HOOFDSTUK 3
Aan het ontbijt ging het minder officieel toe dan aan het diner, de vorige avond. Iedereen moest zelf iets halen bij het buffet, waar schalen met allerlei heerlijkheden klaar stonden. Gwayne, die ’s morgens nooit veel trek had, bediende zich niet van het vlees en de eieren, wat door de mannen in het gezelschap juist zo gewaardeerd werd. Zij besloot alleen wat toost, marmelade en koffie te nemen.
‘Gaan jullie vandaag je eerste rijles nemen?’ vroeg Brad aan Gwayne en Donna, toen ze allemaal aan tafel zaten. De meisjes knikten en hij vroeg: ‘Ik hoop dat je een paar paarden hebt, die geschikt zijn voor beginners, Regan?’
‘O, ja, en ook een paard voor iemand, die niet zo erg veel ervaring heeft,’ zei Warren lachend. Het was al een paar jaar geleden dat hij gereden had.
Regan knikte. ‘Dat zal best lukken. Vraag maar aan Sam om Puppet op te zadelen en Angel en Beau.’ Hij wendde zich tot Warren en raadde hem : ‘Beau is een hengst, maar hij is heel goed berijdbaar. Je zult geen moeilijkheden met hem krijgen.’
‘Mooi zo,’ grinnikte Warren. ‘Ik zou het niet leuk vinden, als ik steeds opnieuw zou moeten opstijgen.’
‘Is het beslist nodig om er een paar keer af te vallen, als je het nog moet leren?’ vroeg Donna. Ze keek niet bepaald enthousiast.
‘Meestal wel,’ zei Brad. Hij dacht kennelijk aan zijn eigen leertijd. ‘Maar ook mensen met jarenlange ervaring moeten erop voorbereid zijn dat ze van hun paard kunnen vallen. Dat hoort er nu eenmaal bij.’
‘Ik wil wedden dat Regan er nooit afvalt. Wel?’ Donna’s bruine ogen richtten zich vol bewondering op de man aan het eind van de tafel.
Gwayne keek zwijgend toe hoe hij haast onmerkbaar de schouders even ophaalde. ‘Dat zou ik niet willen zeggen,’ merkte hij droog op. ‘Ik heb in de loop der jaren ook wel eens iets gebroken, net als anderen.’ In elk geval was hij eerlijk, dacht ze bij zichzelf. Dat wel.
Donna lachte een beetje nerveus. ‘Het klinkt allemaal niet zo leuk, hoor,’ klaagde ze.
Warren slikte haastig een mondvol eieren met ham door en schudde zijn hoofd. ‘Maak je geen zorgen, liefje. Er kan je niets overkomen, als we alleen maar stapvoets gaan vandaag. Ik denk dat dat de bedoeling is.’
‘Heus?’ vroeg ze aan Brad en die bevestigde het.
‘ Ja, tenzij je het erg snel leert en direct al wilt gaan draven of galopperen.’
‘Dat is een opluchting,’ zuchtte Donna. ‘Op die manier zal het wel gaan, niet, Gwayne?’
Gwayne had er altijd al naar verlangd om te leren paard rijden. Ze hoopte dat ze direkt flink op zouden schieten met de lessen, maar nu Donna zich zorgen leek te maken, vond ze het niet erg taktvol om dat te zeggen en ze antwoordde bevestigend.
‘O, ja, Brad, als je de tocht naar Amethyst Creek niet aan het eind van je verblijf wilt maken, stel ik voor dat je er in de komende dagen heengaat,’ raadde Regan aan. ‘Het schapen scheren begint volgende week en waarschijnlijk zullen we alle beschikbare vervoersmiddelen vanaf vrijdag nodig hebben.’
‘Hm, daar had ik nog niet aan gedacht,’ zei Brad langzaam en hij dronk zijn koffie uit. ‘Zullen we er morgen dan heengaan? Schikt dat jullie allemaal?’
‘Ja, hoor. We verheugen ons er al op,’ antwoordde Gwayne, ook voor de anderen.
‘Mooi zo. Dan moeten we aan Mrs. Wallace vragen om wat eten en drinken voor ons klaar te maken. Welke van de Range Rovers mogen we nemen, Regan?’
‘Ga maar met de nieuwste, dan heb je de minste kans op moeilijkheden.’
‘Waarom ga je niet met ons mee?’ stelde Donna vriendelijk voor. ‘Miss Fairfax zei gisteren nog dat je niet vaak de kans kreeg om edelstenen te gaan zoeken. Dit is natuurlijk een mooie gelegenheid.’
Toen Gwayne hoorde dat Regan mee werd gevraagd, keek ze verschrikt naar het andere eind van de tafel. O, als hij het maar niet doet, dacht ze. Zijn aanwezigheid zou betekenen dat zij zich niet op haar gemak zou voelen.
‘Een andere keer misschien, Donna.’ Gwayne slaakte een zucht van verlichting. ‘We gaan een drukke tijd tegemoet en op het ogenblik moeten we allemaal doen wat we kunnen.’
‘Nou, als wij ergens mee kunnen helpen, moetje maar een gil geven,’ lachte Donna. ‘Je hoeft het maar te zeggen en we komen aanrennen.’ Gwayne keek haar vriendin verbaasd aan. Het werd op een pijnlijke manier duidelijk dat ze probeerde Regans aandacht te trekken. Toen ze naar hun kamer gingen om zich te verkleden voor het paardrijden, zei ze dit ook tegen Donna.
Maar Donna haalde alleen de schouders op. ‘Het kan niets geen kwaad om een man duidelijk te maken dat je geen hekel aan hem hebt. Ik vind Regan wel mijn type en ik ben niet van plan om te doen alsof dat niet zo is.’
Regan was het type voor iedere vrouw, bekende Gwayne zichzelf. Tegen Donna zei ze: ‘En Warren dan?’
‘Ja, ik weet het niet.’ Donna haalde de schouders op en keek naar Gwayne. ‘Trouwens jij hebt vanmorgen ook niet aan Brad gedacht, toen je Regan helemaal voor jezelf had.’
‘Maar - maar dat is onzinnig,’ riep Gwayne en ze bloosde. ‘Ik kan toch niet weigeren om met hem mee terug naar huis te lopen.’
‘Waarom ben je dan naar die stallen gegaan? Of wilde je hem graag tegen het lijf lopen?’
Gwayne schudde haar hoofd. ‘Nu gaat je fantasie met je op de loop. Ik zocht de eigenaar van een jong hondje, dat ik op de veranda gevonden had.’
‘Die vlekken op je arm, die ik zag toen je terugkwam, waren dan zeker van dat hondje?’
‘Die waren van Regan,’ antwoordde Gwayne sarkastisch. ‘Ik wilde hem zo graag tonen wat ik voor hem voelde dat hij me tegen moest houden om zichzelf te beschermen.’
Donna’s ogen lachten. ‘Goed, goed, ik snap dat ik het mis had,’ grinnikte ze. ‘En hoe kom je nu aan die vlekken? Brad moet ze natuurlijk ook gezien hebben.’
‘Ja, maar gelukkig had hij het te druk met andere dingen.’
‘Maar hoe kom je eraan?’ drong Donna aan en Gwayne lachte.
‘Nu ja, we kregen verschil van mening. Zo zou je het kunnen noemen. Hij wilde beslist dat ik naar hem zou luisteren, of ik daar nu zin in had of niet.’
‘Het moet wel belangrijk voor hem geweest zijn, dat hij zich zo druk maakte.’
‘Ja, dat lijkt wel zo.’
‘En jij dan?’ vroeg Donna.
‘Om de een of andere reden vroeg hij me van alles over het weeshuis en hoe ik daar gekomen was.’
‘O!’ Donna begreep dat hierop geen antwoord te verwachten viel. ‘En zei hij ook waarom hem dat interesseerde?’
Gwayne haalde de schouders op. ‘Hij dacht dat hij me al ergens van kende. Dat is natuurlijk niet waar.’
‘Nee, je zou het toch weten, als je hem al eerder ontmoet had?’
‘Ja, natuurlijk. Hij is iemand, die je niet direct weer vergeet.’
‘Nee, dat zou je ook niet willen.’ Ze waren nu bij Gwaynes kamer gekomen. ‘Ik ben over een paar minuten klaar, jij ook?’
Gwayne stak een sigaret op.
Ze moest proberen niet meer aan haar ouders te denken, aan de manier waarop ze haar hadden achtergelaten, dat was nu voorbij. Ten tweede moest ze maar toegeven dat ze zich tot Regan aangetrokken voelde. Het was een nutteloze toestand gezien het verschil in achtergrond. Ook was er haar relatie met Brad, waarmee ze tot nu toe heel tevreden was geweest. En ze moest onthouden dat Regan vierendertig was; hij verlangde er zeker niet naar om zijn leven te veranderen en zijn vrijheid op te geven.
In de badkamer klonk zacht gefluit van Donna en Gwayne lachte even.
Toen de meisjes bij de stallen kwamen, had Brad hun paarden al laten opzadelen. Hij gaf ieder een hoed met een brede rand, zoals hij en Warren ook droegen.
‘Hier, zet die maar gauw op,’ raadde hij aan. ‘We willen niet graag dat jullie om lunchtijd zo rood zijn als een kreeft.’
Donna trok een lelijk gezicht tegen hem en zette de hoed achterop haar hoofd. ‘Ik heb wel iets anders om aan te denken,’ zei ze en ze keek wantrouwig omhoog naar haar paard.
‘Zo niet, malle,’ riep Warren en hij zette haar hoed recht. ‘Die is niet voor het mooi, hij moet je beschermen tegen de zon.’
Donna liet dit allemaal goedgehumeurd over zich heengaan. Ondertussen zette Gwayne haar hoed op. Brad gaf hun ieder de teugels in de handen en zei: ‘We gaan nu naar dat stukje land daar. Dat is net een geschikt stuk voor de lessen, er staat flink veel gras op het ogenblik.’
‘Om onze val te breken?’ Gwayne trok de wenkbrauwen op, ze ging naast hem lopen. Het paard, dat ze aan de teugels meevoerde, hield het hoofd bij haar schouder.
‘Nee, hoor. Het lijkt wel of Donna het maar liever helemaal niet door wil laten gaan.’ Hij keek haar even aan. ‘Maar jij wilt het toch wel proberen?’
‘O, ja.’ Gwayne streelde de glanzende bruine hals van het paard naast haar en lachte vrolijk. ‘Het kan me niet schelen hoe vaak ik eraf val. Ik wil graag zo snel mogelijk leren rijden.’
‘Dat is in elk geval de juiste houding,’ zei hij goedkeurend. ‘Je moet alleen niet te hard van stapel lopen.’
‘Ja, meneer.’ Ze probeerde er ernstig bij te kijken. ‘Jij en Regan zeiden toch dat je er wel op voorbereid moet zijn om zo nu en dan in het zand te bijten?’
‘Ja, dat is zo,’ gaf hij toe. ‘Maar hoe meer ervaring je hebt, hoe lelijker je terecht kunt komen, want dan verlies je niet alleen je evenwicht, maar je paard gaat bijvoorbeeld in galop en daar is niets aan te doen. Het land bestaat hier niet uit zacht glooiende groene heuvels, de grond is ruw en rotsachtig en er liggen overal stenen. Iedereen kan een ongeluk krijgen, maar we zullen zorgen dat jou niets overkomt, want tenslotte kun je nog niet rijden.’
‘Dat hoefje me niet te vertellen. Maar goed, jij moet maar zeggen hoe het moet. Wat het paardrijden betreft natuurlijk,’ zei Gwayne en ze lachte ondeugend.
Brad schudde zijn hoofd zogenaamd wanhopig. ‘Kleine heks! Je zult mijn dood nog eens zijn.’
Maar Gwayne luisterde niet, ze keek om zich heen. Ze hadden het laatste gebouw achter zich gelaten en het open veld lag voor hen. Het was nog vroeg en ze was nog helemaal fris, zodat ze alles met bewonderende ogen kon opnemen. In de verte zag ze het heldere groen, geel en rood van de wilde bloemen, zo ver het oog reikte. Het was zo schitterend dat ze de adem inhield.
‘Ongelooflijk, vind je niet?’ mompelde ze. ‘Ik dacht dat het hier droog en bruin en stoffig zou zijn.’
‘Dat is het binnenkort ook weer,’ antwoordde Brad snel. Het leek wel of hem dat genoegen deed, dacht Gwayne. ‘Maar nu doet dit land zijn naam eer aan.’ Hij zwaaide met zijn arm, zijn gezicht stond spottend, ‘De Plains of Promise! Het land van belofte; zo heeft de eerste Fairfax, die zich hier vestigde het genoemd. Hierop is hun grote rijkdom gegrondvest.’
‘Dat klinkt...’ Ze zocht naar de goede woorden. ‘Het klonk een beetje alsof je jaloers bent.’
‘Nee, niet jaloers, maar verbitterd,’ verbeterde hij. ‘Dit hoort allemaal van mij te zijn, niet van Regan.’
Gwayne slikte van verbazing, toen stamelde ze: ‘Hoe bedoel je dat?’
‘Mijn moeder heeft Karen en Michael Fairfax aan elkaar voorgesteld. Eigenlijk was hij eerst haar vriendje.’
Deed Brad daarom zo vijandig tegen zijn neef? Was hij gewoon jaloers? Dat kon toch niet!
‘Wat heeft dat ermee te maken,’ begon ze, maar hij viel haar heftig in de rede.
‘Het heeft er alles mee te maken. Je weet niet hoe mijn tante Karen was. Of misschien toch wel, want Regan is precies hetzelfde. Maar mijn moeder was verlegen en bescheiden. Tante Karen was altijd het middelpunt, ze had bendes bewonderaars en ze wilde er steeds meer hebben. Ook die ene jongen, die de vriend van haar eigen zuster was.’
‘Maar hij liet zich dus door tante Karens charme inpalmen, anders was het niet gebeurd.’ Gwayne wist zelf niet waarom, maar ze had er behoefte aan Karen Fairfax te verdedigen.
Brads gezicht werd rood van boosheid. ‘Wil je zeggen dat het de schuld van mijn moeder was? Dat ze hem toch niet vast had kunnen houden?’
‘Nee, helemaal niet,’ zei ze kwaad. Ze was zich bewust dat hun stemmen zo luid klonken, dat Donna en Warren misschien ieder woord zouden kunnen horen. ‘Ik wil alleen maar zeggen dat je moeder altijd heel tevreden leek met haar echtgenoot. Én daarom snap ik niet waar je zoveel drukte om maakt. Bovendien,’ ze lachte even, ‘moetje bedenken dat als je moeder met Michael Fairfax was getrouwd, het heel goed mogelijk was dat Regan de oudste van jullie geweest zou zijn. Als de jongste zoon zou jij dan toch niet de eigenaar van Fairfax Downs zijn.’
Maar Brad kon de humor van dit idee niet inzien. ‘Nee, dat was niet bij me opgekomen,’ snauwde hij kwaad. ‘Regan heeft daarvoor teveel van zijn moeder.’
‘Net als jij echt de zoon van je vader bent?’ kon Gwayne niet nalaten te zeggen. Ze leken inderdaad erg veel op elkaar.
‘Als je leuk wilt zijn, ga je gang.’
‘Nee, dat niet. Het was meer een poging om de zaken in het juiste perspektief te laten zien,’ zei ze sarkastisch. ‘Als Regan jouw broer niet zou kunnen zijn omdat hij teveel op je tante Karen lijkt, dan zou jij ook geen Fairfax kunnen zijn omdat jij teveel op je vader lijkt.’
‘Jij denkt maar dat het een soort grap is, hè?’ snauwde hij.
Gwayne schudde het hoofd. ‘Helemaal niet. Ik vind het allemaal nogal onsmakelijk, als je het wilt weten. Waarom ben je niet gewoon tevreden met je eigen liefhebbende familie in plaats van je druk te maken over iets wat had kunnen gebeuren? Er zijn heel wat mensen die maar dolblij zouden zijn als ze zulke ouders als jij hadden.’
‘Jij bijvoorbeeld.'
‘Ja, ik bijvoorbeeld,’ gaf ze openlijk toe.
‘Dat verbaast me niet. Ik heb al vaak gedacht dat dat de voornaamste reden was waarom je met mij uitgaat. Je voelt je meer aangetrokken door de sfeer bij mij thuis dan door mij,’ merkte hij op.
‘O, doe niet zo idioot,’ ontkende Gwayne direct. Toch begon ze nu wat meer over haar gevoelens voor hem na te denken. Ze was daar nog niet mee klaar, toen ze bij de wei kwamen, waar de lessen zouden beginnen.
De rest van de morgen was de stemming niet zo best. Brad gaf zijn aanwijzingen op een koele, autoritaire toon en zij antwoordde al net zo afstandelijk. Toch maakte Gwayne zich geen zorgen, want ze geloofde niet dat Brad zo vervelend zou blijven, meestal was hij opgewekt en gezellig. Ondertussen kon zij zich nu beter koncentreren op wat ze aan het doen was in plaats van te proberen aan het gesprek van de mannen deel te nemen, zoals Donna.
Vanaf het moment Gwayne met een zwaai op de rug van Puppet ging zitten en de teugels greep, voelde ze zich op haar gemak. Maar Donna was al zenuwachtig voor ze begon, ze gleed steeds heen en weer en hield haar handen te hoog. Ze greep de teugels te stijf vast omdat ze dacht dat ze Angel daarmee in beweging zou houden.
‘In ’s hemelsnaam, Donna, ontspan je toch,’ riep Warren voor de zoveelste keer.
‘Hoe moet ik me nu ontspannen als ik steeds heen en weer glijd? Ik heb me nog nooit in mijn leven zo onzeker gevoeld. Ik geloof dat paardrijden niets voor mij is, geef mij maar een auto.’
‘Ik wil wedden dat je je de eerste keer achter het stuur ook niet zo veilig voelde,’ riep hij. ‘Doe je best maar eens, dan komt het plezier heus wel.’
‘Ja, dat zeg jij!’ Donna trok een lelijk gezicht tegen hem. ‘Ik heb nu al het gevoel alsof iemand me een pak rammel verkocht heeft.’
‘Misschien zou dat niet het geval zijn, als je niet zo heen en weer zat te schuiven.’
‘O, schei toch uit, Warren.’ Donna’s geduld was op, stijf liet ze zich van haar paard afglijden. Toen ze eenmaal op de grond stond, rechtte ze opgelucht haar rug. ‘Zoals ik me nu voel, zou ik het niet erg vinden als ik nooit meer een paard zag.’
Gwayne stond naast hen stil. ‘Wil je liever iets anders gaan doen?’
‘Nee, laat maar. Ga jij nog maar een beetje door. Ik blijf wel wat hier, ik zal een beetje rondlopen.’
‘Je bent er in elk geval niet afgevallen,’ zei Gwayne lachend.
‘Dat is een wonder, hoor.’
‘De volgende keer zal het wel beter gaan.’
Maar Donna keek niet bepaald enthousiast. ‘Als er een volgende keer komt. Ik denk dat ik me alleen nog op een surfplank waag en nooit meer op een paard.’
‘Hm, eigenlijk wel gek dat je dan geen moeite hebt met je evenwicht,’ zei Gwayne nadenkend.
‘Misschien omdat ik het niet erg vind om in het water te vallen. Maar dit..en Donna stampte met haar voet op de grond, ‘is heel iets anders.’
Nu Gwayne zo snel geleerd had om stapvoets te gaan en bochten te maken, stond een draf op het programma. Dit betekende zoveel nieuws in korte tijd, dat ze begreep het niet zomaar te kunnen leren. Ze deed haar best, maar het leek wel of ze altijd weer in het zadel viel, als Puppet net omhoog kwam, zodat ze uiteindelijk blij was toen Brad zei dat het tijd werd om naar huis te gaan voor de lunch.
‘Dus jullie hebben leren rijden?’ Charlotte lachte tegen de meisjes. ‘Hoe ging het?’
‘Met mij ging het niet goed, helaas,’ zei Donna luchtig. ‘Maar Gwayne kan het al een beetje. Ze was echt in haar element.’
‘Nou, dat is overdreven,’ lachte Gwayne. ‘Draven ging nog helemaal niet goed.’
‘Je schiet aardig op, als je al aan een draf toe bent,’ klonk Regans diepe stem. ‘Meestal duurt het veel langer dan één les voordat je je evenwicht kunt houden en je paard onder kontrole kunt krijgen.’ Hij keek Brad vragend aan. ‘Kan ze er echt al wat van?’
Brad was weer wat bijgekomen; droog zei hij: ‘Ik ben zelf natuurlijk geen expert, maar ik geloof dat ze een natuurtalent is. Vanaf het moment dat ze erop zat, deed ze alles direkt goed. Ze heeft een goede zit, ze houdt de teugels op de juiste manier vast en ze is goed in balans. Wat kun je nog meer verlangen van een leerling?’ Hij schudde het hoofd. ‘Ik denk dat ze na een half uur al zonder veel moeite zou kunnen draven.’ Gwayne wierp hem een verwijtende blik toe. ‘Maar je hebt me al die tijd rondjes laten lopen,’ zei ze beschuldigend.
‘Dat moest ik wel,’ antwoordde hij. ‘Al was het maar om me ervan te overtuigen dat mijn ogen me niet bedrogen.’
Ze gingen over op een ander onderwerp. De tocht, die ze de volgende dag zouden maken. Brad en Warren zouden die middag de Range Rover nakijken. Toen Donna dat hoorde, keek ze heel teleurgesteld, maar ze klaarde weer op, toen Regan tegen zijn tante zei dat hij met de andere wagen zou gaan kijken of de kanalen verderop niet overgroeid waren.
‘Dat klinkt in elk geval heel wat leuker dan naar die twee te moeten kijken, als ze met een auto bezig zijn,’ en ze maakte een gebaar naar Warren en Brad. ‘Wat zou je ervan zeggen als ik met jou meeging, Regan?’ Ze keek hem smekend aan.
Gwayne had het idee dat Warren en Regan absoluut niet verbaasd waren over dit verzoek, al zouden ze daar wel heel verschillende redenen voor hebben. Ze onderschepte een spottende blik van Regan voor hij een tikje sarkastisch opmerkte:
‘Dat is natuurlijk best. Het was niet bij me opgekomen dat je het interessant zou vinden om die kanalen te inspekteren.’
‘Nu ja, alles van het leven hier interesseert me,’ zei Donna snel. ‘En op die manier krijg ik natuurlijk ook de kans om nog wat meer van het land te zien.’
Gwayne bloosde om het gedrag van haar vriendin. Begreep Donna dan zelf niet dat Regan heel goed na kon gaan wat haar bezielde? Of was ze zo verliefd dat het haar allemaal niets kon schelen? En wat Regan Fairfax betreft, ze had hem graag iets naar zijn hoofd gegooid. Het was duidelijk dat hij geen belangstelling voor Donna had. Hij had immers al een vriendin, die Arleen of zoiets heette? Maar tegelijkertijd deed hij geen enkele poging om haar te ontmoedigen bij haar geflirt.
‘En jij, Gwayne? Wil jij ook mee?’
Gwayne was zo diep in gedachten, dat ze opschrok, maar toen ze hem aankeek, stonden haar ogen heel boos.
‘Nee, dank je.’ Ze weigerde zonder meer. ‘Misschien kan ik Brad en Warren ergens mee helpen of anders ga ik nog wat oefenen in paardrijden.’
Ze wist niet waarom hij haar mee had gevraagd, maar ze was niet van plan erop in te gaan. Hij had goed gevonden dat Donna met hem meereed, dus moest hij de gevolgen maar dragen. Als dat betekende dat hij de hele middag met haar zou moeten flirten, was dat zijn eigen schuld!
Het bleek dat de mannen Gwaynes hulp niet nodig hadden bij het in orde maken van de Range Rover en dus ging ze op weg om Puppet te zoeken. Ze liep met het paard naar hetzelfde stuk omheind land, waar ze die morgen ook gereden had. Maar toen ze uit de stallen kwam, zag ze de auto van Regan staan met een boos kijkende Donna ernaast.
‘Hallo, hoe komt het dat je nog hier bent?’ vroeg ze verbaasd. ‘Ik dacht dat jij en Regan al een hele tijd geleden vertrokken waren.’
‘Je bedoelt: Regan, Les en ik,’ verbeterde Donna droogjes. ‘Hij vergat te vertellen dat een van zijn werklui ook meeging. De volgende keer zal ik eerst informeren of er nog meer meegaan voor ik mezelf uitnodig voor een tochtje.’
Gwayne had bijna gezegd dat het Donna’s eigen schuld was, maar ze vond het beter haar mond te houden. In plaats daarvan vroeg ze:
‘Waar zijn ze dan eigenlijk? Waarom gaan jullie nog niet weg?’
‘De bedrijfsleider van Regan hield ons tegen toen we op het punt stonden om te vertrekken. Hij wilde hem over iets spreken en Len is met hen meegegaan. Ze zeiden dat ze zó terugkwamen,’ vertelde Donna verontwaardigd.
‘O, ja, ik begrijp het.’ Ze zweeg even en zei toen: ‘Als je er niet zoveel zin meer in hebt, waarom zeg je dan niet dat je van idee veranderd bent? Je kunt altijd zeggen dat je ten slotte toch besloten hebt om Warren te helpen.’
‘Och, schei toch uit, op die manier kan ik hem net zo goed meteen vertellen dat ik met hem mee wilde omdat ik dacht dat we dan samen zouden zijn.’ Toen er geen antwoord kwam, ging ze verder: ‘Jij denkt dat hij dat toch al weet, niet?’
Gwayne haalde verlegen de schouders op. ‘Hij is toch niet gek, Donna. Iemand die zo knap is als hij en nog geld heeft ook, wordt vaak door een meisje achtervolgd.’
‘En Regan Fairfax is een man die de zaken liever omdraait en zelf achter de meisjes aangaat, hè?’
‘Als je het zo wilt stellen, ja.’
‘Nu ja, het doet er ook niet toe,’ grinnikte Donna. ‘Ik kan het allicht proberen.’
Gwayne moest haar wel bewonderen om zoveel vasthoudendheid, haar lichtbruine ogen begonnen vrolijk te lachen. Maar zodra ze Regan aan zag komen, betrok haar gezicht direkt en toen hij naast hen stond, keek ze bijna boos.
‘Het spijt me dat ik je heb laten wachten, Donna,’ verontschuldigde hij zich. Gwayne werd daar innerlijk woedend om. ‘Les kan elk ogenblik hier zijn en dan gaan we op weg.’ Plotseling stak hij zijn rechter arm uit en pakte Puppet bij de teugel. Tegen Gwayne zei hij: ‘Als jij in je eentje gaat oefenen, wees dan voorzichtig, ja?’
‘Maak je geen zorgen, Brad heeft me al uitvoerig verteld wat ik wel en niet mag doen.’
Hij knikte goedkeurend en vroeg toen: ‘Hoe gaat het trouwens als je wilt draven?’
‘Nog niet zo erg plezierig,’ zei ze spijtig.
‘Dat is te begrijpen, maar dat bedoelde ik niet,’ lachte hij. ‘Ik bedoelde: met of zonder stijgbeugels?’
Gwaynes ogen werden groot van verbazing. ‘Met natuurlijk.’
‘Probeer het dan eens zonder,’ zei hij lachend. ‘Dat is een goede evenwichtsoefening en je leert erdoor, goed in het zadel te blijven zitten. Je moet er alleen voor zorgen dat je de riemen van de stijgbeugels gekruist voor je legt, anders denkt het paard dat je aangeeft dat je sneller wilt.’
Een goed idee, dacht ze. Ze begreep wat de bedoeling was. Als ze geen stijgbeugels gebruikte, moest ze wel op en neer bewegen, met het paard mee.
‘Goed, ik zal het proberen,’ zei ze. ‘Het kan niet slechter gaan dan vanmorgen.’
‘Als je er maar aan denkt om die stijgbeugelriemen voor je te leggen.’
Gwayne knikte, ze reed weg en vlak daarna hoorde ze de auto in westelijke richting verdwijnen.
Het werd een moeilijke, maar toch heerlijke middag. Ze deed alles wat ze ’s morgens gedaan had, nog eens over. Toen ging ze over op draven, eerst met de stijgbeugels en toen zonder. Ze maakte goede vorderingen, al wist ze dat ze nog meer zou kunnen bereiken.
De tijd ging snel voorbij. Pas toen ze de Range Rover terug zag komen, realiseerde ze zich hoe laat het was. Ze leunde naar voren om het paard op de glanzende nek te kloppen en zuchtte diep. Ze voelde zich stijf en pijnlijk; het werd hoog tijd om naar huis te gaan.
Ze was ervan overtuigd dat ze best alleen terug kon rijden naar de stallen en ze liet zonder erbij te denken de stijgbeugels, die voor haar lagen, weer op hun plaats vallen. Direkt begreep ze dat ze iets verkeerd deed, maar helaas liet Puppet haar niet de tijd om het te veranderen. Hij had haast om naar de stal te komen en die twee bonzen tegen zijn ribben gaven hem het idee dat hij ervandoor kon gaan. Hij galoppeerde weg.
Gwayne probeerde nog met haar voeten in de stijgbeugels te komen, maar ze trok teveel aan de rechter teugel en het dier begon rond te draaien. Hij draaide de ene kant op en zij de andere. Alles ging zo snel, dat ze nog wel even aan Brads advies dacht om in zo’n geval haar arm uit te steken, maar helaas kwam ze op haar uitgestrekte hand terecht. Een hevige pijn schoot door haar pols tot aan haar schouder. •
Ze bleef een ogenblik stil liggen, toen stond ze langzaam op. Ze leek niets gebroken te hebben, al deed haar pols veel pijn. Ze bukte zich, pakte haar cap op en klopte die tegen haar been af om het gras te verwijderen. Ze liep naar Puppet die stond te wachten.
‘Dat was een vreemde toestand, hè, jongen? Wat een bons was dat!’ zei ze half lachend, half spijtig, en ze begon stijfjes met hem naar de stallen te lopen. ‘Maar die vergissing zal ik niet gauw weer maken, dat kan ik je wel zeggen. De volgende keer zal ik de riemen bij stukjes en beetjes laten zakken.’
Puppet wreef zijn hoofd tegen haar schouder alsof hij elk woord begreep dat ze zei. Ze waren nu bij de stallen gekomen en Gwayne was erg blij dat Sam voor het afzadelen kon zorgen, want haar pols deed enorm veel pijn. Ze ondersteunde hem met haar ene hand.
‘Hoe is het gegaan?’ vroeg een bekende stem, toen ze zo snel ze kon naar het huis liep.
Ze draaide zich half om en trok een schouder op. ‘O, wel goed, geloof ik. Ik ben er nog, maar meer ook niet.’
‘Ik geloof dat het niet zo erg goed met je gaat, als ik je zo zie lopen,’ lachte Regan. Hij had haar ingehaald en legde een vinger onder haar bleke gezicht om het naar hem toe te wenden. ‘Je kunt nu beter een paar dagen niet rijden, liefje. Je moet het niet overdrijven.’
‘Nee, dat geloof ik ook.’
Natuurlijk zou ze in geen dagen meer kunnen rijden omdat ze haar pols niet kon gebruiken, maar ze wilde wel dat hij wat doorliep. Hij liep nog langzamer dan zij, het leek wel of ze er eeuwen over deden voor ze bij de tuin kwamen. Ze had haar pols graag wat met haar goede hand willen wrijven om de pijn te verlichten, maar dat durfde ze niet. Ze was zo dom geweest zijn raad niet op te volgen, maar ze voelde er niets voor om Regan dat te laten merken, juist niet aan hem.
Eindelijk kwamen ze bij het hek, Regan deed het met een zwaai voor haar open, maar op dat moment werd hun aandacht afgeleid door een kookaburra-vogel, die plotseling in gelach uitbarstte. Het hek sloeg tegen haar gewonde pols aan en onwillekeurig liet ze een kreet horen. De tranen sprongen haar in de ogen.
Nu had ze een reden om haar arm vast te houden, maar ze vermeed Regans blik.
‘Wat is er eigenlijk gebeurd?’ wilde hij weten.
Snel keek ze hem even aan en toen richtte ze haar blik weer op haar arm. ‘O, eh, niets, hoor. Het hek zwaaide tegen me aan, dat is alles,’ probeerde ze luchtig te doen. ‘Het spijt me dat ik zo schreeuwde, maar ik - ik had het niet verwacht.’
‘Je moet me niet voorliegen, Gwayne, dat lukt je toch niet.’ Zijn stem klonk als een zweepslag. ‘Ik heb je gevraagd wat er gebeurd is en ik had het niet over het hek.’
‘Ik... ik weet niet wat je bedoelt,’ ontweek ze. ‘Het hek kwam tegen mijn arm aan en dat deed pijn. Misschien is het gaas stuk en kwam dat in mijn hand terecht.’
‘Laat eens zien,’ kommandeerde hij, maar Gwayne negeerde zijn uitgestrekte hand en haalde alleen de schouders op.
‘Het gaat al weer, hoor. Het doet geen pijn meer,’ loog ze.
‘Dat is niet waar, je bent zo wit als een doek,’ zei hij. Met zijn staalgrijze ogen keek hij haar woedend aan. ‘En wil je het nu eerlijk vertellen of moet ik zelf kijken?’
Gwayne keek hem wraakzuchtig aan. ‘Ik heb hem alleen verstuikt,’ bekende ze eindelijk met een zucht. ‘Je hoeft er helemaal geen drukte over te maken. Het zal morgen waarschijnlijk weer in orde zijn.’
‘Mag ik eens zien?’
Ze aarzelde nog - vooral bij het idee dat hij haar aan zou raken.
Ironisch trok hij de wenkbrauwen op. ‘Je hoeft je heus niet te schamen als je valt. Dat overkomt iedereen vroeger of later.’
Als hij haar op haar gemak wilde stellen, lukte hem dat toch niet: ze voelde zich erg dom. Als antwoord bewoog ze haar hoofd in een gebaar dat geen bevestiging en ook geen ontkenning inhield. Daarna stak ze haar arm uit opdat hij hem kon bekijken.
Toen hij zag dat de pols licht gezwollen was, fronste hij zijn voorhoofd. Direkt begon hij met zijn vlugge ervaren vingers te zoeken naar een breuk. Zijn handen bewogen licht en zo voorzichtig mogelijk, maar toch trok Gwayne een paar keer een pijnlijk gezicht voor hij met zijn grondige onderzoek klaar was.
‘Er is niets gebroken, gelukkig, maar we zullen er een ijszak opleggen om de zwelling weg te nemen. Dan moet je er de komende paar dagen een steungevend verband om dragen,’ zei hij vriendelijk en hij liet haar arm los. Terwijl ze verder liepen keek hij haar nieuwsgierig aan. ‘Hoe is het precies gebeurd?’
Gwayne haalde even de schouders op. ‘Ik heb de stijgbeugelriemen te haastig laten vallen en Puppet begon te galopperen. Toen ik probeerde hem tegen de houden ging hij draaien... maar ik kon dat niet.’
‘Waarom heb je dat niet eerder verteld? Waarom deed je zo geheimzinnig?’
Waarom wilde ze in zijn ogen toch niet voor dom doorgaan?
‘Ik weet het niet. Misschien was ik bang dat je me erg onverantwoordelijk zou vinden en dat ik dan niet meer op een paard van je zou mogen rijden.’
‘En dat zou je heel erg vinden?’ Zijn mondhoeken trilden.
‘Ja, natuurlijk. Ik heb altijd al willen rijden en nu heb ik eindelijk de kans,’ legde ze snel uit.
‘Dan zullen we alles moeten doen om te zorgen dat je wens vervuld wordt.’
Gwayne bloosde diep, snel keek ze van hem weg.
‘O, ik denk dat Brad daar wel voor kan zorgen, doe jij maar geen moeite, Regan,’ zei ze. ‘We willen jouw plannen voor je werk niet in de war sturen.’
Hij boog spottend. ‘Dat zou weer eens iets anders zijn.’
‘Hoe bedoel je?’ vroeg ze.
‘Ik bedoel dat Brad altijd wel één keer de boel op zijn kop zet, als hij hier is,’ zei hij sarkastisch. ‘De vorige keer is nu drie jaar geleden. Toen hebben we met een heel stel mensen naar hem moeten zoeken omdat de Range Rover defekt raakte. En daarvoor..
‘Nu ja, hij weet dus niet zoveel van het terrein als jij. Dat is niet zo verwonderlijk, wel? Hij woont hier tenslotte niet.’
‘Dan is het misschien aanbevelenswaard dat hij, net als jij, hulp aanvaardt als die wordt aangeboden,’ zei Regan. ‘Dat zou het leven voor ons allemaal veel gemakkelijker maken.’
‘Bedoel je dat je er al spijt van hebt dat we hier mogen logeren?’
Hij keek haar even aan. ‘Nou, zo scherp wil ik het niet stellen,’ zei hij. ‘Ik heb het idee dat jullie verblijf hier nog heel interessant kan worden.’
‘Voor wie?’ vroeg ze, op haar hoede.
‘Voor jou natuurlijk,’ lachte hij. ‘Het zou niet fijn zijn, als je geen goede indruk kreeg van onze gastvrijheid.’
Gwayne staarde hem een ogenblik ongelovig aan en haastte zich toen het trapje naar de veranda op.
‘En je pols dan?’
Hij legde een hand in haar nek en ze draaide zich hooghartig naar hem om.
‘Als je me loslaat, zou ik voor die pols kunnen zorgen,’ zei ze liefles.
‘Zo loop je toevallig verkeerd. De medicijnen zijn in het kantoor daar.’
Maar Gwayne schudde beslist haar hoofd. ‘Die heb ik niet nodig. Ik kan het zelf wel.’
‘Met één hand?’
Voor Gwayne nog verder kon protesteren, had hij haar al naar het kantoor gebracht. Onderweg kwamen ze een dienstmeisje tegen; hij vroeg haar om wat ijsblokjes en thee naar zijn kamer te brengen.
‘Ik had toch aan Donna kunnen vragen om me te helpen,’ zei ze boos. ‘Je hoeft me niet op te brengen alsof ik een overtreding heb begaan.’
Als antwoord zette hij haar op een met donkerrood leer beklede stoel voor zijn bureau. ‘Zolang je op Fairfax Downs bent, moet je doen wat ik zeg, vooral als het om verwondingen gaat.’
Gwayne wierp hem een opstandige blik toe, hoewel ze zich machteloos voelde.
Op dat moment kwam Nora Wallace, de huishoudster, de kamer in met de thee. Ze schonk twee koppen thee in, terwijl Regan bekwaam een ijskompres voor haar pols maakte. Gwayne voelde direkt dat het een goede uitwerking had op haar gloeiende huid. Mrs. Wallace was vol medelijden. Ze zette Gwaynes kopje bij haar neer.
‘Hier, drink uw thee eens uit, dan voelt u zich al beter,’ zei ze. ‘Als het ijs zijn werk gedaan heeft en uw pols zit in het verband, zult u zich een stuk beter voelen.’
‘Dat hoop ik, Mrs. Wallace,’ zei Gwayne. Ze legde haar hoed op het bureau en gleed met haar vingers door haar verwarde haar. ‘Het is verre van leuk om gewond te raken in de vakantie.’
‘O, maar dat duurt niet lang. Volgende week om deze tijd zult u merken dat het helemaal beter is.’ De huishoudster gaf haar een bemoedigend klopje op de schouder en liep naar de deur.
Toen Mrs. Wallace vertrokken was, haalde Regan twee aspirines tevoorschijn en gaf ze aan Gwayne.
‘Hier, voor de pijn,’ zei hij. ‘Hoe voelt je pols nu?’
‘Al wat beter dan eerst, dank je wel.’
Ze zuchtte en vroeg toen: ‘Hoe lang moet dit er om blijven?’
Regan keek op van de papieren die voor hem lagen. ‘Ik hoop niet erg lang. Waarom? Heb je er last van?’
Nee, dat had ze niet, maar ze begon zich steeds minder op haar gemak te voelen. Hij deed zo kalm en zelfverzekerd.
‘Nee, dat valt wel mee,’ zei ze eindelijk als antwoord op zijn vraag. ‘Maar ik zou graag willen weten hoe lang ik hier nog moet blijven zitten. Tot aan het diner? De hele avond? De hele nacht misschien?’ ‘Alle drie, als het me nodig lijkt.’
Gwayne begon weer boos te worden. Wat verbeeldde hij zich wel? ‘Wat kun jij autoritair doen,’ riep ze. ‘Je denkt dat iedereen op je wenken zal vliegen.’
Zijn gezicht stond spottend. ‘In de tijd dat jij hier logeert, is dat voor jou, ook zo, liefje,’ zei hij arrogant. ‘Misschien is het een teleurstelling voor je, maar ik ben niet van plan iedereen zijn gang maar te laten gaan, alleen omdat mijn beslissingen je niet bevallen.’
Ze sprong op met vlammende ogen en liep naar de boekenkast aan de andere kant van de kamer. ‘Als ik dan toch hier moet zitten, kan ik mijn geest wel verrijken. Ik neem aan dat je dat niet als een aantasting van je autoriteit zult beschouwen.’ Snel wierp ze hem over haar schouder een blik toe. ‘Mag ik?’
Regan maakte een groots gebaar met zijn arm. ‘Ga je gang,’ zei hij op een toon, die haast geamuseerd leek. Zodra Gwayne de titels begon te lezen van de boeken op de planken, begreep ze waarom.
‘Heb je niets anders dan boeken over boekhouden en landbouw en veeteelt? Er zullen toch wel ergens tijdschriften liggen of zoiets.’
‘Het spijt me, maar die zijn hier niet,’ zei hij verontschuldigend. Ze stapte kwaad op hem af.
‘Wat moet ik dan doen terwijl ik hier zit? De lotushouding aannemen en mediteren?’
‘Als je dat wilt, natuurlijk. Maar...’ Hij zweeg even en nam haar van top tot teen op. ‘Als je nu eens ophoudt met als een gekooid dier op en neer te lopen, dan kan ik misschien kijken of je pols al op die ijszak begint te reageren.’
Gwayne kneep de lippen op elkaar. ‘Het was natuurlijk onmogelijk om dat vijf minuten geleden al te doen!’ riep ze.
‘Daar gaat het niet om. Het zou niet praktisch geweest zijn.’
Van die opmerking werd ze niet veel wijzer, maar ze weigerde er nog langer op door te gaan, want dat was precies wat hij wilde en ze was niet van plan om hem zijn zin te geven. In plaats daarvan wachtte ze tot hij het ijs voorzichtig had verwijderd. Toen vroeg ze: ‘De zwelling is weg, geloof ik?’
Regan drukte voorzichtig op de pijnlijke plaats. ‘Ja, bijna. Ik denk dat je er nu alleen nog een zwachtel om hoeft te dragen.’ Hij keerde zich om en haalde een rol uit de trommel achter zich. Dat begon hij stevig om haar pols te winden en daarna maakte hij het met een metalen gespje vast. ‘Ik wil hem wat later op de avond graag nog eens kontroleren,’ ging hij verder en hij keek haar een moment lang aan. ‘En ik moet je ook aanraden om morgen niet met de anderen mee te gaan. Het is ruw terrein waar ze heen willen en het zou veel beter zijn, als je arm volledige rust kreeg.’
‘O, nee toch!’ riep Gwayne. ‘Ik verheugde me er juist zo op en het is tenslotte maar mijn linker arm. Ik kan toch mijn rechter arm gebruiken.’
‘En als je ze beide nodig hebt?’
‘Doe toch niet zo moeilijk,’ zei ze ongeduldig. ‘Je hoeft je geen zorgen te maken, ik zal geen risiko’s nemen. Ik voel er niets voor om langer dan absoluut noodzakelijk is, maar over één hand te beschikken.’
‘Dus je wilt beslist meegaan?’
‘Ja... ja, dat is zo.’ Misschien was het een beetje ondankbaar na al zijn zorgen, maar ze zag niet in wat er mis kon gaan, als ze voorzichtig was. Aarzelend stak ze haar hand uit. ‘Ik wil je bedanken. Het voelt nu veel beter,’ zei ze met een verzoenend lachje.
Er begon een spier te bewegen aan de zijkant van zijn gezicht. ‘Denk maar dat dat bij de service hoort,’ zei hij schouderophalend.
Gwayne pakte haar hoed. ‘Ik ga nu maar,’ zei ze met tegenzin.
Regan knikte alleen even en Gwayne glipte de kamer uit en liep haastig de gang door.