Hoofdstuk 16

 

 

 

Keely keek naar buiten en zag dat de grond en de horizon niet langer vlak waren, maar alarmerend kantelden. De wieken draaiden nog, maar de motor gaf geen geluid. Ze draaide als een tol in het rond en de grond kwam snel naderbij.

'Nee!' schreeuwde ze. 'Nee, alsjeblieft!' De helikopter dook en ze voelde dat de veiligheidsriem in haar buik drukte maar haar niet kon houden. Op het moment dat hij knapte, raakte haar hoofd met een misselijk makende klap de voorruit. Plotseling vocht ze tegen misselijkheid en pijn. 'Help me!' riep ze. Ze wist echter niet of iemand haar hoorde, zelfs niet of ze wel geluid had voortgebracht. 'Oh nee, alsjeblieft, nee!' Ze probeerde haar ogen te openen, maar het licht verblindde haar. Uit het licht dook een gestalte op.

'Mark!' Ze zag hem ,stralend trots en geruststellend. Hij was de glimlachende, ongekunstelde, uitbundige jongen die ze zich herinnerde. Zijn ogen lichtten op in blije verbazing, zijn glimlach was even vrolijk als altijd. Mark, schreeuwden haar gedachten. Je leeft. Hij had geen pijn, hij was geen naamloos skelet in een jungle aan de andere kant van de wereld. Zijn geest leefde in de wereld waarin ze met een smak was beland.

Was dat wel zo? Het licht werd vager, zijn beeld werd onscherp. Ze wilde iets tegen hem zeggen, maar hij wuifde monter en draaide haar de rug toe. Zijn beeld vervaagde langzaam, alsof hij terugging naar vanwaar hij gekomen was. Een reuze gordijn werd achter hem dicht getrokken en scheidde hen. De duisternis kwam naderbij; ze verloor het gevecht ermee. Ze verlangde naar de warmte en het licht van de plaats waar Mark verbleef.

De duisternis wilde niet wijken. Vlak voordat deze haar opslokte, besefte Keely met schrikbarende helderheid dat haar hart nu de vrede vond die het in geen jaren had gekend. In een oogwenk, hangend tussen twee werelden, had ze Marks dood gedeeld en mee ervaren. Nu kon ze hem begraven; nadat ze hem levend had gezien in het felle licht, kon ze zijn dood accepteren en hem laten gaan.

Met een zucht van overgave liet ze zich door de duisternis opslokken.

 

'Rustig maar, rustig blijven liggen. Nee, Miss Preston, blijft u liggen. Het is in orde. U bent in het ziekenhuis.'

Sterke maar zachte handen hielden haar schouders op het bed gedrukt, hoewel ze zich inspande om overeind te komen. 'Doe dat verband eens goed, Patsy, het is losgeraakt.' Terwijl de handen haar bleven vasthouden, friemelden een paar andere aan iets boven haar wenkbrauwen. 'Ze moet wakker worden. Miss Preston, wakker worden! Vooruit, doe uw ogen open en zeg iets.'

Ze deed moeite te gehoorzamen, maar haar oogleden leken wel van lood. De stemmen drongen tot haar door vanuit een dichte mist. Ze hielden aan, en ze bleef het proberen tot ze een lichtspleetje zag.

'Hallo, we dachten al niet dat u een vrolijke gast zou zijn. Gracie voelt zich gekrenkt als de patiënten niets tegen haar zeggen.'

'Dat klopt, zeker als de patiënt een beroemdheid is. Hoe voelt u zich?'

Het witte uniform van de verpleegsters deed pijn aan Keely's ogen. Er stak een thermometer onder Keely's tong en haar bloeddruk werd gemeten.

Waar... wanneer... hoe? De vragen stuiterden in haar hoofd, achterna gezeten door al de aanwezige pijn. Ze herinnerde zich de tollende helikopter en verzette zich opnieuw tegen de armen die haar vasthielden.

'Joe,' bracht ze hees uit. Ze herkende haar eigen stem niet eens. 'Joe.'

'Hij maakt het prima,' kreeg ze te horen. 'Hij heeft de helikopter net als altijd keurig op het parkeer terrein neergezet.

'Neergezet?' Het woord leek door haar mond te rollen op zoek naar een uitgang. 'Maar...'

'Maakt u zich er nu maar geen zorgen over. De details krijgt u later wel te horen. U was het enige slachtoffer. En, denkt u dat u nu een slokje kunt nemen zonder het over dat prachtige nachthemd te gooien dat we u hebben aangetrokken?'

Keely schudde haar hoofd, maar kreeg desondanks een glas met een gebogen rietje voorgehouden. Plichtmatig nam ze een paar slokjes voordat ze weer in slaap viel.

De weg terug naar volledig bwustzijn was lang en wazig. Verwarring vertroebelde de momenten waarop ze bij was. Ze sliep zo zwaar tussendoor, dat ze nooit helemaal wakker leek te worden. Ze wist dat er een infuus-naald in haar arm zat, want iedere keer dat ze zich bewoog, voelde ze de pleister trekken.

Haar ouders kwamen in haar dromen voor, tot ze ineens besefte dat ze er werkelijk waren. Haar moeder huilde zachtjes. Haar vader leek niet op zijn gemak; verlegen en gaf haar een kus op het voorhoofd toen ze kans zag hem in een moment van helderheid toe te lachen.

Éénmaal werd ze wakker van een man die over haar heen gebogen stond. Hij had een komisch gezicht met een aureool van blonde krullen.

'Hallo,' zei hij vrolijk. 'Even het handwerk inspecteren.'

Ze keek verbaasd naar hem op; hij moest de vraag in haar ogen hebben gelezen. 'Dokter Walters, zeg maar David. Je vriendin heeft me gebeld toen ze hoorde dat je voorhoofd moest worden gehecht. Ik ben plastisch chirurg. Je houdt een minuscuul litteken bij de haarlijn, maar ik ben zo verdraaid goed, dat het met het blote oog amper te zien zal zijn.'

Ze glimlachte.

'Voel je je verder redelijk goed? Heb je iets nodig?'

Ze schudde haar hoofd, sloot haar ogen en ging weer slapen.

Als door toverkracht klaarde de mist op en werd ze op zekere dag klaarwakker. Haar hoofd deed vreselijk veel pijn, maar dat was niet verwonderlijk. Haar ledematen trilden van zwakte. Niettemin zorgden de verpleegsters dat ze opstond en even rondliep voordat ze haar weer toestonden duizelig haar bed op te zoeken. Keely zag kans een hele kan appelsap leeg te drinken en binnen te houden, dus haalden de verpleegsters de akelige naald uit haar arm. Er bleef een blauwe plek achter.

De rest van die dag deed ze met tussenpozen een dutje. Ze sliep niet langer zo zwaar. Tegen de avond kon ze de verslagen van de bijna-ramp lezen in de kranten die de verpleegsters voor haar hadden bewaard. Haar kamer stond vol bloemen, die ze tot nu toe niet had weten te waarderen. Dé verpleegsters riepen 'oh' en 'ah' bij ieder volgend boeket en bleven in de buurt rondhangen terwijl Keely hardop de kaartjes voorlas.

Eén van de kaartjes was niet ondertekend, wat door de verpleegsters werd betreurd, aangezien het hoorde bij het grootste en prachtigste boeket gele rozen. Keely dacht niet dat de naam per ongeluk was vergeten. Ze brak één van de prachtige knoppen af en legde die naast zich op het kussen. Haar tranen bleven er als dauwdruppels op liggen.

De volgende ochtend kon ze opstaan, douchen, een eigen nachthemd aantrekken en haar gezicht opmaken, 's Nachts was er als door een wonder een koffertje met haar spullen verschenen. Desgevraagd ontkende haar moeder er iets van te weten.

Zowel de arts die haar bij binnenkomst in het ziekenhuis had behandeld als haar eigen arts onderzochten haar en kwamen tot de conclusie dat ze best bezoek mocht ontvangen. De manager van kdix kwam binnen. Ze vond zijn bezorgdheid en opluchting omdat ze nog leefde, roerend. Hij bracht kaarten mee van de rest van de staf, waarop dubbelzinnige teksten stonden die nergens op sloegen. Ze moest erom lachen tot haar hoofd pijn deed.

Joe Collins kwam eveneens. De tranen deden hem er wat waterig uitzien, terwijl hij zich bukte en haar omarmde. 'Joe, dank je,' zei ze. Nadat zijn bezorgdheid was gesust, legde hij uit wat er was gebeurd.

Tets, een korreltje van het een of ander is genoeg, blokkeerde de brandstofleiding. De motor sloeg af. Gelukkig zag ik kans de helikopter in evenwicht te houden en kon ik landen op iets dat autorotatie heet. De wieken blijven nog een tijdje draaien, begrijp je. Toen het gebeurde, bevonden we ons vlak boven het parkeerterrein en dus...' Hij haalde bescheiden de schouders op. 'Ik had er mijn handen vol aan ons in de lucht te houden. Tegelijkertijd was ik doodongerust over jou. Het enige dat ik van je kon zien, was je gezicht met al dat bloed.'

Je hebt mijn leven gered, Joe.'

Hij leek plotseling verlegen en gegeneerd, dus veranderde ze van onderwerp. Na zijn vertrek rustte ze een tijdje. De verpleegsters haalde de wachtenden over later terug te komen.

Na het diner die avond zat ze rechtop in bed televisie te kijken toen er bescheiden werd geklopt.

'Kom er maar in,' zei ze. Nicole en Charles kwamen binnen. Nicole keek onderdanig en ongerust. Keely strekte haar armen naar Nicole uit, die door de kamer rende en zich op haar vriendin stortte.

'Keely, het spijt me zo. Heb je dit expres gedaan om mij mijn afschuwelijke opmerkingen betaald te zetten? Toen ik je zo hoorde schreeuwen, dacht ik dat ik doodging!'

'Heb je het gehoord?'

'Ja, wij allemaal,' zei Charles. 'Weet je nog dat je midden in je gesprek met de disc-jockey zat? Ik vrees dat hij niet met de nodige tegenwoordigheid van geest reageerde. Hij had je microfoon moeten uitschakelen. De luisteraars hebben alles gehoord.'

Keely legde een hand over haar mond en deed haar ogen dicht. 'Dat wist ik niet. Wat vreselijk.'

'Hoe dan ook, je bent de heldin van de dag,' zei Nicole, met nieuwe veerkracht nu ze wist dat alles haar was vergeven.

'Ben jij verantwoordelijk voor de plastisch chirurg en mijn koffer hier?'

'Charles en ik samen.'

'Dank je.' De vrouwen hielden elkaars hand vast en keken elkaar vol begrip aan.

'Over laatst, Keely...'

'Dat is vergeten. In veel opzichten had je gelijk.'

'En het ging me geen steek aan.'

'Toch wel, je bent mijn vriendin.'

'Reken maar.' Ze waren allebei gevaarlijk dicht bij een huilbui. Charles bespaarde hun emotionele scène.

'Lieveling, je hebt Keely het nieuws nog niet verteld,' merkte hij effen op.

Keely was zo geschokt dat Charles Nicole 'lieveling' noemde, dat ze hem een ogenblik aanstaarde voordat ze zich tot Nicole wendde en vroeg: 'Welk nieuws?'

Nicole draaide zich op haar plekje op de rand van Keely's bed om en keek Charles strak aan. 'En jij je maar verkneukelen hè?'

'Ja.' Hij glimlachte breed en wipte van zijn hakken op zijn tenen.

'Ik vind het anders niet grappig. Helemaal niet.'

'Willen jullie me nu eens op de hoogte brengen van het mysterie?' onderbrak Keely hen. 'Welk nieuws?'

'Ik ben zwanger,' mompelde Nicole.

Keely keek naar Nicoles gebogen blond hoofd en zag dat Nicoles vingers aan de deken plukte. Keely's ogen gleden verder naar Charles, die er zowel schaapachtig als zelfvoldaan wist uit te zien. Haar blik keerde terug naar Nicole. Ze had niet verbaasder kunnen zijn als haar vriendin net had aangekondigd dat ze in het klooster ging.

'Jij bent wat?'

Nicole sprong van het bed, met het gevolg dat Keely ineen kromp van pijn. 'Je hebt me best gehoord. Zwanger, in verwachting, met een kind opgescheept, hoe je het ook noemen wilt, en hij...' Ze stak een beschuldigende vinger naar Charles uit. 'Hij heeft het gedaan.'

Keely grinnikte zachtjes, kon zich niet langer inhouden en schaterde tot de tranen haar over de wangen stroomden. Haar hoofd begon te bonzen, maar het was heerlijk te kunnen lachen. Ze haalde er dan ook alles uit wat erin zat. Nicoles mondhoeken trokken op; uiteindelijk lachte ook zij mee.

'Ik kan het gewoon niet geloven,' zei Keely, die de tranen uit haar ogen veegde. 'Wanneer....'

'Die avond waarop we met jou en ... Dax naar Café du Monde zijn geweest. Charles zou me thuisbrengen, weet je nog? Ik heb ieder vrouwelijk trucje op hem losgelaten en hem eindelijk in bed gekregen. Hij heeft zijn wraak gekregen.'

Charles knipoogde naar Keely. 'Je vindt het toch niet echt erg, Nicole?' vroeg Keely bezorgd.

Nicole bukte zich en fluisterde hardop: 'Wie zou denken, als je hem zo ziet, dat hij zo'n mannetjesputter is in bed?'

Keely begon opnieuw te lachen en tegen de tijd dat ze ophield, kon ze niet meer. Nicole had eindelijk haar evenknie ontmoet, en geen van beiden leek daar rouwig om. Charles had haar tegen zijn borst getrokken, met zijn armen rond haar middenrif. 'En, zijn jullie van plan dit kind buitenechtelijk geboren te laten worden?'

'Oh, Keely,' begon Nicole klaaglijk, waarna ze haar gezicht tegen Charles' schouder drukte.

'Ik vertel het haar wel, lieveling, want ik was degene die erop stond.' Hij drukte een kus op het puntje van haar neus. We zijn gisteren getrouwd, Keely. Natuurlijk zouden we het heerlijk hebben gevonden als jij erbij was geweest. Het leek me alleen niet juist nog langer te wachten.'

Keely lachte hen toe, nu met een heel ander soort tranen in haar ogen. 'Ik ben zo blij voor jullie. Ik heb altijd gedacht dat jullie bij elkaar hoorden.'

'Ik ook,' zei Charles. 'Alleen zij was moeilijk om te praten.'

'Je kunt bijzonder overtuigend zijn.’ Nicole draaide zich om in zijn omhelzing.

'Wanneer mag ik de bruidegom nu eens feliciteren?' vroeg Keely ongeduldig, omdat er aan hun kus geen einde leek te komen.

Charles maakte zich uit Nicoles armen los en bukte zich even gereserveerd als altijd voor een kus op Keely's wang. Bij het oprichten zei hij: 'Ik ben in de hal. Haast je maar niet, lieveling.' Hij trok zich tactvol terug om de twee vrouwen wat tijd samen te gunnen.

'Nicole,' zei Keely, terwijl ze haar vriendin bij de hand nam, 'je houdt toch van hem? En de baby, je bent er toch blij mee?'

'Oh, Keely, ik ben zó gelukkig dat ik barst. Je zult nooit een liefhebbender of attenter moeder te zien krijgen. Dit kind zal iedere dag merken dat we veel van hem houden. En Charles...' Haar ogen stonden vol liefde. 'Ik was bang van hem te houden, bang dat hij me zou afwijzen, maar wonder boven wonder houdt hij ook van mij, Keely. Echt waar, om mezelf, niet om... nu ja, dat weetje wel. Ondanks alle andere mannen en mijn reputatie houdt hij van me.'

'Dat wist ik wel. Ik ben blij dat hij je eindelijk heeft overtuigd.'

'Ik ook.' Nicole liet de glimlach zien die iedere avond de harten van duizenden televisiekijkers deed smelten. De klassieke glimlach verdween echter bij het zien van Keely's fletse teint en de gekwelde, eenzame blik in haar ogen. Keely's strak gehouden lichaam verborg de spanning niet. 'En jij, Keely? Hoe ben jij van plan je hartsproblemen op te lossen?'

'Die zijn al voor me opgelost.' Keely keek verdrietig naar de gele rozen en vervolgens weer naar Nicole, die haar aandachtig opnam. 'Toen de helikopter neerstorte, besefte ik dat Mark dood was. Hij is een deel van het verleden. Dax is het heden en had ook de toekomst kunnen zijn, maar... Ik hou van hem, Nicole, meer dan van mijn eigen leven, maar hij zal me mijn wantrouwen nooit vergeven.'

'Hoe weet je dat nu, heb je het hem gevraagd?'

'Natuurlijk niet.'

'Waarom doe je dat dan niet? Hij zit op de gang.'

Ogen die dof waren geweest van behoedzaamheid en wanhoop, vlogen naar Nicoles gezicht om te zien of deze haar niet iets voorloog. 'Hij... Dax...'

'Buiten, op de gang. Hij was eerder in het ziekenhuis dan de ambulance, Keely. Hij luisterde naar jou op de radio. Sinds jij bent opgenomen, heeft hij het ziekenhuis niet meer verlaten. Ik heb knettergekke figuren gezien met een beter humeur dan hij. Hij snauwt en grauwt tegen iedereen die... Keely, wat doe je nu? Ga terug in je bed!'

'Nee.' Keely sloeg de dekens weg en zwaaide haar benen over de rand. 'Ik ga naar hem toe.'

'Keely, in 's hemelsnaam, laat mij...'

'Nee.' Ze gebruikte haar laatste beetje kracht om Nicoles helpende hand af te schudden. Ze moest op eigen kracht naar hem toe.

Halverwege de deur moest ze haar armen uitstrekken om te voorkomen dat de kamer kantelde. Ze zou het echter niet opgeven. Ze moest naar Dax toe, hem vertellen...

De deur was te zwaar voor haar, dus liet ze die door Nicole opentrekken. Haar blote voeten op de koude stenen vloer van de gang maakten geen geluid.

Hij zat in een stoel, zijn knieën gespreid, zijn handen ertussen ineengevouwen, het hoofd gebogen. Hij zat net zo als op de avond dat hij haar had verteld dat hij lid was van de subcommissie. Zijn neerslachtigheid bleek uit zijn afhangende schouders, zijn verwarde haar, de stoppelbaard en de verfomfaaide kleren. Nooit had ze hem zó aantrekkelijk gevonden. Hij praatte zacht met haar ouders, die samen een bankje tegenover hem deelden.

'Dax.'

Zijn hoofd kwam met een ruk omhoog bij het horen van haar stem, om de gang door te kijken naar de plaats waar ze stond, zo teer en toch zo moedig.

Hij kwam onvast overeind en struikelde bijna over het tafeltje. Lange stappen overbrugden de afstand tussen hen. Zijn ogen, altijd al dwingend, waren dat nu nog meer door het waas van tranen. Hij trok haar dicht tegen zich aan en sloeg zijn armen om haar heen, alsof hij haar nooit meer wilde laten gaan.

De kracht van zijn omarming beroofde haar van haar adem, maar lucht had ze ook niet nodig. Haar armen gleden rond zijn middel. 'Keely, Keely,' herhaalde hij steeds in haar haren.

Ze waren zich niet van bewust van de aanblik die ze vormden in de gang, maar Nicole wel. Om hen te beschermen legde ze een hand op beider schouders en duwde ze hen achteruit de kamer binnen, waarna ze de deur dichtdeed. Dax en Keely merkten niet eens dat ze zich bewogen.

Hij haalde onrustig zijn vingers door haar haren en zocht bezorgd haar gezicht af. Vol liefde streelde hij haar wangen. 'Ik dacht dat je dood zou gaan. Ik luisterde naar je op de radio, genoot van de klank van je stem, wilde je graag zien. Toen hoorde ik de motor afslaan. Ik heb in te veel helikopters gezeten om niet onmiddellijk te begrijpen wat er gebeurde. Mijn hart stond stil. Ik schreeuwde even hard als jij, lieveling. Ik dacht datje dood zou gaan. Oh, Keely...'

'Ssst,' troostte ze hem. Haar handen streelden zijn haar, hij drukte zijn gezicht tegen haar hals. 'Dat is niet gebeurd. Ik leef en ik ben nu hier bij jou. Stil maar.'

Haar vingertoppen streken langs zijn wimpers en vingen de druppels op. 'Waarom ben je niet naar me toe gekomen, Dax, toen je eenmaal wist dat de Christoffel-medaillon bewees dat Mark dood was?'

'Wilde je dat dan?'

Ze legde haar wang tegen zijn borst en kreunde zacht. 'Ja, dat wilde ik, maar ik was bang. Ik dacht dat je me nooit meer zou willen zien na wat ik tegen je had gezegd. Wil je me vergeven dat ik aan je heb getwijfeld, Dax? Het spijt me echt.'

Nu troostte hij haar. 'Het was dom van me, Keely. Ik had het nieuws over Marks dood er niet zo plompverloren uit moeten gooien. Ik wilde je het alleen zo snel mogelijk vertellen.' Hij hield haar hoofd tussen zijn handen en hief het op om in haar ogen te kunnen kijken. 'Toen je eenmaal wist wat ik had gezegd de waarheid was, heb je me niet gebeld.' Zijn gezicht stond gekweld. 'Waarom niet, Keely?'

'Omdat ik dacht dat je me nooit zou kunnen vergeven dat ik je niet had vertrouwd. Omdat jij nog altijd je carrière en je campagne hebt. Omdat je dat soort problemen in je leven nu kunt missen als kiespijn. Omdat ik een foto heb gezien van jou met Madeline.'

Er verscheen een glimlach rond zijn lippen. 'Is dat alles?'

Ze probeerde ook een glimlach op te brengen, maar daarvoor trilden haar lippen te veel. 'Omdat ik van je hou en niets wilde doen dat jou schade kon berokkenen.'

'Keely?' Hij sloeg opnieuw zijn armen om haar heen en trok haar dicht tegen zich aan. 'Ik ben niet gekomen omdat ik niet wist wat je dacht of voelde. Ik dacht dat je wellicht rouwde om Mark. Ik was één keer te hard en te snel van stapel gelopen en wilde dat risico niet weer nemen, echt niet.'

Ze streek met haar vingertoppen de kraag van zijn gekreukte shirt glad. 'Nee, ik was blij dat Mark niet had geleden onder jaren gevangenschap en pijn. Toen ik in de helikopter zat en die neerstortte...'

'Ja,' drong hij aan, aangezien ze aarzelde.

'Tja, toen heb ik afscheid van hem genomen, Dax. Hij zal altijd een dierbare herinnering blijven, maar hij is al heel lang dood. Ik heb een tweede kans gekregen en kan het me niet veroorloven één dag van mijn leven te verspillen.'

Hij kuste haar lang, aandachtig en ernstig. Toen ze zich eindelijk van elkaar losmaakten, zei hij hees: 'Je hoort in bed.'

Hij bracht haar terug naar het hoge bed en tilde haar erin. Zodra ze tegen de kussens geleund zat, zonder zichtbare schade van het opstaan, nam hij haar hand en drukte die tussen de zijne. 'Keely, wil je met me trouwen?'

'Wil je dat dan?'

'Ja.'

'Ik ben pas weduwe.'

'Twaalf jaar? Wanneer Marks dood eenmaal officieel bekend is gemaakt, zullen de mensen begrijpen dat je wilt hertrouwen.'

'Oh, lieveling.' Ze streek met haar hand langs zijn ruwe wang. 'Ik doel niet op wat de mensen zullen denken van mij, maar op het risico voor jouw campagne.'

Hij draaide zijn hoofd iets voor een kus op haar palm. 'Laat mij daar maar over piekeren. Morgen, met jouw toestemming, organiseer ik een persconferentie om onze verloving aan te kondigen. Van Dorf bel ik als eerste.'

'Van Dorf! Dax, hij...'

'Hij komt met toeters en bellen en schrijft het stuk van zijn leven,' zei hij grinnikend.

Haar ogen vernauwden zich wantrouwig. 'Wat houd je achter?'

'Ga rustig liggen. Je bent toch ziek? Voorlopig wil ik alleen kwijt dat Al en ik tot overeenstemming zijn gekomen.' Hij legde haar met een kus het zwijgen op. 'Genoeg over hem. Trouw je met me?'

Ze fronste bezorgd. 'Dax, de kiezers zullen het afkeuren. Er is weken over ons geroddeld.'

'Keely,' fluisterde hij, gebukt voor een kus op haar kaak. 'Volgens mij ben je een aanwinst. Het publiek zal je aanbidden. Dat doen ze nu al. En als ze niet op mij stemmen vanwege de vrouw met wie ik trouw, of om wat voor andere reden dan ook, zal ik mijn land dienen als boer en zakenman. Ik heb eigenlijk nooit méér willen zijn dan dat. Ik heb liever een leven met jou dan welke senaatszetel ook.'

'Dax.' Zijn naam klonk als een zucht voordat hij zijn hoofd boog om haar nogmaals een kus te geven.

'Denk je dat je een campagne aankunt? Ik bedoel, in combinatie met je baan bij de radio?' Zijn knabbelende lippen stopten bij het horen van haar lachje.

'Je blijft ook altijd diplomaat en politicus, hè?' Hij had het fatsoen beschaamd te grinniken. Ze liet haar vingers in zijn haar verdwijnen en schudde zijn hoofd. 'Me dunkt dat van jou houden al mijn tijd in beslag zal nemen!'

De donkere ogen stroomden over van liefde. 'Dat staat me best aan,' zei hij hees. Het regende vluchtige kusjes op haar voorhoofd.

'Dax?'

Mmm?'

'Madeline.'

'Hoezo?'

'Hoe zit dat met haar?'

Hij hief zijn hoofd. 'Ik heb absoluut niets met haar, Keely, nooit gehad, ook niet voordat ik jou leerde kennen. En in de toekomst al heel zeker niet. Ze zag er best wat in, en de pers ook. Mij heeft niemand iets gevraagd. Ik maakte gebruik van de publiciteit die ze aantrok. Dat was misschien fout, maar nu heb ik daarmee afgedaan. Als ze wil bijdragen aan de campagne, zal ze dat via de normale weg moeten doen.'

'Blijf je vannacht bij me?' Haar snelle aanvaarding van zijn uitleg was een blijk van vertrouwen, van liefde. Met één hand knipte ze het licht boven het bed uit. Toen hij voorzichtig naar de deur keek, lachte ze. 'Iemand die nu wil binnenkomen, moet Nicole passeren. Ik denk niet dat dat lukt.'

Ondanks de duisternis zag ze hem glimlachen. Hij trok zijn schoenen uit en kwam naast haar liggen, haar lichaam dicht tegen het zijne gedrukt. Zonder nog een woord vonden zijn lippen de hare, versmolten ermee, openden ze. Zijn tong gleed langs haar tanden haar mondholte binnen; een herinnering aan de keren dat ze hadden gevrijd.

Eén hand rustte teder langs haar wang, de andere zweefde langs haar borst en glipte het nachthemd binnen om haar borsten te liefkozen.

'Dax?' fluisterde ze. Ze rolde om om hem aan te kijken en haar lichaam tegen het zijne te drukken.

Kreunend maakte hij zich los. 'Keely, dit kan niet. Ik moet weg.'

'Nee!' riep ze, zich vastklampend aan zijn shirt.

'We kunnen hier niet vrijen, Keely. Je moet rusten, gaan slapen...'

'Dat zal ik doen. Beloof me alleen dat je niet weggaat.'

Ze verdween in zijn snelle, onverwachte omhelzing. 'Nooit,' bezwoer hij. 'Ik hou van je, Keely en ik zal je nooit meer alleen laten.'

Hij drukte haar hoofd tegen zijn hart. De sterke, regelmatige klop deed haar oude angsten vervagen. Dit was het begin. Het verdriet van gisteren was verdwenen. Vandaag was glorieus en ze konden zich verheugen op de belofte van morgen.