4

Keaton keek Euphemia Philippa Wemberly-Stokes, alias Babs, alias Rita Q. Moreno aan en vroeg zich af of ze hem voor de grootste sufferd aller tijden hield. Ze was zo'n onzinverhaal aan het opdissen dat hij er misselijk van werd. Als ze zo doorging, dan had hij straks geen trek meer. En het gerucht ging dat Kurts Pflaumenkuchen vanavond weer overheerlijk was.
Wie was Euphemia/Babs/Rita Q. in 's hemelsnaam, en waarom vertelde ze al die leugens? Was ze een van Reynaldo's one-night-stands en dacht ze dat de gravin of een van de andere vrouwen aan boord wraak kon nemen? Of was ze gewoon een gast, die probeerde Kraton zo beleefd mogelijk af te poeieren? Als dat het geval was, dan moest hij haar maar met rust laten en weer aan de slag gaan.
Eerlijk was eerlijk, de dames vonden hem gewoonlijk goed gezelschap, maar er zat er wel eens eentje tussen - wel een rare hoor - die met rust gelaten wilde worden. Misschien vond Euphemia/Babs/Rita Q. het gespreksonderwerp niet interessant en probeerde ze van hem af te komen. Of misschien was ze gewoon -
Lieve hemel Met een schok drong het tot hem door, alsof iemand een kilo beschissener Pflaumenkuchen over hem heen kieperde. Wat als ze een van die levensgevaarlijke figuren was, een van die kwaadaardige, venijnige monsters die werden ingehuurd met als enig doel om schandalen te veroorzaken en levens te verwoesten? Die het als hun roeping beschouwden om af te slachten en uit te roeien? Wat als ze betaald werd door een hoge politieke macht om Reynaldo om zeep te helpen? En wat als ze geen moordenaar was, maar iets honderdmaal ergers, een - hij snakte naar adem - een paparazzo, een roddeljournalist?
Was dat het? vroeg Kraton zich af. Was deze verrukkelijke vrouw in werkelijkheid een levensgevaarlijke verslaggeefster? Een onheilscorrespondente? Een met stank omgeven paparazzo? Had ze opdracht gekregen om een sappig verhaal over Reynaldo te schrijven? Het zou niet de eerste keer zijn dat journalisten problemen veroorzaakten. De prins had misschien geen land meer. maar hij trok nog steeds veel aandacht. Overal waar hij kwam. werd hij op de hielen gezeten door de paparazzi. Die lui hadden totaal geen scrupules en dachten alleen aan zichzelf.
Dat was het, besefte hij. Dat was de reden waarom ze zo nerveus, onhandig en leugenachtig was. Euphemia/Babs/Rita Q. was uit op een sappig verhaal. Ze was waarschijnlijk in Miami - met of zonder uitnodiging - aan boord geglipt om vuiligheid over Reynaldo te verzamelen. En dat werd een fluitje van een cent, want Reynaldo was gek op vuiligheid. Hij wentelde zich als een varken door de modder, dat was geen geheim.
Een sappig verhaal voor de roddelpers. Dat was de reden waarom Babs aan boord was. Of ze was echt een huurmoordenaar, overwoog Kraton geluidloos grinnikend. Geen roddeljournalist, maar een echte killer. Zo een met een aluminium attachékoffer en een donkere zonnebril en een schuilnaam, 'dr Mol' of irts dergelijks. Je kon het je bijna niet voorstellen, maar er bestond een fascistische splintergroep op Pelagia die prins Reynaldo het liefst helemaal het zwijgen toedeed. Er gingen geruchten dat er een prijs op zijn hoofd stond, hoewel die nooit waren bevestigd.
Kratons geluidloze gegrinnik werd een geluidloze lach bij het idee dat Euphemia/Babs/Rita Q. een blaffer had ingepakt om Reynaldo om te leggen. Hij keek weer naar Euphemia/Babs/Rita Q. Was ze nu de indeling van de boot aan het bestuderen? Nee, sprak hij zichzelf onmiddellijk tegen. Het was onmogelijk. Ze was te... heerlijk. Te... ongepolijst. En te onhandig. Ze vestigde heel onprofessioneel de aandacht op zich, met die schuilnamen van haar. Rita Q. Moreno! - niet dat 'de Mol' veel beter was. Bovendien gooide ze drankjes over de vertrouwelingen van prins Reynaldo en zakte ze als een tippelaarster op haar knieën. En waar had ze haar supergeavanceerde wapen verborgen? Onder dat jurkje zeker? Laat me toch niet lachen, dacht hij.
Tenzij ze - dat was het! - van plan was om prins Reynaldo een dodelijke injectie toe te dienen als hij even niet oplette. Keaton borduurde voort op deze gedachte. Dat tasje dat ze bij zich had, was precies groot genoeg voor een injectiespuit - maar meer ook niet.
Stop hiermee, sprak hij zichzelf streng toe. Je bent aan het hallucineren. Te veel zeelucht is ook niet gezond, dacht hij.
Maar stel dat ze een roddeljournalist was... Dat was zeker niet ondenkbaar. Paparazzi en moordenaars konden nog wat van elkaar leren, als bet om vuiligheid ging. Nou, dat mochten ze dan ergens anders gaan doen, van de Mad Tryst moesten ze afblijven.
'Luister,' zei hij tegen de roddeljournaliste alias huurmoordenares. 'Laten wc even ter zake komen, oké? Wie ben je, en wat doe je aan boord van dit schip?'
Ze sperde haar donkergrijze ogen verrast open. Haar mond viel open en haar lippen tuitten zich in een bijna volmaakt ronde 'o'. Eigenlijk wilde Keaton niets liever dan vooroverbuigen en zijn eigen 'o' op de hare drukken, om te weten hoe die smaakte. En nog eens, en nog eens, en nog eens.
O, o, foute boel, Danning, zei hij tegen zichzelf. Geen geheul met de vijand, begrepen? Maar toen hij weer naar haar keek. naar haar mond om precies te zijn, besefte hij dat hier vijanden maken wel het laatste was wat hij wilde.
'ik-ik-ik... ik begrijp niet waar je het over hebt,' zei ze. 'Ik heb toch gezegd wie ik ben.'
'Maar je hebt nog niet gezegd wat je op onze boot doet,' zei hij, voor het gemak vergetend dat ze al gelogen had. Op de een of andere manier leek dat laatste nu veel belangrijker.
'lk-ik-ik...' Ze hield haar glas omhoog. 'Ik probeer me te vermaken. Bovendien was ik uitgenodigd,' voegde ze er gewichtig aan toe.
'Dus dan vind je het geen bezwaar om even je uitnodiging te laten zien, hmm?' vroeg Keaton. 'Het is mijn taak om ervoor te zorgen dat alles gladjes verloopt Ik neem aan dat je dat begrijpt. En ik herinner me niet dat ik een uitnodiging heb verzonden aan ene Euphemia Philippa Wemberly-Stokes. Of aan Babs Wemberly-Stokes.' voegde hij eraan toe, toen ze haar mond opende om te protesteren. 'En ook niet aan Rita Q. Moreno,' besloot hij, voordat ze die had kunnen uitproberen.
Keaton blufte natuurlijk. Reynaldo stuurde nooit uitnodigingen als hij een feestje gaf. Hij vertrouwde erop dat het van mond tot mond ging - en via een paar andere lichaamsdelen, voor de vrouwelijke genodigden. Op mond-tot-mondreclame, dus, en een knikje naar de uitsmijter bij de kajuitstrap. Als Reynaldo iemand aantrekkelijk vond, dan knikte hij naar de uitsmijter. Als het tegenovergestelde het geval was, dan schudde hij zijn hoofd, wat betekende dat diegene kon afdruipen. Kennelijk had hij Babs aantrekkelijk genoeg gevonden. Maar dat verbaasde Keaton helemaal niet. Hij vond Babs ook aantrekkelijk. Zeer aantrekkelijk.
De blik in haar ogen was eventjes dodelijk verschrikt. Toen schraapte ze haar keel, slikte moeilijk, en schraapte nog een keer haar keel. 'Ik, eh...' zei ze uiteindelijk. 'Ik heb 'm niet bij me, de uitnodiging. Hij, eh. paste niet in mijn tas.' Ze hield het accessoire omhoog, zodat hij het kon inspecteren. 'Het is je misschien opgevallen dat hij ieniemienie  is.'
Een injectienaald zou er nog wel in passen, dacht Kraton. Of zo'n klein cassetterecordertje, het ideale hulpmiddel voor een paparazzo op jacht. 'Maar je hebt dus wel een uitnodiging gekregen?' zei hij.
Ze knikte ijverig. 'Natuurlijk heb ik die gekregen.'
Nu was het Kratons beurt om te knikken. Vreemd,' zei hij, 'de gastheer heeft voor dit feest helemaal geen uitnodigingen verstuurd. Het is opmerkelijk dat jij er wel een hebt ontvangen.'
Ze opende haar mond om antwoord te geven, maar ze liet alleen een droog, vreugdeloos lachje horen en iets wat het midden hield tussen stotteren en hikken.
'Weet je ten minste wie de gastheer is?' hield Kraton vol.
'Natuurlijk,' zei ze, zichtbaar in paniek. 'Het is, ehm... Hij zei tegen mij dat hij, eh, Bob heette. Maar dat was waarschijnlijk verzonnen.' Ze voegde er een beetje verbitterd aan toe: 'Mannen geven wel vaker een valse naam op. Vreemd, eigenlijk.'
'Ja, vind je niet?' vroeg Keaton. 'Jullie vrouwen zouden dat nooit doen, hè? Een valse naam opgeven.'
Ze slikte nog eens moeilijk. 'Nee,' antwoordde ze. 'Dat zouden wij nóóit doen.'
'Juist, ja. Nou, Babs, misschien moet ik je eens aan, eh, Bob, voorstellen en dan zullen we wel zien of hij zich die uitnodiging nog herinnert.'
En voordat ze kon ontsnappen, nam Keaton haar zachtjes - maar dwingend - bij de arm.
Gravin Arabella Magdalena Sophia Victoria Geneviève Eugenie Wilhelm van Toulaine keek gefascineerd naar het gebarenspel tussen Keaton en de verstekelinge. Vanaf haar plek op het bovendek kon ze alles goed zien en ze vond dit wel het amusantste voorval sinds de Imperial Majesty was uitgevaren - het kon haar niet schelen hoe Reynaldo het koninklijke jacht tegenwoordig noemde, voor haar zou het altijd de Imperial Majesty blijven. Ze hadden haar praktisch aan boord moeten slepen om deel te nemen aan deze gênante vertoning.
Ze begreep nog steeds niet waarom Reynaldo er een jaar geleden, toen Pelagia in handen viel van die oproerkraaiers, op had gestaan dat zij mee ging op deze stomme schuit. Zijn troonopvolging was in het water gevallen - letterlijk - en dat betekende dat hij het recht had om het huwelijk, dat hun ouders hadden gearrangeerd toen Arabella drie jaar oud was, te annuleren.
Bovendien gaf hij geen snars om haar. En hoewel Arabella in haar lot berustte, gaf ze ook geen snars om hem - hoe kon ze van iemand houden die bijna een vreemde voor haar was? Maar haar vaders wil was wet, ze had geen keus.
Ze wist dat gearrangeerde huwelijken tegenwoordig steeds meer - behalve in Pelagia en Toulaine - werden beschouwd als ouderwets en overbodig. Maar hun landen kenden tradities die honderden, of misschien wel duizend jaar oud waren. En aan de tradities binnen de koninklijke familie werd vastgehouden alsof het de Tien Geboden waren. Bovendien stonden er politieke en economische belangen op het spel, hoewel die nu minder belangrijk waren dan twintig jaar geleden, toen Reynaldo nog kroonprins was.
Dus was Arabella nog steeds van plan om haar verplichtingen na te komen en met hem te trouwen, koning, of niet. Want gravin Arabella Magdalena Sophia Victoria Geneviève Eugenie Wilhelm van Toulaine hield altijd woord. Bovendien had ze weinig keus, want Reynaldo weigerde de verloving te verbreken. Hij zwoer dat hij ooit koning zou worden. En ook hij had verplichtingen, zoals het huwelijk met gravin Arabella van Toulaine. Zijn vaders wil was wet, hij had geen keus.
Wat moesten ze anders? Hun hele leven waren ze zorgvuldig voorbereid op dat ene grote moment In het begin wilde Arabella best met Reynaldo trouwen. Ze ontmoette haar toekomstige echtgenoot voor het eerst toen ze dertien was, dus werd ze halsoverkop verliefd. Toen ze hem een aantal jaren later opnieuw ontmoette, op haar eerste reis naar Pelagia, bleek dat Reynaldo was uitgegroeid tot een knappe prins en was de liefde weer opgevlamd. Uiteraard was de kennismaking vrij oppervlakkig, omdat er altijd een chaperonne bij was, maar voor Arabella was het genoeg. Het sprak vanzelf dat ze met Reynaldo zou trouwen.
Maar nu...
Nee, ze wilde niet aan nu denken. Ze probeerde ertegen te vechten, want het maakte onwelkome gevoelens bij haar los. Ze was een Wilhelm, en de Wilhelms moesten het hebben van hun macht, hun rijkdom en hun onbesproken reputatie. En ze wist dat mensen die het moesten hebben van macht, rijkdom en een onbesproken reputatie - dat was haar met de paplepel ingegoten - veel verplichtingen hadden na te komen. Zoals met kroonprinsen trouwen.
Ze dacht weer aan de nacht dat ze uit Pelagia waren gevlucht. Ze mocht niet vergeten dat Keaton haar die nacht had gewekt met de mededeling dat de hofhouding onmiddellijk moest vertrekken, niet Reynaldo. Reynaldo woonde toen in een aparte vleugel en was zijn verloofde kennelijk al vergeten - het zou nog een paar weken duren voor ze trouwden. Tot de dag van het huwelijk sliepen ze gescheiden, want de echtgenote van de toekomstige koning van Pelagia moest maagd zijn, zo stond het in de wet. Dus Reynaldo was die noodlottige nacht verschenen met superdombo Dacia aan zijn zijde, slechts gekleed in zijn zijden pyjamabroek. Superdombo Dacia had de andere helft van de pyjama aan.
Eigenlijk had Arabella zich wel iets meer voorgesteld van haar verloofde. Hij ontpopte zich niet als een toegewijd echtgenoot, maar als een toegewijd overspelige. Hij deed alsof Arabella lucht was.
Arabella deed alsof het haar niets kon schelen en er geen vuiltje aan de lucht was. Ze wist niet hoe ze anders moest reageren op de idiote vertoning die haar leven geworden was. Ze was dag na dag, jaar in jaar uit voorbereid om Reynaldo's echtgenote en koningin Arabella van Pelagia te worden. En de eerste regel voor de toekomstige koningin van Pelagia was dat ze nooit ofte nimmer het gedrag van haar man ter discussie stelde. Ook niet als Reynaldo haar vernederde, kwetste of negeerde.
Arabella had dat nog wel kunnen verdragen, als ze door zijn houding geen verschoppeling was geworden. Niemand op de boot wilde bij haar in de buurt komen, omdat ze zich opgelaten voelden, ze wisten niet wat ze tegen haar moesten zeggen. Het was geen geheim dat Reynaldo zo trouw was als een slang. Nee, vergeleken met Reynaldo was een slang nog trouw. Als ze verloofd was met een slang, dan had ze een veel beter leven gehad.
Ze hield haar hoofd een beetje schuin om te kunnen horen wat Keaton en de verstekelinge beneden bespraken. De wind stond naar haar toe, en zo nu en dan ving ze een paar zinnen op. Eén blik op het gezicht van de jonge vrouw was voldoende om te weten dat ze in de puree zat. Arabella had haar al eerder gadegeslagen, vanaf het bovendek, en gezien dat de vrouw aan boord ging nadat ze was lastiggevallen door een gevaarlijk goed uitziende man die niet het beste met haar voorhad, als je het Arabella vroeg. Zij en de vrouw hadden iets met elkaar gemeen, realiseerde ze zich. Ze zaten allebei opgescheept met... welk woord gebruikten de Amerikanen ook al weer? O, ja. Tuig, dat was het. Zij en de verstekelinge zaten allebei opgescheept met tuig.
En dat was reden genoeg om het voor haar op te nemen, vond Arabella.
Eigenlijk had Arabella iemand moeten waarschuwen toen ze zag dat de vrouw naar binnen glipte, maar het was duidelijk dat ze geen kwaad in de zin had. Het zag er alleen maar naar uit dat ze in de puree zat. Dat had haar nieuwsgierigheid gewekt. Bovendien was het een doodsaaie, eenzame cruise. Ze kon wel een bondgenoot gebruiken, overwoog ze, iemand die begreep wat het was om met tuig opgescheept te zitten.
Arm kind, dacht ze toen ze zag dat de jonge vrouw nu vreselijk stond te stuntelen. Het was duidelijk dat ze dringend hulp nodig had. En als iets Arabella met de paplepel was ingegoten, dan was het wel om oog te hebben voor de behoeften van de minder gefortuneerde die haar onderdanen zouden worden.
Ze was vastbesloten om iets te doen. Ze rechtte haar rug en betrad de kajuitstrap.
Ruby had de hoop opgegeven dat ze Keaton Hamilton Danning III verder voor de gek kon houden en ze stond op het punt om hem de waarheid te vertellen - zou hij haar dan van de boot laten gooien? Op dat moment verscheen er een slanke, blonde vrouw op het dek, met de uitstraling van een Russische tsarina, die het feestgedruis deed verstommen. Ook Ruby viel stil. Haar entree had zo'n vorstelijke allure dat Keaton Ruby's arm onmiddellijk losliet. Hij ging in de houding staan en boog onderdanig zijn hoofd, alsof de vrouw een vorstin was.
Ia, ze had iets koninklijks, dacht Ruby, ondanks haar jonge leeftijd. Met haar blonde haar, opgestoken in een elegante Franse wrong, haar blauwe ogen en haar klassieke cocktailjurk leek ze het evenbeeld van Grace Kelly. Haar pastelblauwe jurk was eenvoudig, maar van een goede snit. Erop droeg ze een bolero waarvan het materiaal glinsterde in het maanlicht. Om haar nek had ze een parelsnoer en in haar oren prijkten twee flonkerende kleinoden. Toen de vrouw een verwaaide lok goudblond haar uit haar gezicht streek, zag Ruby dat ook haar handen elegant waren: uiterst verzorgd, met lichtroze, perfect gelakte nagels. Ze droeg slechts één ring. Het was een reusachtig exemplaar met een smaragd die was afgezet met een groot aantal kleine diamantjes.
Ruby zag dat de vrouw, die statig en langzaam op Keaton af kwam, bijna ondeugende berichtjes in haar ogen had. 'Goedenavond, Keaton,' zei ze. Ruby had nog nooit zo'n mooie stem gehoord.
'Goedenavond, gravin.' antwoordde hij stijfjes en hij boog nogmaals zijn hoofd.
Gravin? dacht Ruby. Gravin*. Grote grutten. Op wat voor feest was ze in hemelsnaam verzeild geraakt?
'Het is een mooie avond, vindt u niet?' vervolgde de vrouw. 'Verrukkelijk weer. Aangenamer dan thuis.' Ruby hoorde dat de gravin een accent had, maar ze wist niet uit welk land. Ze klonk Oost-Europees, of misschien Russisch - hadden ze daar gravinnen? - maar Ruby praatte niet dagelijks met Oost-Europese gravinnen. Haar uiterlijk was echter beslist Scandinavisch.
Tot Ruby's verbazing wendde de vrouw zich glimlachend tot haar, alsof ze heel blij was om Ruby te zien. Ze pakte Ruby's hand en kneep er hartelijk in. 'En hoe is het met jou, lieverd? Vermaak je je een beetje aan boord?'
'Eh, ja,' zei Ruby, die zich afvroeg waarom de vrouw zo familiair tegen haar deed. 'Ik bedoel, zeker. Ik vermaak me uitstekend.'
'Heb je nog last gehad van mal de mer?'
Ruby keek alsof ze het in Keulen hoorde donderen. Wat was de gravin van plan? 'Ik... eh...' stamelde ze, sprakeloos. Niet alleen omdat het gedrag van de vrouw haar in opperste verwarring bracht, maar ook omdat ze niet precies wist wat mal de mer betekende. Kon je dat eten? Het klonk als de fruits de mer die ze wel eens op de menukaart van een chique restaurant had zien staan.
'Ie ziet bleek.' zei de andere vrouw, alsof ze zich vreselijk zorgen maakte. Toen keek ze naar het champagneglas dat Ruby in haar andere hand hield en zei iets dat klonk als tsk. 'Geen wonder, natuurlijk. Je weet toch dat je het rustig aan moet doen, in jouw toestand?'
'In haar toestand?' herhaalde Keaton.
De gravin sloeg haar elegante hand voor haar mond en bloosde elegant. 'Ok Ik heb te veel gezegd.' Ze hield haar hoofd samenzweerderig bij dat van Ruby. 'Het spijt me. Ik zal mijn mond houden. Kom maar met me mee. Ik denk dat je even moet gaan liggen, in mijn hut, tot je je weer wat beter voelt.'
Ruby opende haar mond om iets te zeggen, maar ze was sprakeloos. Wie was dit en waarom loog ze voor haar? Moest Ruby het spelletje meespelen of moest ze toegeven dat ze niet wist wat de vrouw bedoelde? Ze dacht even na. Als ze het niet meespeelde, dan zou ze haar misschien laten opsluiten in het vooronder; ze was tenslotte een gravin. Maar het kon ook zijn dat de gravin niet helemaal goed wijs was en dat het levensgevaarlijk was om op haar voorstellen in te gaan.
Keaton zat kennelijk ook met een paar vragen - niet of de gravin getikt was, dat was waarschijnlijk geen geheim - want hij richtte zich nu tot de adellijke dame, waardoor hij met zijn rug naar Ruby kwam te staan. 'U kent elkaar?' vroeg hij onderzoekend.
'Natuurlijk kennen we elkaar.' antwoordde de gravin. 'Al heel erg lang. Ik heb mevrouw uitgenodigd, ze is mijn gast'
'Maar wie is ze dan?' vroeg Keaton streng.
'Tatiana, een goede vriendin van mij.'
Ruby schudde woest haar hoofd en maakte gebaren naar de gravin om duidelijk te maken dat het gesprek de verkeerde kant opging. Om de boodschap extra kracht bij te zetten en de ernst van de situatie duidelijk te maken, haalde ze haar wijsvinger langs haar keel. De andere jonge vrouw fronste haar wenkbrauwen en vroeg zich af wat Ruby bedoelde. Keaton, die dat niet ontging, draaide zich snel om. Ruby, die zich op heterdaad betrapt voelde, stak razendsnel haar hand in de lucht.
'Ik, eh, geloof dat ik een druppel voelde.' zei ze.
Keaton keek naar de stralend blauwe lucht en toen weer naar Ruby. 'O, ja?' vroeg hij.
Hij keerde zich weer naar de gravin. Hij keek haar nu ongetwijfeld argwanend aan of staarde haar aan alsof ze gek was geworden. Ruby vertrouwde de zaak niet. Was de vrouw inderdaad haar verstand kwijt? Niet dat Ruby haar hulp niet op prijs stelde, maar het was haar een raadsel waarom de gravin een volslagen vreemde een dienst bewees. Ze wist helemaal niets van haar. Het kon bijna niet anders dan dat ze getikt was. die gravin.
Tegen mij zei ze dat ze Euphemia heet,' zei Keaton.
De gravin keek van Keaton naar Ruby en weer terug. 'Dat zei ik, Euphemia,' verklaarde ze vastberaden.
'U zei Tatiana,' zei Keaton.
'Nee, hoor,' antwoordde de gravin.
'Dat hoorde ik u zeggen.'
'Hoe komt u erbij!'
'Dat hoorde ik u zeggen.' zei Keaton.
'Geen sprake van!' De vrouw keek hem ijzig aan. 'Noemt u mij een leugenaar, Keaton?' zei ze ten slotte
Ruby zag dat hij al zijn spieren aanspande en een vuist maakte, maar daar bleef het bij. Ze vermoedde dat hij het niet gewend was om tegengesproken te worden, maar hij bond onmiddellijk in. Waarom had die vrouw zoveel invloed op hem?
'Natuurlijk niet, gravin,' antwoordde hij.
'Mooi zo.' De vrouw rechtte haar schouders en zei: 'Tatiana is uiteraard haar roepnaam,' op een toon die een koningin niet zou hebben misstaan.
Het drong tot Ruby door wat ze zei, en opnieuw schudde ze heftig met haar hoofd en haalde haar vinger langs haar hals, alsof er iemand dringend moest worden opgeruimd, en het circus begon weer van voren af aan.
'Ai. weer een druppel,' besloot ze haar toneelstukje.
Keaton deed nu geen moeite meer om zijn bedenkingen te verbergen. Hij keek de vrouw aan en zei: 'Ze heeft net gezegd dat haar roepnaam Philippa is.'
De vrouw liet een klaterende lach horen. 'Nee, nee, nee. Dat zégt ze alleen maar. Voor de grap, begrijpt u.'
'Heel grappig,' mompelde Keaton.
'Overigens wordt ze meestal bij haar koosnaam genoemd,' voegde ze eraan toe.
'Babs, misschien?' vroeg Keaton.
'Nee,' zei de gravin, 'hoe komt u daar nu weer bij? Babs is een idiote naam. De meeste mensen noemen haar Tutu.'
En dat is geen idiote naam? dacht Ruby.
'Tegen mij zei ze dat haar koosnaam Babs is,' zei Keaton op achterdochtige toon.
'Alleen binnen de familie,' antwoordde de gravin luchtig. Ze was blijkbaar alweer vergeten dat ze de naam net nog had afgekeurd. 'Haar vrienden noemen haar Tutu.'
'Vrienden noemen elkaar geen Tutu,' zei Keaton.
'Tutu's vrienden wel.'
'Dan wordt het tijd dat Tutu nieuwe vrienden maakt.'
'Noem me toch Babs,' zei Ruby. die ook graag wat wilde zeggen.
Keaton opende zijn mond om iets te zeggen, maar op het laatste moment bedacht hij zich. Ruby haalde opgelucht adem. Ze dacht dat zij een lelijke naam had verzonnen, maar de gravin kon er ook wat van. Ruby was bijna jaloers op haar vondst.
'Ik vind "Tutu" mooier,' zei de gravin. Iets in haar stem waarschuwde
Ruby dat ze haar niet moest tegenspreken. De gravin had Keaton Hamilton Danning III flink op zijn nummer gezet.
Dus antwoordde Ruby braai: 'Natuurlijk, mevrouw!' Met een glimlach voegde ze eraan toe: 'En mag ik u hier ook bij uw koosnaam noemen?'
De gravin keek haar verrast aan. 'Mijn koosnaam?'
Ruby knikte. 'Ja. Cha Cha.'
De vrouw wist met moeite een glimlach te onderdrukken.
'Niemand heeft de gravin ooit Cha Cha genoemd!' zei Keaton.
Ruby herinnerde zich plotseling dat ze met adel van doen had en stond op het punt om haar excuses aan te bieden, toen de vrouw zei: 'Uitstekend.' Ze glimlachte breed. 'Ik heb het altijd fijn gevonden dat je me Cha Cha noemde. Nou, Tutu, ik kan je naar mijn hut brengen, als je wilt, zodat je wat kunt uitrusten. Of zullen we samen nog een luchtje scheppen?'
'Eeeeh,' zei Ruby, in een poging om tijd te winnen. Ze had nog steeds niet door welk spelletje er gespeeld werd.
'Kurt heeft het buffet klaargezet, wil je anders een hapje eten?' vroeg de gravin. 'Hij heeft zijn beroemde Pflaumenkuchen gebakken.'
'Ik ben dól op Pflaumenkuchen,' riep Ruby geestdriftig. 'Mijn grootmoeder Pearl bakt de beste Pflaumenkuchen van de hele wereld!'
'Ach, ja,' zei de gravin met een geheimzinnige glimlach. 'Hoe is het met haar?'
Ruby beantwoordde haar glimlach. Ze wist misschien niet waar dit op uitdraaide, maar ze had het reuze naar haar zin. 'Het gaat hartstikke goed met oma Pearl,' antwoordde ze. 'Ze werkt nog steeds in de garage en scheldt Harry van de Dew Drop Inn de huid vol omdat hij d'r geen whisky en sigaretten meer wil verkopen. Maar haar reclasseringsambtenaar zegt dat ze enorm is vooruitgegaan sinds dal maandje dwangarbeid. Ze is een ander mens geworden, vindt hij.'
De gravin keek vergenoegd. 'Charmante vrouw, je grootmoeder.'
'En wat die Pflaumenkuchen betreft...' zei Ruby.
De gravin knikte en bood Ruby haar arm aan. Het was raar, maar het voelde heel natuurlijk aan. Alsof Ruby nooit iets anders had gedaan dan gearmd lopen met gravinnen.
'Zullen we dan maar, Tutu?' vroeg de gravin.
'Ja, Cha Cha,' antwoordde Ruby. 'Ik dacht dat je het nóóit zou vragen.'