

'Wil het lukken?' vroeg Geurt vriendelijk.

'Heerlijk toch, die jeugd!' zei hij er spijtig achter. Wat moest hij, ouwe bok van zevenenvijftig naast zo'n dingetje van veertien?

'Gaat wel, oom,' zei het meisje zachtjes. 'Alleen ben ik wat bedroefd. Gelukkig behoef ik mij daar niet voor te schamen. Mijn zoute tranen brengen meteen het deeg op smaak.'

'Zo is het!' sprak hij opgeruimd en ging op een stoel zitten. 'Je moet wel opschieten kind. De mensen zitten binnen op het gebak te wachten en we hebben geen uren de tijd!'

Eigenlijk vond hij het heerlijk zo'n jong ding te kommanderen. Hij betrapte zich erop dat hij graag wrede dingen met haar zou willen uithalen. Onder andere heel langzaam en wimper voor wimper die prachtige bambiachtige oogharen eruit trekken. Of met een Gilette superveiligheidsscheermesjes die gave huid te kerven. Hij moest inwendig hartelijk lachen om deze dwaze fantasietjes. Hij keek eens naar de rug van het meisje. Ze was gekleed in een groen bloesje dat haar iets te kort was. Het bloesje was door het harde werken uit het rokje geraakt en hij zag een smal streepje naakte huid. Het kind droeg dus geen hemd. Wel wel, die kinderen tegenwoordig! Leuke rechte gestalte had ze wel. En dan die lange magere benen! Het ontroerde hem. Alhoewel, haar dijen waren al behoorlijk kluitig. En van opzij zag hij haar borstjes in het bloesje. Verrek, dat kind had al behoorlijke vormen! Ach, jeugdjaren van weleer! dacht hij spijtig maar toch was er iets aan dat kind wat hem meer dan normaal aantrok. Alsof hij tegenover, haar zichzelf kon zijn. Alsof je haast straffeloos... Maar nee! Was hij nou helemaal bedonderd! Zulke gedachten alleen al leidden vaak tot langdurige gevangenisstraffen, later. Hij begon er niet aan. Hij zou haar grootvader kunnen zijn. En wat als men er achter kwam? 'Opschieten meisje!' zei hij nog eens streng en keek daarbij op zijn klokje.

'Jawel oom zei het kind. Ze stond nog steeds stukjes deeg te snijden en hij richtte zich op en liep op haar toe, keek op haar handen en voelde dat ze daar zenuwachtig van werd.

'Dat moeten mooie rechte reepjes worden, nietwaar?' probeerde hij.

'Jawel. Voor over het appelgebak. Een soort geometrisch ruitwerk!' ging het meisje hierop in.

'En kan je dat wel?' vroeg hij vriendelijk.

'Oh jawel!' zei ze en glimlachte door haar tranen.

'Nou, daar geloof ik anders niets van!' Ze schrok op. Hoe... Hoe be...'

'Kijk,' zei hij. 'De snede moet lang en vlijmscherp zijn. Zal ik het eens voor doen zodat je weer wat kan leren?'

'Nou, graag oom! Daarvoor ben ik nooit te oud!' Hij stond nu pal achter haar en greep nu haar handen, bezig met het werk. Terwijl hij met haar eigen handen keurige reepjes begon te snijden, begon hij zich vanachter tegen haar aan te drukken...