Natuurlijk komt de scène met Sergej Gotsmanov op zulke momenten boven. Met een voor mij kenmerkende – vol overgave uitgevoerde – actie legde ik onbedoeld de al bijna zekere Europese titel in de waagschaal. De Russische spits van Dynamo Minsk ging fraai tegen de grond toen ik hem, tijdens een geslaagde poging de bal voor de voeten weg te slaan, in de zestien raakte. Penalty. Mijn altijd gedegen wedstrijdvoorbereiding kwam goed van pas. Ik kende de favoriete hoek van de Russische penaltynemer Igor Belanov en paste de vooraf met Ted Troost uitgedachte strategieën toe. Tijd rekken, de strafschopnemer diep in de ogen kijken en iets voor de lijn gaan staan waardoor ik groter leek. Ik stopte de penalty en de rest kan elke Nederlander zelf invullen.

Na het enorme feest in München volgde de ongekende huldiging in de Amsterdamse grachten. Dat blijft het hoogtepunt in mijn voetbalcarrière. Ik heb daar zo ongelooflijk veel blije mensen gezien. Ongeacht welke club of geloof ze aanhingen, welke huidskleur ze hadden of hoe jong of oud ze waren: Nederland was één grote familie. Dat heeft mij persoonlijk het meest geraakt. Het vervult me nog altijd met trots om deel uit te hebben mogen maken van dat Oranje.

Mijn carrière als profvoetballer is hét voorbeeld van pieken en dalen in de buitencategorie. Door vaak te vallen en nog vaker op te staan, heb ik uiteindelijk grote successen mogen boeken en kan ik terugkijken op een zeer geslaagde profloopbaan. Vooral omdat ik erin geslaagd ben om het maximale uit mezelf te halen en daar plezier aan te beleven. Ik heb mijn plafond meerdere keren aangetikt en dat is voor mij het ultieme gevoel van winnen. Dat ik keihard heb moeten knokken om aan de top te komen en vooral om er te kunnen blijven, staat vast. De soms harde maar altijd bruikbare lessen wil ik graag delen met anderen.

Voor mij was vanaf het begin al duidelijk waar dit boek over moest gaan: over winnen in het algemeen en het leveren van de optimale voetbalprestatie in het bijzonder. Deze twee onderwerpen vormen de rode draad in mijn leven. Ik heb achttien jaar op het hoogste niveau gevoetbald bij FC Utrecht, Nottingham Forest, PSV én Oranje. In die periode heb ik geleerd dat de manier van denken een sterke invloed heeft op de prestaties. Prestaties als sporter, maar ook als vader, partner, vriend, leidinggevende of collega. Het is fascinerend hoeveel invloed je zelf hebt op gedachten, emoties en gedrag. Pech en geluk overkomen je, maar niemand is een speelbal van zijn of haar omgeving. Deze filosofie heb ik als voetballer ontdekt en nooit meer losgelaten. Gebeurtenissen in mijn leven bevestigen de waarheid ervan. Mijn echtgenote Karen is voor mij het meest sprekende voorbeeld van het feit dat je zelf de regie hebt over de kwaliteit van je leven. Een halfuur voor zij aan de gevolgen van kanker stierf, sprak ze nog de woorden: ‘Gelukkig is de ziekte niet op mijn hersenen geslagen.’

Het is mijn doel om een boek te presenteren dat voetballers op alle niveaus in beweging brengt en richting geeft om beter te presteren. Zodat ze inzicht krijgen in wat winnen van je vraagt én voor je kan betekenen. Ik wil graag iets bijdragen aan de ontwikkeling van het Nederlandse voetbal en van alle liefhebbers en professionals die deze sport zo fascinerend maken. Met behoud van het plezier, laat dat voorop staan.

Om te kunnen schrijven over het leveren van voetbalprestaties op topniveau en het beïnvloeden daarvan, ben ik sinds de zomer van 2009 de beste spelers van Nederland gaan interviewen. Waarom winnen zij vaker dan anderen? Wat hebben zij gedaan en gelaten om de top te bereiken en daar lange tijd te verblijven? Hoe gingen zij om met tegenslag? Wat zijn terugkerende, overeenkomstige patronen die de kans op succes vergroten? Beschouwen zij, net als ik, mentale vaardigheden als doorslaggevend? Dit soort vragen heb ik voorgelegd aan bijna zestig (ex-)internationals.

Ik werd tijdens de interviews regelmatig op het verkeerde been gezet. Zo bleek bijvoorbeeld dat de door bijna iedereen omarmde constatering dat mentale kwaliteiten het verschil maken, niet zozeer de deur openzette naar een succesformule, maar juist veel vragen opriep. ‘Ik heb zelfs een hekel aan het woord “mentaal”,’ vertelde Louis van Gaal in München. Hij bleek niet de enige. Termen als ‘mentaliteit’, ‘mentale vaardigheden’, ‘mentale kracht’ of ‘tussen de oren’ zijn ook voor hen die er veel waarde aan hechten ongrijpbaar. En zolang dat mysterie niet wordt opgelost, kun je dit aspect van de voetbalsport moeilijk door gerichte training verbeteren. In dit opzicht heeft met name Raymond Verheijen ons op het juiste spoor gezet. Hij was hiervoor de juiste man op de juiste plaats. In de voetbalwereld slaagde hij er enkele jaren geleden in om voetbalconditie in een ander daglicht te plaatsen en zijn gedachtegoed op dit terrein verwierf wereldwijd bekendheid. In het verlengde van zijn inspirerende, innovatieve voetbalvisie zijn wij de basisuitgangspunten van de voetbalsport opnieuw gaan vaststellen. We kwamen tot nieuwe inzichten en concrete handvatten. Neem de stelling: voetbal is primair een denksport. Dit nieuwe uitgangspunt zette alle gesprekken op z’n kop. In een complexe sport als voetbal zullen de beste denkers het winnen van hun even technische, snelle en tactisch onderlegde collega’s. Trainings-, coachings- en scoutingsmethoden moeten dus voetbaldenken als basis nemen om de optimale voetbalprestatie na te streven. Dit betekent nogal wat voor de inrichting van jeugdopleidingen, de begeleiding van talent, de wijze van coachen en het type arbeid dat een jonge voetballer moet leveren om zijn plafond te bereiken. De voetbalsport is toe aan een nieuwe fase. Wat mij betreft een fase met alleen maar winnaars.

De eerste vier hoofdstukken bieden een analyse van de wijze waarop profvoetbal wordt beoefend, van de manier waarop topspelers zich weten te onderscheiden en van de soms eigenaardige voetbalwereld waarvan ik twee decennia lang onderdeel ben geweest. In hoofdstuk 5, 6 en 7 geef ik aan hoe de informatie uit alle research en interviews een nieuw referentiekader oplevert en hoe de sport van binnenuit kan veranderen als voetbaldenken het vertrekpunt wordt. Vervolgens komt in hoofdstuk 8 en 9 aan bod hoe de moderne voetballer begeleid kan worden en met behulp van welke methoden en technieken de voetbalsport zich kan prepareren om ook in de toekomst dezelfde mondiale rol van betekenis te spelen als de afgelopen halve eeuw. Hierbij zie ik, mits voetbaldenken centraal wordt gesteld in ons profcircuit, een fraaie rol voor het Nederlands voetbal weggelegd. In de epiloog – de verlenging – trek ik het voetbaldenken door naar andere activiteiten en geef ik ten slotte inzicht in welke denkstrategieën ten grondslag liggen aan mijn persoonlijke leven en hoe iedereen op zijn manier winnen in zijn eigen leven kan integreren. Dit boek is primair een aanzet tot het veranderen van denken van jeugdspelers, profvoetballers, clubbestuurders, verenigingsmedewerkers, ouders, coaches en begeleiders. Op de website www.vantalentnaartopspeler.nl worden de hier gebruikte verhalen, ideeën, stellingen en adviezen op praktische wijze verder uitgewerkt en aangevuld, zodat de beoogde omslag in de voetbalwereld blijvend zal worden gevoed en begeleid.

Winnen is tot stand gekomen dankzij de hulp van veel mensen. Hierbij wil ik iedereen hartelijk danken voor zijn of haar bijdrage aan dit boek. Mijn speciale dank gaat uit naar Tijn Kruize. Van idee tot realisatie is hij de drijvende kracht geweest. Ook wil ik Eric Castien in het bijzonder bedanken. Als coauteur is hij erin geslaagd om mijn gedachten en de input van alle experts in leesbare, begrijpelijke teksten te formuleren. Tot slot dank ik Rini Stoutjesdijk. Hij heeft samen met Karen aan de basis gestaan en mij aangemoedigd dit boek te gaan schrijven.