De week vloog voorbij. Voor Lucy het in de gaten had, was het al zaterdag. ’s Ochtends deed ze gauw haar boodschappen en na afloop reed ze snel door naar haar ouders, die in een klein dorpje een halfuurtje verderop woonden.
Ze kon goed met hen opschieten, hoewel dat vroeger wel anders was geweest. Haar vader was van het begin af aan tegen haar relatie met Arjan geweest en had tevergeefs geprobeerd haar op andere gedachten te brengen toen ze aankondigde dat ze gingen samenwonen. Ze was destijds net negentien en dolverliefd op de zes jaar oudere knappe vrijbuiter die beweerde zijn vrijheid graag voor haar te willen opgeven.
Het sprookje had niet lang geduurd. Al snel was ze erachter gekomen dat Arjan er heel andere ideeën over samenwonen op nahield dan zij. Het kwam erop neer dat hij gewoon zijn vrije leventje met zijn vrienden in de kroeg voortzette, terwijl zij voor het huishouden zorgde en de financiën in evenwicht probeerde te houden. Het had iets langer gekost om in te zien dat ze hem ondanks al haar pogingen nooit zou kunnen veranderen. Hun relatie was steeds slechter geworden, ook al omdat Arjan zich bijna dagelijks bedronk met alle ruzies, ontrouw en bitterheid die daarbij hoorden.
Trots en koppig als ze was, had Lucy zo lang mogelijk de schijn opgehouden. Bij haar ouders wilde ze niet aankloppen. Om problemen te vermijden kwam ze steeds minder bij hen over de vloer, maar ondanks dat was er toch veel wrijving geweest. En niet alleen met haar ouders. Ook haar twee jongere zussen, Lisa en Maureen, leverden regelmatig commentaar op Lucy’s relatie.
De enige bij wie ze in die periode steun vond, was haar tante Agnes geweest, een jongere zus van haar vader. Dankzij haar had Lucy uiteindelijk de moed gevonden om haar vergissing toe te geven en een einde te maken aan de uitzichtloze relatie. Daarna was de band met thuis gelukkig weer wat beter geworden. Haar ouders hadden haar met open armen ontvangen, blij dat hun rebelse dochter eindelijk verstandig was geworden. En Lisa en Maureen waren inmiddels zo druk met hun eigen relaties, dat ze geen tijd meer hadden voor andermans problemen.
Maar die periode lag gelukkig alweer ver achter haar, dacht Lucy terwijl ze met haar autootje de straat inreed waar haar ouders woonden. Haar moeder was een paar maanden geleden tijdens een fietstochtje lelijk gevallen. Lopen en fietsen ging haar nog steeds slecht af en Lucy had er een gewoonte van gemaakt om tegelijk met haar eigen zaterdagse boodschappen ook het boodschappenlijstje van haar ouders af te werken. Opgewekt parkeerde ze haar auto voor het grote vrijstaande huis en opende de achterbak om de boodschappen te pakken. Ze glimlachte toen ze het gordijn in de woonkamer zag bewegen. Haar moeder stond zoals elke week al op de uitkijk.
Toch duurde het nog even voor de deur openging en het lachende gezicht van Jannie de Ruiter om het hoekje keek. “Dag lieverd, kom gauw binnen, ik verwachtte je al.”
Achter haar nog steeds moeilijk schuifelende moeder aan liep Lucy naar de grote woonkeuken. Haar vader zat aan de keukentafel op zijn gemak z’n krantje te lezen.
Hij knikte zijn oudste dochter hartelijk toe. “Dag meisje, fijn je weer te zien. Hoe gaat het? Druk zeker?”
“Hallo, pap.” Lucy zette de boodschappentas op tafel en drukte een kus op zijn grijzende haar. Ze woelde er even plagend met haar hand doorheen omdat ze wist dat hij dat niet leuk vond. “Ja, het was inderdaad een beetje druk afgelopen week. En vandaag heb ik ook niet veel tijd, want ik moet zo naar het theater.”
“Jullie hebben een dansfestival, hè?” vroeg haar moeder terwijl ze de boodschappen uit de tas haalde. “Ik heb het in de krant gelezen. Countrydansen.” Ze wendde zich tot haar man. “Je weet toch wel wat ik bedoel, Karel? Het stond uitgebreid in de krant. Ik heb het je van de week nog voorgelezen. Nel van de Berg gaat er ook heen. Die schijnt al jaren lid te zijn van zo’n dansgroepje. Ze heeft mij destijds wel eens uitgenodigd om mee te gaan, maar ja, toen kreeg ik dat ongeluk en is het er nooit van gekomen.”
“Dacht je nu echt dat ik dat allemaal onthoud?” Karel de Ruiter keek zijn vrouw hoofdschuddend aan. “Als ik me alles moet herinneren wat jij me vertelt, zou ik helemaal gek worden. Jij kletst de hele dag door, en het gaat nergens over.”
“Alsof jij altijd van die interessante verhalen vertelt,” mopperde Jannie beledigd. “Maar o wee, als ík eens wat vergeet. Dan is het huis te klein.”
Lucy was het goedmoedige gekibbel van haar ouders wel gewend. Ze konden uren doorzagen over iets onbelangrijks. Blijkbaar was dat voor hen de ideale manier om hun huwelijk in stand te houden. Het werkte in ieder geval wel, want vorig jaar hadden ze hun vijfentwintigste huwelijksdag uitgebreid en stralend van geluk met het hele gezin gevierd.
“Lieverds, ik ga er weer snel vandoor,” kondigde ze haastig aan. “Een ander keertje kom ik wel uitgebreid kletsen, maar vandaag heb ik nog een heleboel andere dingen te doen.”
En dan zal ik jullie de volgende keer wel vertellen dat het uit is met Gerben, voegde ze er in gedachten een beetje schuldig aan toe. Ze voelde er weinig voor om onderworpen te worden aan het kruisverhoor dat ongetwijfeld op haar mededeling zou volgen. Gerben was in de ogen van haar ouders een heel wat betere keuze dan Arjan en de verbroken relatie zou beslist een hoop commentaar uitlokken. Iets waar Lucy op een dag als vandaag niet op zat te wachten. Ze gaf haar moeder een zoen op haar wang, woelde nog een keer door haar vaders haar en maakte zich snel uit de voeten.
Eenmaal weer thuis borg ze eerst haar eigen boodschappen op. Daarna haalde ze nog vlug een stofzuiger door de flat voor ze haar tas pakte om naar het theater te gaan. Officieel hoefde ze pas aan het eind van de middag aanwezig te zijn, maar het leek haar leuk om alvast een beetje van de sfeer te proeven. Er zouden demonstraties worden gegeven door dansgroepen uit de wijde omgeving, het plein voor het theater zou vol staan met marktkraampjes in country- en westernstijl en het geheel zou worden opgeluisterd door een aantal straatmuzikanten.
Al met al beloofde het een gezellig festijn te worden, ook al omdat het weer helemaal meewerkte. Het was een heerlijke septemberdag, met een lekker zonnetje en weinig wind, en toen Lucy tegen drie uur op het theaterplein arriveerde, was het er al behoorlijk druk. Nieuwsgierig slenterde ze langs de vele kleurige kraampjes die op het plein stonden opgesteld.
Ze keek haar ogen uit. Er waren stands met prachtig geborduurde westernoverhemden, zwierige rokken, leren jassen en vestjes en natuurlijk ontelbare cowboyhoeden en -laarzen. Andere kraampjes boden leren riemen en prachtige sieraden aan. Eén stand hing vol met dreamcatchers, handgemaakte tere mobiles van veertjes, kralen en draden, die volgens de verkoopster tijdens de nacht bescherming zouden bieden tegen enge dromen. Lucy was er helemaal weg van en kocht er eentje als cadeautje voor haar pasgeboren nichtje.
Bij een andere stand kocht ze een leren halsveter die dichtgetrokken werd met de zilveren kop van een adelaar. De flink uit de kluiten gewassen standhouder, gekleed in een felblauw zijden overhemd met franje en met een gigantische witte cowboyhoed op zijn hoofd, vertelde haar dat ze zich zojuist een bolo tie had aangeschaft. Hij legde uit dat het een soort stropdas was die in het Wilde Westen gedragen werd door ‘gentlemen cowboys’ als ze een avondje gingen stappen in de plaatselijke saloon.
Lucy moest lachen om het enthousiasme waarmee hij zijn waren aanprees en liet zich zelfs overhalen tot de impulsieve aanschaf van een prachtig geborduurde witte bloes, die volgens de standhouder door de vrouwen van een indianenreservaat in Arizona was gemaakt.
Tevreden met haar aankopen liep ze de hal van het theater binnen. Ook daar was het een drukte van belang. Vanuit de grote zaal kwamen flarden countrymuziek, stampende laarzen en Rawhide-achtige kreten haar tegemoet. Glimlachend wurmde ze zich door de mensenmassa heen naar haar kantoortje, waar ze de nieuw gekochte spulletjes in een kast wegborg. Daarna ging ze op zoek naar Leo, die ongetwijfeld ergens in het gebouw zou rondlopen.
Ze vond hem in het theatercafé, waar hij met een groepje dansleiders het programma van de demonstraties voor na de pauze aan het doornemen was. Zijn gezicht klaarde helemaal op toen hij haar binnen zag komen.
“Lucy! Dat komt mooi uit,” riep hij meteen. “Kun jij dit alsjeblieft van me overnemen? Er schijnt een probleem te zijn met de catering en Fiona is in alle staten. Ik moet echt onmiddellijk naar haar toe, voor het achter het buffet helemaal uit de hand loopt.”
Lucy moest inwendig lachen. Zo ging het nu altijd. Officieel hoefde ze hier op dit tijdstip helemaal niet te zijn, maar als ze er dan toch was, wist Leo haar altijd wel voor iets te strikken. “Geef maar hier,” zei ze en stak haar hand uit om de mapjes die hij in zijn handen had over te nemen. Het waren gedetailleerde draaiboekjes die in principe alleen maar uitgedeeld hoefden te worden. Alles wat de dansleiders moesten weten stond erin. Dat wist ze zeker, want ze had ze twee dagen geleden zelf gemaakt.
“Dit, dames en heren, is Lucy de Ruiter, mijn persoonlijke assistente,” stelde Leo haar haastig voor. “Zij weet veel beter dan ik hoe het allemaal in elkaar zit, dus ik laat u in goede handen achter. Voor straks wens ik u allemaal veel succes en ik zie u aan het eind van de middag graag hier in het café terug voor een afscheidsdrankje. Tot dan!” Hij liep met grote passen weg, het aan Lucy overlatend om de draaiboekjes uit te delen en eventuele vragen te beantwoorden.
Die middag kwam ze er achter dat linedansen heel wat leuker en zeker ingewikkelder was dan ze altijd had gedacht. Gefascineerd bekeek ze een paar flitsende demonstraties en toen een van de dansleidsters het publiek uitnodigde om mee te doen aan een kleine workshop, stapte ze eigenlijk zonder erover na te denken de dansvloer op.
Onwennig stond ze tussen een heleboel al even onwennige dames en een enkele man in. Op de muziek van een opzwepende countrysong deed ze haar uiterste best om de ogenschijnlijk zo makkelijke danspasjes in de juiste volgorde mee te doen. Het vergde veel concentratie en ze was dan ook heel trots op zichzelf toen ze na tien minuten haar eerste countrydans aardig onder de knie had. De volgende ging haar ook nog redelijk af, maar bij de laatste dans gaf ze het op. Ze had het gevoel dat ze geen twee, maar wel zes benen had die allemaal met elkaar in de knoop zaten.
Gelukkig was ze niet de enige die er moeite mee had, zag ze om zich heen toen ze zich bezweet en lachend uit de workshop terugtrok. Het was inmiddels al bijna half zes geworden en ze moest dringend aan het werk. Over een uurtje zou de countryband arriveren. Ze had nog net tijd om zich in de artiestenkleedkamer even op te frissen en zich te verkleden.
Speciaal daarvoor had ze van huis een nette zwarte broek en een topje met daarover een zakelijk uitziende donkerpaarse satijnen blazer meegebracht. Het was een outfit die uitstekend paste bij haar functie als gastvrouw, maar na alles wat ze die middag had gezien, zou ze wel erg uit de toon vallen tussen al die in westernstijl geklede mensen. Ineens schoot haar de indianenbloes te binnen. Natuurlijk, ze kon ook gewoon haar spijkerbroek aanhouden en die combineren met haar spontane aankoop van die middag.
Snel haalde ze het plastic tasje uit de kast tevoorschijn en toen ze zichzelf even later voor de spiegel in de kleedkamer bekeek, glimlachte ze tevreden. De eenvoudige doorknoopbloes was gemaakt van witte katoen, had een lage boothals die haar schouders grotendeels vrij liet en een strak model dat haar bovenlijf perfect omsloot. De hals was afgezet met een kleurige geborduurde rand, net als de voorbies en de onderrand van de wijde mouwen. Het stond prachtig bij de strakke zwarte spijkerbroek die ze aan had.
Ze zag er opeens hartstikke sexy uit, dacht ze spottend, terwijl ze snel haar ogen zwaarder opmaakte dan normaal en haar lippen inkleurde met een oranjerode lippenstift. Als Gerben haar zo zag, zou hij haar nauwelijks herkennen. Onbewust had ze zich de laatste tijd in haar kledingkeuze aangepast aan zijn degelijke en vaak wat ouderwetse smaak. Ze wist dat hij een hekel had aan make-up en opvallende kleding, en hoewel hij nooit met zoveel woorden had gezegd dat ze dat niet mocht dragen, had ze zich automatisch aangepast. Dat zat nu eenmaal in haar aard. Vroeger, met Arjan, had ze dat ook al heel sterk gehad. Ze was zelfs een tijdje punker geweest, alleen maar omdat hij dat zo leuk vond.
Eigenlijk, bepeinsde ze, terwijl ze een laatste kritische blik in de spiegel wierp, eigenlijk was ze net een kameleon. Die paste zich ook altijd aan zijn omgeving aan. Misschien werd het hoog tijd om daar eens mee te stoppen. Om zich niets aan te trekken van haar omgeving, maar gewoon te doen wat ze zelf leuk vond.
Ze trok een grimas. Ja, dat zou ze best willen. Het probleem was alleen dat ze geen idee had wat ze leuk vond. Haar leven bestond uit werken, haar flat op orde houden en een incidenteel avondje stappen met een vriendin. Verder had ze het altijd af laten hangen van de mannen met wie ze op dat moment omging. Van Arjan, van Gerben en de paar oppervlakkige relaties die ze tussen die twee in had gehad. Het resultaat was dat ze niet eens meer wist wat ze zelf leuk vond.
Met een diepe zucht wendde ze zich van de spiegel af. Waarom koos ze altijd van die ongelukkige momenten uit voor dit soort overpeinzingen? Ze had helemaal geen tijd om aan zichzelf te denken, niet met een drukke avond werken voor de boeg. De band kon elk moment arriveren en dan moest ze wel klaarstaan. Aan zichzelf werken kwam wel een keer in haar eigen tijd.
Haastig repte Lucy zich de kleedkamer uit.
