Woord vooraf

Tussen 1950 en 2005 is de wereld van aanschijn veranderd. Oude bondgenootschappen brokkelden af en nieuwe allianties kwamen tot stand. De bewapening nam nooit geziene proporties aan en maakte de totale vernietiging van de aarde mogelijk. Op de puinen van het koloniale systeem ontstonden nieuwe staten en groeiden de tegenstellingen verder aan tussen het noordelijk en het zuidelijk halfrond. Na de golden sixties kwam de economie in een periode van crisis en recessie terecht. De tweede helft van de twintigste eeuw was een bewogen periode waarin veranderingsprocessen zich snel voltrokken.

Dit boek schetst de evolutie van de wereld van de jaren vijftig tot na de eeuwwisseling. Welke krachten bepaalden de internationale politiek en welke middelen werden daarbij ingezet? De politieke stelsels, de ideologieën en de interne ontwikkeling van de afzonderlijke staten werden buiten beschouwing gelaten, tenzij er een interactie bestond tussen die fenomenen en de internationale gebeurtenissen. Dit werk pretendeert uiteraard geen exhaustiviteit. De auteurs ervan hebben zich bewust tot de krachtlijnen en de structurele veranderingen van de wereldpolitiek beperkt.

Het verloop van nagenoeg een halve eeuw wordt in dit boek in drie tijdsblokken behandeld. De scheiding tussen de eerste twee periodes hebben de auteurs gelegd rond het midden van de jaren zeventig. Toen bracht de oliecrisis een economisch veranderingsproces op gang en kwam er een kentering in de Oost-West-verhouding. De Slotverklaring van Helsinki die het handvest vormde van de Conferentie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa, is daarvan een teken. Het feit dat de Verenigde Staten en de Sovjetunie de eerste stappen zetten in de richting van een beperking van de kernwapens, maakte eveneens deel uit van dat veranderingsproces.

De eerste twee tijdsblokken zijn ingedeeld in vier hoofdstukken waarin parallel dezelfde thematiek aan bod komt. Het eerste thema is het ontstaan, de ontwikkeling en het einde van de Koude Oorlog. Nagegaan wordt hoe de bipolarisatie van de wereld gedurende veertig jaar voor een relatief evenwicht in de wereldpolitiek zorgde. Daarbij aansluitend wordt het tweede thema gevormd door de bewapeningswedloop. De combinatie van nucleaire vernietigingskracht en rakettechniek veroorzaakte een immense bewapeningsescalatie die de wereld decennia lang in de ban hield. De ontwikkelingslanden vormen het derde thema. Naarmate de dekolonisatie vorderde, ontstond er een Derde Wereld. De internationale gemeenschap werd steeds meer geconfronteerd met de toenemende spanningen tussen het noordelijk en het zuidelijk halfrond. De economische machtsverhoudingen zijn het vierde thema. De spectaculaire ontwikkeling van de Duitse Bondsrepubliek en Japan, de opkomst van de Zuid-oost-Aziatische ‘Tijgers’ en de Europese integratie komen daarbij onder andere aan bod.

In het derde deel van het boek wordt de wereld geschetst na het verdwijnen van het Oost-blok en de Sovjet-Unie. De jaren negentig tonen een wereldgemeenschap die moeizaam op zoek gaat naar een nieuwe wereldorde. Bij nieuwe confrontaties onder andere met het internationaal terrorisme domineren de Verenigde Staten politiek en militair de internationale scène. Zo voltrekt zich de unipolaire wereld.

Dit boek is een aangevulde en bijgewerkte versie van het werk dat in 2002 bij dezelfde uitgever verscheen onder dezelfde titel.

De auteurs stellen er prijs op allen te danken die aan het boek hebben meegewerkt of die hen met hun belangstelling en bereidwilligheid voortdurend hebben aangemoedigd.

Brussel, augustus 2005