La Ribera en Parc de la Ciutadella

5

De rijen wachtenden die vaak het beeld bepalen voor het Picassomuseum in de Carrer de Montcada, maken het onmiddellijk duidelijk: de wijk La Ribera is bijna net zo in trek bij de toeristen als de Barri Gòtic. En niet alleen Picasso trekt hier veel belangstellenden, ook de schitterende kerk Santa María del Mar is een publiekstrekker. Dit populaire deel van de oostelijke Ciutat Vella wordt in het noorden begrensd door de Carrer de la Princesa. Het gedeelte daarboven is van oorsprong gewijd aan de textiel, aanvankelijk aan de fabricage ervan, tegenwoordig aan de handel erin. De huidige bebouwing dateert grotendeels uit de tweede helft van de 18de eeuw. Een bezienswaardigheid hier is het Palau de la Música Catalana.

La Ribera wordt in het oosten begrensd door het Parc de la Ciutadella, dat in de jaren tachtig van de 19de eeuw werd aangelegd; hier vond in 1888 de wereldtentoonstelling plaats.

Palau de la Música Catalana

Een concert bijwonen is eigenlijk de mooiste manier om kennis te maken met het exuberante Palau de la Música Catalana, een meesterwerk van de modernistische architect Lluís Domènech i Montaner. Lukt dat niet, maak dan een begeleide rondleiding, want dit gebouw schreeuwt erom ook vanbinnen te worden bewonderd.

Intelligent spel

Het gebouw is een intelligent spel van ruimten, waarbij een geleidelijke overgang van exterieur naar interieur is gerealiseerd; het thema van de dubbele façade is tot het uiterste doorgevoerd.

Domènech gebruikte als skeletconstructie stalen dwars- en steunbalken, waardoor de muren geen dragende delen zijn en hij een grote vrijheid had om de ruimten in elkaar te laten overvloeien. Natuurlijk licht wordt maximaal benut en een aantal ruimten wordt van elkaar gescheiden door prachtige glas-in-loodwanden. Omdat ze geen dragende functie hebben worden ze ‘gordijngevels’ genoemd; Domènech i Montaner was een van de eersten in Europa die deze toepasten.

image

La Ribera en Parc de la Ciutadella

Klik op een van de volgende deelkaarten voor een vergroting: linksboven, rechtsboven, linksonder en rechtsonder.

Kunst

De stalen skeletconstructie bood Domènech ook de mogelijkheid op grote schaal kunstnijverheid en kunst te integreren. Hij trok kunstenaars en ambachtslui aan die als de besten op hun gebied werden beschouwd. Rigalt, Granell & Compañía, een belangrijke glazenmakersfirma uit die tijd, was verantwoordelijk voor het glas-in-lood; Lluís Bru legde de mozaïeken in; Francesc Modolell verzorgde de architectonische sculpturen, Pau Gargallo het prachtige beeldhouwwerk dat zich op de grens van toneel en zaal bevindt; Miquel Blay beeldhouwde de interessante groep buiten op de hoek van het muziekpaleis, die een allegorie is van het populaire Catalaanse lied.

Modernisering

Om het Palau de la Música aan te passen aan de eisen die in de moderne tijd aan een concertzaal worden gesteld, hebben er sinds 1982 ingrijpende renovaties plaatsgevonden onder leiding van architect Oscar Tusquets. Nieuwe ontwerpen kwamen er onder andere voor een entree, een zaal (Petit Palau), een repetitieruimte, een restaurant en een binnenplein. Tegelijkertijd werden ook de oude structuur en ornamentiek gerestaureerd, zodat de oorspronkelijke aspecten van het gebouw opnieuw tot hun recht komen, terwijl er meer muziekliefhebbers kunnen worden ontvangen.

image PALAU DE LA MÚSICA CATALANA, Carrer Sant Francesc de Paula 2, www.palaumusica.org. Rondleidingen in Spaans, Catalaans en Engels: dag. ieder halfuur tussen 10 en 15.30 uur. image lijn 1 en 4, Urquinaona.

Sant Pere de les Puel.les

De oorsprong van het klooster Sant Pere de les Puel.les gaat terug tot de tijd van de Visigoten, tot 801. Van de oorspronkelijke bouwwerken resteert alleen het kerkje met een grondplan in de vorm van een Grieks kruis. Hieraan bouwde men in de 14de eeuw een travee met kruisgewelf en in de 15de eeuw de gotische apsis. In 1908 werd de kerk door brand verwoest en daarna naar het schijnt ‘barbaars’ gerestaureerd. Van de façade is alleen het portaal nog 15de-eeuws.

Marcús-kapel

Dit onopvallende romaanse gebedshuis ligt aan het piepkleine gelijknamige plein. In de 12de eeuw maakte de kapel deel uit van een ziekenhuis voor armen, waarvan de bouw werd gefinancierd door de rijke koopman Bernat Marcús. De kapel lag toen aan een van de uitvalswegen van de stad. In 1187 vestigde het koeriersgilde in de kapel haar zetel.

Van het ziekenhuis is niets meer over. De kapel is in de loop van haar geschiedenis herhaaldelijk gerestaureerd; het enige oorspronkelijke element is de façade en de oostzijde, waarvan de eenvoudige decoratie gelijkenis vertoont met die van de Sant Pau del Camp.

Mercat Santa Caterina

Op een plein met dezelfde naam bevindt zich de Mercat Santa Caterina, waar je eigenlijk met een helikopter boodschappen zou moeten gaan doen, want dan heb je het beste zicht op het bijzondere dak. Een ‘golvend tapijt’ van verschillende kleuren die zijn aangebracht in een honingraatstructuur. Al in 1847 verrees hier een overdekte markthal, in neoclassicistische stijl, op de plaats waar voorheen een benedictijnenklooster stond. In 1998 kregen de architecten Enric Miralles en Benedetta Tagliabue opdracht de oude hal te moderniseren. Behalve het kleurrijke dak vallen de houten constructies op.

Museu de la Xocolata

In chocoladestad Barcelona hoort een chocolademuseum. Met aandacht voor de weg van cacaoboon tot patisserie, maar ook met tal van chocoladefiguren.

image MUSEU DE LA XOCOLATA, Carrer del Comerç 36, www.museudelaxocolata.com. Geopend: ma.–za. 10–19, zo. 10–15 uur.

Carrer de Montcada

Oorspronkelijk werd de Carrer de Montcada aangelegd om de noordelijker gelegen handelsbuurt te verbinden met de zeezijde. De adellijke familie Montcada was de eerste die toestemming kreeg er te bouwen. Toen Barcelona door de handel op de Middellandse Zee in de 14de eeuw tot grote bloei kwam, werd de straat populair bij de rijke inwoners van de stad.

De paleisjes die verrezen, werden gebouwd volgens de opvattingen die toen in zwang waren: burchtachtige woningen met een uitkijktoren en een binnenplaats, waarvandaan een mooie trap naar de piano nobile leidde.

Toen Barcelona’s handel in de 15de eeuw instortte en het de stad verboden werd om op de Amerikaanse koloniën te varen, zette het verval ook in deze straat in. Nadat Carlos III in 1768 de Catalanen toegang had gegeven tot de zeehandel op de koloniën, kreeg de stad haar vooraanstaande positie niet terug. Toch bleef er nog tot de 19de eeuw een kern van aristocraten in de oude paleizen wonen. Het proces van verval culmineerde echter in de aanleg van de Eixample, en de paleizen veranderden in bescheiden huurhuizen.

In 1947 kwam de straat op de nationale monumentenlijst, en in 1953 nam de gemeente de restauratie slagvaardig ter hand. Nu zijn er culturele instituten en musea gevestigd.

image CARRER DE MONTCADA. image lijn 4, Jaume I.

Museu Tèxtil i d’Indumentària

Op nummer 12 van de Carrer de Montcada bevindt zich het Palau dels Marquesos de Llió, het voormalige paleis van de markiezen van Llió. Nu is er het textiel- en kledingmuseum gevestigd, waar je onder andere kunt zien hoe de dames van de bourgeoisie ten tijde van het modernisme gekleed gingen. Oorspronkelijk is het een 14de-eeuws pand, maar de markies liet het na aankoop in de 18de eeuw verbouwen. De oorspronkelijke bouw en het aanzien van de patio liet hij ongemoeid, waardoor de patio gotische en renaissancistische trekken vertoont. Op de patio is een aardig terras.

image PALAU DELS MARQUESOS DE LLIÓ / TEXTIELMUSEUM, www.museutextil.bcn.es. Geopend: di.–za. 10–18, zo. 10–15 uur.

Museu Barbier-Mueller d’Art Precolombí

Het 15de-eeuwse Palau Nadal op nummer 14 biedt sinds 1997 onderdak aan een collectie precolumbiaanse kunst die werd bijeengebracht door de Zwitserse verzamelaars Josef Mueller en Jean Paul Barbier. Het gaat om een gedeelte van hun omvangrijke kunstverzameling die in Genève wordt tentoongesteld. Er zijn ook tijdelijke exposities.

image MUSEU BARBIER-MUELLER D’ART PRECOLOMBÍ, www.barbier-mueller.ch. Geopend: di.–vr. 11–19, za. 10–19 uur.

Museu Picasso

De nummers 15 tot en met 23 van de Carrer de Montcada worden bezet door het Museu Picasso. Op nummer 15 gaat het om Palau Aguilar of Palau Caldes. Het mooie beeldhouwwerk op de begane grond van de façade toont de wapens van de familie d’Aguilar. Op de nummers 17 tot en met 23 vind je achtereenvolgens: Palau del Baró de Castellet, Palau Meca, Casa Mauri en Palau Finestres.

Hoewel er schilderijen, etsen, litho’s en keramisch werk uit diverse perioden zijn te bezichtigen, moet gezegd worden dat het zwaartepunt van de collectie bij Picasso’s jeugdwerk ligt. Picasso schonk dit vroege werk in 1970 aan het museum. Bijzonder is de serie schilderijen die Picasso in 1957 wijdde aan Velázquez’ meesterwerk Las Meninas (image pp. 118111).

image MUSEU PICASSO, www.museupicasso.bcn.es. Geopend: di.–zo. 10–20 uur.

Galería Maeght

Carrer de Montcada 25 is Palau dels Cervelló, met daarin de Galería Maeght. Zowel de indrukwekkende galerie die gewijd is aan hedendaagse kunst (met goede boekhandel; veel grafiek in stock) als het gebouw zelf is het waard even binnen te lopen. De oorsprong van het paleis gaat terug tot de 15de eeuw, maar de huidige aanblik is te danken aan de familie Cervelló, die het in de 16de eeuw aankocht en liet verbouwen. Het resultaat was een harmonisch samenspel van gotische en renaissancistische elementen. De fijn gedecoreerde façade is de meest complete van de straat. Naast de grote toegangsdeur bevindt zich een gotisch venster, waarboven een 16de-eeuws reliëf te zien is dat de Maria Boodschap voorstelt. De patio is ingrijpend gerenoveerd. Een prachtige overwelfde, grotendeels gotische trap leidt hiervandaan omhoog.

image GALERÍA MAEGHT. Geopend: di.–za. 10–14 en 16–20 uur.

Santa María del Mar

Aan het einde van de Carrer Montcada staat wat door velen wordt beschouwd als de mooiste kerk van Barcelona: de Santa María del Mar. Zij werd gebouwd ten tijde van Barcelona’s overzeese expansie, als symbool voor de triomferende stad; de kerk moest haar welvarendste wijk domineren. Het resultaat was een gebedshuis dat uniek mag worden genoemd. Bezoek de kerk bij voorkeur op een zonnige namiddag om binnen het mooiste lichtspel van de glas-in-loodramen te hebben.

image SANTA MARÍA DEL MAR. Geopend: ma.–za. 9–13.30 en 16.30–20, zo. 16.30–20 uur.

Bouwgeschiedenis

In 1329 werd de eerste steen gelegd. Onder leiding van de architecten Berenguer de Montagut en Ramon Despuis verrees in een voor die dagen buitengewoon korte tijd een gebedshuis van monumentale afmetingen. Al stokte de bouw in 1340, in 1365 waren reeds alle kapellen gereed. In 1378 konden de eerste sluitstenen van de gewelven boven de apsis worden aangebracht, en op 15 augustus 1384 werd de eerste mis gehouden.

De kerk heeft sinds die tijd weinig ingrijpende veranderingen ondergaan. De indeling van het interieur is behouden. Wel ging het merendeel van de decoraties verloren, zowel door natuurrampen als door oorlogsgeweld. De laatste keer dat de kerk werd getroffen was ten tijde van de Spaanse burgeroorlog. De enige toevoeging van betekenis is de aanbouw aan de apsis uit de 19de eeuw.

Exterieur

De voorgevel wordt geflankeerd door twee buitengewoon slanke zeshoekige torens met een plat dak, die hoog boven de kerk uittorenen. Het grote roosvenster boven het portaal werd in het tweede kwart van de 15de eeuw aangebracht ter vervanging van het exemplaar dat bij een aardbeving sneuvelde.

Het portaal wordt geflankeerd door twee apostelbeelden; in het timpaan zie je de Verlosser, met aan de ene zijde de Maagd en aan de andere Johannes; de beelden dateren uit de 15de eeuw. De kapitelen van de archivolte zijn speciale aandacht waard: ze zijn gebeeldhouwd met scènes uit het leven van de lossers die in de haven werkten. Hun gilde leverde een bijdrage aan de bouw van de kerk, en ze werden op deze wijze geëerd.

De decoraties aan de zijfaçaden beperken zich tot de portalen, de waterspuwers op de steunberen en de consoles van de vensters. De ingang aan de Carrer Sombreros is de eenvoudigste. Het portaal aan de overzijde wordt geflankeerd door twee gedenkstenen die het begin van de bouw aangeven, de linker in het Latijn en de rechter in het Catalaans.

Interieur

Het effect van ruimtelijke eenheid wordt op verschillende manieren bereikt. De verhoudingen tussen breedte, lengte en hoogte zijn zorgvuldig uitgedacht. Zo is het middenschip twee keer zo breed als de zijbeuken, die weer even hoog zijn als de totale kerk breed is. Het hoogteverschil tussen zijschepen en middenschip is gering. Om de eenheid niet te schaden is het dwarsschip weggelaten. De kroon op het werk vormen de zuilen. Het zijn er beduidend minder dan in die tijd gebruikelijk was. Bovendien hebben ze een minimale diameter in verhouding tot hun aanzienlijke hoogte, waardoor ze met hun perfect prismatische, achthoekige vorm een buitengewoon slanke indruk maken.

Van de glas-in-loodramen zijn er veel in de loop van de tijd verloren gegaan. De oudste (14de-eeuws) bevinden zich in de kapel van de Maagd Maria en de kapel van Sint-Rafaël.

Fossar de les Moreres

Zij die Barcelona verdedigden tijdens de belegering van 1714 en daarbij het leven lieten, liggen volgens de traditie in het Fossar de les Moreres, onder het gelijknamige plein aan de oostzijde van de Santa María del Mar. In 2001 werd hier voor de gevallenen een enorme gedenkzuil geplaatst.

Mercat del Born

Deze overdekte markthal werd van 1873 tot 1876 opgericht, naar een ontwerp van Josep Fontserè i Mestres. De markt is met zijn complexe ijzeren en glazen constructie het mooiste voorbeeld van 19de-eeuws ingenieursbouwen in Barcelona. Recent werd besloten de hal om te bouwen tot bibliotheek, maar toen bij de graafwerkzaamheden archeologische vondsten werden gedaan, staakten alle bouwactiviteiten. Het gaat om gebouwen die met de grond werden gelijkgemaakt op last van Filips van Bourbon, in 1714 (zie ook hierna). Bij het ter perse gaan van deze gids waren er werkzaamheden gaande om de voormalige markthal toegankelijk te maken voor het publiek om de archeologische vondsten te kunnen bezichtigen.

Parc de la Ciutadella

Het Parc de la Ciutadella is een van de weinige groene longen van de stad. Het bestaat uit een langgerekte smalle groenstrook tussen de rijstroken van de Passeig de Lluís Companys, waar zich de hoofdingang bevindt in de vorm van de Arc del Triomf, en een breder gedeelte. In het brede gedeelte is een kleine vijver waar je bootjes kunt huren. Het centrum van het park is de Plaça de les Armes; hier vlakbij is de toegang tot de dierentuin.

De citadel

Toen de troepen van Filips van Bourbon in 1714 Barcelona innamen, wilde de koning de weerbarstige inwoners van de stad definitief temmen. Een van de maatregelen die hij nam was de oprichting van een reeks forten langs de stadsgrenzen. Een groot deel van de wijk La Ribera moest tegen de vlakte om plaats te maken voor het grootste fort; ongeveer 40 straten en 1262 gebouwen verdwenen. Het werd ontworpen door de Belgische militaire ingenieur Prosper Verboom, en moest 8000 soldaten huisvesten. De stad Barcelona moest zelf de bouw financieren en de inwoners van La Ribera werden ondergebracht in barakken langs het strand, waar nu Barceloneta is. Het fort werd alleen als burgergevangenis gebruikt.

In de loop van de 19de eeuw versoepelde de verhouding tussen Barcelona en de centrale regering. De regering verleende de stad toestemming de citadel af te breken, en in 1869 schonk ze haar het terrein. Het gemeentebestuur bestemde het als openbaar park en schreef een internationale prijsvraag uit voor de invulling ervan. Na veel geruzie en hevige polemieken kwam het ontwerp van Josep Fontserè i Mestres als overwinnaar uit de bus. In 1873 werd met de bouw begonnen, maar de oorspronkelijke plannen werden nooit volledig uitgevoerd. De definitieve vorm kreeg het park door de wereldtentoonstelling van 1888. De chaotische organisatie hiervan kan een van de Herculeswerken van de stad Barcelona worden genoemd. Over de exacte toedracht bestaat nog steeds veel onduidelijkheid (image pp. 118119).

Arc del Triomf

De hoofdingang van de wereldtentoonstelling was de Arc del Triomf, een werk van architect Josep Vilaseca. Voor de decoratie ervan zijn verschillende artiesten verantwoordelijk: de voorzijde, die laat zien hoe de stad Barcelona de bezoekers ontvangt, is van Josep Reynés; de achterzijde, waarop degenen die een bijdrage aan de expositie leverden een beloning krijgen, is van Josep Llimona; de rechterzijde, die de industrie, handel en landbouw symboliseert, is van Antoni Vilanova; de linkerzijde, van Torcuato Tasso, vertegenwoordigt handel en kunsten.

Museu de Ciències Naturals

De meeste paviljoens die ter gelegenheid van de wereldtentoonstelling werden opgericht, hadden een tijdelijk karakter. Van de permanente bouwwerken is echter ook een deel verdwenen. Het meest monumentale werk dat bewaard is gebleven, is het Café-Restaurant del Parc, van de modernistische architect Domènech i Montaner. Het moest als eet- en drinkgelegenheid fungeren tijdens de wereldtentoonstelling, maar het gebouw was niet op tijd gereed. Na de wereldtentoonstelling fungeerde het als Domènechs atelier in de geest van de Arts & Crafts-beweging. Het Café-Restaurant staat ook bekend onder de bijnaam Els Tres Dragons (De Drie Draken), naar een toneelstuk van de populaire Catalaanse schrijver Frederic Soler. Tegenwoordig is het natuurwetenschappelijk museum er gevestigd; de zoölogische en geologische verzamelingen worden er op een ouderwetse wijze getoond.

image MUSEU DE CIÈNCIES NATURALS, Parc de la Ciutadella. Geopend: di.– zo. 10–14, do. en za. tot 18 uur.

In één lijn met de twee gebouwen waarin het natuurwetenschappelijk museum is ondergebracht, ligt de Hivernacle, een broeikas uit 1884 van Josep Amargós, die voor verschillende evenementen wordt gebruikt, zoals tijdelijke exposities en (jazz)concerten.

De Umbracle, even verderop, is door Josep Fontserè i Mestres speciaal gebouwd (1883–1884) voor planten die schaduw nodig hebben.

De ‘glazen kubus met meubilair’ is een kunstwerk van Antoni Tàpies (image pp. 177178) en is getiteld Homenatge a Picasso (1983).

Plaça de les Armes

In het centrum van het park ligt de Plaça de les Armes. Dit ovale pleintje is ontworpen door Jean C.N. Forestier en in 1917 aangelegd. Midden in het vijvertje bevindt zich een prachtig beeld van Josep Llimona, Desconsol (‘Ontroostbaar’).

Rondom de Plaça de les Armes bevinden zich enkele gebouwen die oorspronkelijk tot het fort behoorden. Toen het terrein in 1869 zijn nieuwe bestemming kreeg, barstte een hevige polemiek los over de vraag wat er met de oude gebouwen moest gebeuren. Uiteindelijk koos men ervoor een deel ervan te bewaren voor het nageslacht. De bouwwerken zijn de eerste die in Barcelona werden gebouwd in een Franse, neoclassicistische stijl.

Aan de oostzijde bevindt zich het oude arsenaal, ontworpen door de Belgische militair Prosper Verboom. Het wordt tegenwoordig gebruikt door het parlement van Catalonië.

Aan de overzijde staat een 18de-eeuws kapelletje, met ernaast de voormalige gouverneursresidentie.

Zoo

Vlak bij het plein is de ingang van de dierentuin. Deze is in 1902 aangelegd en in de loop van de eeuw uitgebreid tot de huidige 13 ha. De dierentuin is ruimtelijk aangelegd; er bevinden zich meer dan 4000 dieren, die behoren tot ruim 400 soorten. De bekendste attractie was Floquet de Neu, Sneeuwvlokje (image1 p. 117).

Ook staat er een beeldje uit 1885 van Joan Roig i Solé, La Dama del Paraigua. Deze elegante dame met paraplu geldt als hét symbool voor het wufte Barcelona uit de jaren tachtig van de 19de eeuw.

image DIERENTUIN, www.zoobarcelona.com. Geopend: juni–sept. 10–19, mrt.–mei en okt. 10–18, jan.–febr. en nov.–dec. 10–17 uur.

Fontein

Aan de noordzijde van het park ligt de fontein: La Cascada, ontworpen door Josep Fontserè i Mestres en aangelegd van 1875 tot 1881. Zij heeft de vorm van een tempeltje, waarheen symmetrisch twee langgerekte trappen leiden. De neoclassicistische stijl vindt een tegenhanger in de vrijheid waarmee de classicistische motieven zijn behandeld en in de naturalistische elementen. Een daarvan is de rotspartij aan de voet van het tempeltje, ontworpen door Gaudí, die toen nog architectuurstudent was. Als je achter de fontein langs loopt, kun je deze rots beklimmen naar een uitzichtpunt dat zo geconstrueerd is dat je met de zuidelijke zon in je gezicht door de waterstraal heen kunt kijken.

Universiteitsgebouwen

Een voormalig waterreservoir, het Dipòsit de les Aigües, aan de Carrer de Ramon Trias Fargas, is veranderd in een schitterende universiteitsbibliotheek.

Ten oosten van dit bakstenen gebouw staan twee andere gebouwen van de Universitat Pompeu Fabra, het Edificio Jaume I en het Edificio Roger de Llúria. Het gaat om 19de-eeuwse kazernes die door MBM (1 pp. 1516) aan hun nieuwe bestemming werden aangepast.