8. Spirituele regels: instelling, karma en gratie

Persoonlijkheid en essentie: de dualiteit

Wij zijn dualistische schepselen. We hebben een persoonlijkheid en een essentie, onze kern. Soms vermengen onze persoonlijkheid en onze essentie zich. Soms staan ze ver uit elkaar.

De persoonlijkheid is in staat om een groot aantal verschillende sferen en energieën te genereren, die diverse stemmingen zoals haat en wantrouwen, liefde en affectie kunnen uitdrukken. Door de eeuwen heen hebben de verzamelde stemmingen van de mensheid grote wolken van emoties en gedachten voortgebracht, die de aarde omringen.

Onze kern daarentegen zit niet vast aan menselijke stemmingen, maar heeft een duidelijk eigen en liefhebbende trilling, en is voortdurend verbonden met de universele velden van welwillendheid.

Om duidelijk te maken hoe we met energieën werken en wanneer het juist of onjuist is om in een situatie in te grijpen, moeten we de vreemde dualiteit van dit alles doorgronden. Onze persoonlijkheid zal afhankelijk van onze stemming alles uitstralen en we beschikken over dat diepste zelf dat ons in staat stelt om zegeningen uit te stralen als we hem dat toestaan.

Als we deze dualiteit in ons onder ogen zien, komen we tot de volgende conclusie: Vanuit een energetisch perspectief is ons belangrijkste doel in de wereld om de zegening van onze kern te laten uitstralen en om te doen wat we kunnen om de negatieve trillingen van onszelf en anderen om te vormen. Wat we verder ook doen met ons leven, in de wereld van de energieën en de trillingen is het onze taak om zegeningen uit te stralen en negativiteit op te ruimen.

Onze onzichtbare verbindingen

Er worden felle religieuze en filosofische discussies gevoerd over deze dualiteit van ons kernbewustzijn en onze persoonlijkheid, maar men is het erover eens dat het ultieme doel de fusie en integratie van de twee is. Dat is in lijn met de moderne psychologie, die stelt dat het doel van het menselijk leven is om het leven helemaal te leven; dat betekent dat het diepste zelf helemaal uitgedrukt moet worden en niet verborgen moet blijven achter de patronen van de persoonlijkheid.

Het energetische doel van het menselijk leven is dat het energieveld van het diepste zelf en dat van de persoonlijkheid elkaar ontmoeten en samenvloeien. De persoonlijkheid wordt dan helemaal gekleurd door de energieën van de wijsheid, verlichting en liefde. Dit is een behoorlijk goed doel, nietwaar?

We bereiken dit doel niet door toedoen van het energieveld van onze emotionele en mentale patronen, onze gewoontes en verslavingen. Het wordt zelfs nog moeilijker doordat alle energieën van de persoonlijkheid met elkaar verbonden zijn. We zijn geen eilandjes die los van elkaar opereren. We zijn via onze energie met elkaar verbonden. Dat betekent dat het slechte gedrag van één persoon invloed heeft op alle anderen, net zo goed als iemands goede gedrag voor iedereen een zegen is.

We zijn nog steviger harmonieus met mensen verbonden met een vergelijkbare persoonlijkheid als de onze. Als we zelfzuchtig zijn, zijn we stevig en harmonisch verbonden met andere zelfzuchtige mensen. Als we agressief zijn, zijn we verbonden met andere agressieve mensen. En als we liefdevol en genereus zijn, zijn we verbonden met andere liefdevolle en genereuze mensen. Deze samenhang, die al lang bekend is onder mystici, wordt inmiddels ook door de wetenschap onderkend. Dit alles leidt tot inzicht in wat energiewerk inhoudt. We zijn nooit echt geïsoleerd, maar altijd verbonden met de hele mensheid.

De kracht en de invloed van de energievelden van de persoonlijkheid

Er is nog een werkelijkheid die ons sterk beïnvloedt. De aarde heeft een algemene atmosfeer, die door de eeuwen heen door mensen is gecreëerd; deze is als een circus. Alles wat ooit gedacht of gevoeld is, heeft zijn sporen nagelaten in de psychische atmosfeer. Grote wolken van psychische emotie en gedachten drijven door de atmosfeer. Besef dat de energie van wat iemand denkt of voelt, blijft bestaan. De psychische aura van de aarde is een directe weerspiegeling van hoe de mensheid zich heeft gevoeld en heeft gedacht, en dat duizenden jaren lang. Dit is zowel een grappig als een ontstellend idee. Onze persoonlijke aura is voortdurend in contact met die psychologische caleidoscoop en we worden er voortdurend door beïnvloed. Dit betekent dat je niet alleen met je eigen patronen en energieën te maken hebt, maar ook met alle andere resonerende energieën om je heen. Als je met je eigen dingen aan de gang gaat, krijg je ook altijd te maken met de energie van de mensheid als geheel. En je wordt daardoor ook diepgaand beïnvloed. Laten we bijvoorbeeld eens naar een zeer persoonlijke paradox kijken. Zelfs als je je geïsoleerd en alleen voelt, ben je nog energetisch verbonden met alle overige eenzame mensen en met het grote ‘eenzaam-en-vergeten’ energieveld dat door de eeuwen heen gecreëerd is door eenzame en vergeten mensen. Als je je daarentegen trots en blij voelt, ben je verbonden met het ‘trots-en-blije’ energieveld dat door anderen door de eeuwen heen is gecreëerd.

Vaak betekent dit dat je, als je krachtige emoties of gedachten in jezelf opmerkt, niet alleen dingen voelt die helemaal van jou zijn. Je voelt je eigen dingen, maar je voelt ook dingen van andere mensen.

Ik merk in mijn workshops dikwijls een hoorbare snik op als mensen zich realiseren hoe groot de invloed van externe sferen is die zij als de hunne beschouwden.

Mensen realiseren zich dat ze niet alleen hun eigen emoties en gedachten uitdrukten, maar ook die van de collectieve psychische wereld.

Hoe kun je weten dat jouw emoties en gedachten van jou zijn, en niet die van anderen? Het is me opgevallen dat we dramatischer en theatraler gaan denken en voelen als wij emoties en gedachten van anderen oppikken. Dat kun je gemakkelijk zien bij bijvoorbeeld boosheid. Het ene moment zijn we domweg boos en drukken we oprecht onze grieven en woede uit, het volgende moment verliezen we de controle en gaat de woede met ons op de loop – en zijn we bijna niet meer tot rede te brengen.

Een ander voorbeeld is als verdriet en zelfmedelijden overgaan in hysterie. Of als religieuze predikers plotseling een wervelwind van charismatische inspiratie worden doordat hun passie wordt overgenomen door het grote energieveld van de zekerheid en het fundamentalisme. Of als politici in een toespraak de stap zetten van persoonlijke hartstocht naar fanatisme. Een emotionele spreker is nou net iemand die de gevoelens en gedachten van het publiek kan oppikken en ‘channelen’ (doorgeven). Ook succesvolle popgroepen doen dat. In het klassieke theater en in religieus drama wordt dit vermogen om externe energievelden door te geven door de toneelspelers met opzet gebruikt om een sfeer te creeren en kosmische goden en godinnen neer te zetten. Met het juiste kostuum en de juiste woorden kunnen zij de archetypische energieën doorgeven die zij uitbeelden.

Onze stemmingen verbinden ons sowieso met behulp van trillingen met andere vergelijkbare stemmingen. Als we theatraal worden, openen we een poort, zodat de energie van anderen zich door ons kan uitdrukken. Het beste wat je kunt doen om te voorkomen dat je de stemming van de massa overneemt, is zelfbewust zijn. Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan als je overweldigd wordt door je gevoelens. Maar weten dat die andere energieën bestaan is de eerste stap op weg naar zelfbewustzijn en zelfbeheersing. Na extreme stemmingen kun je misschien maar het beste aan zelfonderzoek doen, en je afvragen: welke energie was nu van mij en welke van anderen? Dat kan je helpen om de volgende keer minder ver door te schieten in een stemming. Begrip van wat er gebeurt kan je helpen om te veranderen.

Je zult ook wel begrijpen hoe belangrijk je eigen gedrag is. Je stemmingen en gedachten hebben niet alleen invloed op jou en de mensen in je directe omgeving. Ze beïnvloeden iedereen. En je zelfbeheersing en ontwikkeling komen iedereen ten goede.

Openstaan voor het diepste zelf

Sommige stemmingen hangen samen met de persoonlijkheid. Het gaat daarbij om depressie, jaloezie, geluk, affectie, humor enzovoorts; deze zijn bijzonder duidelijk. We kunnen deze stemmingen eenvoudig bij onszelf opmerken. Sterker nog, we voelen ze zo gemakkelijk aan dat ze ons zonder veel moeite kunnen overnemen. Boosheid, behoeftigheid en jaloezie bijvoorbeeld zijn als een stomp in de maag. Verlangen en aantrekkingskracht werken op het lichaam in. Ideeën en gedachten draaien rond in de geest, en zorgen soms voor hoofdpijn.

Het is minder gemakkelijk om in de stemmingen te blijven die samenhangen met ons diepste zelf en de schitterende dimensies van het leven. De energie van het diepste zelf en van het heilige is rustiger. Als we verbinding maken met onze eigen kern, met de universele essentie, brommen we meestal maar wat en gaan we verder met wat wij aan het doen waren. We zien een prachtige zonsondergang en voelen de sfeer van een magnifiek landschap, we staan even stil en gaan door alsof er niets is gebeurd. We kunnen ook tot die essentie komen dankzij seks, kunst of dans – om het vervolgens weer te vergeten en verder te gaan.

Ik gebruik vaak de metafoor dat de energieën van iemands persoonlijkheid als water zijn, en de energieën van het diepste zelf als een veer die erop drijft. Om het diepste zelf beter te kunnen voelen, moet het water dunner worden of moet het water door de juiste golven in beweging worden gebracht zodat de veer kan zinken. Als je serieus aan energiewerk wilt doen, energiewerk dat jou en anderen helpt, dan moet je de energieën van je kern en de universele goedheid beter door kunnen laten. Het beste energiewerk dat je kunt doen is zo veel mogelijk zegenen terwijl je verder een normaal, geaard en aandachtig leven leidt. Dat betekent dat je moet vasthouden aan het bewustzijn en de bijbehorende gevoelens, als je met de essentie bent verbonden. Ik zal je een voorbeeld geven dat te maken heeft met seks, want daar zijn de meeste mensen wel in geïnteresseerd.

Als mensen vrijen, en hun seks vol liefde en schoonheid is, is het heel prettig om te stoppen met bewegen en je helemaal bewust te zijn van de aangename energieën die er te voelen zijn. Daardoor gaat er nog meer energie stromen en stralen. Doorgaande beweging kan maken dat je die heerlijke tantrische energie niet voelt.

Nog een voorbeeld. Veel mensen die om iemand geven, ervaren wel eens een werkelijk transcendente liefde. Op die momenten is het goed om je er helemaal bewust van te zijn en de atmosfeer en zegen helemaal tot ontwikkeling te laten komen.

We moeten beter opletten door zorgvuldig te luisteren en open te staan voor het energieveld van de wijsheid en de liefde die onderdeel zijn van onze essentie. Als je op die bijzondere momenten de verbinding met je kern opmerkt, moet je ophouden met wat je aan het doen was en er helemaal in aanwezig zijn. Je moet helemaal bewust zijn. Er zijn wonderbaarlijke momenten en je bent er niet in aanwezig, je neemt de atmosfeer niet helemaal in je op, de veer van je ziel zinkt niet diep weg in het water van je persoonlijkheid. Je wordt geraakt door iets heiligs en religieus en je sluit je daarvoor af in plaats van ervoor open te staan.

Jij moet je inspannen om je bewust te verbinden met de goede trillingen van je kern. Door ze af te remmen kun je je er bewust van worden en ze beter binnenlaten, zodat ze je hele leven gaan doortrillen.

Je kunt ook je verbinding met het heilige doelgericht tot stand brengen. We leerden in het hoofdstuk over zegeningstechnieken om een goede stemming te creëren en onze verbinding met de universele schoonheid tot stand te brengen, om zo een zegening door te geven. Ik zou je nu willen vragen je ideeën over zegeningen te verruimen. In plaats van je verbinding incidenteel in te schakelen om een ding, persoon of situatie te zegenen, is het de moeite waard om dat vaker te doen, als onderdeel van een dagelijkse routine. Sterker nog, het kan een manier van leven worden.

Dualiteit, lijden en karma

Het belangrijkste spirituele ideaal is dat onze persoonlijkheid helemaal samenvloeit met ons diepste zelf in wat wel een ‘mystiek huwelijk’ wordt genoemd, zodat we voortdurend goede trillingen uitzenden. Het valt mensen niet mee om dat te doen.

Ieder van ons worstelt met andere psychische omstandigheden. We zijn allemaal anders. We hebben een andere ontwikkeling en een ander karakter. Het is daarom onmogelijk om in zijn algemeenheid te zeggen: om tot het mystieke huwelijk te komen moeten wij dat doen! Geloof dit! Volg deze weg! Ieder van ons heeft andere behoeften.

Om de regels van energiewerk te kunnen begrijpen, moeten we twee uitgangspunten begrijpen. Het eerste is dat het ons levensdoel is om de energie van de persoonlijkheid te laten samenvloeien met die van ons diepste zelf, maar dit is lastig. Het tweede is dat we allemaal een ander karakter en een andere ontwikkeling hebben, en er dus geen universele oplossingen zijn die voor iedereen werken.

Neem bijvoorbeeld twee mensen die verlegen, timide en passief zijn. Voor de een kan het helemaal goed zijn om zo te blijven, omdat hij zo het beste de omstandigheden creëert voor het laten opkomen van het diepste zelf. Misschien was hij in het verleden wel veel te agressief. Voor de andere persoon kan het daarentegen – vanwege haar lange voorgeschiedenis van slachtofferschap – beter zijn als ze wat assertiever en dynamischer zou worden.

De persoonlijkheid en het diepste zelf brengen in elk van ons een unieke dans ten uitvoer, en wij kunnen niet generaliserend over onze behoeften spreken. In veel oosterse spirituele tradities wordt persoonlijke groei als een rivier of een oceaan gezien waarvan de golven, diepte en temperatuur voortdurend veranderen.

Het is ook duidelijk dat de patronen van de persoonlijkheid de energieën van het diepste zelf tegenwerken, en dat de ervaring van die tegenwerking vaak heel pijnlijk is. We ervaren dan psychische spanning en lijden. Dat betekent paradoxaal genoeg dat we lijden als we ons goed ontwikkelen en het goed doen. Het is belangrijk om deze vreemde menselijke paradox te begrijpen: omdat we het goede doen ervaren we het lijden van de innerlijke frictie. Deze innerlijke frictie is het proces dat het ons mogelijk maakt om innerlijke negatieve patronen te transformeren in iets rustigers en liefdevollers. Dit betekent dat we als we goede trillingen willen uitzenden we ook psychische pijn zullen lijden. Tibetaanse boeddhisten hebben daar iets op gevonden: jazeker, zij glimlachen tegen alles. Er is pijn. Wat maakt het uit? Zo is het gewoon.

Iedereen die gestopt is met roken, met een dieet is begonnen of besloten heeft om in het vervolg aardiger te zijn, heeft te maken gehad met patronen van de persoonlijkheid. De kracht van de weerstand tegen het op laten komen van onze essentie is ons karma. Als we ons beter gedragen, kan onze essentie zich gemakkelijker manifesteren en wordt ons karma lichter. Door slecht gedrag wordt het moeilijker voor ons diepste zelf om zich te manifesteren en groeit ons karma.

Als we ons slecht gedragen, voeden we de negatieve energie in onze patronen, zodat die zich nog harder gaan verzetten tegen de energie van onze kern. Als we ons goed gedragen, brengen we welwillende energie in onze patronen, zodat ze harmonieuzer samenwerken met ons diepste zelf. Slecht gedrag leidt tot meer pijn. Goed gedrag maakt het gemakkelijker te veranderen. Maar als we ons slecht gedragen, zenden we ook slechte energie naar de atmosfeer uit. Deze negatieve trilling draagt de ‘handtekening’ van degene die hem uitzond.

Daarom moeten we, als we patronen omvormen, ook oude negatieve energie die we hebben uitgezonden, opnemen en omvormen. Dit kan gemakkelijk of heel moeilijk zijn. We moeten werken aan ons karma, het laten opbranden of smelten.

Als je energiewerk gebruikt om mensen te helpen, wordt het duidelijker dat er sprake is van karma. Karma vraagt gewoonlijk niet om miraculeuze ingrepen. Iedereen moet zijn eigen voorgeschiedenis opruimen.

Collectief karma

Dit leidt tot de vraag of we energiewerk kunnen doen om het karma van iemand anders te verlichten. Kunnen we iemands lijden werkelijk verlichten? Mystici en religieuze filosofen mogen hier intellectueel over debatteren. Vanuit het hart kan maar één antwoord worden gegeven: we moeten altijd helpen om het lijden te verlichten.

Sommige cynici daarentegen stellen dat we iedereen zijn eigen karma moeten laten. Zulke cynici beweren in hun meest harteloze bui dat de joden in de Holocaust of de kinderen in de Derde Wereld zelf om hun dood hebben gevraagd. Het is hun lot, een gevolg van hun karma. Maar deze opvatting laat geen ruimte voor de idee dat elk individu onderdeel is van een veel groter geheel, de zich ontvouwende geschiedenis van de mensheid als geheel. We hebben het al gehad over de collectieve gevoelens en gedachten die onze psychische atmosfeer binnendrijven. De mensheid als geheel heeft ook een schaduw, zijn eigen verschrikkelijke geschiedenis en zijn karma.

Individuen lopen – ongeacht hun persoonlijke geschiedenis en karma – vast in collectief karma. In werkelijkheid is het individu vaak het slachtoffer van gebeurtenissen. Een oorlog waar diverse landen bij betrokken zijn, heeft veel grotere gevolgen dan extra karma van één mens. Het is voor individuen niet altijd mogelijk om de natuurkrachten als hongersnood of aardbeving te vermijden. Er zijn mensen die karmisch verdienen het mee te maken en ook mensen die karmisch verdienen het te ontlopen. Maar de meesten van ons zijn ondergeschikt aan de groep waartoe wij behoren. We kunnen onze krachtige verbindingen niet ontlopen. Geen enkele vrouw kan het collectieve gevaar dat vrouwen ’s nachts in de stad lopen geheel ontlopen. Sommige mensen krijgen te maken met racisme en andere groepsemoties waar ze part noch deel aan hebben.

Wij moeten leren begrijpen dat een groot deel van het menselijk leven wordt bepaald door de collectieve dynamiek. Een meedogend begrip van deze werkelijkheden houdt in dat we altijd ruimte hebben om het lijden en het karma van een ander te verlichten. Maar ingrijpen is aan duidelijke regels gebonden.

Regels voor ingrijpen

Ik heb twee algemene adviezen met betrekking tot energiewerk dat te maken heeft met iemand anders. Ten eerste, bemoei je niet met anderen tenzij de persoon in kwestie je vraagt om in te grijpen. Ten tweede moet je, als je ingrijpt, er absoluut zeker van zijn dat je persoonlijkheid en je diepste zelf in evenwicht zijn, en dat je persoonlijke energieën ontspannen zijn. Mensen begrijpen soms niet waarom zij niet gewoon iedereen en alles kunnen zegenen en reinigen, als ze eenmaal hebben geleerd hoe dat in zijn werk gaat. Maar het is toch duidelijk dat ieder individu specifieke behoeften heeft en je, tenzij je over universele wijsheid beschikt, je energie zorgvuldig moet inzetten. Ik heb meegemaakt dat mij onbekende mensen op me afkwamen, hun handen om mijn energieveld plaatsten en me zonder aankondiging begonnen te zegenen. Ik voelde me uitgerangeerd in plaats van gezegend. Ik had die mensen geen toestemming gegeven om dat te doen. Ze waren niet geaard, gecenterd en kalm. Ze zagen zichzelf waarschijnlijk als behulpzame heiligen.

Hoe konden zij weten of een zegening mij zou helpen? Zegen nooit iemand tenzij die jou daarom heeft gevraagd, en doe het alleen als je helemaal kalm bent en contact hebt met de energie van je kern. Vervolgens moet je je afvragen of degene die je wilt zegenen lichamelijk kwetsbaar is, bijvoorbeeld ten gevolge van hartproblemen of een zenuwziekte. In zo’n geval kan de plotseling binnenkomende energie gevaarlijk zijn. Een zegening draagt altijd energie met zich mee, vooral als die door de handen komt. En dus is het belangrijk om goed op te passen met mensen die ziek zijn. Omdat ik dit soort energiewerk onderwijs, wil ik niet verantwoordelijk worden gehouden voor misbruik ervan.

Er is een vorm van energetisch ingrijpen die altijd veilig is. Je kunt iedereen liefdevolle en goede energie sturen, gesteld dat je dat doet vanuit innerlijke vrede. Die vrede is nodig omdat je anders trillingen zou versturen die gekleurd zouden zijn door je persoonlijkheid. Je moet geen energie van je persoonlijkheid verzenden.

Als je geaard bent, goed in je lichaam zit en rustig ademhaalt, als je sereen bent en vanuit je kern opereert, kun je er zeker van zijn dat je persoonlijke energieën er niet bij betrokken raken en je zuivere straling verstoren. Ik wil je twee voorbeelden geven van situaties waarin sommigen zich geroepen voelen om aan energiewerk te doen, maar op een onjuiste manier. We raken vaak van slag als een goede vriend of kennis ziek is, of als er grootschalige conflicten zijn in de wereld. We zijn vervolgens – heel begrijpelijk – geneigd om het probleem op te gaan lossen. We willen genezende zegeningen versturen aan onze zieke vrienden. We willen vrede instralen in oorlogssituaties.

Het probleem is dat we domweg onze emotionele energie verzenden die gezondheid en vrede wil. Word beter! Wees vredelievend! Ons onderliggende doel is dat we ons beter gaan voelen, ook al lopen we tegen iets op dat ons verontrust. En dus verzenden we onze wens om genezen te worden en vrede te bereiken. Deze emotionele energie is onderdeel van onze eigen persoonlijke behoeften. We realiseren ons niet dat we ook onze eigen zorgen op de situatie afstralen. We kunnen de zaak verergeren.

Misschien is de ziekte wel een les voor onze vriend en verergert onze bezorgdheid het alleen maar. Misschien helpt de energie die we verzenden niet, ook al denken we van wel.

Zelfs het versturen van vrede-energie kan contraproductief zijn. ‘Wees vredelievend’ kan agressief worden gebracht en het energieconflict verergeren. Misschien vraagt de situatie niet om vrede-energie van buitenaf. Misschien vraagt die om speelsheid, begrip of loslaten –omdat het noodzakelijk is dat oude vormen verdwijnen, misschien wel ‘dankzij’ een verschrikkelijke oorlog. Het is vaak beter om onze zorgen voor onszelf te houden en door te gaan met het praktische werk, zoals het bieden van hulp.

Er is een Tibetaans gezegde dat luidt: innerlijke vrede, universele vrede. Als je wens dat iemand anders geneest of een oorlog ophoudt, geheel gebaseerd is op je eigen emotionele reactie op de situatie, kun je heel moeilijk creatieve energie uitstralen. Het is daarom uitermate belangrijk om innerlijk helemaal vredig te zijn voordat je aan energiewerk gaat doen waarmee je een situatie of een persoon wilt zegenen.

Het is altijd goed om een waarachtig vredige acceptatie en liefde uit te stralen. Dat is de energie van jouw essentie en van het welwillende universum. Deze energie zal worden opgenomen door de situatie op het niveau van het diepste zelf, en doorsijpelen naar het persoonlijke domein, afhankelijk van wat in die situatie nodig is. Als je een vriend of vriendin een genezende zegening wilt toesturen, wees dan volkomen rustig en denk aan het diepste zelf van hem of haar. Stuur de essentie van de ander liefde en zegen toe vanuit jouw essentie. Doe hetzelfde met conflictsituaties. Dit is de beste manier om het te doen.

Om op afstand een situatie te zegenen, moet je dezelfde dingen doen als bij het overige energiewerk. Aard je, zorg dat je goed in je lichaam zit, haal rustig adem, leg contact met je kern en de energievelden van de universele welwillendheid. Je kunt, terwijl je in een warme atmosfeer zit, een tijdje over de persoon of het conflict mijmeren. De situatie in liefde omarmen, is de beste omschrijving van dit soort energiewerk. Er is geen wens of emotie. Er is geen mentaal idee van hoe dingen moeten gaan. Er is alleen een rustige straling van verhoogd bewustzijn.

Deze energie, een rustige straling van verlicht bewustzijn, kan geen schade aanrichten, kan enkel goed doen. Deze energie kan een conflict niet verergeren, maar zal de atmosfeer juist verzachten, zodat een verhitte atmosfeer kan afkoelen, trotse mensen gas terug kunnen nemen en genezing kan plaatsvinden. Deze rustige atmosfeer kan ook iemand die ziek is of problemen heeft geen kwaad doen, en helpt het diepste zelf om zich te presenteren.

Veel ouders vragen tijdens mijn trainingen hoe ze hun kinderen kunnen helpen en hun energie toe kunnen sturen. Daarvoor gelden precies dezelfde regels. Wij moeten in lijn met onze kern oordeelloos zijn en mensen accepteren zoals ze zijn.

Een wonderbaarlijke mythe

Ter afsluiting van dit hoofdstuk zal ik een wonderbaarlijke mythe vertellen, waardoor je je op je gemak zult voelen en je nieuwe hoop zult krijgen. Het gaat om een boeddhistische mythe uit Tibet, die ons vertelt dat er drie grote spirituele wezens zijn, drie goden, die altijd mijmeren en nadenken over de mensheid. Het is hun belangrijkste doel om ons te helpen bij het oplossen van problemen en met pijn te leven. Ze hebben een merkwaardige naam: de boeddha’s van Karma.

Deze mythe vertelt ons dat die drie wezens grote macht hebben en voortdurend mediteren, waarbij ze de aarde en de mensheid in ogenschouw nemen. Zij bestuderen ons karma. Zij aanschouwen de pijn die we hebben als onze negatieve energiepatronen ruimte maken voor de energie van ons diepste zelf en onze ziel.

De boeddha’s van Karma zijn zich bewust van elke nuance van menselijke verandering als we ons karma proberen op te nemen in ons leven en op te lossen. Zij merken het moment op waarop iemand een patroon probeert te doorbreken en liefde gaat uitstralen. Soms worden ze geraakt door een bepaalde ‘dans’ als wij veranderen; op het juiste moment zullen de boeddha’s de kracht hebben om er extra bevrijdende energie door-heen te mengen – zodat we kunnen veranderen zonder pijn. Ze helpen ons door moeilijke veranderingen heen zonder dat we innerlijke frictie en psychische pijn hoeven te voelen.

De boeddha’s van Karma doen dit werk zonder ophouden ten behoeve van de mensheid. Ze zouden net zo goed de boeddha’s van de Gratie kunnen heten. Ze hoeven en kunnen niet worden aangeroepen, omdat ze altijd aanwezig en oplettend zijn. Het kan geen kwaad om je ze af en toe te herinneren.