DANKWOORD

 

 

Terry en ik zouden de volgende mensen uit de grond van ons hart willen bedanken:

Onze familie en vrienden, omdat ze ons vol liefde zijn blijven steunen.

John en Sandy Walton, omdat ze ons vriendschap boden, met ons meeleefden en in ons bleven geloven.

Dokter Barnes en het personeel van het streekziekenhuis in Salis bury, die zo goed voor ons hebben gezorgd; begrafenisonderneming

I.N. Newmans Ltd, die ons heeft begeleid bij het afscheid van onze kinderen; Chris Howard-Jones van slachtofferhulp en het team van de organisatie voor geestelijke gezondheidszorg, die Terry erdoorheen hebben gesleept; klinisch psychologe Louise Fountain, die me leerde met mijn verdriet om te gaan; wijlen John Pook van het maatschappelijk werk van Wiltshire, die zich altijd professioneel heeft opgesteld en erg bij ons gezin betrokken is geweest.

Rose, die me de moed heeft gegeven om door te vechten. Daarvoor zal ik haar eeuwig dankbaar blijven.

De advocaten Bill Bache, Jacqui Cameron, Kath Buckley, Jo Briggs en Michael Mansfield, die in me bleven geloven en vastbesloten waren het recht te laten zegevieren.

De medisch experts die als getuige à decharge zijn opgetreden; de scholen die Jade al die tijd hebben gesteund; de artsen, therapeuten en andere medici die ons nog steeds hulp bieden; de inwoners van Salis bury en Saltash die ons gezin altijd vriendelijk en vol begrip hebben bejegend; de journalisten die onze belevenissen onder de aandacht van een breder publiek brachten; Penny Mellor en haar gezin, wier steun van onschatbare waarde is gebleken; Susie, die zo dapper was om tijdens mijn proces te getuigen – iets wat ik nooit zal vergeten; Meat Loaf, wiens liedjes ons door zulke moeilijke tijden heen hebben geholpen.

Alle bekenden en onbekenden die me tijdens mijn verblijf in de gevangenis hebben geschreven – dankzij jullie steun en geloof in mij zag ik ook tijdens de donkerste uren nog een sprankje licht.

John Batt, die me tijdens het schrijven van dit boek van advies heeft gediend, en alle anderen die waardevol commentaar hebben geleverd.

Ivan Mulcahy, mijn agent, die me ervan wist te overtuigen dat mensen mijn verhaal zouden willen horen.

Elise Dillsworth, mijn redactrice, en haar medewerkers bij Little, Brown die me in staat stelden dat verhaal te vertellen.

Richard Madeley en Judy Finnigan, Lorraine Kelly, Jenni Murray en Richard Branson, die me bleven steunen.

Tom en Marion Mendham, Clare Saunders en Toby Atkinson, die zich zo gastvrij hebben getoond.

Terry en Gill Chambers, onze goede vrienden en (net als wij en de meeste leden van de familie Cannings) levenslange supporters van Southampton, die ervoor hebben gezorgd dat de namen van Gemma, Jason en Matthew nu op een gedenkteken op het voetbalterrein te lezen zijn.

Megan Lloyd Davies, die tijdens het schrijven van dit boek met ons heeft gelachen en gehuild en zonder wie dit verhaal nooit op schrift zou zijn gesteld.

En iedereen die ik niet bij naam heb genoemd: ik zal jullie altijd dankbaar zijn.