‘Homeopathie is: een aspirientje in de Noordzee gooien en in Rio een glas zeewater drinken’
Interview met Willem (Wim) Betz
Van alle charlatans vind ik de healers wellicht de gevaarlijkste. Doen alsof je ziekten bestrijdt en de patiënten in de waan brengen dat ze genezen zijn… Ethisch onaanvaardbaar, toch?
Maar hoe zit het dan met alternatieve geneeswijzen? Die liggen ook vaak onder vuur. Waar ligt de grens tussen geneeskunde en kwakzalverij? Ik vroeg het aan Willem (Wim) Betz, medestichter en huidig voorzitter van SKEPP. Betz is een gepensioneerde arts en gaf jarenlang een cursus in de kritische studie van alternatieve geneeswijzen aan de Vrije Universiteit Brussel.
U staat heel kritisch tegenover homeopathie. Hoe is die houding ontstaan?
Betz: Daarvoor moet ik enkele decennia terug in de tijd. Je moet weten dat de huisartsenopleiding in mijn tijd nog lang niet zo degelijk was uitgebouwd als nu. Met als gevolg dat jonge artsen in de praktijk op heel wat klachten onvoldoende voorbereid waren. Toen ik een andere arts hoorde uitpakken met zijn alternatieve methode, en de uitstekende resultaten die hij daarmee boekte, was ik uiteraard geïnteresseerd. Daarom heb ik een jaar lang een cursus over homeopathie gevolgd, die zogezegd werd georganiseerd aan de Universiteit Antwerpen (UA). Dat was op zich al misleidend. Men had gewoon een lokaal van de UA gehuurd, dus die cursus had evengoed in een balletzaal kunnen plaatsvinden.
Stilaan ben ik die nieuwe inzichten ook gaan toepassen op patiënten. Maar al snel had ik door dat het om pure illusie ging. De kwaaltjes die ik met homeopathie behandelde, waren meestal stressgerelateerd. Zo ben ik gaan inzien dat ik eigenlijk niets anders deed dan therapie voor psychosomatische klachten. Ik heb me daarin verdiept en ben erover gaan doceren aan de universiteit.
En u bent zelf meteen gestopt met homeopathie?
Betz: De spreekwoordelijke druppel kwam toen ik iets homeopathisch had voorgeschreven voor de een of andere vage klacht. Die patiënt was razend enthousiast over zijn voorspoedige genezing. Achteraf vernam ik van een collega dat ik het verkeerde middeltje had voorgeschreven voor die specifieke klacht. Toen was het voor mij duidelijk: het speelt geen enkele rol wat je voorschrijft. Al die homeopathische middelen zijn hetzelfde.
Is dat echt zo?
Betz: Ja. Het principe van homeopathie is eenvoudig. En vooral: het klinkt overtuigend! Homeopaten laten gezonde mensen een stof innemen en die veroorzaakt bepaalde symptomen. De vondst bestaat hierin: als je diezelfde stof in een flink verdunde dosis toedient, kun je precies die specifieke symptomen wegnemen.
Een voorbeeld: geef iemand cafeïne en hij blijft wakker. Maar geef iemand oneindig verdunde cafeïne en hij wordt slaperig. Tenminste, dat beweren de homeopaten. Maar James Randi neemt op zijn voordrachten vaak een heel doosje homeopathische cafeïnepillen in. Een heel doosje! Tot op heden is hij nog nooit ingedommeld op het podium.
Een ui doet je ogen tranen, dat weet iedereen. Als je dus een ziekte hebt waar je ogen van tranen, dan moet je jezelf verdunde uiendruppels toedienen. Voor veel mensen klinkt dat misschien aannemelijk, maar het klopt helemaal niet!
Waarop baseert u zich daarvoor?
Betz: Homeopathische middelen zijn onvoorstelbaar verdund, bijvoorbeeld met water, alcohol of melksuikerpoeder. Ik stel het even vereenvoudigd voor: homeopaten verdunnen telkens één op honderd. Met andere woorden: ze nemen één druppel van de beginstof en doen daar honderd druppels water bij. Ze schudden en kloppen en verdunnen het resultaat opnieuw in honderd druppels water. Schudden en kloppen, enzovoort. Dus bij elke verdunning komen er in de concentratie (C) twee nullen bij achter de komma. C12 betekent dus 24 nullen. Welnu, in homeopathische middelen vind je vaak C30, C60 of zelfs C100. Ter vergelijking: C20 is één druppel in alle oceanen van de wereld! Daarom zeg ik soms al lachend: homeopathie is in Oostende een aspirientje in zee gooien en in Rio de Janeiro een glas zeewater drinken. Maar dan is het eigenlijk nog veel te geconcentreerd.
In homeopathische middelen zit dus eigenlijk niets meer. Dat heeft SKEPP een tiental jaar geleden al aangetoond met een collectieve zelfmoordpoging. Toen hebben we allemaal een volle fles homeopathisch slangengif en andere vergiften opgedronken. Enorm verdund dus. Ik zit hier nog steeds! Nu, zelfs al hadden we puur slangengif opgedronken, dan hadden we het nog overleefd. Als je dat opdrinkt, komt het in de maag terecht en wordt het verteerd. Slangengif is alleen gevaarlijk als het rechtstreeks in de bloedbaan terechtkomt. Dat zelfmoordexperiment is onlangs trouwens herhaald met een wereldwijde actie.

Homeopaten weten toch zelf ook dat hun middeltjes enorm verdund zijn?
Betz: Jazeker, maar dat heeft volgens hen geen invloed op de werking. Integendeel: ‘Hoe meer verdund, des te sterker’, zeggen ze. Want stel je voor dat er onvoelbare krachten of mechanismen bestaan die de wetenschap (nog) niet kent. Zo geloven de homeopaten wel dat het middeltje zelf geen actieve moleculen meer bevat, maar dat het water een soort geheugen heeft dat onthoudt wat er allemaal in heeft gezeten. Dat verdunde water wordt soms over suikerbolletjes gegoten en gedroogd, en dan wordt dat geheugen overgedragen op die pilletjes, begrijp je? De Britten hebben daar een schitterende cartoon over gemaakt. (zie pagina 103)
Als alle middeltjes hetzelfde bevatten, hoe bepalen homeopaten dan welk middel je moet innemen?
Betz: In de Materia Medica, hét werkinstrument van de homeopaat, vind je een opsomming van middelen (met een ouderwetse Latijnse naam) en het zogenaamde ‘beeld’ van dat middel. Dat zijn alle symptomen die het middel zou veroorzaken bij een gezonde persoon. Als je dan leest dat een snuifje zwavelbloem 1200 symptomen veroorzaakt, dan zal er altijd wel íéts bijzitten dat klopt, niet? Belladonna bijvoorbeeld vergroot inderdaad de oogpupillen, want dat is een gif. Een van de meest gebruikte middelen, met ook zo’n duizend symptomen, is Natrum Muriaticum. Dat is niets anders dan ordinair zeezout! Ook een snuifje gemalen oesterschelp (Calcarea Carbonica) heeft honderden symptomen.
In de traditionele geneeskunde worden de gevolgen van een middel getest op een groot aantal proefpersonen. Pas als de meerderheid een effect vertoont, kun je daar onderbouwde conclusies aan vastknopen. Maar zo werken homeopaten niet. Zij testen hun middel op hoogstens tien tot vijftien proefpersonen en registreren alles, maar dan ook alles wat elke persoon vermeldt, en dat soms gedurende maanden! Een symptoom hoeft dus niet eens bij verschillende mensen voor te komen. Het volstaat dat één persoon zegt: ‘Ik heb gisteren gedroomd over inbrekers’ om dat als een symptoom te beschouwen.
Dat is toch een karikatuur?
Betz: Helemaal niet! ‘Dromen over inbrekers’ is echt een symptoom, net zoals ‘huilen bij volle maan’ dat is. Als een vrouw met vaginaal bloedverlies bij de homeopaat langsgaat, dan is die perfect in staat om te vragen: ‘Gaat u liever wandelen aan zee of in de bergen?’ Of: ‘Drinkt u uw water liever met kleine slokken of met grote slokken?’ Dat zijn allemaal symptomen om hun keuze te bepalen!
Maar een patiënt gaat toch nooit naar de dokter om te klagen over dromen?
Betz: Nee, natuurlijk niet. Wat ik bedoel, is dat homeopaten daarnaar vragen als je bij hen bent voor een andere, ‘normale’ klacht. Een gewone arts stelt gerichte vragen: ‘Ben je kortademig? Heb je hartkloppingen?’ Maar niet: ‘Wat heb je de afgelopen nachten gedroomd?’ Of: ‘Eet je graag pikante worsten? Ja? Zolang het geen varkensworst is?’ Dat laatste is trouwens echt een symptoom van pulsatilla of anemoon.
In dat gesprek schuilt vaak de enige werking van homeopathie: een therapeutisch effect. De mensen kunnen over alles en nog wat praten, ze voelen zich beluisterd en begrepen, ze zijn blij dat ze eens alles hebben kunnen vertellen.
Is de werking van homeopathische middelen eigenlijk ooit bewezen?
Betz: Volgens wetenschappers is dat nog nooit gebeurd, nee. SKEPP bijvoorbeeld looft zijn Sisyphus-prijs ook uit als iemand het verschil kan bewijzen tussen een homeopathisch middel en het oplosmiddel. Of tussen een homeopathisch middel en een suikerbolletje. Of nog frappanter: tussen twee ‘verschillende’ homeopathische middelen. Niemand is die uitdaging al aangegaan.
Homeopaten houden wel vol dat er al proeven zijn gebeurd met positieve resultaten. Zo’n acht jaar geleden bijvoorbeeld hebben alle Europese homeopaten hun minister aangeschreven, omdat aan drie universiteiten wetenschappelijk was bewezen dat die extreme verdunningen toch iets doen. Sceptici van over de hele wereld, ook ikzelf, zijn meteen in hun pen geklommen om te protesteren. Maar we werden tot de orde geroepen door de BBC. ‘Jullie zijn te fanatiek! Als drie universiteiten én wetenschappelijke tijdschriften beweren dat die middeltjes werken, dan moeten we dat op zijn minst ernstig onderzoeken.’ En dus zijn de BBC en de Royal College de Million Dollar Challenge aangegaan, want die som wordt ook uitgereikt aan wie kan bewijzen dat homeopathie werkt. James Randi is naar Londen gekomen en de proeven werden in wetenschappelijke omstandigheden opnieuw uitgevoerd. En wat bleek? De resultaten waren over de hele lijn negatief.
Wat zegt dat dan over de methodes van die universiteiten?
Betz: Tja… Dat ze op een slechte manier aan wetenschap doen. De metingen waren misschien wel juist, maar de conclusies waren niet gerechtvaardigd. Ik kan ook een stelling poneren die positief uitvalt: ‘In huizen met oneven nummers zijn meer echtscheidingen. En ik heb daar wetenschappelijke bewijzen voor: in straat X en straat Y klopt die stelling.’ Maar dat is niets anders dan ‘kersen plukken’: louter toeval! Je moet naar alle straten kijken, of minstens naar een voldoende groot aantal. Als je het geheel bekijkt, is er geen enkel verband.
De enige manier om met de geneeskunde uit de middeleeuwen te raken, is een behandeling testen op twee groepen. De ene groep krijgt het middel dat je wilt testen, de andere een middel zonder effect. De proefpersonen weten natuurlijk zelf niet wat ze krijgen. En nadien vergelijk je de resultaten.
‘Normale’ dokters gebruiken ook wel eens een placebo. Maar als je steeds aan iedereen neppillen geeft, dan is er toch iets grondig fout?
Als heel jonge dokter zijn mijn ogen opengegaan, nadat ik had deelgenomen aan zo’n experiment. Op verzoek van een medisch vertegenwoordiger moest ik de werking van een nieuw zuigtablet tegen keelpijn uittesten. Aan de helft van de patiënten gaf ik het middel in kwestie, aan de andere helft een middel waar niks in zat. Uiteraard wisten die mensen dat ze deelnamen aan een experiment. Na enkele dagen kwamen negen op de tien patiënten terug met de volgende boodschap: ‘Formidabel! Ik ben nog nooit zo rap van mijn keelpijn verlost geweest.’ Conclusie: er was toevallig een virusje in omloop dat in twee dagen genas.
Is er in dat geval geen sprake van een placebo-effect? En is daarop de werking van homeopathie niet gebaseerd?
Betz: Jawel, en soms zeggen mensen: ‘Er is toch niets mis mee als het placebo-effect werkt?’ Kijk, ‘normale’ dokters gebruiken ook wel eens een placebo. Maar dan voor patiënten die eigenlijk kerngezond zijn. Die krijgen dan soms een neppil, om hen te genezen van hun stress of denkbeeldige ziekte. Maar als je steeds aan iedereen neppillen geeft, dan is er toch iets grondig fout? Dan hoef je ook niet gestudeerd te hebben, toch?
Voor alle duidelijkheid: een placebo-effect geneest niet! En al helemaal geen ernstige ziekten. Het zorgt er alleen voor dat je jezelf even goed voelt. Maar heb je daar überhaupt pillen voor nodig? Het is gewoon een kwestie van instelling. Als de mensen hun ziekte kunnen aanvaarden en ze kunnen ermee leven, dan voelen ze zich vaak echt beter. Ooit hoorde ik op de radio een man vertellen: ‘Sinds ik een homeopathisch middel neem, is mijn astma veel beter.’ Maar om de drie woorden hoorde je zijn adem vreselijk piepen. Hij trok het zich gewoon minder aan!
Als we een ziekte hebben, en we nemen daar een middeltje tegen, dan zijn we van nature geneigd om te geloven dat we genezen dankzij dat middel. Maar het zou ook kunnen dat we gewoon onszelf hebben genezen ondanks dat middel. Die miljoenen mensen die antibiotica nemen tegen een verkoudheid, hadden evengoed een homeopathisch middel kunnen slikken of wijwater kunnen sprenkelen! Het effect is hetzelfde, namelijk nihil.
Als ik een verkoudheid of een bronchitis heb, dan neem ik meestal helemaal niets in. Het gaat bijna altijd vanzelf over. Persoonlijk houd ik het liever op het glas rode wijn dat ik dagelijks drink.
Er zijn toch natuurlijke middelen die wel degelijk geneeskundige krachten hebben?
Betz: Uiteraard! In de loop van de jaren heeft de geneeskunde medicijnen gemaakt van de natuurlijke middelen die effectief werken. Alles wat niet werkte, werd in de afvalbak gekieperd. Wel, de alterneuten – zo noem ik al die alternatieve therapeuten – gaan in die afvalbak rommelen en halen er van alles uit.
Kruidengeneeskunde is echter nog iets anders dan homeopathie. Homeopathie gebruikt ook soms plantaardige bestanddelen als basis, maar net zo goed dierlijke, menselijke of scheikundige dingen. En zoals ik al uitlegde, zit er bij homeopathie niets meer in. Heel wat kruiden daarentegen werken wel degelijk. Denk maar aan opium, tabak, koffie, marihuana en cocaïne. Echinacea, waarvan wordt aangenomen dat het de weerstand verhoogt, werkt dan weer hoegenaamd niet, en al zeker niet in homeopathische verdunningen. Integendeel, het veroorzaakt vaak allergische reacties.
Zelfs al zijn veel kruiden geneeskrachtig, toch sta ik ook sceptisch tegenover kruidengeneeskunde. Van traditionele geneesmiddelen weten we precies wat erin zit en hoeveel. Die medicijnen zijn aan allerlei strenge normen en controles onderworpen. Maar dat geldt niet voor de kruidenmiddeltjes. Zijn de kruiden in de zomer of de herfst geoogst, zijn ze goed of slecht gedroogd, lang of kort in alcohol geweekt, welk deel werd gebruikt, de bladeren of de wortel? De verbruikersvereniging heeft dat ooit aangetoond met knoflookpillen: in de ene soort zat veel te veel, in de andere zat helemaal niets. Je weet dus nooit zeker wat er precies in die kruidenmiddeltjes zit. Iedereen kan als het ware zijn gras maaien en van al het snoeiafval pilletjes draaien.
Je kunt in Europa geen broodrooster kopen, of die is uitvoerig getest en krijgt allerlei certificaten toegekend. Voor alles zijn er regeltjes en veiligheid gaat voor alles. Behalve voor de alternatieve geneeskunde. Heel merkwaardig vind ik dat.
Waarom treedt het gerecht daar niet tegen op?
Betz: De inspectie heeft te veel werk en te weinig personeel. Ik ben jaren lid geweest van de provinciale commissie van het ministerie van Volksgezondheid, waar onwettige uitoefening van de geneeskunde aan bod komt. Soms kregen wij klachten die wij doorgaven aan het gerecht. Maar die zaken werden vaak geseponeerd. Zolang er geen doden vallen… En wie weet laat die magistraat zelf met zijn tenen draaien, of is zijn vrouw een diehardhomeopathiefanate?
Wat homeopathie betreft: die geneeswijze is niet erkend door de staat. Maar als een geregistreerde arts zijn patiënten wil genezen door hun geschud water te geven, dan mag dat. Een dokter is vrij in zijn keuze van middelen. En als er geen slachtoffers vallen, dan wordt hij met rust gelaten. In het andere geval kan hij tot de orde geroepen worden door de orde der geneesheren of door de rechtbank. Hetzelfde geldt trouwens voor zelfverklaarde paranormale charlatans. Daar wordt ook amper tegen opgetreden.
Slotvraagje: hoe verklaart u het succes van homeopathie?
Betz: Ten eerste: de basistheorie klinkt heel aannemelijk en logisch. Ik ben er tenslotte zelf ook in getuind! Je kunt zo’n boek kopen, zelf doktertje spelen en het gevoel hebben dat je de zaken zelf in de hand hebt. Ten tweede is het tegenwoordig erg in de mode om te kiezen voor groene, natuurlijke en onbespoten middelen. Een van de meest verkochte middelen tegen griep is op dit moment oscillococcinum. Homeopathische bolletjes met niets erin.
Het is ook bon ton om ‘tegen de industrie’ te zijn. Maar de homeopathie is zelf ook een industrie! Een industrie die bovendien fortuinen verdient, want ze vult haar middeltjes met … niets.
Kijk, mensen verwijten SKEPP – en mij in het bijzonder – wel eens dat we de homeopathie bevechten. Maar dat klopt niet. Als iemand graag geschudde, gemalen kakkerlakken (Blatta Orientalis) slikt, dan hebben wij daar niets op tegen. We willen de verkoop van geschud water niet verbieden, net zomin als we wijwater zouden willen verbieden. We vinden het alleen niet kunnen dat mensen zouden beweren dat je met wijwater kanker kunt genezen.
Waarom hebben homeopathische middeltjes ooit een erkenning gekregen van Europa? Omdat ze beweerden geen medicijnen tegen specifieke ziekten voor te schrijven, zoals de traditionele geneeskunde dat doet. ‘Wij kiezen voor elke individuele persoon, naargelang zijn beeld, wat hij nodig heeft’, luidt het. Dus mogen ze middeltjes waar niets in zit toch medicijn noemen, op voorwaarde dat ze geen enkele bewering maken over enige ziekte of klacht. Daar is op zich niets verkeerd mee. Een pastoor zegt ook soms dat hij voor jou gaat bidden!
We willen de verkoop van geschud water niet verbieden, net zomin als we wijwater zouden willen verbieden. We vinden het alleen niet kunnen dat mensen zouden beweren dat je met wijwater kanker kunt genezen.
Het probleem is dat daaruit een leugenachtige industrie is gegroeid die via de apotheken homeopathische middelen verkoopt met toch een specifieke indicatie. Doe de proef maar eens bij je apotheek: als je een homeopathisch middeltje vraagt voor de nieren, de prostaat of het hart, dan haalt zo’n apotheker meteen een concreet product uit de rekken, zonder navraag naar je ‘beeld’! En dát is consumentenbedrog, want tot op heden is nog nooit bewezen dat homeopathische middelen effectief werken.