Realisme als springplank

 

 

Het werk van Sender beweegt zich tussen uitersten: een sober aangeduide, vaak gruwelijke, soms aangrijpende werkelijkheid én een interpretatie van die werkelijkheid die grotesk, surrealistisch, magisch of filosofisch is genoemd. Ook aan een op het eerste gezicht eenvoudig werk als Requiem por un campesino espanol ontbreekt de mogelijkheid tot een symbolische uitleg niet, zoals wij straks zullen zien.

De altijd verbijsterende realiteit brengt Sender tot de volgende werkwijze: een duidelijk gelokaliseerd, concreet gebeuren, ondergaan door een heel beperkt aantal personages, moet algemene problemen tonen en bij Sender keren steeds terug: het kwaad als noodzakelijk onderdeel van het leven, in contrast vaak met tederheid, naïeve zuiverheid, onbewust heldendom; het instinct als uiteindelijk superieur aan de rede; mens-zijn is moeilijk en velen brengen het er slecht af; ballingschap betekent een identiteitscrisis voor het individu; de schokken van het historisch gebeuren hebben ook Spanje in een identiteitscrisis gebracht; ziedaar Senders belangrijkste preoccupaties. Ondanks een veelal negatieve selectie uit al wat de werkelijkheid te bieden heeft, om sterkere reacties op te roepen, komt Sender in de meeste werken niet als cynische pessimist naar voren. Een ondertoon van hoop en vertrouwen blijft hoorbaar (‘mensen kunnen worden verslagen, maar niet overwonnen’) en, naast grimmige scepsis, een jeugdig-aandoende bereidheid om zich te blijven verwonderen.