24 De zeemeermin van Edam

In de grote kerk van Edam is op een van de beschilderde ramen een zeemeermin afgebeeld en op Purmerpoort een beeltenis van het zogenoemde ‘groene wijf’. Op de poort staat verder het volgende bijschrift, uit 1403: Dit beeld hier opgericht tot een gedachtenis/Wat in het Purmer-meyr voorheen gevangen is . Het zijn tastbare herinneringen aan de zeemeermin van Edam die, al vraag je het de ouden van dagen in die stad, daadwerkelijk heeft bestaan...

Edam, 1403, door J.R.W. Sinninghe –- Het was in de tijd dat hertog Albrecht van Beieren over Holland regeerde, toen er in het Purmermeer een zeemeermin was gevangen. Ze had geleefd in de Zuiderzee, en ze had zich steeds verborgen als de vissers kwamen. Ze haatte de mensen. Ze hield alleen van het spel tussen golven en zonneglans, als ze zwemmende niet wist of het schuim van de zee was of warm licht waartussen haar blanke armen kliefden.

De storm kwam op, en de wilde zee brak de dijken. De vloed voerde haar mede, en ze dreef het Purmermeer binnen, willoos, als was ze een stuk hout. Ze kon de weg niet meer terugvinden, en ze dook om voedsel te vinden. Met mos en zuiver wier was ze bekleed. Men herstelde de dijken, en de Zuiderzee trad binnen haar gebied terug, onmachtig ten slotte tegen de mensen.

Telkens moest de zeemeermin boven komen; en ze zwom dan rustig voort, totdat mensen naderden. Dan dook ze, zolang ze kon, en ze werd angstig, als de mensen – meest waren het vrouwen, die boten met vee voortroeiden – haar konden zien. Ze wist niet dat ook de mensen bang voor haar waren, al was hun nieuwsgierigheid even groot als hun vrees. Telkens dichter kwamen de vrouwen en maagden met hun boten bij de plaats waar ze zwom, en ze bemerkten dat het slechts een arme, weerloze zeemeermin was, en ze kon niets dan plassen en ploeteren in het water.

Eindelijk hadden ze moed genoeg om heel dicht bij haar te komen, en met sterke armen hieven ze haar, hoe ze zich ook verzette, binnenboord. Ze voeren met haar naar de stad Edam, en iedereen verwonderde zich over haar wezen. Ze trachtte zich verstaanbaar te maken, en men deed moeite haar woorden te begrijpen: deze waren echter zo vreemd, dat het geen taal van mensen kon zijn. Men waste haar schoon van het wier en het mos, dat haar als een lange, golvende mantel bedekte, en men trok haar vrouwenkleren aan. Ook leerde men haar het voedsel van de mensen eten: ze verzadigde zich eraan.

Zeemeermin van Edam.tif

Toch verlangde ze ernaar om weer in het vrije water te leven, en met de wind en golven, haar vrienden, te spelen. Telkens liep ze naar buiten, om zich in het meer te werpen, met grote moeite hield men haar tegen. Veel volk kwam haar bezien, en men sprak allerwege van haar. Ook de bewoners van Haarlem – een machtige stad – hoorden van het wonder vertellen en ze zonden burgers uit om haar in levenden lijve te aanschouwen. Ze keerden terug en zeiden: ‘Het is een mooie zeemeermin, die men ons in Edam getoond heeft.’ ‘Wanneer het een mooie zeemeermin is,’ mompelde een burger, ‘dan komt ze Haarlem méér toe dan Edam.’ Toen keerden zij, die haar gezien hadden, naar het kleine stadje aan de Zuiderzee terug, en ze vroegen of Haarlem de zeemeermin mocht hebben.

De Edammers waren hierover zeer bedroefd. Ze gingen tot de burgers van de trotse stad en vroegen: ‘Wilt u haar hebben?’ ‘Ja.’ Er was geen keus. De Haarlemmers voerden de blanke buit met zich mede, en ze deed haar intocht in Sint-Bavo’s veste. Daar leerde men haar spinnen op een spinnewiel ... rrr! deden de raderen. Ze leefde er vele jaren lang, en nadat ze was gestorven, begroef men haar op het kerkhof der mensen, want dikwijls had ze het teken des kruises gemaakt.

Edam is niet de enige Noord-Hollandse plaats met een zeemeermin. Elders in deze bundel vindt u het verhaal over het zeepaard van Volendam en ook in de haven van Muiden is ooit een zeemeermin gesignaleerd. Ze zong ‘Muiden zal Muiden blijven, Muiden zal nooit beklijven’. En toen verdween ze. Vele dorpen en steden zijn tot bloei gekomen, maar Muiden is Muiden gebleven, zonder verandering. Muiden zal Muiden blijven, tot in eeuwigen dagen.

Mysteries in Noord-Holland
titlepage.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_0.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_1.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_2.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_3.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_4.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_5.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_6.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_7.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_8.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_9.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_10.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_11.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_12.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_13.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_14.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_15.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_16.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_17.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_18.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_19.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_20.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_21.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_22.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_23.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_24.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_25.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_26.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_27.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_28.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_29.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_30.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_31.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_32.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_33.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_34.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_35.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_36.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_37.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_38.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_39.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_40.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_41.xhtml
Mysteries_in_Noord-Holland_split_42.xhtml