Voorwoord
Dit boek is geschreven en samengesteld op de grens tussen feit en fictie. Alle verhalen in deze bundeling, of ze nu modern zijn of heel oud; of het vaderlandse geschiedenis, een sprookje, of een misdaadverhaal betreft; alle verhalen nodigen uit tot speculeren en wellicht zelfs tot eigen onderzoek. Het zijn de raadsels uit uw omgeving, die ik weergeef in hun geloofwaardigste en ongeloofwaardigste variant.
Zo leren we in ‘De ondergang van Westerschouwen’ de Zeeuwse volksvertelling kennen over hoe de vloek van een zeemeerman een hele stad te onder deed gaan: een mooi verhaal voor op een stormachtige nacht, bij het haardvuur... Maar wat als ik zeg dat een begaafde ziel beweert dat hij op de plaats van het oude Westerschouwen tot op de dag van vandaag nog zeewezens waarneemt, zeemeerminnen en zeemeermannen die (als we dit willen geloven) nog afstammen van het wezen dat de stad vervloekte? Volgens mij was hij niet op de hoogte van het eerste verhaal, toen hij zijn waarnemingen deed. U vindt zijn verslag in ‘Interview met de zeemeermin van Westerschouwen’.
Dit raakpunt van feit en fictie vinden we ook in ‘Het bibliotheekspook in Middelburg’. Ik tekende uit de bundeling van verhalenverzamelaar Sinninghe een spookverhaal op, dat zich afspeelde in de oude bibliotheek, waar voorheen twee oude vrouwtjes woonden. De oorsprong van het spook dat daar werd waargenomen, was hem onbekend. Maar toen ik in de historische feiten dook, vond ik informatie over een voorvader van de oudjes, die bepaald geen lieverdje was, en alle reden had om eens goed te gaan spoken.
Het is een mysterie wat er nu werkelijk gebeurd is in Westerschouwen of in de bibliotheek van Middelburg. Daarom hebben de verhalen een plaats in dit boek, Mysteries in Zeeland.
Mysteries zijn er in alle soorten en maten. De raadselachtige verhalen in dit boek hebben ten eerste allemaal gemeen, dat ze zich afspelen in uw buurt: in de steden, de wateren en natuurgebieden van de provincie Zeeland. Het zijn sprookjesachtige vertellingen, maar ook gruwelijke misdaadverhalen. Want ook deze categorie mysteries prikkelen de verbeelding. Zeer recente misdaad heb ik vermeden, uit respect voor eventuele betrokkenen.
Verder heb ik mijn best gedaan voor een zo afwisselend mogelijke samenstelling, die de gehele Zeeuwse geschiedenis omvat – van Homerus tot de Westerscheldetunnel – en die zich afspeelt in alle delen van uw provincie.
Elke plaats heeft een verhaal. Als er één les is die u uit deze bundeling kunt trekken, dan is het die wel. Dat moet toch een geruststellende gedachte zijn: zelfs over uw dorp, het fabrieksterrein waar u werkt, of op de plaats van een nabijgelegen nieuwbouwwijk, valt iets spannends te vertellen. Na het lezen van Mysteries in Zeeland kijkt u vast met andere ogen naar uw leefomgeving. En wie weet, misschien ziet u ook wel zeemeerminnen…
Martijn J. Adelmund
Kuitaart, 17 juli 2006