4.7. Wettige bewijsmiddelen.
Als wettige bewijsmiddelen in het strafproces worden alleen erkend:
• De verklaring van de verdachte.
• De verklaring(en) van een getuige.
• De verklaring van (getuige)deskundige.
• Schriftelijke bescheiden.
• De eigen waarneming van de rechter.
82
De opsomming van de bewijsmiddelen is allesomvattend en limitatief. Andere dan deze bewijsmiddelen zijn niet toegelaten.
4.8. De onderzoeks voor- en hoofdvragen in geval van strafprocesrechtelijk onderzoek.
Relevant in het onderhavige dossier is het antwoord op de vraag of voorondersteld gedrag (feiten en/of omstandigheden) een (redelijk) vermoeden van een gepleegd strafbaar feit volgens de wet oplevert en de vraag of de in het dossier daarvoor in aanmerking gebrachte betrokkene(n) terzake als verdachte betrokkenen in de zin van artikel 27 van het wetboek van strafvordering kunnen worden aangemerkt.
Deze vaststellingen gaan vooraf aan het antwoord op de cruciale vraag of kan worden bewezen dat het strafbare feit door de als verdachte aangewezende betrokkene is begaan.
Voor een dergelijk (juridisch) alles omvattend oordeel is nader en diepgaand strafprocesrechtelijk (voor)onderzoek vereist.
Immers, eenieder wordt voor onschuldig gehouden zolang zijn schuld niet is komen vast te staan;
De voor- en hoofdvragen zoals bedoeld in het onderzoek ter terechtzitting worden in deze rapportage buiten beschouwing gelaten.