10
Toen Arabella kort na zonsondergang van de kajuitstrap het dek
betrad, zag ze Keaton en Ruby aan de stuurboordzijde van het schip,
badend in de gouden gloed van een lamp op de bar, verdiept in een
geanimeerde conversatie. Ze moest glimlachen. Toen ze de jurk voor
Ruby kocht, had ze niet gedacht dat die haar zo mooi zou staan.
Maar Arabella wilde haar iets bijzonders geven. Zelfs al kende ze
haar nog maar zo kort, toch wist ze dat Ruby Run- yon een
vriendelijk en aardig iemand was, iemand die geen kans had gekregen
om meer van haar leven te maken.
Ook Keaton stelde het nieuwe uiterlijk van Ruby duidelijk op prijs,
aan zijn gezicht te zien. De ontwikkelingen gingen Arabella's
stoutste wensen en verwachtingen te boven. Keaton had afleiding
nodig Die had hij verdiend, nu hij dagelijks met Reynaldo te maken
had. Die man kon meer doen dan kindermeisje spelen voor de prins,
maar hij had zo'n ontzag voor de familie Del Fuego dat hij Reynaldo
niet in de steek wilde laten. Keaton, zo meende Arabella, had wel
een beloning verdiend.
Ze had gezien hoe hij haar aankeek toen ze net aan boord was
gekomen en gisteravond, toen ze kleren aan het kopen was voor Ruby,
had Arabella een idee gekregen. En dat idee. dacht ze zelfvoldaan,
werkte op dit moment heel goed. Ze was dankbaar dat Ruby in hun
midden was gekomen. De verstekelinge had nu al enkele welkome
veranderingen teweeggebracht, waarvan niet de minste was dat de
stemming van sommigen erop vooruit was gegaan. Wat Arabella ook
moest doen om haar wat langer aan boord te houden, ze zou het doen.
Al moest ze Reynaldo af en toe om een gunst vragen.
Op dit moment hoefde Arabella echter niet aan haar miserabele
verloofde te denken. Op dit moment namelijk was haar miserabele
verloofde nergens te zien. En hij was zeker niet alleen weg. Hij en
superuilskuiken Dacia zouden zich vast pas weer over een paar uur
vertonen bij het avondeten. Die twee waren aan het eind van de
middag en het begin van de avond meestal... eh, bezet. Arabella
vond dat best Vandaag in ieder geval wel.
Want vandaag moest ze iets heel belangrijks doen terwijl
Reynaldo... eh, bezet was. En dat kon maar het beste nu, besloot
ze.
Ze haalde diep adem en legde daarna het ivoorkleurige sjaaltje goed
dat ze droeg over een roze zijden jurk met parels, speciaal bestemd
voor de feestelijkheden van vanavond. Toen streek ze door haar haar
om te controleren of haar wrong goed zat. Ze moest er vanavond
trouwens helemaal beheerst en evenwichtig uitzien, vond ze, want
wat ze van plan was, was allesbehalve kalm en evenwichtig.
Eigenlijk was het waanzin. •
Maar wat ze het laatste jaar had gedaan, was toch allemaal een
beetje waanzin? En dat was niet verrassend, want haar leven was het
laatste jaar alle richting kwijt Arabella zelf - haar fysieke zelf
- was heel veel richtingen uit gegaan en op heel veel plaatsen
geweest. Ze had van de ene kant van de wereld naar de andere
gereisd. Maar haar geestkracht, haar hoop, haar dromen... Alles had
stilgestaan. Erger dan stilstaan. Alles was achteruit gegaan,
kleiner geworden. Een deel van haar was zelfs compleet
verdwenen.
Toen ze twee maanden voor haar voorgenomen huwelijk naar Pelagia
was verhuisd, was Arabella zo hoopvol geweest, zo opgewonden, zo
blij over wat er ging gebeuren. Al kende ze haar verloofde niet
goed - helemaal niet, eigenlijk - toch was ze er zeker van dat rij
elkaar na verloop van tijd heel aardig zouden vinden, en misschien
wel van elkaar zouden houden. Reynaldo was een aantrekkelijke,
charmante man, en Arabella vond het niet onbescheiden om zichzelf
ook als aantrekkelijk en charmant te beschouwen. Ze had nog veel
andere goede eigenschappen - vroeger tenminste - en ze vertrouwde
erop dat Reynaldo een goed mens was. Zijn ouders waren tenslotte
geweldige mensen. Er was geen reden om aan te nemen dat hun enige
kind, door hen opgevoed, anders zou rijn dan zijzelf.
Maar Reynaldo was wel anders. Binnen een paar dagen nadat ze als
zijn toekomstige bruid in Pelagia was gearriveerd, had ze dat
ontdekt. Hij was verwend, egoïstisch en onnadenkend. En hij had
Arabella onmiddellijk duidelijk gemaakt, in woord en gebaar, dat
hij niet vol hoop en vol dromen uitkeek naar hun huwelijk. Hij had
zelfs duidelijk gemaakt dat hij volslagen verliefd was op een
andere vrouw - superidioot Dacia, die niet verliefd was op hem, dat
kon zelfs Arabella zien.
Maar toch was Arabella nog steeds vastbesloten om iets van hun
huwelijk te maken. Ze maakte zich wijs dat Reynaldo na verloop van
tijd beter over haar zou denken en zelfs, nog belangrijker, dat zij
om hem zou gaan geven. Ze maakte zich wijs dat ze hem kon
veranderen. Ze maakte zich wijs dat hij superoen Dacia en
soortgelijke types in de steek zou laten als hij haar eenmaal zou
kennen. Ze maakte zich wijs dat het op de een of andere manier goed
zou gaan tussen hen tweeën.
Arabella maakte zich toen veel wijs. Ze hield vast aan haar oude
dromen over Reynaldo en over hun leven samen. Ze probeerde zich
ervan te overtuigen dat alles goed zou komen en dat ze uiteindelijk
gelukkig zou worden. Maar hoe ze ook haar best deed, Reynaldo moest
er niets van hebben. Hij wilde superuilskuiken Dacia.
Voor superstomkop Dacia was Reynaldo niet meer dan een
publiciteitsinstrument. Ze was na al die tijd alleen nog bij
hem omdat ze hem daarvoor nog nodig had. Door al haar optredens in
'Reynaldo Watch' was Dacia heel beroemd en heel rijk geworden. En
zolang dat duurde, bleef ze bij Reynaldo. Maar als er iets beters
op haar pad kwam, zou superleeghoofd Dacia weggaan bij Reynaldo,
daar was Arabella zeker van. En Arabella moest voorbereid zijn op
dat moment, want ze moest voldoen aan haar verplichting om met
Reynaldo te trouwen. Ze had te veel dingen beloofd - aan haar
ouders, aan de familie Del Fuego en aan haarzelf - om ze allemaal
te verbreken.
Als Reynaldo echter de verloving zou verbreken... Tja, Arabella kon
die beslissing alleen maar accepteren. Als er iets gebeurde
waardoor hij zo'n beeld van haar kreeg dat hij niet met haar wilde
- niet kon - trouwen, dan had ze geen keus en moest ze die
beslissing respecteren. Ze zou haar leven elders moeten leiden, op
een andere manier.
Zoals het er nu voorstond echter, was Reynaldo volledig van plan om
het huwelijk te laten doorgaan - wanneer dan ook. Hij wilde op de
een of andere manier terug naar Pelagia en rijn, zoals hij dat zag,
rechtmatige plaats op de troon weer innemen. En dan moest hij naast
zich de voor hem uitgekozen koningin hebben ritten. Er zat genoeg
Del Fuego-eer in hem om zich te houden aan wat rijn ouders voor hun
dood hadden geregeld, namelijk dat hij met Arabella zou trouwen.
Arabella was net zo standvastig - rij kon de belofte niet verbreken
die haar familie twintig jaar geleden aan de zijne had gedaan. Ze
zou zichzelf blijven bedriegen en zich blijven verstoppen achter
kinderlijke fantasieën.
Haar ouders waren heel goed voor haar geweest. Ze hadden haar alles
gegeven wat ze maar wilde. Vanaf het moment dat ze oud genoeg was
om zulke dingen te begrijpen, wist ze dat ze vanwege haar
aangeboren sociale status aan bepaalde verplichtingen moest
voldoen. Al vroeg had ze geleerd dat ze voor al het moois dat ze
had gekregen iets terug moest geven. Zelfs als zijzelf dat iets
was.
En, bedacht ze, wat was er anders voor haar weggelegd in de grote
wijde wereld dan dat ze met Reynaldo moest trouwen? Ze kende geen
andere manier om haar leven te leiden, ze had hier nooit iets over
te zeggen gehad. Ze kende de wereld niet goed, al had ze veel
gereisd. Ze had geen goede vrienden, alleen veel kennissen. Ze had
geen praktische opleiding, ze wist alleen hoe ze zich in hogere
kringen moest gedragen. Het idee om zelf aan de slag te gaan joeg
Arabella schrik aan. Ze had nooit zelfstandig mogen denken, en
daardoor wist ze ook niet precies hoe dat moest. En dat, zo dacht
ze, was misschien wel het angstaanjagendste.
Maar ze had er genoeg van om te wachten tot Reynaldo ofwel aan zijn
verplichting om met haar te trouwen zou voldoen ofwel zou instemmen
met een ontbinding van de verloving. Als hij en Arabella beiden met
zo'n ontbinding zouden instemmen, konden ze met hun families tot
overeenstemming komen zodat ze er beiden eervol vanaf zouden komen.
Maar als een van beiden zou volhouden dat de verloving van kracht
was, kon de ander dat alleen maar respecteren.
Arabella had geen andere keus dan voorbereid te zijn op een
huwelijk met Reynaldo, tenzij hij haar zou loslaten. Dat was ze aan
haar ouders verplicht, dat was ze aan zijn ouders verplicht. Dat
was ze aan haar land verplicht, dat was ze aan zijn land verplicht
- al bevond zijn land zich momenteel in een staat van verwarring
Dat hoefde niet altijd zo te blijven. Op een dag zou Reynaldo als
koning kunnen terugkeren naar Felagia. En dan had hij een koningin
aan rijn rijde nodig. Zelfs als hij niet van haar hield. Arabella
was er haar hele leven op voorbereid om de echtgenote van Reynaldo
en koningin te zijn. Om aan rijn rijde te blijven, ongeacht de
gevolgen. Om erfgenamen te baren. En dat zou ze doen, als hij dat
wenste.
Misschien zou Reynaldo, na enig aandringen, wel gedwongen zijn om
een beslissing te nemen. Nu. Het een of het ander. Arabella hoopte
maar dat ze er goed aan deed, met haar poging tot aandringen.
Gistermiddag had ze een kans gekregen om haar verloofde te laten
beseffen dat hij een keus moest maken. Nu. Hij moest met haar
trouwen. Nu.
Of haar loslaten.
Barkeeper Gus had haar, ondanks zijn... ergerlijke...
karaktertrekjes, een aanbod gedaan, zoals ze dat in Amerikaanse
films zeggen, dat ze niet kon afslaan. Als hij over informatie
beschikte die Reynaldo’s aandacht kon afleiden van supermalloot
Dacia naar haarzelf, dan moest hij haar die informatie geven. En
als die informatie er niet in zou slagen om Reynaldo's aandacht van
superdombo Dacia af te leiden, dan kon de aanwezigheid van Gus - de
interesse van Gus - dat doen.
Arabella kreeg een vreemde kriebel in haar buik toen ze dacht aan
haar plan. Ze had namelijk niet alleen besloten dat Gus haar moest
uitleggen... hoe mannen het deden, maar ook om zijn aanwezigheid op
de Mad Tryst te gebruiken om Reynaldo te tonen wat ze was - een
vrouw. Een vrouw die interessant kon zijn voor andere mannen. Ze
was van plan om Gus te vragen of hij wilde doen of hij in haar
geïnteresseerd was. Ze dacht niet dat hij dat erg zou vinden. Zoals
hij haar plaagde kon ze merken dat hij haar leuk vond. En al had ze
nooit iets gedaan om hem aan te moedigen, nu moest ze dat misschien
wel doen.
Niet dat ze hem wilde misleiden. Ze zou hem meteen zeggen dat ze
zou doen of ze in hem geïnteresseerd was om, zo hoopte ze. de
aandacht van Reynaldo te wekken. En ze dacht geen moment dat Gus
meer wilde dan alleen maar flirten. Hij was het soort man dat zo
deed tegenover alle vrouwen, daar was ze van overtuigd. Dat hij zo
duidelijk een rokkenjager was, zou Reynaldo misschien des te bozer
maken wanneer - als - hij zijn belangstelling bespeurde.
Dat hoopte Arabella maar. Want ze wilde niet langer wachten. Ze
moest vooruit met haar leven, hoe dan ook, of dat nu betekende dat
ze met Reynaldo zou trouwen of dat hij haar aan de kant zou
zetten.
Vanavond zou ze ermee beginnen. En ze hoopte dat het geen
averechtse uitwerking zou hebben voor haar.
Voor ze op de deur klopte van de cabine die Gus deelde met drie
andere bemanningsleden, drukte Arabella haar oor tegen het metaal
om te horen of hij wel alleen was. Ze wilde niet dat iemand haar
zag, dat iemand wist dat zij het initiatief nam voor dit... dit
spel dat ze met Gus ging spelen. Ze had zich ervan vergewist dat
zijn cabinegenoten elders op het jacht waren voor ze naar beneden
ging, maar ze wilde toch echt zeker van haar zaak zijn voor ze
klopte.
Een gravin kon nooit voorzichtig genoeg zijn.
Ze hoorde niets aan de andere kant van de deur - ze hoorde zelfs
niet of Gus wel aanwezig was. Maar dat moest wel, zei ze tegen
zichzelf, want hij was nergens anders - dat had ze ook
gecontroleerd. Snel, voor ze niet meer durfde, klopte ze drie keer
op de metalen deur. Vrijwel onmiddellijk werd de deur opengedaan en
vrijwel onmiddellijk wist Arabella dat ze een vreselijke vergissing
had begaan.
Want tot op dat moment was ze vergeten - of misschien had ze zich
dat tot op dat moment alleen maar toegestaan om te vergeten - hoe
ze zich altijd voelde als Gus binnen een meter van haar af was. Ze
was vergeten hoe haar maag dan in brand stond, hoe haar hart
sneller begon te kloppen, hoe ze haar ademhaling niet meer onder
controle kon krijgen. En nu was het erger dan ooit, want Gus was
anders dan ze hem kende. Hij had zich duidelijk voorbereid op deze
avond, want zijn haar was los en zijn donkere, zijdeachtige
vlechten dansten vrolijk op zijn schouders - zijn naakte schouders.
Hij had alleen een... hoe heette zoiets ook alweer? Ze keek hem
nietszeggend aan. 'Boxershort,' dat was het, dacht ze. Alleen maar
een felgekleurde boxershort aan. Zijn blote borst was satijnig glad
en gebruind, zonder die onsmakelijke donkere mat die zoveel andere
mannen hadden - inclusief haar verloofde. Er hing een soort
zilveren medaillon - ze wilde hem niet te goed bestuderen, want dan
zou ze misschien nog duizeliger worden - aan een ketting tegen zijn
borst De medaillon weerspiegelde het licht van één enkele lamp
achter hem. Zijn naakte torso was stevig en gespierd. Zijn
geprononceerde bicepsen in zijn bovenarmen zwollen op toen hij
uitdagend een hand op zijn heup legde Ook zijn onderarmen waren
gespierd en goed gevormd, het soort armen dat een vrouw zo graag om
zich heen wil hebben.
Arabella kreeg er een droge mond van. Andere onderdelen van haar
lichaam daarentegen waren helemaal niet droog O nee. Het was
absoluut geen goed idee, zei ze tegen zichzelf. Ze moest
onmiddellijk weggaan en nooit meer terugkomen. Om duistere redenen
kon ze zich daar niet toe brengen. Ze bleef hem aankijken.
Toen hij haar bij de deur zag staan, werden zijn bruine ogen
donkerder en zijn pupillen groter. Zijn lippen gingen een beetje
vaneen, uitnodigend. Arabella moest vechten tegen de neiging om
haar hoofd achterover te gooien en haar lippen tegen de zijne aan
te drukken. Het was namelijk geen goed idee om een aantrekkelijke,
begeerlijke man te zoenen van wie je gebruik wilde maken om de
aandacht van je weerzinwekkende verloofde te trekken. Zelfs in al
haar onschuld wist ze dat daar alleen maar ongelukken van konden
komen.
'Prinses,' zei hij zacht met een stem die haar omhulde als een
sterke arm om haar schouder, 'beetje. Waaraan heb ik de eer van dit
koninklijke bezoek te danken?'
'Sstt.' zei ze en zonder na te denken legde ze haar vingers op rijn
mond.
Toen ze hem aanraakte, trok ze haar hand echter meteen terug, alsof
ze met vuur in contact was. Nou ja, ze speelde eigenlijk ook met
vuur. En ze stond in brand. Ze dacht niet langer na en liep langs
hem de cabine in - en ze raakte hem met opzet niet aan, wat nog
niet meeviel in dat kleine kamertje. Ze deed de deur dicht, leunde
tegen de deur en hield de metalen hendel vast om te voorkomen dat
er iemand binnenkwam.
'Ik moet met je praten,' zei ze zachtjes, enigszins buiten adem.
'Ik wil je iets vragen.'
Even keek Gus haar zwijgend aan. Ze kon niet raden waaraan hij
dacht. Toen zag ze dat hij een boek in rijn hand had en ze besefte
dat ze hem stoorde bij het lezen. Ze draaide haar hoofd een beetje
om de titel en de naam van de schrijver te kunnen zien. Het was A
moveable feast van Ernest Hemingway.
Interessant, dacht ze. Ze had niet gedacht dat zo'n man dergelijke
boeken zou lezen. Hij leek meer het type om, als hij al las, een
populair modern werkje te kiezen vol actie en avontuur, waar je
niet te veel voor hoefde na te denken.
Arabella was hierover nog aan het piekeren toen Gus plotseling rijn
boek op een van de twee slaapbanken aan de linkermuur gooide, een
stap in haar richting deed en een hand naast haar hoofd tegen de
deur drukte. Hij deed nog een stap voorwaarts, zodat zijn lichaam
nu dicht bij het hare was, en drukte nu een andere hand naast de
andere kant van haar hoofd tegen de deur. Instinctief drukte ze
haar lichaam naar achteren, maar besefte toen dat de deur dicht was
en dat ze geen kant uit kon.
Maar goed ook, eigenlijk, dacht ze, want ze wilde niet dat hij zag
wat voor uitwerking hij op haar had. En omdat ze dat niet wilde,
tilde ze haar hoofd op en keek hem recht in de ogen.
Hij had net gedoucht, besefte ze toen hij nog dichter bij haar
kwam, zonder haar aan te raken - net niet. De scherpe, zuivere geur
van dennenzeep hing om hem heen en omgaf haar nu ook Ze vermoedde
dat zijn huid nog warm was van het water. Ze sloot haar ogen en
probeerde zich hem voor te stellen zoals hij naakt onder de harde
straal stond. Even had ze geen adem meer, werd haar huid nog warmer
en stopte haar hart bijna met kloppen. Stoer zei ze tegen zichzelf
dat ze hier maar met één enkel doel was, en niet meer dan één doel
- om de woede van Reynaldo op te wekken en hem te dwingen met haar
te trouwen of haar los te laten. Daar ging het om.
Ze moest zich goed inprenten dat dat de enige reden was waarom ze
deze avond naar Gus was gegaan. In normale omstandigheden zou ze zo
ver mogelijk bij hem uit de buurt blijven. Hij was niet het soort
man met wie een vrouw als zij moest omgaan. Nooit Niet omdat hij
een buitenlander was, niet omdat hij tot de arbeidersklasse
behoorde en ook niet omdat hij geen goede vooruitzichten had, al
zou haar moeder zeker geschokt geweest zijn dat ze überhaupt een
woord tegen zo iemand had gesproken. Arabella was echter niet zo'n
snob als haar moeder. Haar bezwaren tegen Gus hadden niets te maken
met zijn baan of zijn opleiding of zijn achtergrond. Nee, er was
een eenvoudige reden waarom ze niet met hem moest omgaan. Door hem
voelde ze bepaalde dingen. Dingen die een vrouw als zij niet hooide
te voelen. Dingen die ze nu voelde.
En hij kwam altijd veel te dicht bij haar, waardoor die gevoelens
nog heviger werden, nog ondraaglijker. Hij had haar nog nooit
aangeraakt, maar hij kwam veel te dichtbij. Fysiek, emotioneel,
seksueel. Zoals nu.
En Arabella hoorde zich niet seksueel te voelen. Voor niemand. Van
jongs- af aan had ze geleerd dat nette, welopgevoede meisjes als
zij geen... verlangens hoorden te hebben. Geen behoeften. Nette
meisjes, brave meisjes, nobele meisjes, welopgevoede meisjes
reageerden zo niet op mannen. Zeker, op een dag zou ze haar plicht
moeten doen voor haar echtgenoot, haar vaderland en haar volk. En
die plicht, zo hadden haar moeder en haar chaperonne haar
verzekerd, zou ze niet leuk vinden. Maar alle vrouwen zouden een
keer zo'n plicht moeten vervullen. Dat was nodig om een erfgenaam
te krijgen, vooral een koninklijke erfgenaam die op een dag de
troon zou bestijgen. En Arabella, had haar moeder gezegd, moest
haar plicht doen wanneer ze geroepen werd. Gewoon achteroverliggen,
de ogen sluiten en denken aan Toulaine en Pelagia.
Op dit moment dacht ze echter helemaal niet aan Toulaine en
Pelagia. Het enige waar ze aan dacht, was dat Gus Torrance veel te
dicht bij haar stond. En dat hij er veel te verleidelijk uitzag. En
dat hij veel te lekker rook. En dat hij haar dingen liet voelen die
ze helemaal niet hoorde te voelen.
Ze deed haar ogen open. En keek recht in de zijne. Ze verloor zich
in zijn blik. Ze verdronk... Zijn ogen waren nu nog dichterbij.
Zijn gezicht was dichterbij. En zijn mond...
O, zijn mond, dacht Arabella en ze voelde zich gloeien. Zijn mond
wa$ heel, heel uitnodigend. Ze vroeg zich af hoe het was om hem te
kussen, of zijn lippen zo zacht waren als ze eruitzagen. Een man
als hij wist wel hoe hij een vrouw moest kussen, dacht ze. Dan zou
ze zich heel...
'Alsjeblieft,' zei ze zacht. Ze dwong zichzelf om niet zo te
denken. Eigenlijk wist ze niet precies wat ze hem vroeg - of
smeekte.
'Alsjeblieft wat?' antwoordde hij even zacht. Hij had nu een andere
stem, dieper, ruwer, zwaarder. En al zijn gebruikelijke speelse
plagerigheid was verdwenen.
'Alsjeblieft,' zei ze opnieuw. Ze slikte en drukte zich verder naar
achteren in een vergeefse poging om een afstand tussen hen te
creëren. 'Help me, alsjeblieft,' zei ze.'Ik... ik heb je hulp
nodig, Gus. Alsjeblieft.'
'Alsjeblieft' was niet een woord dat Arabella vaak gebruikte. Niet
dat ze onbeleefd was. Het werd alleen thuis niet van haar verwacht.
Ze was gewend dat ze dingen zei en dat die dan gedaan werden.
'Alsjeblieft' had ze nog nooit nodig gehad. Maar bij Gus...
Bij Gus waren er veel redenen voor een vrouw om 'alsjeblieft' te
zeggen, vermoedde ze. Ze wist niet precies welke redenen, want die
geheimen had niemand haar ooit verklaard. Dat zou haar man wel
doen, zo zei men tegen haar. Het was vreemd dat ze die geheimen
niet door Reynaldo wilde laten verklaren. En nu bij Gus, iemand die
ze nauwelijks kende, wilde ze alle geheimen leren kennen.
Toen ze zijn naam uitsprak, keek hij haar anders aan. Zijn blik
gleed naar haar mond. 'Mijn hulp?' vroeg hij met een strelende
stem, die haar hele lichaam overspoelde en plekjes verwarmde
waarvan ze niet eens wist dat ze koud waren. Hij keek haar weer in
de ogen. 'Waarmee kan ik u helpen?'
'Ik... ik heb zitten nadenken,' stamelde ze,'over wat je gisteren
tegen me zei, bij de jacuzzi. Misschien moet ik je... je aanbod
toch maar aannemen.'
Eén kant van zijn mond trok een beetje omhoog tot een soort
glimlach, maar het was een glimlach met dreiging, waardoor ze nog
meer ging gloeien dan ze al deed. 'Welk aanbod bedoelt u, prinses?'
vroeg hij.
'Alsjeblieft, noem me toch geen prinses,' zei ze vlak
Hij zweeg even en bleef haar aanstaren. Ten slotte zei hij,
zachtjes: 'Weet u. als u "alsjeblieft" blijft zeggen, dan zou dit
wel eens een heel spannende avond kunnen worden.' 'Alsjeblieft,
Gus.' zei ze weer voor ze zich kon inhouden.
Nu trok hij ook de andere kant van zijn mond op en glimlachte van
tevredenheid. 'Leuk zoals u dat zegt, prinses. Dat wil ik nog vaker
horen. Veel vaker.'
Arabella begreep dat het geen zin had om hem te zeggen dat hij haar
zo niet moest noemen, nu hij dat blijkbaar zo graag deed. Ze dwong
zichzelf om niet nog eens 'Alsjeblieft, Gus' te zeggen, maar
herhaalde: 'Ik wil praten over dat aanbod dat je me gisteren hebt
gedaan.'
Hij bleef haar strak aankijken. 'Fris mijn geheugen even op,' zei
hij. 'Over welk aanbod hebt u het?'
Arabella kon gewoon niet helder nadenken als ze zo dicht bij elkaar
bleven staan, terwijl hij ook nog half naakt was. Hij had haar nog
steeds niet aangeraakt, maar ze kon hem overal voelen. Ze werd
omhuld door zijn warmte en zijn geur, ze werd ervan doordrongen,
alsof zijn lichaam zich in het hare duwde.
Ze wist dit te verdringen en stak van wal. 'Kunnen wij... Kun
jij... Ik moet...' Ze wilde hem voorzichtig achteruit duwen, maar
kon zich er niet toe zetten om haar hand tegen zijn borst te
drukken. Daarom hield ze alleen haar hand tussen hen in de hoop dat
hij het zou begrijpen. Dat deed hij kennelijk, want hij glimlachte
veelbetekenend en stapte naar achteren.
'Doe een hemd aan,' zei Arabella voor ze er erg in had.
Speek verontwaardigd trok Gus rijn bruine wenkbrauwen op. 'Is dat
een koninklijk bevel, prinses?'
Ze schudde haar hoofd. 'Nee, alleen een verzoek. Alsjeblieft,"
voegde ze er onwillekeurig aan toe - waarom moest ze toch steeds
dat woord legen hem gebruiken? 'Doe alsjeblieft een hemd aan.'
Zenuwachtig wees ze naar zijn borst. 'Ik voel me niet op mijn gemak
met mensen die half zijn aangekleed.'
'Half aangekleed,' herhaalde hij peinzend. 'Dat is een variant op
het verschil nissen optimisme en pessimisme, geloof ik.'
'Hoe bedoel je?' vroeg ze verward.
'Nou, net zoiets als een glas dat half vol of half leeg is.'
'O, ik begrijp het Ik vind altijd dat het glas half vol is.'
'Toch zegt u dat ik half aangekleed ben. Dat vind ik
pessimistisch.'
'Wat zou een optimist dan zeggen?' vroeg ze nieuwsgierig, al voelde
ze zich ongemakkelijk bij dit onderwerp.
Hij toverde een duivelse grijns tevoorschijn, zo'n grijns waarvan
ze altijd zwak in haar knieën werd. 'Half naakt.' zei hij. 'Dat
zegt de optimist.'
Arabella voelde zich blozen. 'Half aangekleed of half naakt, in
beide gevallen voel ik me niet op mijn gemak. Ik vind het
allebei... verontrustend.'
'O ja?' vroeg hij belangstellend. Hij had zijn beide handen op zijn
heupen gelegd en leek niet van plan te zijn om aan haar verzoek te
voldoen. 'En hoe lang hebt u deze fobie al, prinses, over half
naakt en half aangekleed?'
'Fobie?' herhaalde Arabella, nu zeer in de war. 'Sorry, ik begrijp
niet wat je bedoelt.'
'Een fobie is als iemand een onnatuurlijke angst voor iets heeft,'
verklaarde Gus. Nog steeds had hij geen hemd aangetrokken, wat ze
hem toch - beleefd - had verzocht.
'Ik heb geen onnatuurlijke angst voor half aangeklede mensen,' zei
ze. 'En ook niet voor half, eh, half... naakte... mensen,' voegde
ze er hakkelend aan toe.
Weer glimlachte Gus veelbetekenend. Hij sloeg zijn armen over
elkaar voor zijn zeer onaangeklede, volledig naakte borst en deed
een stap naar voren. 'Echt waar? Dan zult u het vast niet erg
vinden dat ik niet inga op uw koninklijke verzoek en geen hemd
aantrek?' Hij deed nog een stap naar voren en stond weer waar hij
eerst had gestaan, enkele millimeters van haar vandaan. Weer werd
ze gehuld in zijn warmte en geur. 'Weet u wat het is met die
personeelsvertrekken?' vroeg hij. 'Een cabine zonder ramen, dicht
bij de motoren. U kunt zich niet voorstellen hoe heet het hier soms
is.'
Arabella moest zwaar slikken. Het was inderdaad opvallend warm in
de cabine. Ze had nooit beseft hoe ongemakkelijk dat kon zijn voor
de bemanning.
'Sommige nachten,' ging Gus door, 'als de motoren dreunen en de
boot trilt, als de lucht zwaar en heet is en de dekens in de knoop
raken aan het voeteneind, dan krijgt een man heel... wilde dromen.
Op zo'n nacht wil ik alleen maar de hitte verminderen. Maar
daardoor krijg ik het soms alleen maar heter, snapt u?'
Arabella schudde haar hoofd. Nee. Dat snapte ze niet
Hij glimlacht weer vergenoegd. 'Nee, misschien snapt u dat niet,'
zei hij zacht. Hij leek haar gedachten te kunnen lezen. 'Misschien
snapt u dat niet'
'Mag ik alsjeblieft met je praten?' vroeg Arabella opnieuw.
Hij lichtte even een satijngladde schouder op. 'Omdat u het zo
vriendelijk vraagt, prinses, mag dat natuurlijk'
'Wanneer... wanneer komen je cabinegenoten terug?' vroeg ze. 'Ik
wil hier niet aangetroffen worden.' 'Nee. natuurlijk wilt u dat
niet,' bevestigde hij sarcastisch. 'Natuurlijk wilt u niet betrapt
worden met het lagere personeel.' Opzettelijk nam hij haar langzaam
van top tot teen op en glimlachte toen weer wreed. 'Uw mooie jurk -
of iets anders - mag natuurlijk niet vies worden.'
'Nee, dat is het helemaal niet," verzekerde ze hem.
'O nee?'
'Nee.'
Ze zag dat hij haar niet geloofde, maar ze begreep ook dat ze hem
niet van gedachten kon doen veranderen. Lang geleden had hij al
uitgemaakt wat voor soort vrouw zij was, en, zo moest Arabella
toegeven, in veel opzichten had hij gelijk. Ze was koel,
afstandelijk, terughoudend. Daar had ze haar redenen voor. Maar ze
was geen snob. Ze vond niet dat ze beter was dan anderen louter en
alleen omdat ze van hoge afkomst was. Ze was gewoon anders, meer
niet. Anders op een manier die hij zich niet kon voorstellen.
'Waarom wilt u dan niet dat men weet dat u hier bent?' vroeg
hij.
'Omdat ik niet wil dat iemand weet dat ik met jou alleen maar een
spelletje wil spelen. Iedereen moet denken dat het echt is. Dus
niemand mag ons nu horen praten.'
Hij keek haar peinzend aan. 'Wilt u een spelletje spelen, prinses?
Met mij?'
Ze knikte, maar kon geen woorden vinden.
'Klinkt leuk,' zei hij met weer die vreemde, rauwe stem. 'Wat voor
spelletje wilt u spelen?'
In plaats van een direct antwoord te geven, zei Arabella: 'Ik heb
er genoeg van zoals Reynaldo mij behandelt.'
Gus stootte een spottend geluid uit. 'Ja, dat wil ik wel
geloven.'
'En het wordt tijd dat hij een beslissing neemt,' voegde ze eraan
toe zonder op rijn hoon te letten.
'Wat voor beslissing?'
'Ofwel hij moet met me trouwen.' zei ze, 'ofwel hij moet me
loslaten.'
'Dat wordt een spelletje met een hoge inzet,' zei Gus.
')a, dat wordt het.'
'En bent u bereid om alles in de waagschaal te stellen?' vroeg
hij.
'Ook uzelf?'
V
'En als dat spelletje is afgelopen,' zei Gus, 'en ouwe Reynaldo
besluit dat hij maar eens met u moet trouwen?'
Arabella moest zwaar slikken, rechtte haar rug en stak uitdagend
haar kin omhoog. 'Dan trouw ik met hem,' beloofde ze plechtig.
'Daar ben ik mijn hele leven op voorbereid. Het is de bedoeling dat
het spelletje zo afloopt.'
Weer keek Gus haar peinzend aan. 'Ook al houdt hij niet van u?'
Ze knikte.
'Ook al houdt u niet van hem?'
Ze knikte nog eens, nu iets minder krachtig.
Lange tijd keek Gus haar zwijgend aan, maar uit niets bleek wat hij
ervan vond. In de hoop dat dit zwijgen betekende dat hij haar wilde
helpen met haar dwaze plan, praatte Arabella door.
'Ik wil dat jij net doet of ie in me geïnteresseerd bent.' zei ze
zonder er verder nog doekies om te winden. 'Ik wil dat Reynaldo jou
als rivaal ziet.'
Nu moest Gus lachen. 'Ik? Een rivaal? brulde hij uit. 'Hoe kan ik
nou een rivaal rijn? Ik ben barkeeper, prinses. Ik heb u niets te
bieden. Hij is een prins. Hij kan u alles geven wat uw hartje
begeert.'
'Niet alles,' zei ze voor ze zich kon inhouden.
Gus scheen het niet begrepen te hebben, want hij vroeg alleen: 'Hoe
denkt u dat hij zich door mij bedreigd zou voelen?'
'Reynaldo vindt het niet leuk als mensen zich met zijn zaken
bemoeien. Als jij... je met mij bemoeit, beschouwt hij jou als een
rivaal. Maakt niet uit wat je mij te bieden hebt. Reynaldo vindt
het gewoon niet leuk als hij jou met mij ziet. Hij vindt het niet
leuk als hij ziet dat je in mij geïnteresseerd bent. Net als een
kind met zijn speelgoed - hij wil het niet met iemand delen.'
'Zo riet u zichzelf dus?' vroeg Gus. 'Als eigendom van Reynaldo?
Als een stuk speelgoed?'
Arabella schudde haar hoofd. 'Nee, ik...' Hier hield ze op, want ze
kon niet uitleggen wat ze wel voor Reynaldo was. 'ik bedoel alleen
dat hij een speciale kijk op de wereld heeft. Wat van hem is, is
van hem, en daar mag niemand iets aan veranderen. En als de dingen
niet lopen zoals hij dat verwacht. zoals hij dat wil. dan doet hij
alles om dat recht te zetten.'
'Dus als ik u probeer te versieren," zei Gus, 'dan wil Reynaldo
meteen met u trouwen, om duidelijk te maken dat u van hem bent.
Bedoelt u dat?'
'Ia. Of hij besluit dat hij me toch niet wil hebben en maakt een
eind aan onze verloving.'
Weer keek hij haar nadenkend aan. 'Denkt u echt dat het zo
eenvoudig is?'
Ze knikte. '|a, dat denk ik' 'En als u het mis hebt?'
'Ik heb het niet mis.'
'En u zou het goed vinden als Reynaldo u losliet?' vroeg Gus na een
korte pauze.
Arabella hoopte dat ze niet te gretig klonk. '}a. Ik red me
wel.'
Weer was Gus even stil, alsof hij werkelijk over haar voorstel
nadacht. Ten slotte vroeg hij: 'En als hij me, om het dilemma op te
lossen, nou eens ontslaat in plaats van met u te trouwen?'
Daar had Arabella niet echt aan gedacht, maar nu besefte ze dat Gus
daar een belangrijk punt aanroerde, 'ja, hij zou je kunnen
ontslaan,' gaf ze toe. 'Maar ik denk dat hij met me wil trouwen om
er zeker van te zijn dat zoiets nooit meer gebeurt.'
Gus beet peinzend op zijn lip en ze probeerde niet te merken hoe
verleidelijk dat was; ze probeerde er niet aan te denken hoe graag
ze zelf aan zijn mond zou knabbelen. 'Dus ik loop het risico mijn
baan te verhezen als ik u uit de problemen help, begrijp ik dat
goed?' vroeg hij.
Op dat moment besefte ze wat ze van hem vroeg, wat hij voor haar op
het spel moest zetten. Zo ver had ze niet vooruitgedacht toen ze
haar plan beraamde. Ze wilde niet dat Gus zijn baan kwijtraakte. Ze
wilde alleen dat haar leven weer zou verlopen zoals de bedoeling
was. Ze wilde een doel hebben, ze wilde erbij horen. Ze was het beu
om op een zijspoor te staan.
'Dan maak ik het goed met je,' beloofde ze zwakjes.
Daar moest Gus om glimlachen met de gevaarlijkste, verleidelijkste
lach die Arabella ooit op een mannengezicht had gezien.
Onwillekeurig greep ze naar haar keel om haar kraag losser te
maken, alsof ze zo verlost werd van zijn hete blik Toen besefte ze
dat de hitte niet van hem kwam, maar uit haar binnenste. En ze wist
dat ze die hitte niet kon temperen. Niet zolang ze met Gus Torrance
in een en dezelfde kamer was.
'O, u maakt het goed, hè?' vroeg hij zacht, dwingend. 'Ik kan er
niet op wachten.'
'Ja, ik maak het goed,' verzekerde ze hem, enigszins buiten adem.
'Ik. eh... ik... ik betaal je, Gus. Ik heb geld en ik zal je
betalen. En ik zal werk voor je zoeken.'
Bij dit aanbod verdween rijn glimlach onmiddellijk. Hij keek nu
koel en onverschillig. 'Maak u niet druk,' zei hij. Hij deed een
stap naar achteren alsof hij zich zowel fysiek als... als op een
andere manier van haar wilde distantiëren. 'Ik kan wel voor mezelf
zorgen, prinses,' zei hij bitter. 'Dat doe ik al een hele tijd. Ik
kan de toorn van Reynaldo wel verdragen. Ik heb wel meer doorstaan.
En, ach, het zou de moeite wel waard...'
Hij brak zijn zin af en Arabella vroeg hem in haar verwarde staat
niet wat bij daarmee bedoelde. Ze ging weer verder: 'Maar ik moet
iets doen om...'
'Oké, prinses,' onderbrak hij haar. Ook zijn stem was nu koel, koel
en hard. Ze wilde dolgraag dat ze wist hoe ze die stralende, hete
glimlach van zo-even weer op zijn gezicht kon toveren. 'Ik help u
wel om uw prins in de wacht te slepen,' zei hij. 'Als u dat
werkelijk wilt.'
'Dat wil ik werkelijk,' zei ze toonloos. 'Mijn hele leven ben ik er
voor opgeleid om de vrouw van Reynaldo te worden. Dat is mijn
levenslot.'
Maar deze verzekering klonk weinig overtuigend. Waarschijnlijk, zo
dacht ze, omdat er ook geen overtuiging in haar hart zat. Toch zou
ze met Reynaldo trouwen als hij daartoe zou besluiten. En ze wist
uiteraard dat Reynaldo daartoe zou besluiten. Zeker, ze dacht niet
dat hij supersnol Dacia aan de kant zou zetten, of een soortgelijk
iemand, omdat hij toevallig getrouwd was. Maar als zijn vrouw had
Arabella dan eindelijk een vastomlijnde rol. Zij was dan prinses
Arabella van Pelagia. En als ze op de een of andere manier naar
Reynaldo's vaderland zouden terugkeren, was ze koningin Arabella
van Pelagia. Dan was haar lotsbestemming vervuld. Dan was een
levenslange opleiding niet voor niets geweest.
Vreemd genoeg besefte Arabella voor het eerst in haar leven,
starend naar Gus en zijn half naakte lichaam, dat ze helemaal niet
wilde dat haar lotsbestemming vervuld was. Voor het eerst in haar
leven wilde ze dat haar levenslange opleiding voor niets was
geweest. Want ze voelde dat ze met Gus veel meer zou kunnen
meemaken dan ooit met Reynaldo. Zelfs als het maar voor een korte
periode was.
'Oké, prinses," zei hij na weer een lange stilte. 'Ik speel het
spelletje met u mee. Zeg maar wat ik moet doen en ik doe het.'