HOOFDSTUK 5

 

 

 

Die week gebeurde er verder niets bijzonders. Op woensdag sleepte Sam de dozen naar de kiosk en Thea wist best dat het geen zin had te proberen hem ervan te weerhouden. Hij had er opdracht toe gekregen en als hij niet deed wat hem was gezegd, zou hij misschien zijn baan verliezen. Dat wilde Thea niet op haar geweten hebben.

Hoewel ze langzamerhand wel gewend was aan de aanwezigheid van Sam, had Thea nog steeds het vervelende gevoel dat ze werd bewaakt. Ze had Marcus niet meer gezien sedert hij bij Beach House was opgedoken, maar Sams aanwezigheid herinnerde er haar voortdurend aan dat Marcus haar nog steeds in bescherming nam.

En Sam verveelde zich totaal niet, die wist zich best nuttig te maken. Als Thea plotseling overspoeld werd door een menigte dorstige vakantiegangers vond ze Sam aan haar zijde. Opgewekt reikte hij de kartons met frisdranken uit en nam bestellingen op. Grinnikend mompelde hij tegen Thea: ‘U neemt het geld maar in ontvangst, Miss John, dan zal ik ze wel bedienen.’

De eerste keer dat dit gebeurde vroeg Thea zich verontwaardigd af of Marcus wilde proberen de kiosk over te nemen, maar toen kreeg haar gevoel voor humor de overhand en aanvaardde ze Sams hulp met een dankbare glimlach en een zekere berusting.

Het was eigenlijk gemeen van Marcus om op die manier te zorgen dat ze niet de kans kreeg hem te vergeten, dacht Thea verdrietig. Maar natuurlijk dacht hij er zelf anders over. Zijn schuldgevoelens betreffende Michaels dood noodzaakten hem er toe, en dat betekende dat ze tot in lengte van dagen zijn hulp zou moeten accepteren. Misschien had ze toch maar beter met hem kunnen trouwen, dan was ze van het gezeur af geweest.

Ze schrok zelf van die gedachte. Want dan hadden ze immers geen van beiden een kans op geluk gehad? En hoeveel ze ook van hem hield, haar trots zou haar nooit toestaan op zo’n voorstel in te gaan. Dat ze er aanvankelijk mee had ingestemd met hem te trouwen, kwam natuurlijk doordat Michaels dood haar zo van haar stuk had gebracht. Marcus had dat vast wel gemerkt en de situatie uitgebuit. Dat was ook geen punt in zijn voordeel geweest.

Een week later maakte Thea kennis met Timothy Saunders, een Amerikaan van achter in de twintig, de eigenaar van een van de vissersbootjes die een paar meter van de kiosk vandaan op het strand lagen.

Ze had hem een paar maal tijdens het weekeinde gezien, als hij was wezen vissen en bij zijn terugkomst in het voorbijgaan vriendelijk tegen haar knikte. Maar op een dag midden in de week bleef hij staan om een paar woorden met haar te wisselen. Hij verbaasde zich over haar Engelse accent.

Natuurlijk had hij toen gevraagd wat ze hier deed, zo ver van huis, en of ze soms van plan was veel van de wereld te zien. Thea had aan Pauline’s woorden moeten denken en glimlachend geantwoord: ‘Dat niet bepaald, ik hoop hier te blijven.’

Tim had vervolgens coca-cola besteld en leunend op de toonbank had hij gezegd: ‘Verlangde je soms naar wat meer zonneschijn?’

Thea had maar geknikt. Ze wist wel dat hij nieuwsgierig naar haar was, maar ze was niet van plan hem tekst en uitleg te geven. Dat viel echter niet mee, want hij was heel aardig en helemaal niet opdringerig.

‘We hebben hier een Engelse club,’ zei hij. ‘Als je wilt, kan ik je wel eens op een avond meenemen. Een nieuw gezicht is er altijd welkom.’

Thea zei dat ze misschien te zijner tijd wel eens lid werd van zo’n soort club, maar dat ze hier nog niet zo lang was en eerst een beetje wilde wennen. Toen begon ze over iets anders en vroeg of hij wat had gevangen.

Daar had hij om moeten lachen. Het was hem alleen maar om de frisse lucht te doen. Hij zat de hele dag in een bankgebouw en wilde af en toe wel eens even bekomen van het eeuwige gerammel van de telmachines en de schrijfmachines.

Vanuit haar ooghoeken zag Thea dat Sam, die zich had geïnstalleerd op zijn lievelingsplekje naast de kiosk en de krant had zitten lezen, deze nu neerlegde en haar nieuwe kennis eens goed opnam. Als Timothy Saunders dit al had gemerkt, zei hij er in elk geval niets over. Waarschijnlijk was hij wel gewend aan de eilandbewoners die altijd alle tijd hadden.

Maar het feit dat Sam hen zo in de gaten hield, bevestigde Thea’s vermoeden dat het niet alleen zijn taak was haar te helpen met het zware werk, maar ook om haar te beschermen. Dat was natuurlijk belachelijk, want ze was er het type niet naar om bewonderaars aan te trekken en de inkomsten van een middag in de kiosk waren ook niet zo groot, dat er iemand op het idee zou komen haar te beroven.

Die zaterdag bleef Tim opnieuw met haar staan praten, toen hij op weg was naar zijn bootje. Langs zijn neus weg vroeg hij of ze wel eens vrij had. Ze moest bekennen dat ze zondags een vrije dag had. De volgende vraag lag natuurlijk voor de hand: of ze zin had de volgende morgen met hem het water op te gaan. Thea had het gevoel dat ze met goed fatsoen niet kon weigeren, maar zei wel dat ze niet wist of ze wel zou kunnen zeilen.

Vrolijk had hij geantwoord dat het water buitengaats zo glad was als een spiegel. ‘Ik kom je om tien uur halen, is dat goed? Ik weet trouwens niet eens waar je woont, en je naam weet ik ook niet.’

‘Ik woon daar,’ antwoordde Thea en maakte een hoofdbeweging in de richting van Beach House, ‘en mijn naam is Thea John.’

Timothy Saunders stak zijn hand uit en noemde zijn eigen naam. ‘Eigenlijk hadden we ons eerder horen voor te stellen,’ zei hij lachend. ‘John zei je dat je heette? Dat is eigenaardig, ik heb vroeger een Michael John gekend.’ Hij haalde de schouders op. ‘Zeker een naam die veel voorkomt.'

Thea trok haar hand terug uit de zijne en keek naar de golven, die kalmpjes het strand op rolden. Wat was de wereld toch klein. ‘Dat was mijn broer,’ zei ze zacht.

‘Ben jij het zusje van Michael?’ vroeg hij ongelovig. Toen schudde hij het hoofd. ‘Dus daarom ben je hier. Hij had wel gezegd dat zijn zuster bij hem zou komen wonen, maar na dat...’ Hij zweeg.

‘Ik ben de dag na dat ongeluk hier aangekomen,’ legde Thea uit. ‘Anders zou ik waarschijnlijk niet eens aan de reis begonnen zijn.’

Timothy zuchtte diep. ‘Had ik maar geweten dat je hier was. Het moet afschuwelijk zijn geweest hier aan te komen en dan zulk nieuws te horen te krijgen. Maar ik had hem al veertien dagen niet meer gezien toen het gebeurde. Ik was met verlof in Miami. Niet dat we elkaar vaak zagen, hoor, we ontmoetten elkaar slechts af en toe eens. Hij keek Thea vol medelijden aan. ‘Dus je hebt besloten hier te blijven, hè?’ Hij keek de kiosk eens rond. ‘Die baan van je stelt anders niet veel voor. Ik zal eens kijken of ik je niet aan wat beters kan helpen.’ En toen Thea wilde beginnen te protesteren, legde hij haar het zwijgen op. ‘Hoor eens, je bent de zuster van mijn kameraad, en ik zal wel voor je zorgen. Mike zou voor mijn kleine zusje precies hetzelfde hebben gedaan.’

Thea maakte zich zorgen. Vlug zei ze: ‘Toe, alsjeblieft, ik weet best dat je het goed bedoelt maar ik heb het hier volkomen naar mijn zin. Ik wil helemaal geen andere baan. Kijk eens hoeveel zonneschijn ik hier krijg.’ Ze probeerde er een grapje over te maken, maar dat ging haar niet zo best af, omdat ze zich teveel zorgen maakte. Ze had al genoeg moeilijkheden met Marcus, die ook al voor haar wilde zorgen.

‘En hoe zit dat dan met je vrije tijd? Ik zie je altijd maar werken.’

‘Ik wil helemaal niet zoveel vrije tijd,’ zei Thea vlug. ‘Nu nog niet, tenminste. Begrijp je dat dan niet? Ik moet juist hard werken, en ik vind het een enige baan. Als ik ander werk aangeboden kreeg, zou ik het niet eens aannemen.’ Haar mooie grijze ogen ontmoetten de ongelovige blik van haar metgezel.

Zacht zei Tim: ‘Goed, goed, dan laten we het daar voorlopig bij.’ Thea slaakte een zucht van opluchting.

Een poosje later vertrok hij weer, nadat hij haar had verteld dat ze de volgende morgen een warme trui mee moest brengen, omdat het op zee nogal fris kon zijn.

Thea keek hem na tot hij uit het gezicht verdwenen was. Ze had het gevoel dat het allemaal behoorlijk ingewikkeld begon te worden. Wat mankeerde die mannen toch, dat ze haar allemaal zo nodig moesten beschermen? Tim had het over het ‘kleine zusje’ gehad, maar dat was toch nauwelijks een passende omschrijving voor een vrouw van tweeëntwintig? Marcus had precies dezelfde houding aangenomen. Thea begon er genoeg van te krijgen voor een soort onnozele hals te worden gehouden.

‘Alles in orde, Miss John?’ vroeg Sam zacht, en keek haar met zijn trouwhartige bruine ogen droevig aan.

‘Ja hoor, Sam,’ zei ze bits, net alsof het Marcus was geweest die de vraag stelde. Ze kreeg spijt toen ze zag hoe gekwetst hij er uitzag. ‘Dat was een vriend van mijn broer,’ legde ze uit. Tim zou hier in de toekomst vast wel vaker komen, en dan was Marcus ook meteen op de hoogte. Ze was er bijna zeker van dat Sam alles had gehoord wat er was gezegd, maar ze wist niet hoeveel hij aan zijn baas zou overbrieven. Misschien wel helemaal niets. Misschien hoefde hij alleen maar een oogje op haar te houden.

Toen Mrs. Welling zei dat Thea een ‘aardige vriend’ had gevonden, de volgende morgen na het uitje met de boot, toen Thea zich kwam omkleden om met Timothy te gaan lunchen, zei het meisje vlug dat Timothy niet meer was dan een kennis. Mrs. Welling had veelbetekenend geknikt. Voor het huis kwam een auto tot stilstand.

Even later zat Thea in de Fiat van Timothy en reden ze zo razendsnel weg, dat Thea aan de manier van rijden van haar broer moest denken. Die ochtend op de boot had Tim haar het een en ander over zichzelf verteld. Hij kwam van een bank in Miami en was hier in Charlotte Amalie te werk gesteld.

Ze wist dat hij eerzuchtig was. ‘De jongens zeiden dat ik gek was om naar deze baan te solliciteren,’ had hij lachend gezegd. ‘Maar ik wil wedden dat ik chef ben voor mijn dertigste en dat kun je van die anderen niet zeggen.’

Hoe meer Thea over Timothy aan de weet kwam, hoe minder punten van overeenkomst ze zag tussen hem en haar broer, behalve dan dat ze geen van beiden veel schenen te voelen voor de verantwoordelijkheid die een huwelijk met zich meebracht. Michael had hard gewerkt en was zeer ambitieus geweest, dat had hen waarschijnlijk nader tot elkaar gebracht, maar ze vermoedde dat Timothy met opzet Michaels gezelschap had gezocht. Hij had die morgen namelijk een paar keer gezegd dat sommige eilandbewoners zo rijk waren, en dat het belangrijk was de juiste mensen te leren kennen, omdat ze misschien hun geld wel eens bij een andere bank konden onderbrengen, bij voorkeur bij de zijne natuurlijk. De bank waarvoor hij werkte was niet dezelfde waar Michael of Marcus zaken mee had gedaan. Van Marcus had ze een cheque gekregen voor Michaels laatste maandsalaris. Ze kon wel nagaan in wat voor soort nieuwe klanten hij geïnteresseerd was. Natuurlijk onder andere in Marcus, want die was steenrijk.

Toen Timothy haar vertelde waar hij met haar wilde gaan lunchen zonk de moed haar in de schoenen. De laatste keer dat ze de Coral World had bezocht, was geweest samen met Marcus. Toen had ze met hem geluncht in het restaurant vlakbij de ingang van het grote aquarium.

Dat was de ellende met die kleine eilanden, dacht ze verdrietig. Ze zou er toch aan moeten wennen, want ze moest Marcus ten slotte toch zien te vergeten.

Net als bij haar bezoek aan Mountain View samen met Pauline, zei ze ook nu dat ze het aquarium al eens had gezien toen ze een rondreis maakte over het eiland. ‘Maar ik wil er best nog eens heen, hoor. Ik kijk er mijn ogen telkens weer uit.’

Gelukkig vroeg Tim niet met wie ze er de vorige keer was geweest. Ze was ook niet van plan hem te vertellen dat ze bevriend was met Marcus.

Het restaurant met tweehonderdvijftig zitplaatsen was half vol toen ze aankwamen. Thea probeerde niet te kijken naar de plek aan de andere kant van het restaurant waar ze met Marcus had gezeten, en was blij dat ze een tafel vlakbij de ingang vonden.

Toch benamen de herinneringen haar de eetlust. Verdrietig vroeg ze zich af of ze maar niet liever weer naar Engeland terug zou gaan. Daar was niets wat haar aan Marcus herinnerde. Daar was trouwens helemaal niets, dacht ze bedroefd. Het liefst wilde ze zo snel mogelijk naar huis en ze nam zich voor geen volgende invitatie van Timothy meer aan te nemen.

Niet dat ze iets tegen hem had; integendeel. Als ze niet zo’n hartzeer had gehad om Marcus zou hij een ideale metgezel zijn geweest, vooral omdat ze niet bang hoefde te zijn dat hij verliefd op haar zou worden. Hij beschouwde haar als het kleine zusje van Mike, zoals hij al had gezegd, en dat vond ze uitstekend. Alleen had ze geen rekening gehouden met de herinneringen die op deze manier onvermijdelijk terug zouden komen. Met Pauline was het natuurlijk wat anders. Was Pauline maar hier, in plaats van die vriend van haar broer. Hij was heel aardig, maar het was niet de man van wie ze hield, en ze betwijfelde of ze elkaar nog veel te zeggen zouden hebben, als ze eenmaal over Michael waren uitgepraat.

Ondertussen gaf ze antwoord op Timothy’s beleefde vragen over haar achtergrond en over Michaels carrière. ‘Ik denk dat de een het gewoon heeft en de ander niet,’ had hij enigszins afgunstig opgemerkt. ‘Je moet zorgen dat je op de juiste tijd op de juiste plek bent. Dat was hij in elk geval toen hij die opdracht van Marcus Conan kreeg.’ Toen besefte hij dat dat niet zo’n taktvolle opmerking was en bood haastig zijn excuses aan.

Het gesprek verliep niet naar Thea’s zin. Ze begon hem naar zijn eigen afkomst te vragen en slaagde er in alle vervelende vragen in verband met Marcus te ontwijken. Timothy had er blijkbaar geen idee van dat ze met Marcus verloofd was geweest.

Toen ze na het eten eenmaal in het aquarium waren, haalde Thea opgelucht adem. Hier was zoveel te zien dat je je persoonlijke problemen voor een tijdje kon vergeten. Eerst gingen ze naar de bovenste verdieping van het gebouw, vanwaar ze een adembenemend uitzicht hadden over de Atlantische Oceaan en de omliggende Maagdeneilanden. Thea was gedwongen te luisteren naar opmerkingen over piraten. Maar waar Marcus indertijd het onderwerp vanuit historisch gezichtspunt had behandeld, benaderde Timothy het meer materialistisch. Hij had het er over hoeveel buit de schepen wel hadden vervoerd en hoeveel van die rijkbeladen schepen er nog op de bodem van de Oceaan lagen.

Opnieuw nam Thea zich voor Timothy verder niet aan te moedigen. Ze vergeleek hem steeds met Marcus en dat was niet eerlijk ten opzichte van Tim.

Ze daalden af naar de tweede verdieping, waar een aquarium was aangelegd langs de wanden van het ronde gebouw. Thea staarde naar de schorpioenvis, die haar sterk aan Sapphire deed denken, en was blij toen Timothy voorstelde dat ze nu naar het onderwater-observatorium zouden gaan.

Daar was het erg druk en ze bleven er dan ook niet lang. Tim stelde voor ergens thee te gaan drinken en ’s avonds samen naar een bar in Charlotte Amalie te gaan, waar hij vaak met Michael was geweest.

Ondanks haar voornemen om geen uitnodigingen van Tim meer te accepteren, stemde Thea toch toe. Tenslotte kon Timothy het niet helpen dat ze verliefd was geworden op een man die toch ver buiten haar bereik lag. Het werd tijd dat ze hem vergat. Ze was niet van plan avond aan avond samen met Mrs. Welling in de voorkamer te zitten praten. Dat was allemaal best gezellig, maar ze kon niet voortdurend zo’n teruggetrokken leven blijven leiden en dat wist Mrs. Welling ook best.

Nadat ze thee hadden gedronken bracht Timothy haar terug naar Beach House, zodat ze Mrs. Welling kon vertellen dat ze die avond pas laat thuis zou komen.

De rest van de middag en de vroege avond brachten ze door met op hun gemak naar de haven te rijden en daar eens rond te kijken. Ze bleken genoeg te hebben om samen over te praten. Tim zou vast een goede bankdirekteur worden, hij had het vermogen de mensen op hun gemak te stellen. En nu Thea had besloten dat het maar eens afgelopen moest zijn met al dat zelfbeklag, want iets anders was het natuurlijk niet geweest, begon ze er plezier in te krijgen.

Van de haven reden ze naar een mooie plek in de heuvels, van waaruit ze een uitzicht hadden over Drake’s Passage. Er stond een koele bries, en dat was een welkome verandering na de hitte beneden in de stad.

Ze genoten van een adembenemend mooie zonsondergang en ondanks het feit dat Thea Marcus voorgoed uit haar hoofd had willen zetten, speet het haar dat hij er niet bij was om samen met haar van dat prachtige schouwspel te genieten.

‘Denk je datje hier voorgoed blijft?’ vroeg Tim plotseling.

Aarzelend zei ze: ‘Dat weet ik nog niet.’

‘Nu ja, je bent hier pas,’ zei hij vlug. ‘Je hebt nog alle tijd om daarover na te denken. Zo, nu zal ik je eens iets laten zien van het nachtleven hier.’

Hij nam haar mee naar een bar in het centrum van Charlotte Amalie. Toen ze binnenkwamen, waren er slechts een paar mensen aanwezig. ‘Straks wordt het wel drukker,’ zei hij toen ze iets te drinken hadden besteld.

Terwijl ze op hun bestelling wachtten, kwamen er nog twee mensen binnen, een man en een vrouw, die plaats namen op een paar krukken aan het andere uiteinde van de bar. Timothy zei zachtjes: ‘Boft zij even.’ Toen het donkerharige meisje zijn kant uitkeek wuifde hij naar haar. Ze knikte en wendde zich toen weer tot haar metgezel. ‘Eigenlijk zou ik je moeten voorstellen,’ zei hij zacht, ‘maar misschien schikt het op het ogenblik niet zo.’

Thea keek naar het meisje en vroeg zich af of het soms een kollegaatje van hem was of misschien een oude vlam. Het was een heel aantrekkelijk meisje met een weelderig figuur, waarschijnlijk nog geen twintig, dacht Thea.

Ze lette verder niet meer op het meisje en keek de bar eens rond. Het zag er wel gezellig uit met die antiek aandoende scheepslantarens en de dolken en andere wapens aan de muren, maar toch ook een beetje griezelig.

Het vertrek begon zich langzamerhand te vullen en Thea begon het benauwd te krijgen temidden van het luide gelach en de opdringende menigte. Ze hoopte dat Timothy zou voorstellen ergens anders naar toe te gaan als ze hun glazen leeg hadden. Maar dat was hij helemaal niet van plan. ‘Vreemd dat ze het weer aanlegt met de ouwe Johnson,’ zei hij. ‘Ik denk dat ze Michael mist.’

Thea keek weer naar het meisje. ‘Kende zij Michael dan?’ vroeg ze.

Timothy knikte. ‘Onze Dulcie kent al de jongemannen hier. Maar het hangt wel af van hun bankrekening en hoe royaal ze er mee omspringen.’

Het duurde even voor het tot Thea doordrong wat hij bedoelde. Peinzend keek ze naar het glas dat ze in de hand hield. Er schoot haar iets te binnen dat hij eens gezegd had, toen ze vroeg of hij niet eens wat kalmer aan kon doen en zich afvroeg waarom hij toch zo dol was op dure auto’s. ‘Niet alleen op dure auto’s, kind, ook op dure vrouwen. Die horen bij elkaar,’ had hij met een ondeugende grijns gezegd.

Timothy keek haar onderzoekend aan. ‘Lieve hemel, neem me niet kwalijk. Ik had mijn mond beter kunnen houden.’

Thea haalde de schouders op. ‘Ach, het hindert niet, het is eigenlijk niets nieuws.’ Ze keek weer naar het meisje. ‘Zei je niet dat ze bofte? Dan bedoel je zeker omdat ze iemand anders heeft gevonden, hè? Inderdaad zal ze Michael wel missen, die wist hoe je met vrouwen moet omspringen.’

‘Ik had het over dat ongeluk,’ zei Timothy en stak een sigaret op. Thea had er eentje afgeslagen. ‘Ze was bij Michael toen het gebeurde. Joost mag weten hoe ze er ongedeerd vanaf is gekomen. Natuurlijk was ze totaal over haar toeren, maar verder mankeerde haar niets. Blijkbaar is ze er uitgevallen.’

Thea’s hand beefde toen ze haar glas neerzette. ‘Was ze bij Michael?’ vroeg ze geschrokken. Timothy knikte tegen een kennis aan de bar en hoorde haar blijkbaar niet. Weer vroeg ze dringend: ‘Was ze bij het ongeluk, Timothy?’

Hij keek haar verbaasd aan. ‘Wist je dat niet? Het was anders geen geheim. Nou ja, het was natuurlijk ook niet nodig om je alles te vertellen. Dat ongeluk op zichzelf was al erg genoeg voor jou. Maar zulke dingen gebeuren nu eenmaal. Er was een vriend van mij op dat feest, die zei later dat Mike gek was geweest om haar mee te nemen. Hij had ze zien weggaan. Die arme ouwe Mike had haar onderweg naar de auto moeten ondersteunen. Dat is het vervelende met Dulcie, ze is al na een paar glazen dronken.’

‘Michael dronk anders nooit als hij nog rijden moest,’ zei Thea bedachtzaam. ‘Maar goed, je hebt gelijk, zulke dingen gebeuren nu eenmaal.’

‘Maar Mike was niet dronken!’ riep Timothy verbaasd uit. ‘Zo stom was hij heus niet. Bovendien verwachtte hij wel dat hij nog bij de grote baas zou worden geroepen.’

Thea staarde Timothy verbijsterd aan. ‘Wat zeg je?’

Tim doofde zijn sigaret. ‘De grote baas? O, zo noemden we de man voor wie hij werkte, Marcus Conan. Die onroerendgoedbezitter voor wie hij een paar woningen ontwierp.’

Thea schudde ongeduldig het hoofd. ‘Dat bedoel ik niet. Maar zei je dat Michael niet dronken was?’

Tim trok zijn wenkbrauwen op. ‘Zullen we daar maar liever niet meer over praten? Het spijt me dat ik er over begonnen ben.’

‘Toe, alsjeblieft, Tim, dat is heel belangrijk voor mij.’

Toen hij Thea’s ernstige gezichtje zag, zuchtte hij diep. ‘Goed dan. Je weet hoe het gaat als er zoiets gebeurt. Iedereen bemoeit zich er mee.

We zijn ons allemaal een ongeluk geschrokken. Ik kreeg het nieuws te horen toen ik van verlof terugkwam. John, die vriend van ons, was ook op dat feest en die heeft het me verteld. Als Mike halfdronken was geweest had hij het wel gezegd, maar John had hem zelf horen zeggen dat Conan die avond de plannen wel zou willen zien en dat hij waarschijnlijk nog zou worden weggeroepen.’

Verbijsterd zei Thea: ‘Er was dus helemaal geen reden waarom M... Mr. Conan zich gedeeltelijk verantwoordelijk zou moeten voelen?’ Timothy trok de wenkbrauwen op. ‘Wie heeft je dat wijsgemaakt?’ ‘O, ik kreeg die indruk, toen hij het me vertelde, van Michael,’ antwoordde ze langzaam. ‘Hij is me op het vliegveld komen afhalen, zie je.’ Timothy knikte. ‘Nou, dan heb je het mis,’ antwoordde hij zonder aarzelen. ‘Goed, hij zal wel geschrokken zijn, dat waren we allemaal, maar ik denk dat hij iemand anders de schuld er van geeft.’ Hij keek naar de vrouw die hij Dulcie had genoemd, en die op dat moment met een verdrietig gezicht naar haar glas staarde.

‘Dulcie soms?’ vroeg Thea.

‘Ik heb de indruk dat hij niet veel medelijden met haar had,’zei hij en nam een teug uit zijn glas. ‘Waarschijnlijk heeft ze hem later veel te uitvoerig bedankt, in de hoop munt te kunnen slaan uit het feit dat ze kennis met hem had gemaakt. Hij was er het eerst bij. Hij had op Mike staan wachten en hoorde wat er gebeurde.’

Thea verbleekte. ‘Hoor eens, moeten we er echt over praten?’ vroeg Timothy.

‘Ja zeker.

Timothy nam haar scherp op, haalde toen de schouders op en stak een nieuwe sigaret op alvorens verder te gaan. Kennelijk begreep hij niet waarom Thea er op door wilde gaan. ‘Zoals ik al zei was hij er het eerst bij. Als hij de klap niet had gehoord, zou hij in elk geval Dulcie wel hebben horen gillen. Ik heb me laten vertellen dat ze midden op de weg zat te jammeren. Het halve eiland moet haar hebben gehoord. Conan heeft haar onmiddellijk laten afvoeren naar het ziekenhuis.’ Plotseling staarde hij Thea oplettend aan. ‘Hoor eens, ik vertel je dit alleen om er voor te zorgen dat je geen verkeerde indruk krijgt van Conan. Je koestert toch geen wrok tegen hem?’ Maar hij ging door voor Thea antwoord kon geven, ‘Ik heb het idee dat Dulcie op de een of andere manier heeft geprobeerd hem een hak te zetten, maar hij heeft korte metten met haar gemaakt en haar duidelijk te verstaan gegeven dat ze beter van de drank kon afblijven als ze er niet tegen kon.’

‘Ik koester helemaal geen wrok tegen hem!’ riep Thea geschrokken. ‘Nu ja, ik zou het me anders best kunnen voorstellen, hoor. Maar ik wilde datje precies wist hoe het in elkaar zit. Een man zoals hij is geen zacht ei. Je kunt hem beter te vriend houden.’

Thea kon aan bijna niets anders meer denken dan aan wat Tim haar had verteld over het ongeluk. Gelukkig kwamen er een paar vrienden van hem opdagen, die aan haar werden voorgesteld. Nadat ze haar hadden gekondoleerd, ging het gesprek al spoedig over iets anders. De avond ging op die manier toch nog snel voorbij, vond Thea, die het liefst zo vlug mogelijk terug wilde naar Beach House en haar eigen kamer, om te kunnen nadenken over wat ze had gehoord. Waarom zou Sapphire haar toch een heel ander verhaal hebben verteld? En waarom had Marcus niet geprobeerd haar beschuldiging te weerleggen, toen ze had gezegd dat hij alleen maar met haar wilde trouwen om zijn geweten te sussen?