HOOFDSTUK 10
Met zijn handen in zijn broekzakken en zijn lange benen voor zich uitgestrekt, zat hij op de bank. Hij keek op toen ze binnenkwam en tikte op bevelende manier op de bank naast zich. Hij keek haar met een raadselachtige blik aan.
Cassie herinnerde zich wat er de vorige avond was gebeurd toen ze naast hem was komen zitten en ze ging dus in een andere komfortabele stoel zitten. Ze zag dat hij even zijn wenkbrauwen fronste omdat ze ongehoorzaam durfde te zijn. ‘Goed, Elliott,’ zei ze koeltjes, ‘waar wilde je met me over praten?’
‘Ik dacht dat je dat wel had begrepen,’ antwoordde hij.
‘Als je soms die scène van daarnet bedoelt, dan zou ik het op prijs stellen als ik daarvoor een verklaring van je kreeg.’ Het kostte haar moeite, maar ze dwong zich om koel en zelfs was geamuseerd te lijken.
‘Wat wil je daarover weten?’ vroeg Elliott met een ondoorgrondelijk gezicht.
‘Je zou me kunnen vertellen wat Jules hier vanmorgen kwam doen.’
‘Dat heb ik je al gezegd. Hij kwam verslag uitbrengen over zijn reis naar Marseille.’
‘Die jij had geregeld.’
‘Zeker,’ knikte hij. ‘Ik zei toch al dat het een leerzame ervaring voor hem zou zijn. Als hij in zijn vak iets wil bereiken, zal hij nog heel wat moeten leren.’
‘En ik veronderstel dat hij de mensen die voor kliënten moeten spelen, hebt betaald om zoveel mogelijk moeilijkheden te veroorzaken, zodat Jules pas laat terug zou zijn en niet meer naar mij toe kon komen,’ viel ze heftig uit. ‘Je wilde vrij spel hebben, niet?’
‘Ook dat klopt,’ gaf hij kalm toe. ‘Daartoe had je me niet in staat geacht, wel? En ik hoefde die mensen niet eens te betalen, het waren vrienden van me.’
‘Je hebt nuttige vrienden, Elliott,’ lachte ze minachtend, ‘als ze bereid zijn een hele vrije dag voor jou op te offeren en te liegen en te bedriegen. Zou jij hetzelfde voor hen hebben gedaan?’
Ze zag dat hij een kleur kreeg. ‘Als ze dat soort hulp nodig zouden hebben gehad, misschien, maar dat is nu eenmaal niet het geval. En ze hadden trouwens het gevoel dat ze me een dienst moesten bewijzen.’ ‘Je hoeft ze helemaal niet te verontschuldigen,’ stoof ze op. ‘Maak je maar niet ongerust, van jou vrienden verwacht ik echt niet dat ze heiligen zijn want dat ben jij ook niet!’
‘Af en toe heiligt het doel de middelen.’
‘In dit geval ook?’
‘Dat dacht ik wel.’
‘En al die moeite was alleen maar bedoeld om Jules en mij uiteen te drijven?’
‘Ja.’
‘En was het de moeite waard, Elliott?’ vroeg ze liefjes. ‘Dat moet je me toch beslist vertellen. Ik verwacht niet dat je spijt of berouw zal tonen van hetgeen je hebt gedaan. Ik weet wel dat je denkt dat je onfeilbaar bent, maar was al die kuiperij de moeite wel waard?’
Hij keek haar peinzend aan. ‘Gisteravond dacht ik nog van wel,’ antwoordde hij, ‘maar nu ben ik er niet zo zeker meer van.’
Ze was door dat antwoord even van haar stuk gebracht maar ze herstelde zich snel. ‘Het doet me in elk geval plezier dat je je gisteravond blijkbaar wel met me hebt vermaakt,’ zei ze wreed. ‘Of was dat soms ook slechts een leugen om Jules jaloers te maken?’
‘O, je bent op dat gebied nog even ervaren als vroeger. Je weet hoe je een man tevreden moet stellen,’ antwoordde hij kalm. ‘Als het nodig mocht zijn, kun je altijd een aanbeveling bij me komen halen.’
‘Dank je, ik geloof niet dat het nodig zal zijn.’
‘Nee, er zijn al teveel mensen die bereid zijn je een fraai getuigschrift te geven. Je man telt dus niet eens meer mee, hè?’ vroeg hij tartend. Even leek het alsof er een verdrietige blik in zijn ogen kwam, dacht Cassie, maar dat moest ze zich hebben verbeeld.
‘Had je dan verwacht dat ik met jou nog rekening zou houden, als je zulke gemene streken uithaalt? Waarom heb je het trouwens gedaan? Betekende die ene nacht met mij zoveel voor je of was die nacht alleen maar meegenomen, omdat je volmaakt tevreden was over je plan mij van mijn vriend af te helpen?’
Hij zweeg even en de man die nooit om een antwoord verlegen was, scheen bij wijze van uitzondering na te denken over hetgeen hij wilde zeggen. ‘Ik wil niet dat het bij die ene nacht blijft,’ zei hij tenslotte. ‘Je hoort bij mij en niet bij Pinot of welke andere man ook. Je bent mijn vrouw!’
Daar zat de kneep dus, begreep Cassie. Ze had toch gelijk gehad. Hij beschouwde haar niet als een zelfstandig menselijk wezen, nee, ze was niets anders dan een van zijn eigendommen die hij tijdelijk was kwijtgeraakt. Hij had het de afgelopen vijfjaar eenvoudig te druk gehad met zijn werk, maar nu had hij de gelegenheid zijn eigendom terug te halen. Hij had niet geweten dat Jules nooit meer dan een gewone vriend voor haar was geweest, maar het had Elliott niets kunnen schelen of hij een verhouding dan wel een vriendschap verbrak.
‘Ik hoor helemaal niet meer bij jou,’ antwoordde ze. ‘Misschien vind jij me in bed goed genoeg, maar ik heb geen belangstelling voor je voorstel. Je wilde je wreken, niet? Je ontdekte dat ik voor je werkte en je verzon een manier om je te wreken, omdat ik je destijds heb durven verlaten. Dat moet een klap voor je trots zijn geweest!’
Zijn mond vertrok even alsof het hem moeite koste zich te beheersen. ‘Ik wil je terughebben, Cassandra,’ zei hij gesmoord. ‘Ik heb je nodig.’
‘Jij hebt mij nodig? Laat me niet lachen!’ riep ze smalend uit. ‘Waar heb je me precies voor nodig? Heb je bij Michèle een blauwtje gelopen?’
‘Ik wil Michèle niet. Na gisteravond heb ik mijn besluit genomen. Ik wil een vrouw en een gezin en jij bent mijn vrouw.’
Ze keek bedenkelijk. ‘Je meende dus watje gisteravond zei over een gezin en kinderen?’
‘Is dat zo vreemd? Het is toch hetzelfde wat de meeste mensen willen?’
‘Maar jij bent nu eenmaal niet zoals de meeste mensen, hè?’
‘Ik geloof dat ik, als ik er echt mijn best voor deed, wel een goede vader zou kunnen worden,’ antwoordde hij.
Ze schudde haar hoofd. ‘Zo denk je over alles. Je denkt maar dat je alles Kunt bereiken als je er erg je best voor doet, maar zo is het nu eenmaal niet. Jij hebt besloten dat je een huiselijk leven wilt hebben en ik veronderstel dat Michèle niets voor kinderen voelt of wellicht is ze niet bereid om op je te wachten terwijl onze echtscheiding wordt geregeld. Als de echtscheiding is uitgesproken en je weer vrij bent, zou je je nog kunnen bedenken en dan zou Michèle al haar kostbare tijd met wachten hebben verspild. Je bent dus op het idee gekomen dat je dan maar genoegen met mij moet nemen. Je schakelt de tegenpartij uit, neemt wraak op mij en dan ben je zo goed om me weer als je vrouw terug te nemen?’
‘Misschien.'
‘Goed, dat kun je dan gerust vergeten. Je hebt mijn relatie met Jules verbroken en ik hoop datje trots bent op je werk. Maar hij is tenslotte niet de enige man op de wereld. Er zijn nog wel anderen,’ beweerde ze uitdagend. ‘Als je me ontslaat, zal ik dat jammer vinden want ik heb prettig gewerkt bij het makelaarskantoor. Ik zal echter ook wel weer een andere baan kunnen vinden. Ik sterf nog liever van de honger voor ik bij jou terugkom!’
Hij kromp even ineen alsof ze hem in zijn gezicht had geslagen.
‘Heb je nog iets ter verdediging aan te voeren?’ vroeg ze minachtend.
‘Je zou toch niet naar me willen luisteren,’ antwoordde hij mat. ‘Nee, dan valt er niets meer te zeggen.’ Hij zag er opeens verslagen uit en zo had ze hem nog nooit meegemaakt. Het bracht haar even van haar stuk. Ze had blij moeten zijn omdat ze hem de baas was gebleken, maar ze had het eigenaardige gevoel dat die triomf niets meer voor haar betekende.
‘Eén ding nog,’ zei ze terwijl ze opstond en zich al naar de deur keerde om weg te gaan. ‘Je hebt de hoofdzaak vergeten. Als je in de toekomst nog eens met een vrouw iets begint, dan raad ik je aan dat niet te vergeten.’
‘Wat bedoel je?’ vroeg hij mat.
‘De liefde, Elliott! Je zult je wel voldaan hebben gevoeld toen je me gisteravond dwong je te zeggen dat ik van je hield!’
‘Meende je het dan niet?’
‘Op dat ogenblik zou ik alles hebben gezegd wat je maar wilde, alleen om je bij me te houden!’ Ze kon hem onmogelijk de waarheid zeggen. ‘Je moet weten dat ook vrouwen echt hartstochtelijk kunnen zijn, maar ik ben ervan overtuigd dat er in een huwelijk ware liefde nodig is om die hartstocht in stand te houden. Zonder liefde sterft die hartstocht en jij weet niet eens wat liefde is!’ legde ze uit.
Hij probeerde haar niet tegen te houden toen ze de deur opende. Zonder nog één keer naar hem om te kijken, liep ze de flat uit. Ze ging als verdwaasd de trap af en opende de deur van het flatgebouw. Ze was zo ongelukkig dat ze het lachende paar dat net binnenkwam, niet eens opmerkte.
Ze werd echter herkend, want ze voelde plotseling een hand op haar arm en ze hoorde een vriendelijke stem die haar vaag bekend voorkwam. ‘Ben jij niet Cassandra Grant?’
‘Cassandra Russell,’ verbeterde ze werktuiglijk. Ze keek op en zag een blonde vrouw voor zich, die haar, ook al waren ze nooit aan elkaar voorgesteld, maar al te bekend voorkwam. Het was de vrouw die ze jaren geleden in de flat van Elliott had gezien toen ze terug was gegaan om een verzoeningspoging te ondernemen.
‘Jij bent Liz,’ zei ze verdwaasd.
‘Dat klopt . en dit is Peter, mijn man.’
Cassie zag een grote man met een baard, die ongeveer even oud was als Elliott en die haar glimlachend aankeek. Ze mompelde vaag iets.
‘We wilden net Elliott gaan opzoeken,’ zei Liz en haar stem klonk bezorgd. ‘Ik wil me nergens mee bemoeien, maar is... hebben jullie alles nu uitgepraat?’
‘Ja, dank je,' antwoordde Cassie beleefd en opeens rolden de tranen over haar wangen. ‘Neem me niet kwalijk,’ zei ze gesmoord en ze boog snel het hoofd.
Ze voelde dat de man haar een zakdoek in de hand duwde die ze dankbaar aanpakte. Ze hoorde dat het paar zacht met elkaar fluisterde. ‘Luister eens,’ stelde Liz toen voor, ‘je hebt een kop koffie of iets sterkers nodig. Een eindje verderop is een café. Daar brengen we je heen.’ Ze stelde niet voor om naar de flat van Elliott te gaan, waarvoor Cassie haar dankbaar was.
Ze liet zich naar het café leiden dat op die tijd van de ochtend gelukkig bijna leeg was. Ze ging aan een tafeltje zitten en Peter verdween om iets te drinken te bestellen.
‘Voel je je nu wat beter?’ vroeg Liz en ze klopte Cassie troostend op haar arm.
‘Dank je,’ antwoordde Cassie met een beverige glimlach. ‘Ik weet gewoon niet wat me opeens bezielde. Het is anders echt niets voor mij om in het bijzijn van vreemden zo maar in tranen uit te barsten.’
Het andere meisje keek haar ernstig aan. ‘Maar we hebben elkaar toch al eens ontmoet, niet? Die keer in de flat, toen jij terugkwam om Elliott te spreken.’
‘Ja,’ knikte Cassie. ‘Hij noemde je Liz. Daarom herinnerde ik me je naam.’
‘Ik heb me sinds die dag erg schuldig gevoeld. Toen Elliott ons dan ook vertelde dat hij van plan was...’ Ze zweeg omdat Peter naar het tafeltje terugkwam.
‘Ik wist niet of je koffie of iets sterkers wilde hebben,’ zei hij glimlachend, ‘en ik heb het dus maar allebei meegebracht. Ik geloof wel dat het we allemaal kunnen gebruiken.’
Hij zette een glaasje cognac voor Cassie neer en zei dat ze het in één teug moest leegdrinken, wat ze dan ook braaf deed. Ze had inderdaad een borrel nodig en ze begon zich meteen wat beter te voelen.
‘Goed,’ knikte Liz voldaan toen Cassie zei dat ze ervan opknapte, ‘want we hebben je heel wat te vertellen.’
‘Over jou en Elliott? ’ Cassie keek even naar Peter maar hij scheen het niet vreemd te vinden dat zijn vrouw en Elliott in één adem werden genoemd. Had het andere meisje haar man alles bekend of was het soms gebeurd voor hij op het toneel was verschenen.
‘Ja.’ Liz zweeg even alsof ze zich afvroeg waarmee ze moest beginnen. Toen haalde ze haar schouders op. ‘Je herinnert je waarschijnlijk die dag toen je naar de flat kwam en mij daar aantrof onder omstandigheden die volgens jou nogal duidelijk waren?’
Cassie knikte. Die dag zou ze nooit vergeten.
‘Ik weet wel dat het eigenaardig leek, maar het was allemaal onschuldig. Peter was destijds ook bij me, maar hem heb je niet gezien.’
‘Begin maar liever bij het begin, liefje. Je brengt haar alleen maar in verwarring,’ drong haar man aan.
Ze trok een lelijk gezicht tegen hem maar ze begon opnieuw. ‘Ik denk dat Elliott je wel eens iets zal hebben verteld over zijn jeugd in dat kindertehuis. Goed, daar heb ik kennis met hem gemaakt. Ik was destijds negen en een nogal lastig kind. Ik was al bij pleeggezinnen geplaatst, maar om verschillende redenen liep het altijd mis en ik begon te oud te worden om nog in aanmerking te komen voor adoptie. Mensen die een kind willen aannemen, hebben het liefst een baby of een lieve peuter. Er zou moed voor nodig zijn om een meisje van negen te nemen dat er niet erg aantrekkelijk uitziet en bovendien bij alle pleeggezinnen lastig is. Elliott kwam ook niet in aanmerking voor adoptie.’
‘Dat weet ik,’ antwoordde Cassie snel. ‘Zijn moeder wilde hem niet laten adopteren.’
Hij was wat ouder dan ik, maar we hebben veel gemeen. We hadden allebei behoefte aan geborgenheid en liefde en ik veronderstel dat we dat bij elkaar hebben gevonden. We beloofden elkaar niet uit het oog te verliezen als we het tehuis zouden verlaten en dat is dan ook gebeurd. Ik schrijf echter niet graag brieven en Elliott had het te druk met zijn zaken. Opeens kreeg ik echter een brief van hem, waarin hij me schreef dat hij de ware vrouw had gevonden en dat hij met haar was getrouwd.’
‘En hij nodigde je niet voor de bruiloft uit?’ vroeg Cassie verwonderd.
‘Nee, dat hoefde niet, want ik werkte destijds als verpleegster in Singapore en ik had dus toch niet kunnen komen. Elliott schreef echter wel, dat ik hem moest komen opzoeken zodra ik weer in Londen was, want dan zou hij me aan zijn vrouw voorstellen.’
‘Hij heeft nooit met één woord over jou gesproken.’
‘Hij zal wel andere dingen aan zijn hoofd hebben gehad,’ lachte Liz. ‘Uit alles wat hij me heeft verteld, maakte ik op dat hij te gek op je was om ook maar aan iets anders te kunnen denken. Hij was werkelijk in de zevende hemel. Intussen had ik echter ook groot nieuws voor hem.’ Ze keek even glimlachend naar Peter. Cassie zag wel dat ze dol op haar man was. ‘Peter werkte als arts in Singapore en we beseften dat we goed bij elkaar pasten. We zijn daar dan ook getrouwd en ons eerste verlof werd onze huwelijksreis. We dachten dat we jullie maar met ons grote nieuws moesten verrassen en misschien konden we bij jullie logeren, zodat we elkaar allemaal wat beter konden leren kennen. Ik had Peter alles over Elliott verteld.’
Het begon Cassie langzamerhand te dagen en ze vermoedde al wat ze nu te horen zou krijgen.
‘Elliott was erg blij toen hij ons zag,’ ging Liz door, ‘maar ik merkte wel dat er iets mis was. Ik hoorde hem uit en kwam alles over jullie ruzie te weten en over het feit dat je hem had verlaten. Hij was verslagen. Het heeft me veel tijd en moeite gekost om hem een beetje op te beuren en hem ervan te overtuigen dat er voor hem nog altijd hoop bestond, als hij alles maar op de juiste manier aanpakte.’
‘Meen je dat? Elliott...?’ Cassie kon het nauwelijks geloven.
Liz keek haar scherp aan en knikte. Ze begreep haar wel. ‘Hij maakt misschien de indruk dat hij onkwetsbaar is en in zaken is hij dat wellicht ook, maar wat zijn gevoelens betreft, voelt hij zich altijd snel gekrenkt.’
‘Toen ik hem ontmoette, had hij toch niet bepaald als een monnik geleefd,’ protesteerde Cassie.
‘O, er waren vrouwen genoeg in zijn leven geweest, maar hij papte net zo makkelijk met ze aan als hij ze weer in de steek liet. Het deed hem nooit echt iets, al werden die vrouwen vaak werkelijk verliefd op hem. Maar jij was anders!’
‘Ik begrijp het.’
‘Toen jij hem in de steek liet, wist hij voor het eerst in zijn leven niet wat hij moest beginnen.’
Peter maakte het verhaal van zijn vrouw af. ‘Hij stond erop dat we in de flat bleven logeren en hij wilde niet eens luisteren toen we zeiden dat we naar een hotel wilden gaan. Hij ging zelf in de logeerkamer slapen en stond het grote bed in jullie kamer aan ons af.’
‘Dus toen ik Liz onze slaapkamer zag ingaan...’
‘Veronderstelde je meteen het ergste,’ lachte Peter. ‘Je moet weten dat we ons toen net verkleedden omdat we zouden uitgaan.’
Cassie keek hem verbluft aan. ‘Het leek allemaal zo duidelijk,’ zei ze, ‘en Elliott heeft het me nooit uitgelegd.’
‘Daar heb je hem toch niet de kans toe gegeven, wel?’ vroeg Liz. ‘Toen hij later probeerde weer met je in kontakt te komen, werden zijn brieven ongeopend teruggestuurd en als hij opbelde, wilde je niet eens aan de telefoon komen. Een man heeft tenslotte ook zijn trots nog en Elliott heeft meer trots dan wie ook.’
‘Brieven? Telefoontjes?’ Cassie keek haar verwonderd aan. ‘Daar heb ik nooit iets van afgeweten.’ Opeens begreep ze alles. Haar moeder had er ongetwijfeld voor gezorgd dat ze niets over die brieven en telefoontjes te weten kwam. De antipathie van Elliott en haar moeder was wederzijds geweest. Mrs. Russell had duidelijk laten blijken hoe blij ze was dat het huwelijk van Cassie was mislukt.
‘Dat klinkt alsof er iets mis moet zijn gegaan,’ stelde Liz vast. ‘Hij heeft van alles geprobeerd, maar toen hij niet met jou in kontakt kon komen, moest hij wel aannemen dat je niets meer om hem gaf en hij hield dan ook op met zijn pogingen. Hij begroef zich helemaal in zijn werk. We maakten ons ongerust over hem. In die tijd waren we voorgoed terug in Engeland en we woonden niet ver van hem af, zodat we hem tenminste een beetje in het oog konden houden.’
‘Hij zal toch wel vriendinnen hebben gehad!’
‘O ja, maar het was nooit serieus. We hadden het gevoel dat hij jou niet kon vergeten, hoewel we hem telkens vertelden,’ het andere meisje keek Cassie wat verlegen aan, ‘dat hij je beter kon vergeten. Toen hij echter hoorde dat er een zekere Cassandra Russell werkte bij een van de filialen van het makelaarskantoor dat door Prospect Properties was overgenomen, was hij er niet vanaf te brengen dat hij moest ontdekken of jij dat was. Hij kwam naar ons toe en vertelde ons dat hij wel een uitvlucht zou bedenken om dat filiaal te bezoeken. Dan zou hij te weten komen waar hij aan toe was. Wij waren ook al van plan met vakantie hierheen te gaan en we boden hem dus onze hulp aan.’
‘Dus Jules is met jullie naar Marseille geweest?’
‘Ja, ik ben bang dat we het hem niet makkelijk hebben gemaakt,’ grinnikte Peter. ‘We moesten hem zo lang mogelijk uit de buurt houden om Elliott de kans te geven met jouw te praten en dat hebben we dan ook gedaan.’
‘Elliott had namelijk het een of andere plan gemaakt om jou terug te krijgen,’ legde Liz uit. ‘Hij vertelde niet hoe hij het wilde doen, maar ik... ik begrijp wel dat het is mislukt.’
‘Zeg dat wel,’ knikte Cassie met een wrange glimlach. ‘Had ik toch maar geweten dat hij zich alles zo had aangetrokken. Dat heeft hij me nooit verteld.’ Ze legde in het kort uit wat er was gebeurd. ‘Ik wilde hem uiteindelijk alleen maar kwetsen en ik ben bang, dat ik dat inderdaad heb gedaan,’ besloot ze.
‘En nu?’ vroeg Liz. ‘Wat ben je nu van plan?’
‘Ik kan maar één ding doen, hè? Ik moet teruggaan en alles rechtzetten,’ zuchtte Cassie. ‘We hebben allebei afschuwelijke dingen tegen elkaar gezegd. Ik kan alleen maar hopen dat het nog niet te laat is.’ Liz legde troostend even haar hand op de arm van Cassie. ‘Als je echt alles wilt rechtzetten, geloof ik niet dat het daar te laat voor zal zijn.’ Ze keek haar man lachend aan. ‘Wij blijven wel hier om eens te proeven wat voor wijn er in deze streek wordt gedronken, niet?’
‘We zullen drinken op het feit dat Elliott zijn huwelijksleven weer gaat hervatten,’ knikte hij.
Ondanks hun aanmoedigingen voelde Cassie zich nogal ongerust toen ze in het flatgebouw weer de trap opging en bij Elliott aanbelde.
Het duurde vrij lang voor de deur werd geopend en ze vroeg zich intussen al angstig af of hij soms weg was gegaan. Als hij nu eens had besloten om toch troost te zoeken bij Michèle? Peter en Liz hadden over haar geen woord gezegd...
Toen werd de deur geopend en Elliott stond voor haar. Hij keek haar aan met een blik alsof hij geest zag.
‘Mag ik binnenkomen?’ vroeg ze zenuwachtig.
Even leek het alsof hij dat wilde weigeren, maar toen deed hij zwijgend een stap opzij en ze liep langs hem heen naar de zitkamer. Ze vroeg zich af hoe ze met haar verklaringen moest beginnen. Hij volgde haar en bleef op de drempel staan.
‘Je hebt gehuild,’ stelde hij ruw vast.
‘Ja.’ Het had geen nut om dat met roodomrande ogen en een behuild gezicht te ontkennen.
‘Om Jules? Betekende hij dan zoveel voor je?’
‘Nee, hij betekende helemaal niets voor me.’ Ze keek hem onderzoekend aan maar hij reageerde niet.
‘Ik begrijp het,’ antwoordde hij alleen.
‘Ik heb die vrienden van je ontmoet, Liz en Peter. Ze zitten een eind verderop in het café. Ze vertelde me...’
‘Wat?’ vroeg hij pijlsnel.
Ze haalde eens diep adem. ‘Ze vertelden me dat je van me hield.’
‘Dat deed ik ook.’
Dat antwoord hielp haar ook niet verder. ‘En nu?’ vroeg ze. ‘Nu niet meer,’ antwoordde hij meteen. ‘Dat heb ik je een poos geleden al gezegd.’
‘Ik begrijp het,’ knikte ze. Door haar eigen dwaze gedrag had ze alles bedorven. Het kon hem allemaal niets meer schelen. Ze voelde dat er weer tranen over haar wangen rolden en ze veegde die met een driftig gebaar weg. Wat moest hij wel van haar denken.
‘Grote genade, Cassandra, wat doe je me aan?’ Hij stond al naast haar en nam haar zo stevig in zijn armen, alsof hij haar nooit meer los wilde laten.
‘O Elliott, ik hou van je, ik hou zoveel van je,’ snikte ze.
Hij drukte haar heftig tegen zich aan. ‘Weet je dan niet dat ik bijna gek van liefde ben?’
Zijn woorden drongen maar langzaam tot haar vermoeide brein door. Ze hief haar betraande gezicht naar hem op. ‘Maar je zei toch...’
‘Dat was slechts een soort haarkloverij om mijn trots te redden,’ gaf hij toe. ‘Ik beweerde dat ik niet meer verliefd op je was en ik geloof dat het waar was. Wat ik voor je voelde toen we net getrouwd waren, was misschien te idealistisch. Ik had genoeg vrouwen gekend en zelfs wel eens iemand ontmoet op wie ik verliefd dacht te zijn, maar toen ik jou eenmaal had leren kennen, betekenden al die vrouwen niets meer voor me. Je had me helemaal van mijn stuk gebracht.’
Ze glimlachte wat beverig. ‘Jij mij ook,’ bekende ze.
‘Ik was verliefd op je, dat wel, maar ik hield niet genoeg van je om ervoor te willen zorgen dat jij ook echt gelukkig was. Ik was niet bereid om ook maar iets toe te geven. Ik wilde het allemaal zoals ik me dat had voorgesteld, hè? En omdat ik nu eenmaal zelfzuchtig en koppig was, nam ik aan dat jij mij in alles graag mijn zin zou geven.’
‘Het moet een schok voor je zijn geweest, toen je ontdekte dat ik dat niet deed.’
Hij knikte. ‘Ik wist wel datje een eigen wil had, maar de gedachte was nooit bij me opgekomen dat je zo tegen me in opstand kon komen. Ik was razend!’
Hij tilde haar op en droeg haar naar de bank. ‘We zijn allebei erg dwaas geweest,’ gaf hij toe voor hij haar kuste. Ze sloeg haar armen om hem heen en was teleurgesteld toen hij zich uit haar omhelzing losmaakte.
Hij keek glimlachend op haar neer en ze bedacht dat ze die tedere blik in zijn ogen de laatste weken maar heel zelden had gezien. Wat zag dat strenge gezicht van hem er anders uit als hij zich ontspande!
‘Eerst de verklaringen, Cassandra,’ zei hij. ‘Anders krijgen we het te druk met andere dingen en dan hoor ik die verklaringen nooit meer!’
Ze hief verleidelijk haar hoofd naar hem op. ‘Weet je wel zeker dat je die verklaringen echt wilt horen?’ vroeg ze ondeugend.
‘Beslist,’ antwoordde hij maar het kostte moeite hem zijn blik van haar af te wenden.
Ze leunde gelukkig tegen hem aan. ‘Het enige dat van belang is, is dat ik van je hou en dat ik je bijna voor de tweede keer kwijtraakte omdat ik te trots was om je te vertellen wat ik voor je voelde. Ik dacht dat je niets meer om me gaf. Ik veronderstelde dat je verliefd was geworden op Michèle...’
Hij keek haar vermaakt aan. ‘Mijn plannetjes zijn dus niet allemaal mislukt. Het was mijn bedoeling dat je dat zou denken, dwaas kind!’
‘En je was dus niet verliefd op haar?’
‘Michèle Durand is een heel aantrekkelijke vrouw die een man nodig heeft die haar goed onder de duim houdt,’ antwoordde hij. ‘Als hij dat niet doet, loopt ze minder dan geen tijd over hem heen. Daar ben ik echter niet de geschikte man voor en dat heb ik tegenover haar dan ook wel laten doorschemeren. Ik ben bang dat ik niet voldoende belangstelling voor die dame kon opbrengen.’
‘Maar ze is echt mooi, uitstekend verzorgd en...’
‘En koud, keihard en berekenend,’ ging Elliott door. ‘Dat zijn geen eigenschappen die ik bij mijn vrouw wil aantreffen.’
‘Meen je dat?’
‘Moet ik je er dan nog van overtuigen dat ik beslist de voorkeur geen aan jouw charme?’ Hij boog zijn hoofd naar haar toe en het duurde even voor er weer iets werd gezegd. Hij snakte naar adem toen hij haar eindelijk losliet.
‘Ik was toch zo jaloers op haar,’ gaf Cassie toe.
‘Was jij jaloers? Wat dacht je dan van mij ? Ik kon Pinot wel verscheuren toen ik die avond in dat restaurant zag dat hij je hand vasthield. Wees maar blij dat ik dat toen niet heb gedaan.’
‘Nee, in plaats daarvan nam je wraak op mij!’
‘Kun je me dat soms kwalijk nemen?’
Ze schudde haar hoofd. ‘Ik veronderstel dat ik op mijn beurt probeerde jou jaloers te maken. Ik probeerde mezelf ervan te overtuigen dat ik je haatte en ik wilde je duidelijk laten merken dat ik geen zier meer om je gaf.’
‘Dat is je heel aardig gelukt,’ antwoordde hij. ‘Je hebt me bijna gek gemaakt! Ik bleef maar piekeren over al die andere mannen die je de afgelopen jaren moest hebben gekend, terwijl ik door jou in de steek was gelaten en afgewezen.’ Zijn blik werd triest bij de herinnering aan die tijd. ‘Ik was gewoon bezeten van je. Toen ik hierheen kwam had ik in het begin het krankzinnige idee dat ik me op jou wilde wreken. Ik wilde je terughebben, maar je zou eerst moeten boeten voor alles wat je mij had aangedaan. Zodra ik je echter maar zag, waren al die voornemens op slag verdwenen. Ik wist toen al dat het me niets meer kon schelen wat er ooit tussen ons was voorgevallen. Ik moest en zou je terughebben, maar daar voelde je niets voor, hè?’
Ze drukte haar gezicht tegen zijn wang. ‘Misschien toch wel, als jij je van het begin af aan niet had gedragen als zo’n woesteling.’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Ik was woedend. Toen besefte ik echter dat jij, ook al beweerde je dan dat ik niets meer voor je betekende, je nog steeds lichamelijk aangetrokken tot mij kon voelen. Dat merkte ik al die eerste keer toen ik je kuste.’
‘Ja,’ gaf ze toe, ‘ook al deed ik nog zo mijn best om toen niet te reageren.’
‘Ik hoopte dat het misschien een basis voor ons kon worden, dat we misschien op grond daarvan toch weer bij elkaar zouden kunnen komen, want ik moest en zou je terugkrijgen!’
‘En je besloot dus te beginnen met het uitschakelen van je tegenstander?’
‘Kun je me dat kwalijk nemen?’
Ze schudde haar hoofd. ‘Nee, dat geloof ik niet. Je zei me eens dat in de oorlog en de liefde elk middel was geoorloofd. Maar Jules heeft nooit iets bij me weten te bereiken, Elliott. Sinds ik jou had verlaten, zijn er tientallen mannen geweest die meenden wel een kans bij me te hebben, maar het werd nooit iets omdat ik me elke keer weer herinnerde wat er eens tussen jou en mij was geweest.’
Hij trok haar dicht tegen zich aan. ‘En al ging ik met de een of andere vrouw uit om jou op die manier te leren vergeten, dan moest ik juist aan jou denken!’
‘Ik zal nooit meer proberen je jaloers te maken,’ beloofde ze.
Hij glimlachte zelfverzekerd. ‘Je krijgt zelfs de kans niet meer om dat te proberen!’
Cassie herinnerde zich opeens iets dat Liz haar had verteld en ze keek Elliott aan omdat ze daarover met hem wilde praten. ‘Elliott, ik heb nooit geweten dat je me nog had geschreven. Mijn moeder...’
Hij vertrok boos zijn mond. ‘Ik had moeten weten dat zij er iets mee te maken heeft gehad!’
‘Ze was niet bijzonder op je gesteld.’
‘Ze had alleen maar een hekel aan me omdat ik jou van haar afnam,’ antwoordde hij kortaf. ‘Ik vrees echter dat ze wel aan de gedachte zal moeten wennen dat ik dat voor de tweede keer zal doen.’ Hij boog zijn hoofd en hij kuste haar weer lang.
Het leek een eeuwigheid te duren voor de stilte in de kamer weer werd verbroken. Na de lange kus waarbij Cassie de hele wereld om zich heen had vergeten, kwam ze met een schuldbewust gevoel tot de werkelijkheid terug, omdat ze zich opeens Liz en Peter herinnerde.
‘Ze zitten in het café op ons te wachten, Elliott. Ze zullen zich wel afvragen wat er intussen allemaal is gebeurd,’ zei ze tegen hem.
‘Ik veronderstel dat ze dat nu wel geraden zullen hebben,’ antwoordde hij. ‘En als ze dat niet hebben gedaan, zullen ze nog wat langer moeten wachten voor hun nieuwsgierigheid wordt bevredigd. We hebben namelijk nog heel wat in te halen,’ legde hij veelzeggend uit.
‘Maar, Elliott...’
Hij smoorde haar bezwaren met een kus.
Eindelijk hief hij zijn hoofd weer op. ‘Je hebt er toch geen bezwaar tegen?’ informeerde hij en hij trok zijn wenkbrauwen vragend op.
‘Helemaal niet,’ antwoordde ze.
Toen tilde hij haar op en droeg haar doelbewust naar de slaapkamer toe.