EEN SCHOEN VLIEDT FLUITEND DOOR HET TRAPPORTAAL (3)

...smokkende lul die haar vanbinnen leek te vernietigen, bezig scheen tere dingsigheidjes aldaar te verpletteren, gaf haar het hete gevoel een rood, wit en blauw te zijn aan een lange zwiepende vlaggemast; ergens aan vreemde kust. Wat ze had meegekregen aan milieu en educatie mitsgaders een behoorlijk ontwikkeld normbesef inzake goed en kwaad en daaruit vers geperst fatsoen, werd daverend tussen haar mollige dijen d'r flamoes ingestampt. En in de nu kokende, koperkleurige oogbollen van Kosto zag ze zichzelf weerspiegeld, althans, ze zag zich daarin hop hop hop steeds voorbijkomen met wangen die kleurden als bellefleuren.

'Dat gaat lekker, wijffie!' riep Kosto in haar oor. En hij had gelijk, vond ze. Of het nu kwam door de lengte en omvang van zijn koddebeier of dat het verboden vrucht was waarvan zij, een getrouwde vrouw toch, snoepte; heerlijk was het. Ze voelde zich komen. Vanaf de ommelanden tot recht in haar gleufvormige roos. En daar was ook die kaasboer al die haar tot de nok toe vulde met wat heet was en buitengewoon aangenaam. Langzaam nam haar wippen af en ze voelde het geil uit haar wegstromen.

Tas op, je broek!' fluisterde ze.

'Donder er dan vanaf!' beet hij terug en duwde haar weg. Snel stond ze op, liep, of beter, kloste wijdbeens naar de gootsteen en even later was ze met de theedoek de grijze vlekken op de pantalon van Kosto van de Kamer aan het verwijderen terwijl deze eens een nieuwe bolknak opstak.

'Lult je vent altijd zo?' vroeg hij. Uit de kamer klonk de stem van Gerrit die bezig leek een vertoog tegen Moppie af te steken.

'Ja, hij mag graag een woordje wisselen.' Ze luisterde even. 'Het is politiek. Altijd reuze interessant. Zullen we binnen even gaan horen.'

'Vergeet je de jajem niet?' vroeg Kosto en ging haar voor.

Moppie lag bijkans achterover in een fauteuil terwijl Gerrit, op een stoel staande, haar onderhield terwijl uit zijn gulp dat ding machteloos neerhing. Ze schrok ervan. Zo'n treurnis ging daarvan uit. Maar wat Gerrit zei boeide haar direkt. En ook Kosto zette zich neer en hief luisterend zijn grote ordinaire smoel op naar de spreker.

'Want,' zo ging d'r Gerrit verder, 'is het niet treurig! De gewone man, de normale J. Modaal, die simpele spaarder wiens loon op de bank komt, is weer de dupe, Moppie!'

Ze keek naar de vrouw van Kosto en schaamde zich voor hoe die erbij zat. Haar rok was naar boven geschoven en rond haar weelderige dijen zaten de kousen gespannen en trokken de jarretellen van het gordeltje striemend rode banen over het wulpse vlees. Gelukkig leek haar Gerrit er niet vatbaar voor. Anders had zijn klotser die daar zo vrank en vrij naarbuiten hing, een wel wat pregnantere presentatie vertoond.

'Het is niet waar?' vroeg Moppie en schoof haar blonde kapsel met een ruk wat naar achteren.

'Het is verdomme wel waar!' Gerrit keek allen woedend aan. 'Ik zeg jullie dit. Een lage belasting straks, in de EEG, in de vorm van de door Frankrijk en nog een paar van die knullen gewenste definitieve voorheffing op de rente, veroorzaakt volgens het Geurt Grootkapitaal, de banken dus, risikomijdend gedrag van de spaarders. En dat is niet interessant voor de banken. Ze willen dat de spaarders risikodragend kapitaal aanbieden met de kans op de bek te gaan en hun centjes te verliezen. Dus wat doen die banken? Zeuren bij regeringsleiders om maatregelen die zich regelrecht richten, ja, ten koste gaan van de tallozen die vol vertrouwen hun centjes aan ze hebben toevertrouwd aan de banken. Wurg die kleine spaarder met belastingen over die grijpstuiver aan rente. Dat willen de banken zodat de kleine man...'

'Ik word er hartstikke geil van,' zei Moppie tegen Kosto. 'Hij lult me gewoon uit de broek!'

'Mooie familie.' Kosto dronk nog maar eens een kopje genever. 'Dat wijffie van 'm kwam ook al met d'r pruimedant boven vaders relikwie staan en...'

Gerrit was van de stoel afgekomen. 'Begrepen jullie het?' wilde hij weten. 'Konden jullie het volgen. Werd ik niet té expliciet? Ik wil geen angst aanjagen maar jij, Kosto, als kleine zelfstandige, zou je spaarcentjes...'

'Stop jij nou maar eerst dat witte keesje van je weg. Of doe er iets mee,' vond Kosto. Hij stond op en viel prompt weer terug in zijn stoel. 'Ik geloof dat ik bezopen word,' mompelde hij, boog zijn hoofd en viel in slaap.

Gerrit wilde langs Moppie maar die liet hem niet meer passeren. Ze pakte zijn herenfaktotum en trok er aan, rekte 'm uit tot enige malen de natuurlijke lengte en liet 'm toen schieten. PLOPP!!! klonk het, loud en clear, door de huiskamer en Moppie gilde het weer eens uit van het lachen terwijl Gerrit ineenstuikte en even niet meer op adem kwam.

'Zeg, bent u nu helemaal van de pot gerukt, Moppie!' Ze vloog op haar vent toe en sloeg haar armen om hem heen. 'Gaat het?' fluisterde ze zachtjes. 'Ze heeft 'm toch niet... Nou ja, eraf getrokken?!' Angst en verdriet speelden door haar heen, renden elkaar achterna en hun joelende stemmen echoden door haar hoofd.

'Niks an de hand!' Gerrit richtte zich weer op. 'Waarom deed je dat nou, Mop?'

'Ach. Een grappetje. Doe ik zo vaak. Bij mijn Kosto. Kom maar. Geef ik er een kusje op.'

Tot haar verbazing zag ze hoe Gerrits pik weer uit zijn gulp werd getrokken en prompt in de mond van Moppie verdween. Maar dit was toch vies! Dat deed men toch niet? Sex was prachtig en van gestoei kwam gestoei. Maar dit had ze nog nooit gedaan. Zachtjes kwam ze op de leuning van Moppies stoel zitten en sloeg een arm om die vlezige schouders. Zo kreeg ze het idee méé aan te zitten aan dit geile lust-ontbijt.

'Gaat het een beetje, Gerrit?' vroeg ze deelnemend. Ze zag dat-ie bijna ranzig was geworden van de opwinding. Moppie had trouwens de grootste moeite zijn vonhoff in de mond te houden. Onder Gerrits kranige stoten werd haar het hoofd bijkans van de romp gerukt.

'AiAiAi!!' kreunde Gerrit.

'Komt het?' wilde ze weten. 'Gaat het nu komen Gerrit?'

Inmiddels zoog Moppie onverdroten door aan die vlezige winterpeen en het zou alsnog wat geworden zijn, ware het niet dat Kosto al slapende van zijn stoel gleed en met een daverende slag en met zijn hoofd vooruit, pal naast de imitatie berber op het linoleum viel. Zijn gevloek was tot op de Tugelaweg te horen en toen hij zag waar zijn wijf mee bezig was, leek een kans dat hij een beroerte kreeg, levensgroot aanwezig te zijn. Hij stond op en duwde Gerrit weg die bijkans aan de ejaculatie toe was en als een hoepel naar achteren gebogen door de kamer begon te stormen. En ineens werd het haar teveel. Niet in het minst omdat zij tenslotte aan haar trekken was gekomen. En kennelijk dacht Kosto er ook zo over want hij wilde weer eens op huis aan voor.' zijn Moppie...

Snel graaide ze de jassen van hun nieuwe vrienden van de kapstok. Kosto leek weer wat bij z'n trammontane en wilde haar ten afscheid kussen maar ze weerde hem af.

'Moet ik dan ook de markt vertellen wat...'

Ze beloofde voortaan meer kaas bij hem te kopen dan ze aankon en toen het omvangrijke echtpaar met een daverende slag de voordeur beneden achter zich dicht had getrokken, rende ze de huiskamer weer in.

Gerrit stond nog steeds achterover gebogen waarbij zijn handen bijkans de vloer raakten. Dit was niet normaal meer, wist ze. Zijn tofferik had een lengte en een omvang die haar verschrikte. Straks spatte Gerrits pik nog uit elkaar! Het ding had ook zo'n rare kleur. Rood gemarmerd.

'Gerrit, gaat het?'

'Hij wil niet meer kleiner worden,' steunde hij.

'Zal ik, wacht, kom maar mee.' Ze duwde hem voor zich uit, de keuken in waar vanwege de sfeer alleen het lichtje onder de maagd Maria brandde, vond op de tast de gootsteen en opende de kraan. 'Stop 'm eronder!' Ze pakte zijn vreugdebezorger en de rubberen tuit van de tapkraan en Gerrit schreeuwde het zo hard uit, dat de buren van hiernaast begonnen met bonzen en daarmee voorlopig niet ophielden. Het was de heet wat er kraan.

Ze raakte in paniek. Boog Gerrit zich steeds verder naar achteren? En zijn ding leek ook nog steeds te groeien. Ze kende dit, had het een paar keer meegemaakt toen zij als verpleegster een schamele boterham verdiende. Het was vaak hopeloos, zo'n geval.

'Zullen we neuken?' vroeg ze eenvoudig.

'Alsjeblieft niet,' smeekte Gerrit. 'Hij moet juist klein worden. Begrijp dat dan toch. Maar me pik wil maar niet slapper!'

'Wacht, ik zal er wat zwaars aan hangen!' Opnieuw vloog ze de keuken in, vond wat touw en nam de zware, gietijzeren braadpan. Ze keek op van haar eigen handigheid hoe ze dat flikte. Pan op de grond, aan één oor vastmaken, over Gerrits piloon en de pan dan omhoogtrekken. Zeker zeven kilo aan gitzwart ijzer kwam omhoog maar Gerrits phallus knikte daarbij zelfs niet dóór!

'Naar het ziekenhuis,' wist ze, probeerde hem een jas aan te trekken wat door zijn achterover hellen niet gelukte, zette hem in ieder geval een hoed op, en nam hem bij de hand, de trap af, de deur door en de straat op.

Het was overal leeg geworden. Zelfs het kleine café Aan de Haven waarvan de volkszanger vader Abraham zo mooi van weet te getuigen, was al gesloten. Alleen de gele lichtbak van Klaroengenever brandde nog. Toen ze er voorbij liepen kregen ze even de kleur van lijk. Inmiddels smeekte ze om absolute stilte. Stel je eens voor dat iemand hen zo zag passeren! Gerrit liet nu zijn handen op zijn kolossale erektie rusten terwijl zij hem zo goed mogelijk en al duwend en dan weer trekkend vooruit hielp. Zelf kon hij alleen de sterrenhemel, boven hem zien voorbij komen.

'Groeit-ie nog?' wilde hij weten.

Onder het licht van een straatlantaarn bekeek ze zijn geval. 'Nee hoor!' stelde ze hem gerust. Ze wist wel beter. Ook Gerrits scrotum kwam steeds lager te hangen. Straks struikelde hij er nog over. Trapte er op en...

Dojnk! Dojnk! Dojnk! deed haar verhoogde schoen op de houten plankieren voor de in renovatie zijnde woningen. Haalden ze het? Moest ze misschien een ambulance... Maar waar? En als ze bij het ziekenhuis kwamen, moest ze Gerrit dan in de bosjes voor de ehbo-post achterlaten zodat ze met een verrolbaar kamerscherm... De mensen behoefden hem toch zo niet te zien! En als het te laat was?

De 1705 bic kwam als laatste op het baanvak vanuit Brussel aanrennen en daverde al over de eerste wissels en door een zware regenbui. Veringa was moe. Zijn duim klopte pijnlijk van het maar duwen op de dodemansknop. Jaloers keek hij naar de donkere huizenrijen waar de slaap der rechtvaardigen werd beoefend. 'Of de bijslaap,' zei hij zachtjes tegen al die toeters en bellen op de schakelkast voor hem. En ineens zag hij ze. In het licht van een ondergaande straatlantaren. Was dat waar, wat hij zag? Een ver naar achter gebogen man die een enorme penis voor zich uitdroeg, werd aan de hand meegevoerd door...

Met nog zeker honderd daverde hij voorbij. En Veringa besloot niet te geloven wat hij toch werkelijk had gezien. Wel drukte hij even nadenkend met zijn elleboog op de signaalkruk en de donkere daver van de hoorn joeg over het emplacement en kaatste terug tegen de sinds de computerisering overbodig geworden seinhuizen...