|
15 |
Welkom in het rijk der bessen en paddenstoelen! Door de zanderige ondergrond biedt het zuiden van Litouwen de perfecte leefomstandigheden voor deze lekkernijen. Afhankelijk van de tijd van het jaar zie je hele gezinnen door de naaldbossen speuren naar de verschillende soorten, om ze vervolgens in bakjes en potjes langs de kant van de weg te verkopen. Op deze manier verdienen ze wat extra’s, wat soms erg nodig is. Het zuiden is arm, vooral omdat de grond er weinig vruchtbaar is. Vandaar ook dat er maar weinig mensen wonen en de gehuchten klein zijn. Bovendien maakt men door een gebrek aan middelen nog altijd gebruik van oude landbouwmethoden.
Voordeel van dit alles is dat de tradities goed bewaard zijn gebleven, zodat Zuid-Litouwen bij folkloristen een speciale betekenis heeft. Maar ook andere bezoekers zullen direct begrijpen hoe bijzonder deze authentieke landelijke levensstijl is in de hedendaagse maatschappij. Hoe vaak zie je het immers nog gebeuren dat paard-en-wagen wordt verkozen boven de tractor? En het landschap zelf, prachtig heuvelachtig en met kronkelende rivieren: je vraagt je soms af waarom er zo weinig toeristen zijn. Dit geldt ook een beetje voor Kaunas: een echte museumstad die meer aandacht verdient dan zij over het algemeen krijgt. En hoewel het nogal afgelegen ligt, zou je ook eens moeten overwegen om naar het kuuroord Druskininkai en het nabijgelegen absurdistische Grūto Parkas af te reizen. Overigens is het zuiden verdeeld in twee etnische regio’s, beide oorspronkelijk bij Aukštaitija horend. Het gebied omsloten door de Neris en de Nemunas wordt Dzūkija genoemd; dat ten westen van de Nemunas Suwałkija. Het laatste ligt echter sinds de Eerste Wereldoorlog grotendeels in Polen.
Het is onaardig om te zeggen en in de stad zelf zullen ze het natuurlijk tegenspreken, maar Kaunas is een beetje het ondergeschoven kindje van Litouwen. Terwijl Vilnius en Klaipėda over belangstelling niet te klagen hebben, vallen de bezoekersaantallen in de tweede stad van het land (415.000 inwoners) tegen. Wellicht vanwege de negatieve geluiden die je vanuit de andere steden hoort. Daar zullen ze je namelijk waarschijnlijk vragen wat je in hemelsnaam in Kaunas te zoeken hebt en of je misschien neergeschoten wilt worden door de maffia. Het is de gebruikelijke rivaliteit tussen grote steden, want in werkelijkheid is het er geen haar onveiliger dan in elke andere middelgrote stad. Bovendien is er genoeg te doen. Wat te denken van het in volle glorie herstelde oude centrum en het duizelingwekkende aantal musea (24). Kaunas noemt zichzelf terecht het intellectuele hart van Litouwen. Dit wordt nog eens onderstreept door de ruim 24.000 studenten die hier verdeeld over vijf universiteiten in de collegebanken zitten.
Maar de inwoners hebben meer om trots op te zijn. Zo is het met 90 procent Litouwers de meest ‘Litouwse’ stad van het land. In de vaderlandse geschiedenis speelde Kaunas altijd een voortrekkersrol in de strijd om vrijheid en onafhankelijkheid. Bovendien heeft hij altijd de grootste sporthelden en -teams van het land voortgebracht. En dan is nog niet eens gezegd dat hier het industriële en commerciele centrum van het land ligt. Genoeg redenen dus om Vilnius en Klaipėda te overtuigen om eens met een andere blik naar hun rivaal te kijken.
Heldenstad
Wellicht komt het door het harde leven in de stad (er wordt gezegd dat men in Kaunas niemand vertrouwt behalve zichzelf), maar het is opvallend hoeveel helden er aan Litouwens tweede stad verbonden zijn. Het recentste voorbeeld is voormalig regeringsleider Vytautas Landsbergis (1932). Eind jaren tachtig was hij de juiste man op de juiste plaats met zijn sterke wil om Litouwen onafhankelijk te maken. Mede dankzij zijn dappere houding in de onderhandelingen met de autoriteiten in Moskou lukte dat ook.
Minstens van evenveel belang waren de 100.000 ‘Woudbroeders’ die zich tot in de jaren vijftig verschansten in de bossen om te strijden tegen de bezetting. Ze worden vereerd in het Museum van Ballingschap en Verzet (Vytauto 46, geopend: wo.–zo. 10–16 uur).
Verzet bood ook Romas Kalanta, een student die de sovjetoverheersing niet meer kon verdragen en zichzelf op 14 mei 1972 voor het muziektheater in brand stak. Dit was een van de indrukwekkendste protestacties.
Onder de talrijke politieke en oorlogshelden is de Japanse diplomaat Chiune Sugihara een opvallende verschijning. Hij redde tussen 1939 en 1940 het leven van ongeveer 12.000 joden door hen een doorreisvisum te verstrekken. Zijn huis is nu ingericht als museum (Vaižganto 30).
Ook op sportgebied laat de stad zich erg gelden. Zo zijn het altijd de teams uit Kaunas die winnen. En waar denk je dat de beroemde voormalige NBA-basketballer Arvydas Sabonis vandaan komt?
Maar de beroemdsten aller helden zijn de piloten Steponas Darius en Stanislovas Girėnas (terug te vinden op het bankbiljet van 10 Lita). Hun verhaal is tragisch. Met als doel om de trots te worden van de jonge republiek Litouwen vertrokken ze op 15 juli 1933 met hun ‘Lithuanica’ vanuit New York naar Kaunas. Het moest de langste non-stop transatlantische vlucht ooit worden (7186 km). Alles verliep volgens plan en twee dagen later stroomde het vliegveld van Kaunas vol om de piloten welkom te heten. Maar het heeft niet mogen gebeuren. Op slechts drie uur vliegen van Kaunas crashte het vliegtuigje in de buurt van Berlijn: niet door een mechanisch defect of door gebrek aan brandstof, maar knullig genoeg doordat ze te laag vlogen en de toppen van dennenbomen raakten. De twee piloten kregen een massaal bijgewoonde staatsbegrafenis en liggen nu op het Aukštieji Šančiai-kerkhof.
Hanzestad, hoofdstad, cultuurstad
Kaunas is gebouwd op het punt waar de Neris en de Nemunas samenvloeien. Een bijzonder strategische plek die het waarschijnlijk maakt dat er al eeuwenlang aan de oevers geleefd werd alvorens men er in de 13de eeuw een stenen kasteel neerzette. Deze moest de aanvallen van de Duitse Orde afweren, hetgeen met wisselend succes gebeurde. In de 15de eeuw maakte de Pools-Litouwse staat een eind aan de aspiraties van de ridders. De Duitsers kwamen in de daaropvolgende eeuwen wel terug, maar dan als handelaren die er een Hanzestad van maakten. Het hoogtepunt lag in de 16de eeuw toen de stad barstte van de rijke koopmannen en handwerkslieden. Tekenend voor de welvaart is dat er toen al een school, ziekenhuis en drogist waren.
In de 17de en 18de eeuw raakte Kaunas in verval. Het begon met een Russische inval in 1665, gevolgd door meer oorlogen, plagen en branden. Begin 19de eeuw legde Napoleons leger de stad volledig in puin. Kaunas toonde veerkracht en bloeide dankzij de opkomende industrie weer op. Deze ontwikkeling stopte toen er een keten aan forten rond de stad werd gebouwd. Hoewel het de sterkste vesting aan de westerse grens van het tsaristische Rusland was, hadden de Duitse troepen er tijdens de Eerste Wereldoorlog weinig moeite mee.
Nadat Vilnius in 1920 in handen van de Polen was gevallen, werd Kaunas het politieke en culturele spectrum van Litouwen. In korte tijd veranderde het van een grimmige vesting in een moderne stad met scholen, universiteiten, theaters, musea, monumenten en ga zo maar door. Men spreekt daarom soms over een gouden eeuw, al duurde die slechts negentien jaar: de Tweede Wereldoorlog dompelde de stad onder in een poel van horror en gruwelijke gewelddadigheden. Aan de rand van de stad werd een groot concentratiekamp gebouwd waar 80.000 mensen de dood vonden. Slechts 2500 van de 37.000 joodse inwoners waren nog in leven toen de Russen in 1944 de stad binnentrokken.
Kaunas
Klik op een van de volgende deelkaarten voor een vergroting:
linksboven, rechtsboven, linksonder en rechtsonder.
Onder de sovjets verloor Kaunas zijn status als hoofdstad en werden de afschuwelijke buitenwijken gebouwd die ongetwijfeld debet zijn aan de slechte reputatie van de stad. Niettemin heeft het een aantal politieke en culturele functies uit de glorietijd kunnen behouden en is het tegenwoordig museumstad nummer één.
Oriëntatie
Kaunas’ centrum bestaat uit een oud en een nieuw gedeelte, waarbij het oude helemaal in de westelijke punt ligt. Een groot plein met het oude stadhuis vormt de historische kern; het kasteel ligt hier ten noordwesten van. De drukke autostraat Birštono vormt een scheidslijn met het nieuwere gedeelte, maar een voetgangerstunnel voorkomt dat je eroverheen moet. In de nieuwe stad is de autovrije Laisvės alėja de belangrijkste straat.
Oude stad
Hoewel de oude stad klein is, valt er veel te zien. Er hangt een gemoedelijke sfeer, zeker nu de drukte zich verplaatst heeft naar het nieuwe centrum. Op een boekwinkel en een verdwaalde supermarkt na vind je vooral pittoreske cafés en restaurants, uiteraard naast veel kerken en andere monumentale gebouwen. Opvallend is het witte raadhuis (1542), liefkozend de ‘Witte Zwaan’ genoemd vanwege de elegante vorm van de toren. Deze was de laatste toevoeging (in 1771) in een lange reeks waardoor er zowel gotische, barokke, als classicistische elementen in het gebouw zijn terug te vinden. Overigens heeft het diverse functies gehad, van orthodoxe kerk tot munitieopslagplaats. Tegenwoordig is het een bruiloftpaleis waar pasgetrouwden zich op de foto laten vastleggen.
De schitterende panden om het Raadhuisplein (Rotušės aikštė) laten het best zien hoe welvarend Kaunas in de 16de eeuw was. Het gebouw met de renaissancistische façade aan de andere kant van het plein was ooit een jagersherberg, later de woning van priester Maironis, maar nu een Literatuurmuseum. Dit is eigenlijk alleen interessant als je bekend bent met Litouwse schrijvers. Maironis (1862–1932), grondlegger van de Litouwse poëzie, woonde er vanaf 1910 tot aan zijn dood. Zijn privé-bezittingen liggen in een deel van het huis tentoongesteld.
Musea zijn er overigens in overvloed rond het plein en voor ieder wat wils: van oude telefoons tot gevaarlijk uitziende antieke medische instrumenten en van folkloristische muziekinstrumenten tot keramiek. De laatste is in de oude gevangenis in het stadhuis.
MAIRONIS LITERATUURMUSEUM, Rotušės aikštė 13. Geopend:
di.–za. 9–17 uur.
POST, TELECOMMUNICATIE EN INFORMATIEMUSEUM, Rotušės aikštė 19. Geopend: wo.–zo. 10–18 uur.
MEDISCH EN FARMACEUTISCH HISTORISCH MUSEUM, Rotušė aikštė 28. Geopend: wo.–zo. 11–17 uur.
MUSEUM VAN FOLKLORISTISCHE INSTRUMENTEN, L.Zamenhofo 12. Geopend: di.–za. 10–18 uur.
KERAMIEKMUSEUM, Rotušė aikštė 15. Geopend: di.–zo. 11–17 uur.
Het aantal musea in de oude stad is in serieuze strijd met het aantal kerken. De mooiste is de Sint-Petrus en Pauluskathedraal, in de hoek van het Raadhuisplein. Het is de grootste gotische kerk in Litouwen en tevens de enige in de vorm van een basiliek. Van het oorspronkelijke 15de-eeuwse interieur zijn door verwoestende branden alleen de gotische ramen overgebleven. Verder zie je een combinatie van renaissance en barok. Van de laatste is het gigantische hoogaltaar een goed voorbeeld. Centraal afgebeeld is de kruisiging, aan de flanken beelden van de apostelen. Daarnaast hangen er enkele interessante schilderijen in de kerk, waaronder De Madonna en Kind in een Bloemenkrans van een onbekende 17de-eeuwse Vlaamse meester.
Aan de zuidelijke kant van het plein staat de 18de-eeuwse Sint-Franciscuskerk. De twee torens van de kerk, die deel uitmaakt van een jezuïetenklooster, passen goed bij die van het stadhuis. Het complex heeft in de loop der jaren behoorlijk wat te verduren gehad. Maakten de Russen er in 1843 nog een kathedraal van, bijna een eeuw later gebruikten ze het als sporthal. Van de marmeren altaren en de houtsnijwerken is dan ook weinig overgebleven.
Ook de Heilige Drie-eenheidkerk (1668) in de noordwestelijke hoek van het plein werd het slachtoffer van communistische onverschilligheid: men maakte er in 1963 een dansstudio van. Dit was funest voor het gotische en renaissancistische interieur. Restauraties zijn gaande.
Om de hoek van de kerk ligt het kasteel, of wat daarvan over is: een deel van de gracht, stukken muur en een gerestaureerde toren. De ruïne is overigens niet het gevolg van gevechten, maar van hevige overstromingen, waarbij vrijwel alles door de Neris werd meegesleurd.
Tegenover het kasteel staat de bakstenen Sint-Gregoriuskerk. Deze maakt deel uit van een 15de-eeuws bernardijnenklooster. Hoewel het godshuis in slechte staat verkeert, is het een indrukwekkend gotisch bouwwerk.
Ten zuiden van het Raadhuisplein ligt de sober ingerichte Vytautaskerk. Het verhaal gaat dat deze groothertog zich in 1398 voornam om een kerk te laten bouwen voor de Heilige Maagd indien hij zou ontkomen aan de Duitse ridders die zijn leger hadden verslagen. Waar of niet, de gotische kerk dateert van rond 1400.
Overigens gebruikten Napoleons troepen de toren nog als munitieopslagplaats, terwijl de Duitse soldaten deze tijdens de Eerste Wereldoorlog een geschikte plek vonden om hun aardappelen te bewaren.
Schuin tegenover de kerk staat het merkwaardige Perkūnashuis. Opgebouwd uit rode bakstenen in een sierlijke gotische vormgeving wordt het koopmanshuis vaak vergeleken met de Sint-Anne in Vilnius. Een kerk is het echter nooit geweest, maar misschien heeft er wel ooit een heidense tempel gestaan. Reden voor deze speculatie is een beeld van Perkūnas (Thor). Het was verborgen in de muur en werd gevonden bij verbouwingen in de 19de eeuw. Tegenwoordig is het gebouw eigendom van de jezuïeten die het ter beschikking stellen aan jonge kunstenaars.
Aan de andere kant van de Nemunas
Het beste uitzicht over de stad heb je vanaf de heuvel bij de brug achter de Vytautaskerk. Een oud kabeltreintje (waarvan het elke keer weer de vraag is of deze gaat) brengt je naar de top, al is de trap naar boven niet zwaar. Vanaf het platform zie je zowel het nieuwe als het oude gedeelte. Op mooie zomeravonden genieten jonge geliefden hier van de zonsondergang.
Verderop in zuidoostelijke richting (2 km) ligt het Darius en Girėnasvliegveld. Je kunt er het Luchtvaartmuseum bezoeken of parachutespringen. Nog verder weg ligt een Botanische tuin.
LUCHTVAARTMUSEUM, Velveriu, 132. Geopend: di.–za. 9–17
uur.
Laisvės alėja
De oude stad gaat bijna geruisloos over in het nieuwe centrum van de stad. Vanaf het Raadhuisplein loop je via de mooie Vilniaus onder de grote weg door langs het oude presidentiële huis (in de tuin staan beelden van de eerste presidenten) naar de Laisvės alėja. Je bevindt je direct in het commerciële hart van modern Kaunas met winkels en restaurants in allerlei soorten en maten. Het is prettig vertoeven op de 1,6 km lange lijnrechte avenue. Auto’s zijn uit den boze (wel mogen ze kruisen op de Maironio en S.Daukanto) en de bomen en bankjes zorgen voor extra sfeer. Lange tijd was het verboden om er een sigaret op te steken, maar deze voor haast alle Litouwers ondraaglijke regel werd in 2000 afgeschaft.
Aan het westelijke uiteinde van de Laisvės alėja ligt tegenover een standbeeld van Vytautas het muziektheater. In 1918 werd hier de onafhankelijkheid van Litouwen verklaard (laisvės betekent ‘vrijheid’). Een klein monument in de aansluitende stadstuin herinnert aan Romas Kalanta (zie Heldenstad, p. 256), die zich op deze plek in brand stak.
Voor alle dieren die je gemist hebt in de bossen of in de dierentuin is er het Zoölogisch museum. Of het nu gaat om een tor of een giraffe, ze zijn er allemaal: zij het gevuld met zaagsel. In totaal hebben ze 17.000 soorten opgezette dieren.
ZOÖLOGISCH MUSEUM, Laisvės alėja 106. Geopend: di.–zo.
11–18 uur.
Aan het oostelijke eind van de Laisvės alėja staat de niet te missen neobyzantijnse Sint-Michaëlskerk. Vanbuiten imposant met glimmende zilveren koepels, vanbinnen weinig spectaculair. Oorspronkelijk was het een Russisch-orthodoxe kerk (1891), maar na een museum van gebrandschilderd glas te zijn geweest in het sovjettijdperk worden er sinds 1990 katholieke missen gehouden.
Schuin tegenover de kerk is het Mykolas Žilinskas Kunstmuseum, genoemd naar de verzamelaar die een grote collectie buitenlandse kunst aan het museum doneerde. Te zien zijn porselein, schilderen beeldhouwwerk van de middeleeuwen tot nu, waarbij een aparte zaal is ingericht voor Nederlandse en Vlaamse schilderijen uit de 17de en 18de eeuw. Pronkstuk is de Kruisiging van Rubens. Voor het museum staat een standbeeld van een Apollo-achtige man die trots zijn mannelijkheid toont in de richting van de kerk, iets dat bij de onthulling nogal wat opschudding teweegbracht.
KUNSTMUSEUM, Nepriklausomybės aikštė 12. Geopend: di.–zo.
11–17 uur.
Het intellectuele hart
Parallel aan de Laisvės alėja ligt Donelačio met centraal het grote Eenheidsplein (Vienybės aikštė). Je zou kunnen zeggen dat dit het brein van de stad is, want op de hoek met S.Daukanto liggen de hoofdgebouwen van de twee belangrijkste universiteiten (de Technische Universiteit en de Vytautas Magnus Universiteit), terwijl aan de noordelijke kant van het plein drie aansprekende musea staan.
Wapenliefhebbers kunnen plezier beleven aan het
Militair museum, te herkennen aan de kanonnen bij
de entree. Naast een grote verzameling pistolen bezit het museum
tevens een behoorlijke collectie prehistorische voorwerpen. Passend
bij het Vrijheidsmonument en de eeuwig brandende vlam ter ere van
de onafhankelijkheidsstrijders die voor het museum staan, wordt er
tevens een overzicht gegeven van de voornaamste militaire
gebeurtenissen uit de Litouwse geschiedenis (uitleg alleen in het
Litouws). Opmerkelijk zijn vooral de wrakstukken van het
vliegtuigje waarmee de legendarische Darius en Girėnas in 1933 hun
non-stop transatlantische vlucht poogden te maken (
pp. 256–257).
MILITAIR MUSEUM, Donelačio 64. Geopend: wo.–zo. 10–17
uur.
Aan de andere kant van
hetzelfde gebouw ligt het Čiurlionis Kunstmuseum,
dat de belangrijkste collectie schilderijen van Litouwens grootste
kunstenaar (
pp. 264–265) bezit. Ook liggen
er wat persoonlijke eigendommen tentoongesteld en kun je zijn
composities beluisteren. In de zalen boven is werk te zien van zijn
tijdgenoten, onder wie Petras Rimša en Elžbieta Paškauskaitė. De
houten sculpturen van de laatste zijn gebaseerd op de opstand van
1863.
ČIURLIONIS KUNSTMUSEUM, V.Putvinskio 55. Geopend: dag.
11–17 uur.
Duivelsmuseum
Wat begon als een uit de hand gelopen hobby van Antanas Žmuidzinavič (samen met Čiurlionis en Rimša voorloper van de Litouwse kunstbeweging) is nu het curieuze Duivelsmuseum. In de vitrines worden de meest uiteenlopende duivels tentoongesteld en door de talrijke donaties blijft hun aantal nog steeds groeien.Toch zul je niet met de schrik in het lijf het pand verlaten, want de Litouwse duivel is zo slecht nog niet. In de heidense traditie was hij de bewaker van de doden, de vruchtbaarheid en de dieren. Het waren dus de christenen die er een kwade geest van maakten. Toch kreeg de Litouwse demon niet zo’n beladen status als in de westerse wereld: het was en is eerder een kwajongen die het leuk vindt om de mens een beetje te plagen. Dit laatste mislukt overigens meestal, waarna hij zich schikt in zijn rol als dienaar. In de hedendaagse folkloristische kunst staat de duivel meer aan de zijlijn te lachen om de domheden en vooroordelen van de mens.
De duivels in het museum zien er dan ook eerder komisch dan gevaarlijk uit. Een van de leukste is de Stalinduivel die de Hitlerduivel uit Litouwen verjaagt. Op de bovenste verdieping zie je buitenlandse duivels.
DUIVELSMUSEUM, V.Putvinskio 64. Geopend: dag. 11–17
uur.
Mikalojus Konstantinas Čiurlionis (1875–1911)
Čiurlionis mag voor ons een onbekende zijn, in Litouwen is hij een grootheid. En terecht, want het werk van deze veelzijdige artiest is vaak adembenemend. Geboren als zoon van een orgelspeler kwam hij al op vroege leeftijd in contact met de piano. Hij bleek een natuurtalent te zijn. Na gestudeerd te hebben aan de conservatoria van Warschau en Leipzig keerde de toen 27-jarige Čiurlionis in 1902 terug naar Litouwen. Ondertussen had hij zijn eerste grote compositie geschreven, de Symfonie In het Bos. Deze wordt beschouwd als het begin van de professionele Litouwse muziek.
Čiurlionis ging zich steeds meer op andere kunstvormen richten en vooral de schilderkunst fascineerde hem. Ook hierin bleek hij een meester te zijn. Boordevol ideeën raakte hij echter geobsedeerd door zijn werk en depressies waren het gevolg. In 1911 stierf hij op 35-jarige leeftijd aan de gevolgen van een longontsteking. Wat hij achterliet waren meer dan 250 muziekcomposities en 300 schilderijen.
Typerend voor het schilderwerk van Čiurlionis is de kleurrijke en originele stijl. De muzikale achtergrond van de schilder is evident: zowel in de composities van de schilderijen maar ook in de benamingen ervan (zoals prelude of sonata). Čiurlionis werkte vaak in cycli, waarbij elk schilderij een ander gevoel uitdrukt. De natuur – hij groeide op in de bossen van Druskininkai – speelt een voorname rol in zijn werk. Hetzelfde geldt voor de vaderlandsliefde, wat vooral tot uitdrukking komt in het gebruik van folkloristische thema’s.
Het boeiendst zijn echter de mystieke en vaak symbolische schilderijen die hij tussen 1907 en 1909 maakte tijdens zijn verblijf in Sint-Petersburg. Hierin komt zijn geweldige fantasie het meest tot haar recht.
Pažaislisklooster
In Vilnius staan veel barokke gebouwen, maar het Pažaislisklooster net buiten het centrum van Kaunas overtreft ze allemaal. De stad heeft dit architectonische hoogtepunt vooral te danken aan Kristupas Žygimantas Pacas, in de 17de eeuw hoofdkanselier van het groothertogdom. Hij was tijdens zijn studie in Florence in de ban van de Camaldolese orde geraakt (een afsplitsing van de benedictijnen) en besloot bij terugkomst een klooster te laten bouwen. Hij liet in 1667 verschillende Italiaanse architecten en kunstenaars overkomen, die tot 1712 bezig waren alvorens de kerk werd ingewijd. Het was een schitterende barokke kerk, met vanbinnen zwart en rood marmer, kleurrijke fresco’s en eiken altaren voorzien van fijn houtsnijwerk. Om het klooster heen werden tuinen en boomgaarden aangelegd, die nog steeds groeien en bloeien. Pacas zelf werd samen met vrouw en kind begraven in een crypte onder de ingang.
De monniken konden er een eeuw lang rustig leven, totdat Napoleons troepen kwamen en veel van het interieur plunderden. Sindsdien ging het bergafwaarts. In 1831 werd het klooster gesloten omdat de bewoners zouden hebben meegewerkt aan de grote opstand, om vervolgens verbouwd te worden tot een orthodox klooster. Hierbij bestond geen mededogen met het oorspronkelijke interieur: de eiken altaren werden vernietigd, de meeste beelden verwoest en veel fresco’s verdwenen of werden overgeschilderd. De rest van de kostbare bezittingen verdwenen met de laatste orthodoxe monniken, die aan het begin van de Eerste Wereldoorlog moesten vluchten.
Toen de terugtrekkende Duitse soldaten aan het eind van deze oorlog ook nog eens de koperen dakpanelen van de koepel meenamen, was het klooster echt helemaal kaalgeplukt. En dat de Sovjets er een psychiatrisch ziekenhuis van maakten, kon er ook nog wel bij.
In de jaren zestig begon men echter met het restaureren en ondertussen is er al behoorlijk wat opgeknapt. Tegenwoordig wordt het bewoond door nonnen. Ze weten op een handige manier geld in te zamelen, bijvoorbeeld door ’s zomers klassieke concerten te organiseren in de patio. Het is aan te raden om hiervoor kaartjes te kopen en dit dan te combineren met een bezoek aan het klooster.
PAŽAISLISKLOOSTER. Neem vanuit het centrum trolleybus 5 tot
de eindhalte en volg de weg tot je tegen de Heilige Poort oploopt.
Geopend: dag. 9–17 uur.
Oost-Kaunas
Aan de oostzijde van het centrum zorgen parken
voor een afbakening. Populair is het
Ažuolynaspark, voorafgegaan door een groot plein
met daarop een lang monument voor Darius en Girėnas (
pp. 256–257). Aan de andere kant van het park
ligt de Dierentuin, de enige in Litouwen. Wees
erop voorbereid dat de dieren weinig bewegingsruimte hebben en
onder armoedige omstandigheden leven. Aansluitend op de dierentuin
ligt de Girstupisvallei, volgens dichter Adam
Mickiewicz de mooiste van Litouwen. Op een
monumentale steen aldaar staat het gedicht (in het Litouws) waarin
hij deze beschrijft.
DIERENTUIN, Radvilėnų 21. Geopend: ’s zomers dag. 10–19; ’s
winters dag. 9–17 uur.
Fort Negen
De harde wind en de zwerm kraaien in de lucht: de omstandigheden zijn al heel onheilspellend. Fort Negen van de tsaristische verdedigingslinie diende tijdens de Tweede Wereldoorlog als een wreed vernietigingskamp. Naar schatting 80.000 mensen vonden er de dood, waaronder de gehele joodse gemeenschap van Kaunas.
Op het voormalige massagraf is een kolossaal monument gebouwd en in het fort zijn twee musea ingericht. De eerste met documenten (waaronder een kopie van het Molotov-Ribbentropverdrag) en bezittingen van kampbewoners. Een aparte hoek is gewijd aan Romas Kalanta en andere vrijheidsstrijders. Het andere museum is gevestigd in een barak die tijdens de oorlog als gevangenis diende en ook als zodanig is ingericht. Aan de muur hangen gruwelijke foto’s van het joodse getto.
FORT NEGEN, Žemaičių 73. Geopend: wo.–ma. 10–18; dec.–feb.
wo.– ma. 10–16 uur. Bus 23 en 35 stoppen bij het fort.
Rumšiškės
Langs de snelweg naar Vilnius ligt op 25 km van Kaunas de plaats Rumšiškės. Op zich een nietszeggend dorpje, maar wel de locatie van het interessante Openluchtmuseum. Zoals Rumšiškės zelf letterlijk verplaatst moest worden omdat het originele dorp onder water zou komen te staan door de aanleg van de Kaunaszee, zo zijn er uit het hele land traditionele huizen, boerderijen, stallen, schuren, molens en zelfs een houten kerkje naar het park overgeheveld. De meeste zijn volledig ingericht en ingedeeld naar de vier etnografische regio’s van Litouwen (Samogitia, Suvalkija, Aukštaitija en Dzūkija).
Het park is ruim opgezet: een 6,5 km lang asfaltpad leidt je erdoorheen. Handig is om een gids te huren, aangezien Engelstalige uitleg verder ontbreekt. Ben je van plan om op een zomerse zondag te gaan, dan is het een optie om de boot te nemen die om 11.00 uur vanaf de haven bij het Pažaislisklooster vertrekt en je in Rumšiškės afzet. Om 16.00 uur vaart hij weer terug.
OPENLUCHTMUSEUM. Geopend: ’s zomers wo.–zo. 10–18; ’s
winters vr.–zo. 10–18 uur op afspraak (tel. 346
47392).
Birštonas
Litouwens tweede kuuroord, 40 km ten zuiden van Kaunas, is een goed alternatief als het afgelegen Druskininkai niet in het reisplan past. Het is een overwegend rustig, groen dorp, in een kom van de Nemunas, die hier slangachtige kronkelingen maakt. Vytautas liet er een kasteel bouwen voor als hij ging jagen, maar daarvan is niets meer te zien. De huidige status als kuuroord dateert van halverwege de 19de eeuw toen men er een mineraalwaterbron ontdekte. In de jaren twintig was het de populairste van het land.
Aan Litouwse zijde van de culturele regio Suwałkija is niet veel te doen. Kom je met de trein uit Polen, dan zal je bij Šeštokai moeten overstappen omdat Litouwen nog gebruikmaakt van het oude rail-systeem van de Sovjet-Unie. Met de auto is Marijampolė de eerste grote plaats die je tegenkomt. Als het laat is en je niet verder wilt, dan zijn er een aantal hotels, anders kun je net zo goed doorrijden. Alleen het Žuvintasreservaat, 20 km ten zuidoosten van Marijampolė, heeft toeristische potentie. Dit is Litouwens langst beschermde gebied (sinds 1937) en een populaire vogelbroedplaats. Bij het ondiepe Žuvintasmeer is een uitkijktoren neergezet. Tevens is er een kleine tentoonstelling in het bijgelegen gebouw.
Zuid-Litouwen
Klik op een van de volgende deelkaarten voor een vergroting:
linksboven, rechtsboven, linksonder en rechtsonder.
Een groot deel van Dzūkija is ondergebracht in een nationaal park, dat met 55.000 ha het grootste beschermde gebied van het land is. Zo’n 85 procent hiervan is bedekt met bossen, voornamelijk naaldbomen, ondergebracht in twintig verschillende natuurreservaten. Daarnaast is er een grote verscheidenheid aan planten en dieren, maar Dzūkija is vooral bekend om de paddenstoelen, naar schatting 300 soorten.
In het park liggen zo’n 80 dorpjes, al bestaan deze vaak uit niet meer dan twee of drie boerderijen. Verwacht geen winkels of uitgebreide infrastructuur: meestal kom je in het grind of soms zelfs in de modder terecht. De hoofdwegen zijn echter prima en in de grotere plaatsen Merkinė of Marcinkonys zijn wel winkels en toeristenbureaus. Daar is ook meer informatie over de wandel-, fiets- en kanomogelijkheden. Wildkampeerders kunnen terecht in de speciale kampen aan de Nemunas.
TOERISTENBUREAU, Merkinė, Vilniaus 2. Geopend: ma.–vr. 8–17
en za. 8–15.45 uur.
BEZOEKERSCENTRUM NATIONALE PARK, Marcinkonys, Miškininkų 61. E-mail: [email protected]. Tel. 310 44466.
Zervynos
Van alle gehuchten is Zervynos het karakteristiekst. Populair gezegd krijg je een real life soap voorgeschoteld: je ziet de inwoners bezig met hun dagelijkse werkzaamheden. Het dorp ziet er nog uit zoals het zich in de 18de en 19de eeuw vormde, met schitterende houten boerderijen die je verder alleen nog maar in openluchtmusea tegenkomt. Paard en wagen zijn hier een meer gebruikt vervoermiddel dan de auto, wat ook wel handig is op de onverharde wegen. Het Etnografisch museum in Marcinkonys (informeer bij het bezoekerscentrum indien het complex gesloten is) heeft een tentoonstelling over het traditionele boerenleven in Dzūkija. Tevens beginnen bij het museum enkele wandelroutes, variërend van 3,6 tot 13 km. Een 4 km lang bospad, startend vanuit de zuidwestelijke hoek van Marcinkonys, leidt naar het Čepkeliai-reservaat. Dit is grotendeels ontoegankelijk, maar vanaf het observatieplatform heb je een schitterend uitzicht over het gebied, dat voornamelijk uit moerassen bestaat. Vanuit het bezoekerscentrum worden excursies georganiseerd.
Merkinė
Merkinė is in historisch opzicht een uitzondering op de dorpjes in Dzūkija, die over het algemeen van weinig betekenis zijn. Gunstig gelegen aan de Nemunas stond er in de middeleeuwen een belangrijk Litouws kasteel, dat bescherming bood aan een bedrijvig handelsstadje. Er is niets meer van over, maar het uitzicht over de rivier is vanaf de kasteelheuvel schitterend. Als je tussen de bomen doorkijkt richting Merkinė zie je nog wel de 15de-eeuwse kerk op een helling staan. Het statige bouwwerk, waar in de ramen en muren nog veel gotische trekken bewaard zijn gebleven, is een verrassende verschijning in het verder slaperige plaatsje.
Van gelijke orde is de 18de-eeuwse Heilige Drie-eenheidkerk in Liškiava: een beetje buiten zijn (landelijke) context vallende kerk die deel uitmaakte van een dominicaans klooster. Bijzonder zijn de zeven kleurrijke rococoaltaren. Net buiten het plaatsje liggen de ruïnes van een nooit afgemaakt kasteel, gebouwd op de plek waar voor de jaartelling al een fortificatie stond.
Het onbeduidende dorp Perloja, 10 km ten westen van de grotere plaats Varėna, verwierf in 1918 plotseling faam toen een groep van 50 bewapende mannen hier de onafhankelijkheid verklaarde. Ze probeerden daarmee het terugtrekkende Duitse en het oprukkende Rode Leger te weren. Maar liefst vijf jaar hield de ‘republiek’ stand. Ook in de jaren vijftig lieten de inwoners hun onverzettelijke kant zien, toen ze wisten te voorkomen dat het beeld van Mindaugas (hij had beloofd dat Perloja nooit in slavernij zou vervallen) door de sovjettanks vernietigd zou worden. Het is het enige standbeeld van de koning dat het sovjetregime heeft overleefd.
Helemaal in het zuiden van het land, tegen de
grens met Wit-Rusland aan, ligt Litouwens belangrijkste en oudste
kuuroord. Het heeft negen sanatoria, waar je uitgebreide
behandelingen met zout water (druskininkas betekent
‘zout-man’) en modder kunt krijgen. Ook als je dit overslaat, dan
is het door de frisse lucht en de pittoreske ligging aan het
Druskonismeer een plezierige plaats om even op adem te komen. Het
centrum is ruim opgezet en heeft met Vilniaus en Kudirkos twee
voetgangersstraten die er dwars doorheen kruisen. Er is relatief
weinig te doen, maar dat is logisch: het gaat immers om het
relaxen. Interessant is wel het MK Čiurlionis
Herdenkingsmuseum, gevestigd in het houten huis waar
Litouwens voornaamste schilder en componist (
pp. 256–257) in zijn jongensjaren woonde. Een
gedeelte is weer ingericht zoals in zijn tijd, de rest bestaat uit
posters en reproducties van zijn werk. In de zomer worden er in de
tuinen regelmatig pianoconcerten van zijn hand gespeeld. Overigens
is de weg tussen Druskininkai en Varėna (A4) in 1975 omgedoopt tot
de Čiurlionisweg (Čiurlionio kelias). Langs de weg
zijn houten beelden en totempalen neergezet, geïnspireerd op
creaties van de kunstenaar.
MK ČIURLIONIS HERDENKINGSMUSEUM, Čiurlionio 41. Geopend:
di.– zo. 12–18 uur.
De joodse beeldhouwer Jacques Lipchitz (in Litouwen bekend als Žakas Lipšicas) is een andere kunstenaar van betekenis uit Druskininkai, dat tot de Tweede Wereldoorlog een grote joodse gemeenschap had. Lipchitz (1891–1973) was toen allang naar de VS geëmigreerd, waar hij internationale roem verwierf met zijn transparante beelden. Een galerie toont zijn werk en dat van andere joodse kunstenaars in Litouwen.
JOODS MUSEUM, Šv. Jokūbo 17. Geopend: di.–do. 12–17
uur.
De kuuroorden liggen ten noorden van de straat Čiurlionio tegen de Nemunas aan, die zich om de stad slingert. Hier ligt ook de fontein waaraan de stad haar reputatie te danken heeft. Bij gebrek aan zout in je lichaam moet je maar een slok water nemen.
Buiten de stad ligt, op 2 km, het natuurhuis Girios Aidas (Bosecho). Dit zweeft als het ware in de lucht doordat het gebouwd is om de stam van een eik. Binnen is het een levendige bende van planten en dieren uit het bos. De eik groeit door de twee verdiepingen heen. In de boom zitten allerlei sprookjesachtige beelden verscholen. Bij het gebouw start een wandelroute (Šaulės Takas) van 7 km.
Stalins wereld
Ten noordoosten van Druskininkai ligt het controversiële Grūto Parkas, dat is opgezet als een soort pretpark met een kinderboerderij en een grote speeltuin. Je loopt er langs beelden van de grote sovjetleiders, die ooit trots prijkten op de pleinen van Litouwens steden. Een voor een kom je ze tegen: Stalin, Lenin, Marx en de Litouwse leiders, soms gebroederlijk bij elkaar. Soms verkeren de beelden in mindere staat door de vernielingen uit de beginjaren negentig toen ze werden neergehaald.
Met Stalins Wereld, zoals de bijnaam luidt, wordt op wel heel aparte wijze afgerekend met het sovjetverleden. Overigens, als de autoriteiten niet hadden ingegrepen, dan zou het er echt als een bizar Disneyland hebben uitgezien. Er lagen plannen op tafel om toeristen vanuit Vilnius per trein af en aan te voeren in dezelfde mensonterende wagons die ooit volgepakt met gevangenen richting Siberië gingen. En in plaats van een pizza of pannenkoek zou je in het restaurant een gevangenismaaltijd voorgeschoteld krijgen. Maar zover is het niet gekomen: wel wordt het park omringd door wachttorens die zo een gevangenenkampsfeer creëren. Ook de Russische propagandamuziek die door de luidsprekers schalt en de barakken met informatie over het sovjetsysteem en de misdaden die ze begingen, dragen bij aan deze ambiance.
De oprichting in 2000 veroorzaakte veel commotie, zowel in Litouwen als in het buitenland. Vooral oud-Siberië-gangers hadden (en hebben) er veel moeite mee dat het misdadige verleden zo wordt uitgebuit. Ook de hypocrisie van de oprichter, de miljonair Malinauskas, was voor hen een doorn in het oog: hij had zich namelijk juist in de sovjettijd verrijkt! De directie ziet alle aandacht echter puur als extra publiciteit, wat ook blijkt uit de lange reeks krantenartikelen die trots de entree versieren. Hoe je er ook over denkt en afgezien van de integriteit: Grūto Parkas is een uniek verschijnsel en geeft wel degelijk een goed ‘beeld’ van wat er zich de laatste 50 jaar in Litouwen heeft afgespeeld.
GRŪŪTO PARKAS, in het plaatsje Grūtas, 7 km
ten oosten van Druskininkai, aangegeven met borden. Geopend:
ma.–za. 9–19 uur.

